Inhoud blog
  • Verwerkingsopdracht 'Participatie' #2
  • Verwerkingsopdracht 'Participatie' #1
  • Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #1
  • Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #2
  • Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #3
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Categorieën
  • Samenvattingen (7)
  • Verwerkingsopdrachten (8)
  • Voorwoordje (1)
  • Methodiek cultureel werk
    Kunst- en cultuureducatie
    07-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'Participatie' #2

    Wat met mijn cultureel kapitaal? Wat kreeg ik mee van thuis, van school, van vrienden? Aan welke vormen van cultuur participeer ik en wat zijn hierbij de drempels die ik ervaar?

    Wat mijn eigen cultureel kapitaal betreft is deze de laatste jaren heel veel gegroeid. Als kind kreeg ik maar weinig culturele bagage mee. Er was geen interesse in kunst en cultuur en er was ook geen geld voor. Ik kwam er dus heel weinig mee in aanraking. Via forums als de school en de jeugdbeweging was er wel een sporadisch contact met cultuur, maar een echte beklijvende ervaring heb ik niet. Het was pas toen ik wat ouder werd en ik mijn eigen interesses ging gaan ontwikkelen dat er echt sprake was van participatie aan culturele activiteiten. Vooral toneel en muziek spraken me aan. Zo heb ik enkele jaren in een koor meegezongen en deed ik creadans. Die interesse verlegde zich de laatste jaren naar festivals en musicals. Ook toneelstukken bekijken of een goed boek lezen is iets wat ik regelmatig doe. Het bezoeken van museums is iets wat ik voor de eerste keer met school heb gedaan en daarna links liet liggen. Ik vond het saai en eentonig. De manier van kennisoverdracht was niets voor mij. Bij mijn laatste museumbezoek moet ik mijn mening echter herzien en ben ik ook van plan om meerdere musea te gaan bezoeken.

    Het is ook vanzelfsprekend dat iedereen van thuis uit alsnog cultureel kapitaal meekrijgt in de vorm van culturele socialisatie. Ouders dragen bij aan het overdragen van culturele kennis en vaardigheden door het aanleren van taal- en leesvaardigheid, normen en waarden. Dit draagt bij aan wat men later mooi en waardevol zal vinden m.a.w. de culturele smaakoverdracht. Bij ons thuis lag er van s ’morgens tot s ‘avonds muziek op. Dit verklaart misschien mijn liefde voor muziek alhoewel ik er een volledig andere smaak op heb nagehouden. Maar er werd veel gezongen bij ons thuis en volgens mij is dat ook wel een beetje de reden dat ik in een koor ben gestapt.

    De weg naar de echte cultuurparticipatie heb ik echter zelf gevonden. Een eerste inleiding gebeurde door de school maar ik heb cultuur met de grote C herontdekt door gedeelde interesses met mijn vriend. Met twee cultuur beleven is toch leuker dan alleen? Ik merk echter dat cultuur heel verschillend wordt beleefd in mijn vriendenkring. Muziek is een gezamenlijke noemer waar we met zijn allen kunnen van genieten maar een museum bezoeken of goed toneelstuk bekijken kan niet iedereen smaken. 

    Wat mij wel zou kunnen weerhouden om mijn cultureel kapitaal nog meer uit te breiden is de kostprijs van dat alles. Een goed concert kost al snel €30-50 maar ook musea en toneelassociaties moeten een inkomprijs vragen om hun eigen kosten te kunnen dekken. Afhankelijk van die prijs kies ik er voor om wel of niet te gaan kijken of mee te doen. We spreken hier over de financiële drempel. Ook tijdsgebrek is een probleem. Ik merk dat ik soms geen tijd heb of kan vrijmaken en cultuur is dan nagenoeg het eerste die moet wegvallen (tijdsdrempel en motivatiedrempel). Soms is de afstand ook gewoon te groot om te overbruggen dus kies ik er vaker voor om cultuur te beleven in de buurt (= geografische drempel).

    07-04-2016 om 11:24 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'Participatie' #1

    Zoek min. 2 voorbeelden van kunstenaars of organisaties die het verschoven participatieparadigma binnen de kunsten duidelijk verbeelden. Geef duidelijk weer over welke kunstenaar of organisatie het gaat en verduidelijk.

