Dag 27 â Zaterdag 27/sept â Sarria-Melide â 66 km â 13,6 km/u
Toen ik gisteravond na een uitstekende maaltijd (25 ) terug
in de albergue toekwam, had de hospitalero in een zijgebouw de open haard
aangestoken en drie flessen 'home-made liquor' op tafel gezet. De aanwezigen (een groep Brazilianen,
twee Duitse koppels en enkele Aziaten (ik vermoed Koreanen) hadden er duidelijk al van geproefd. Het ouder Duitse koppel pakte een gitaar van de muur en
begon samen te spelen en te zingen. Ze hadden dat nog gedaan. Dat hoor je
direct. Tot het beperkte répertoire echt Gonda Country Road! De sfeer zat
er direct goed in. Om halftien gedaan. Stappende pérégrinos gaan vroeg slapen.
De alcohol deed duidelijk goed zijn werk. Op de kamer lag het decibel gehalte
aan ronken en snurken duidelijk hoog. Dus zelf weinig geslapen.
Vandaag was het weer een fijne heuveltjesdag. Deze morgen
las ik in mijn boekje: In Galicia zijn weliswaar geen hoge heuvels maar ze
volgen elkaar voortdurend op, waardoor je per dag soms meer klimmeters maakt
dan op eerdere trajecten.
En dan even verder, heel laconiek: Nu volgt klim! 12 km
waarvan 1 km 10 %!' 12 km geen hoge heuvel ? Ik moet bij gelegenheid de auteurs
van mijn boekje toch even op dit euvel wijzen
Voor de rest geen slecht woord over mijn boekjes. Hoe die
mij door Frankrijk en Spanje hebben geloodst over danig rustige wegen (Chemins
Communals en verlaten Départementals) ; soms hele dagen geen 20 autos gezien.
Chapeau!!! Als iemand ooit naar Compostella wil fietsen, deze boekjes kopen! Ze
zijn hun geld dubbel en dik waard.
De rest van de fiets-dag vat ik samen als Amaai en pfffffff
Vandaag weer vele kilometers gefietst in het spoor van de
stappende pérégrinos. En hun aantal stijgt gestaag. Ze zijn intussen met
ontelbaar veel. In ware colonnes lopen ze allemaal achter mekaar in de zelfde richting. Om de 30 à 50 m één of twee (zelden met drie of meer).
Dat komt wellicht omdat velen ergens vertrekken 100 km voor Santiago. Wil je
een Compostella halen (= soort gepersonaliseerd getuigschrift in de Latijnse taal), dan moet je kunnen bewijzen aan de
hand van je stempelboekje dat je minstens 100 km hebt gestapt. Voor fietsers is
dat minimum 200 km. Mijn stempelboekje bevat stempels van in Landen (stadhuis)
tot in Compostella. Op zich al een mooi aandenken.
Er zijn stappers die echt moe zijn of met gekwetste voeten
lopen. Ik ben op een bepaald moment een oudere man voorbij gefietst, die met
moeite de éne voet voor de andere kreeg. Je zag dat elke stap pijn deed. Ik had
medelijden met de man. Eigenlijk onverantwoord om zo verder te lopen. Die haalt
Compostella niet, dacht ik. Hij was kennelijk alleen. Maar wie overtuigt zon
man om enkele dagen halt te houden en uit te rusten?
Ik slaap vannacht in een hostal Sony, juist buiten het
oude centrum van de stad Melide.
Morgen fiets ik naar mijn eindbestemming: Santiago de
Compostella!
Dag 26 â Vrijdag 26/sept â Ambasmestas-Sarria â 65 km - 13,9 km/u
Heb gisteravond samen gegeten met een Zweedse fotograaf Nicklas
met zijn vriendin Titina uit Malmö. Ze zijn 5 dagen geleden vertrokken in Léon
en gaan tot Compostella. Voor Titina de eerste keer. Nicklas heeft vorig jaar de
800 km van de Camino Francés gelopen (dus niet gestapt) in 18 dagen; met
een tiny rugzak, zegt hij. Wanneer hij hoort dat ik met de fiets ben, wordt
hij enthousiast. Ik moet hem de GPS-track (die ik niet gebruik) bezorgen.
Volgend jaar gaat hij met de fiets. Er zijn pérégrinos van diverse pluimages
Naarmate ik dieper Spanje in fiets, wordt het leven
duidelijk goedkoper. Mijn rekening deze morgen: 41,5 . Hiervoor had ik een
mooie ruime kamer met WC, bad, douche. Gisteravond een lekker driegangenmenu
met 2 x demi litro caña en deze morgen een ontbijt.
Zoals aangekondigd in mijn boekje, deze morgen onmiddellijk stevig in de
pedalen. Een geleidelijke klim (met ferme steile stukken ertussen) van 16 km
langs de wand van een smalle groene en beboste kloof, die steeds dieper wordt.