    1.       Let’s Go Urban

    Op 30/4/2016 ga ik, samen met wat vrienden, gaan kijken naar een voorstelling van Let’s Go Urban. Aanvankelijk had ik nog nooit van Let’s Go Urban gehoord tot één van mijn beste vriendinnen zich voor de groep engageerde. Let’s Go Urban is een urbanculturele jongerenorganisatie, opgericht in 2009 door Sihame El Kaouakibi. Let’s Go Urban biedt een naschools programma aan voor kinderen en jongeren tussen de 6-30 jaar. Er wordt vooral gewerkt aan expressie door middel van dans en sport maar ook jongeren die hun dromen willen waarmaken kunnen er terecht. De VZW heeft al meer dan 1000 stadsjongeren bereikt. Jongeren met verschillende etnisch-culturele, sociaal-economische en religieuze achtergronden die hun krachten en talenten samenbundelen om samen iets moois neer te zetten. Let’s Go Urban vertrekt vooral vanuit het gedachtengoed dat jongeren de mensen van morgen zijn en we dus als samenleving hard moeten investeren in deze doelgroep.  LGU profileert zich meer dan gewoon maar een programma maar stelt zich zelf voor als een familie waar nieuwe vriendschappen en talenten ontdekken mogelijk wordt.

    LGU is een mooi voorbeeld van het verschoven participatieparadigma in de kunst en cultuur. Hier streeft men vooral naar het laten ‘deelhebben’ van mensen. Kinderen en jongeren staan centraal om een voorstelling vorm te geven en krijgen de kans om daar hun eigen interesses en talenten in te leggen. Let’s Go Urban wil de jongere generatie de kans geven om op deze manier een boodschap de wereld in te sturen. Namelijk deze van samenhorigheid, respect voor diversiteit, solidariteit en multi-culturaliteit. Het biedt daarnaast perspectieven voor kinderen en jongeren die weinig kansen krijgen in de samenleving.

    Ik kijk er alvast naar uit om te kunnen bewonderen wat deze jonge ambitieuze mensen met dans en taal kunnen doen. En belangrijker, welke boodschap ze zullen naar voor schuiven! Persoonlijk vind ik dit een fantastisch initiatief voor en door Antwerpse jongeren. Cultuur en participatie gaan hier mooi hand in hand en meer nog, processen van socialisatie en  individualisatie worden hierdoor gerealiseerd. Voor deze kinderen en jongeren kan deelhebben aan Let’s Go Urban zorgen voor een scharniermoment in hun leven.


    2.      De Figuranten

    Ik leerde ‘De Figuranten’ kennen tijdens mijn stage in het CAW van Zuid-West-Vlaanderen. De Figuranten zijn een sociaal-artistiek project en zo ook een onderdeel van het CAW. Het CAW richt zich vooral op het realiseren van de rechten van de burger maar omdat men het recht op cultuur hier moeilijk kon realiseren, richtte men De Figuranten op. De Figuranten richten zich vooral op het recht op cultuur en het recht op een volwaardige cultuurparticipatie in Menen. Men ziet cultuurdeelname als een voorwaarde om volwaardig mee te participeren in de samenleving. De Figuranten is een project die zich voornamelijk bezighoudt met theater en toneel en is bedoeld om deelnemers te laten oefenen in hun sociale competenties. Men doelt ook op een stukje identiteit verwerving en socialisatie. De Figuranten vertrekken hierbij vanuit de talenten en competenties van hun doelpubliek en hopen op deze manier een zo breed en divers mogelijk groep aan te trekken. De Figuranten doen in de eerste plaats aan kansarmoedebestrijding maar het is veel meer dan dat! Het is de bevestiging van het artistieke en creatieve als wezenlijk onderdeel van een menswaardig bestaan in onze samenleving. 

    Men gebruikt de stad Menen en zijn inwoners als werkcontext om samen toneel en theater te maken. De deelnemers zijn deproducenten van hun eigen stuk en krijgen de vrijheid, onder professionele begeleiding, om toneel en theater te maken die een verhaal vertellen aan de samenleving, aan hun samenleving over zaken waar men alledaags mee worstelt. De werkprincipes van De Figuranten zijn onder meer laagdrempeligheid (geen inschrijving, geen auditie, geen lidmaatschap, allen welkom, jong en oud, herinvestering en geven van nieuwe kansen) en vertrekken vanuit de leefwereld van de deelnemers. Men gaat die dan ook gebruiken als maatstaf. Op deze manier kunnen mensen deelhebben aan cultuur: ze zijn eigen producent!

    Naast het actief inleiden van cultuur en deelhebben aan cultuur wil men bij De Figuranten ook dat mensen meer dan alleen maar toneel en theater leren kennen. Zo kunnen mensen deelnemen aan culturele uitstappen die men daar organiseert (film, dans, muziek, …). Meestal staan deze bezoeken in teken van de productie van het stuk dat men aan het maken is samen met deze mensen.

    Om deze processen zichtbaar te maken, naar buiten te brengen, werkt men nauw samen met de stad Menen. Deze zorgt er telkens voor dat De Figuranten plaats krijgen om te repeteren en voorstellingen te geven. De Figuranten kennen al enkele jaren groeiend succes en mensen in en uit de buurt komen kijken of deelnemen aan de productie. Of beter gezegd: ‘deelhebben’.

     



    07-04-2016 om 11:21 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    05-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #1
    Kwam ik zelf al in aanraking met actieve of reflectieve kunsteducatie en wat bleef me daarvan bij?

    Ik ben al met zowel actieve als reflectieve kunsteducatie in aanraking gekomen. Wanneer ik denk aan actieve kunsteducatie dan denk ik aan mijn jeugd waar ik in een koor zat. Daar mochten we zelf mee vorm geven aan de inhoud van de teksten die we wilden zingen. We werden daar actief betrokken in het hele gebeuren en dat zorgde toch wel voor een samenhorigheidsgevoel. Het maakte dat ik keer op keer met veel enthousiasme terug ging gaan zingen. Daarnaast kent iedereen het wel om als kind met de school op het jaarlijks schoolfeest, een toneelstuk te spelen of een dansje te doen. In het 6de leerjaar moesten wij een toneelstuk opvoeren. Ik herinner mij dat we daar heel veel voor geoefend hebben en daar ook zelf accenten mochten insteken (zoals bijvoorbeeld een dans). Het applaus dat je dan krijgt van alle ouders in de zaal is dan natuurlijk iets om trots op te zijn. Dit kunnen we ook bekijken als een vorm van actieve kunsteducatie. Tot slot heb ik ooit eens een workshop ‘graffiti spuiten’ mee gevolgd. Ik kan me nog steeds herinneren wat die leraar toen tegen ons zei: ‘Graffiti spuiten is het moderne schilderen, kunstenaars leggen er evenveel gevoel in.’ Dat zinnetje is me altijd bij gebleven. Het is ook iets waar ik in geloof! In die workshop mochten we, na het aanleren van basisvormen, onze eigen tekening maken. Achteraf zat iedereen in een kring en mocht ieder van ons vertellen wat hij had getekend en waarom.

     Als ik aan reflectieve kunsteducatie denk, dan denk ik vooral aan musea. Maar ook het bekijken van toneelstukken, musicals, concerten, … zijn volgens mij vormen van reflectieve kunsteducatie. Je beleeft het, je kijkt ernaar, je kan erover nadenken en kritisch over zijn maar je doet er niet in mee. De meeste mensen hebben al te maken gehad met zo’n vorm denk ik. Het bekijken van een film of het lezen van een boek zijn zaken die men hetzij opgelegd (door bv school) hetzij sporadisch al eens deed. Hier kan ik mezelf ook in meerekenen. Daarnaast hadden wij in het 1ste jaar hoger van mijn eerste opleiding het vak ‘expressieve methodes’. Daar gingen wij niet alleen actief aan de slag door zelf muziek te moeten maken, gedichten te moeten schrijven, toneel te moeten spelen, maar gingen we ook reflectief aan de slag. Dit deden we door achteraf een reflectie te schrijven over dat vak. Hoe hadden wij nu deze expressieve vormen ervaren? Voelden we drempels? Hebben we talenten ontdekt? Door na te denken over wat wij juist in dat vak hebben gedaan en hoe we ons daarbij voelden, gingen we reflectief aan de slag. Reflectieve kunsteducatie dus. 


     

    Kunstgericht

    Persoonsgericht

    Maatschappijgericht

    REFLECTIEF

    Museum natuurwetenschappen bezocht

    Reflectie schrijven over expressieve methodieken

    Toneelstuk van Antigone over kansarmoede (heel lage inkomprijs)

    ACTIEF

     

    Workshop graffiti spuiten, toneelstuk in school, koor

     

    05-04-2016 om 13:16 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #2
    Kunsteducatie begeleiden vergt expertise in het begeleiden van leerprocessen en expertise in de kunsten. Waar zouden mijn uitdagingen liggen?