Fantastisch gevoel, ondanks de pijn in de vermoeide benen. Hoog boven mij de
viaducten van de autostrade, die dwars over de bergen loopt. Langzaam haal ik
het hoogteverschil in en overstijg de autoweg. De laatste drie km meer dan 9 %. Ik
haal een fietser in die zijn fiets omhoog duwt. Problema vraag ik. No, no,
zegt hij en strekt de rechterarm naar boven, es duro, duro. En dan gracias.
Om kwart voor elf bereik ik de top op 1300 m hoogte. Wat een
panorama weer. Overal om me heen hooggebergte met diepe groene valleien. Gewoon
fenomenaal. Een beetje verscholen links van de weg een nietig klein dorpje 'Cebreiro'. Je wordt er zo de Middeleeuwen in gekatapulteerd. Een welgekomen rustplaats, ook voor de stappers, die de berg zijn opgeklommen.
De zon schijnt aan een staalblauwe hemel maar het is er koud en winderig. Voor
de afdaling doe ik handschoenen, fleece en windjack aan.
Ik blijf nog even voor ca 10 km op en af op die bergkam
fietsen langs San Roque (1270 m) met een groot expressief pelgrimsbeeld dat
tegen de wind optornt en verder langs
Alto de Poio (1335 m). Dan volgt een lange
mooie afdaling van 12 km tot in Tricastella, waar ik stop voor een bocadillo
con jamon. Opnieuw fiets ik in een prachtige groene vallei. In Samos wat
fotoshooting van het machtig groot Monasterio San Julian, één van de oudste abdijen
in Spanje, al in de 6 de eeuw vernoemd.
Sarria is mijn stopplaats. Een stadje om snel te vergeten. In
het oude middeleeuws centrum één straat breed- de éne albergue naast de
andere. Dit is pérégrino terrein. Ik slaap vannacht voor de afwisseling nog
eens in een albergue. Met 10 mannen en vrouwen in een vrij kleine kamer. Minder comfortabel dan in een hostal, maar het maakt ontegensprekelijk deel uit
van het Camino-beleven.
Dag 25 â Donderdag 25/sept â Rabanal del Camino-Ambasmestas â 76 km
Heb vannacht geslapen in de gezellige hospital Cantina El
Tesin. De uitbaatster is een nog jonge Spaanse, die in Leuven (via Erasmus
uitwisseling) heeft gestudeerd. Zij bood direct een massage aan, dus zal het
wel kine zijn dat ze gestudeerd heeft, neem ik aan
Voor vertrek nog even mijn fietsketting proper gemaakt en
bijgesmeerd en de remmen wat bijgesteld. Mijn trouwe tweewieler heeft me (hout
vasthouden) nog niet in de steek gelaten. Geen mankementje, defect of zelfs
geen lekke band Ik heb hem dan ook gekocht in de betere fietshandel Mundo
Cyclo in Attenhoven. Klinkt heel toepasselijk Spaans. (Stephan, dit is wat men
noemt gratis reclame )
Het was weer koud deze ochtend. Vertrokken met handschoenen,
met fleece en daarover windjas. Mijn tenen voelden ijskoud aan hoewel ik na een
kwartier nat in het zweet stond, allé reed. De klim was zwaar maar niet
onoverkomelijk. Je raakt wellicht stilaan aan alles gewend
Na 8 km stond ik op de top (1504 m) , aan het Cruz de
Ferro. Niet meer dan een hoge houten paal met daar bovenop een relatief klein
kruis. Rond de paal een hoop stenen en ander materiaal dat pelgrims daar hebben
achter gelaten. Bij dit eeuwenoude monument gooien pelgrims een steen(tje) dat
ze van thuis hebben meegebracht. Symbolisch leggen ze hiermee een deel van hun
last af in het zicht van Compostella, of als afsluiting van een fase en een
nieuwe stap in hun levensweg. Er stonden nogal wat pelgrims bij die paal. De
sfeer was ingetogen. Elkeen denkt wellicht aan zijn camino.
Mijn steentje is niet van thuis. Ik was de eerste dag al
voorbij Namen richting Dinant langs de Maas aan het fietsen, toen ik me
realiseerde dat ik mijn steentje vergeten was. Geen nood, een paar km verder
lag daar een hoop blauwe kiezel. Ik dacht, of dat steentje nu van Attenhoven
komt of van Namen, dat zal het verschil niet maken, in acht genomen de afstand
die ik nog moet afleggen. Op het moment dat ik in die hoop een kiezelsteentje
neem, passeert daar een fietsend koppel. Zegt de man luid: Mais qest-ce-quil
cherche ce mec la dans ces cailloux? Ikdeed alsof ik het niet gehoord had. Mijn uitleg zou toch enigszins
ongeloofwaardig hebben geklonken
Volgt een spectaculaire afdaling, zegt mijn gids. En of!
Steil naar beneden met haarspeldbochten en diepe ravijnen. Met dichtgeknepen
remmen (en billen) ben ik die berg naar beneden gereden.
Na 10 km passeer ik El Acebo, een oud middeleeuws één-straat
dorp, dat tot voor een aantal jaren bijna verlaten was, maar nu door de
Camino- terug wat opgefleurd is. Het ziet er best