    Ik denk dat, wanneer men zelf kunsteducatie wil begeleiden, men eerst zelf tot voldoende inzicht en reflectie wat kunsten betreft moet komen (productieve kunsteducatie). Jaren ervaring gaan hier waarschijnlijk aan vooraf. Kunsteducatie gaat niet enkel over het overbrengen van kennis maar ook over het laten beleven, het toevoegen van waarde, het laten meedoen, enz. Wanneer men tot zowel actieve en reflectieve kunsteducatie wil komen, en hierin in de mogelijkheid zijn om er kritisch over na te denken en te reflecteren, moet men volgens mij een heel proces hebben doorlopen. Mijn grootste uitdaging zou zijn dat proces zelf te doorlopen zodat ik die expertise kan opdoen om bepaalde zaken te kunnen overdragen aan mijn doelpubliek. Leren zaken vanuit een ander perspectief zien. Wat je zelf niet voelt kan je immers niet (echt) overbrengen bij anderen.

    Daarnaast zou ik nog meer inzicht moeten creëren in de geschiedenis van kunst en cultuur. Enkel via deze manier kan je de lange weg die men heeft afgelegd en het paradigma der cultuur en participatie begrijpen. Met dat in je achterhoofd ga je dan ook aan de slag. Men weet vanwaar men komt en naar waar men wil streven, welke doelen men wil bereiken.

    Kunst is hoe dan ook bewust of onbewust getint naar de rugzak van zijn kunstenaars. Dit is zeker oké maar mag ook niet overheersen. Een bepaalde mening of keuze mag niet worden opgedrongen aan zijn publiek. Het is namelijk de bedoeling dat mensen via vormen van kunst en cultuur tot zelfreflectie komen en worden aangezet om zelf dingen te doen. Ik zou het er moeilijk mee hebben om iets te presenteren waar ik niet in geloof of een rol te spelen van iets wat ik niet wil zijn. Mijn uitdaging ligt dus in het durven loslaten van mijn eigen rugzak en me in te leven in de leefwereld van mijn publiek!

    Tot slot moet je als sociaal werker in de cultuur in staat zijn om anderen te begeleiden in de mogelijkheid om zelf te kunnen kiezen. Je moet steeds vertrekken vanuit positieve vrijheid! Daarbij mag je ook niet uit het oog verliezen wat de samenleving verwacht. Hier komt de discussie tussen de autonome burger en de ideale samenleving naar voor. Voor mij zou het een uitdaging zijn om een evenwicht te vinden tussen enerzijds diverse doelgroepen en anderzijds de samenleving in zijn geheel. 

    Stel je voor dat je morgen aangeworven wordt binnen de kunsteducatieve werking van een museum. Welke inhoudelijke accenten zou jij dan naar voren schuiven? Hoe zou jij deze inhoudelijke accenten vertalen in concrete acties binnen het museum?

    Mijn grootste doelstelling zou zijn om het museum een welbepaalde visie te laten uitdragen en tegelijkertijd het publiek in de mogelijkheid stellen om rijke ervaringen op te doen. Dit zou ik als medewerker graag gerealiseerd zien door het experimenterend leren. Hier gaan mensen zelf op ontdekking en verzamelen ze kennis aan de hand van het materiaal dat hen wordt aangeboden en hun eigen capaciteiten. Op deze manier vertrekt het leerproces vanuit het individu en niet vanuit het object (= positieve vrijheid). Zo kan leren een actief proces worden door interactie tussen het individu en het aangeboden materiaal. Dit leerproces wordt op zijn beurt dan weer ondersteund door ruiken, zien, voelen, begrijpen, herkennen, inkaderen, categoriseren en gebruiken. Het publiek doet nieuwe kennis op door ervaring en uitvinding. Om de mensen dan ook nog actief te laten participeren zou ik een reflectie moment voorzien waar men in de mogelijkheid is om indrukken en ervaringen te kunnen uitwisselen, vragen te stellen, kritische bedenkingen te geven, enz. We gebruiken de kunstinteractie als methode.

    Door het publiek zelf aan de slag te laten gaan met zijn eigen beperkingen en mogelijkheden kan je als museum een heel breed doelpubliek betrekken. Naargelang leeftijd, capaciteit en kennis kan een gids zijn manier van kennisoverdracht aanpassen. Concreet betekend dit dat, wanneer er wordt gewerkt met jonge kinderen, pubers en mensen met een mentale beperking, er extra moeten worden ingezet op reflectie momenten. Een gids kan bijvoorbeeld de kinderen rond een bepaald object laten verzamelen en vragen ‘wat zie je?’. Vandaaruit kan men dan een dialoog opzetten. Ik ben er van overtuigd dat er op deze manier een ervaring, een beleving tot stand wordt gebracht. Men gaat niet louter presenteren, men zorgt dan deze mensen kunnen meedenken en meevoelen, misschien wel meedoen.

    Daarnaast vind ik visuele voorstelling heel belangrijk. Dan heb ik het niet over louter een afbeelding presenteren maar eerder over zaken waar men kan voelen, ruiken, horen, zien hoe iets is geweest, nog is of zal zijn. Op deze manier worden mensen betrokken en gaan ze actief mee participeren in een verhaal waar ze hopelijk een rijke ervaring aan hebben overgehouden en er op die manier kennisoverdracht is. Ik denk bijvoorbeeld aan de presentatie over de ‘oermens’. Als medewerker zou ik ervoor zorgen dat er beeldmateriaal voorhanden is, ingekleed in een leuke zithoek, waar men kan zien hoe de oermens vroeger leefde. Daarnaast zou het ook leuk zijn als er in het museum ook geluiden te horen zijn van die oermensen en er materiaal voorhanden is waar mensen kunnen voelen aan de kledij die men vroeger droeg. De kers op te taart is om dan effectieve doe-opdrachten te verwerken tijdens de rondleiding. Ik denk bijvoorbeeld aan een simulatie (op bijvoorbeeld een IPad) om wild te vangen. Kinderen vinden dit leuk maar ook volwassenen zullen dit zeker en vast leuk vinden. Het voegt waarde toe aan een bezoek en ondersteunt de leerprocessen van een individu.

    De duur van een rondleiding zou ik ook aanpassen aan de leeftijd en daarnaast zou ik ook een rondleiding afsluiten aan de hand van een cirkelgesprek waar men ervaringen kan uitwisselen. Het zou ook leuk zijn mocht er een ruimte zijn waar mensen kunnen ontspannen (spelen of iets drinken) Op deze manier doe je als medewerker opnieuw beroep op de positieve vrijheid van mensen en op de laagdrempelige diensten die je wil aanbieden. Tot slot is de feedback van het publiek de belangrijkste feedback! Als medewerker zou ik verschillende manieren installeren om het publiek te bevragen. Tijdens een cirkelgesprek kan bevraagd worden of er opmerkingen zijn maar mensen zouden ook anoniem een formulier kunnen invullen indien men dat wenst. Ook van thuis uit zou men via de website een formulier kunnen invullen.

    Kortom: als medewerker zou ik het vooral belangrijk vinden om, naast het aanbod voor volwassenen, ook een aanbod te kunnen doen voor de allerkleinsten (= investeren in de culturele habitus). Een eerste inleiding in de cultuur gebeurt het best tijdens de kindertijd. Als dit dan op een leuke en interactieve manier gebeurt en kinderen dit ervaren als een leuke ervaring, is de kans groter dat ze later nog meer participeren aan cultuur maar ook terug willen komen met hun kinderen en zo kennis kunnen overdragen. Kinderen doen op deze manier ook kennis op om zaken creatief op te lossen. Mocht ik medewerker worden de kunst-educatieve werking van een museum, dan zou ik opteren voor een museum dat luistert naar zijn publiek en het effectief ook iets te bieden heeft. 


    05-04-2016 om 13:16 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'Kunsteducatie' #3
     "Veranderingen binnen het kunstlandschap beginnen bij de makers, de kunstenaars. Een schouwburg vervult enkel de rol van presentatieplek." Wat vind ik nu van deze stelling? 

    Ik ga niet volledig akkoord met deze stelling. Een schouwburg is zoveel meer dan enkel een presentatieplek. Het is daarnaast ook een ontmoetingsplaats, een plaats waar mensen nieuwe vrienden maken en nieuwe sociale relaties aangaan. Het is een plaats waar mensen voor eventjes in een andere wereld kunnen stappen en hun horizon kunnen verbreden.

    Wanneer ik denk aan een schouwburg, dan denk ik aan de schouwburg uit mijn buurt namelijk schouwburg Kortrijk. Daar werkt men met een heel divers publiek. Men probeert om zoveel mogelijk te variëren in hetgeen men aanbiedt. Daarnaast kan men ook een formule op maat aanvragen waarbij een voorstelling kan worden voorafgegaan of worden afgesloten met een walking dinner, een woordje uitleg, een rondleiding, … Nieuwe en onbekende voorstellingen worden ook omkaderd voor zijn publiek. Cultuur kan hier worden beleefd op maat. Net omdat men ervan uitgaat om een zo breed mogelijk publiek aan te spreken met een zo breed mogelijk aanbod, is dit veel meer dan een presentatieplaats. Een schouwburg is daarnaast meestal een gezellige en mooie plaats die een culturele ervaring alleen maar kan verrijken. In die zin draagt ze mee in het ervaren en beleven van cultuur en niet alleen in het presenteren ervan. Althans dat zou het moeten zijn! 

    05-04-2016 om 13:14 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'De culturele functie' #2


    Voorbeeld 2: Het Theaterstuk ‘Lazarus’ gebracht door jeugdtheater Avanti.

    Bezocht op 13/04/2016                 

    Jeugdtheater Avanti is een vereniging, opgericht door studenten. Aanvankelijk bestond het gezelschap dan ook enkel uit studenten maar recentelijk staat men ook open voor oud-studenten. Omdat men onlangs erkend werd als jeugdgezelschap kon met de doelgroep verbreden en de minimumleeftijd verlagen. Het jeugdtheater werkt dus met een diverse doelgroep onder leiding van een regisseur die alle toneelstukken bedenkt en tot leven brengt.

    De toneelstukken behandelen telkens weer een thema waar men als jonge adolescent wel eens mee in aanraking komt of over nadenkt. Thema’s zoals de dood, de hemel en de hel, levenslang leven en een kapotte samenleving zijn enkele voorbeelden. Het theaterstuk ‘Lazarus’ ging over het flirten met de dood en de onbezonnenheid van jonge mensen. Een groepje studenten verpleegkundigen is geobsedeerd door verschillende mythes over de dood. Wat ziet men als men sterft? Kan men nog terugkomen wanneer de hersenactiviteit gedurende enige tijd nihil is geweest? Ziet men god? Ziet men de hemel? Kortom het theaterstuk behandelde een thema waar ieder van ons zich ongetwijfeld vragen bij stelt of heeft gesteld. De studenten verpleegkundigen beslissen om samen de dood te testen. Dit doen ze door een gif te drinken en elkaar te reanimeren na 2-5min hersendood te zijn. Ieder van hen ziet verschillende dingen maar ze hebben 1 ding gemeen. Telkens worden ze geconfronteerd met hun diepste angsten en slechtste herinneringen. Natuurlijk loopt het fout en sterft één van de studenten. Dit verhaal gaat over de onbezonnenheid van jonge mensen, dit zowel in het nemen van risico’s, als in de liefde.

    De plaats waar het theaterstuk doorging is echter ook niet onbelangrijk. De schouwburg in Kortrijk heeft niet alleen een presentatiefunctie, ze geeft daarnaast echter een ontmoetingsfunctie. Dit hebben wij van dichtbij mogen zien. Voor, tijdens en na de voorstelling kunnen mensen er terecht in een gezellige loungebar waar mensen elkaar aanspreken, de acteurs kunnen ontmoeten, een gezellige babbel slaan. De prijs van dit alles? Dit varieert van leeftijd tot leeftijd. Onder de 26 jaar betaal je €8 en boven de 26 jaar €10. Een schappelijke prijs vind ik, gezien de plaats en de duur van de voorstelling.

     

    Jeugdtheater Avanti gaat cultuur breed gaan benaderen. De thema’s zijn namelijk onderwerpen die ieder van ons bezighoudt en in het theaterstuk zijn we duidelijk enkele maatschappijbeelden naar voren komen. Ook zien we een mooi staaltje solidariteit en diversiteit terug in het theaterstuk. Daarnaast is dit een proces waar we allemaal in worden meegenomen. Je beleeft het verhaal alsof je er echt bij was, je wil weten hoe het verder zal aflopen aangezien iedereen in de zaal al met dezelfde vragen rondliep. Men zat mee in dit verhaal alsof men er zelf een deel van was.

    Wat de culturele functies betreft zien we hier vooral dat er aan cultuuroverdracht wordt gedaan. Met de dood als thema maakt men bespreekbaar waar mensen meestal te bang voor zijn om over na te denken. Het taboe wordt bespreekbaar en na het theaterstuk horen we dan ook mensen er over discussiëren met elkaar. Ten tweede wordt er vanzelfsprekend aan cultuurbeleving gedaan. Niet alleen de plaats van de voorstelling draagt hier een steentje aan bij, ook het betrekken van het publiek bij het stuk maakt dat er intens kan worden beleefd. Zoals ik al eerder zei heb je als toeschouwer het gevoel ook daadwerkelijk in het verhaal te zitten. Bij de eindscene moest ik er dan ook mijn zakendoek bijnemen. Ik kon me echt inleven in het personage! Jeugdtheater Avanti is nog niet zo heel erg bekend, maar de laatste jaren kent het zeker en vast een groei. Het richt zich op toeschouwers van verschillende leeftijden en probeert thema’s te brengen die jong en oud kunnen boeien. Ik zou dan ook durven zeggen dat men aan cultuurbemiddeling doet, al is dit nog niet tot op het hoogste niveau.

    We kunnen dan ook besluiten dat de sociale-interventie strategie die van de cultuurproductie is maar men vooral mikt op ‘deel-hebben’. Beleving staat hier centraal en het is alsof je wordt uitgenodigd om hen te vergezellen in hetgeen ze doen. Op het eind van hun stuk gaat men dan ook letterlijk gaan benoemen dat iedereen welkom is om hen te vergezellen! 



    05-04-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Verwerkingsopdracht 'De culturele functie' #1

    De analyse van de culturele functie bij 2 organisaties of projecten.

    Voorbeeld 1: Koninklijk Belgisch Instituut voor natuurwetenschappen (museum)

    --> Bezocht op 13/03/2016

    Het Koninklijk Belgisch Instituut voor natuurwetenschappen of anders gezegd, het natuurmuseum, heeft mijn nieuwsgierigheid op verschillende vlakken weten te raken . Niet alleen maakt het museum gebruik van visuele middelen die zo levendig zijn zodat de bezoeker in de mogelijk wordt gesteld mee te stappen in het verhaal, het maakt ook gebruik van DOE-opdrachten die zijn publiek interactief laat meedenken en meedoen. Omdat men deze vorm van participatie aan cultuur zo uitnodigend en laagdrempelig maakt zorgt men voor een kans op verhoogde deelname ervan. Ik zou ook wel stellen dat men tracht cultuur kwaliteitsvol in te vullen. Voor een toegangsticket betaal je als volwassene €9,50 (extra voorstelling inbegrepen). Kinderen betalen €7 en iedere eerste woensdag van de maand is de inkom gratis voor iedereen. Op deze manier kunnen ook de meest kwetsbare groepen genieten van een beetje kunst en cultuur.

    Het museum bestaat uit 4 verdiepingen met telkens een ander thema. Daarnaast is er telkens een extra voorstelling voorzien die de bezoeker telkens weet te verassen. Dit keer was het de WOW-voorstelling die het voornamelijk heeft over het leven van dieren in het wild. Het natuurmuseum is een museum dat heel vaak door scholen wordt bezocht en dus speelt het extra in op de interesses van jonge kinderen. Maar ook volwassenen worden geboeid door het schouwspel van levensechte visuele middelen in combinatie met geluid en gevoel. Het museum probeert duidelijk zoveel mogelijk in te spelen op de zintuigen van zijn bezoeker. Daarnaast heb ik ook opgemerkt dat men professionelen inzet die op een speelse manier de toer in het museum gaan doen met groepen van kinderen. Men gaat dus al van kinds af aan cultuur gaan inleiden op een leuke en interactieve manier. Men leert iets bij, men is geboeid. En dit is juist de sleutel tot verdere participatie aan cultuur. We hebben het hier over de excentrieke, en nog belangrijker, de intrinsieke waarden en effecten van cultuur.

                                                 

    Het natuurmuseum benadert cultuur vooral met een enge (smalle) focus. Dit vooral omdat het zich richt tot het bereiken van individuele effecten. Men wil zoveel mogelijk bezoekers inleiden in de cultuur en/of iets bijbrengen (kennis, ervaring) en laten ervaren op individueel niveau. Iedere bezoeker ervaart zijn of haar bezoek aan het museum dan ook op zijn eigen manier. Dit museum benadert dus cultuur met een enge focus en met instrumentele effecten als gevolg. Wat de intrinsieke effecten betreft gaat het hier meer over het kunnen meestappen in een verhaal wat men nu niet meer voor mogelijk acht. Het kunnen denken over een onderwerp die de dag van vandaag geen realiteit meer is (cfr dinotijdperk, oermens), fantasie aanspreken, mensen een ervaring laten opdoen die iets bijbrengt en teweegbrengt. Ik heb alvast zin in meer cultuur!

    Cultuur wordt in dit museum vooral gebruikt als product. In het museum zien we vooral erfgoed en dit zowel materieel als immaterieel. Wat materieel erfgoed betreft gaat het hier vooral over goed bewaarde zaken uit het verleden, vondsten, … Wat immaterieel erfgoed betreft gaat het vooral over de daar aangebonden kennis, verhalen en gewoontes.

    Het is wel duidelijk dat hier vooral aan cultuurbewaring wordt gedaan. Oude kennis wordt gepresenteerd en overgedragen aan volgende generaties. Voor mezelf kan ik wel zeggen dat ik dit op een dynamische manier heb beleefd. Dit komt omdat men leuke, interactieve opdrachten in bepaalde thema’s heeft gebruikt. Via deze opdrachten herinner ik me ook veel sneller welke boodschap erachter zat. We kunnen ook spreken over cultuurbeleving. Het natuurmuseum zet echt in op cultuurinleiding vanaf een jonge leeftijd. Op die manier krijgen kinderen de kans op een eerste kennismaking in cultuur. Die eerste cultuurbeleving blijft hopelijk wel hangen dankzij de leuke, spontane manier waarop het aangeboden wordt. Kinderen worden begeleidt en ondersteunt in hun (meestal eerste) tocht door het museum waardoor ze echt de kans krijgen om op eigen tempo cultuur te leren kennen. Ik zag bijvoorbeeld dat elke groep begeleide kinderen om de zoveel tijd een kring vormden rond een voorwerp en daar vragen mochten over stellen. Het was leuk om te zien hoe nieuwsgierig deze kinderen waren en hoe elk van hen een eigen visie heeft op wat ze voor hen zien. Op deze manier brengt het museum echt iets bij denk ik! Volwassenen waren iets meer op zichzelf gewezen en een gids bij volwassenen zag ik niet aan het werk. Ik weet wel dat dit eveneens mogelijk is. Of er aan cultuurspreiding wordt gedaan, vind ik een moeilijke vraag. Een museum vergelijk ik graag met een openbare bibliotheek. Kennis wordt er dagelijks uitgewisseld maar in de plaats van het te lezen, ervaart men het op een volledig andere manier. In die zin wordt er dan wel aan cultuurspreiding gedaan volgens mij. Zaken uit het verleden en het heden worden verspreid en zo ook doorgegeven.

    We kunnen hieruit besluiten dat de sociale interventie strategie van het natuurmuseum vooral die van de cultuurconsumptie is. Dit omdat de beleving en overdracht van cultuur vooral gebeurd op individueel niveau. Het doel van het museum is dat hun publiek deelnemers worden die op hun beurt een inleiding krijgen in de cultuur (vooral kinderen) of mee participeren aan cultuur. Men tracht hun deelnemers zo goed mogelijk te betrekken in hetgeen ze willen brengen door gebruik te maken van leuke opdrachten (luisteren, voelen, educatieve spelen, …). Men gaat hun deelnemers begeleiden en ondersteunen in het bijbrengen en begrijpen van deze vorm in cultuur met al zijn gewoontes en materiële en immateriële in zowel het verleden als in het heden. 







    05-04-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Verwerkingsopdrachten
    >> Reageer (0)
    04-04-2016
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Woordje vooraf
    Hallo,

    Deze blog staat in het teken van mijn studies, namelijk voor het vak 'Methodiek Cultureel Werk'.
    Voor ik de theorie rond dit vak bekeken had, had ik geen flauw benul dat kunst en cultuur ook 'anders' kan worden bekeken.
    Wat 'anders' precies betekent, vind je in deze blog terug.
    Als maatschappelijk werkster in spé is participatie een sleutelwoord. Maar dit woord in relatie brengen met kunst en cultuur en die zaken vanuit een ander perspectief bekijken is iets wat toch niet zo simpel blijkt. Er zit meer in cultuur dan men denkt. En dat heb ik, als student en maatschappelijk werkster in wording, mogen ontdekken door eventjes uit mijn eigen wereld te stappen en me extra te verdiepen in die van de cultuur. 

    Lindsay.

    04-04-2016 om 00:00 geschreven door Lindsay Debeaussaert  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    Categorie:Voorwoordje
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 04/04-10/04 2016
  • 21/03-27/03 2016
  • 07/03-13/03 2016

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek



    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs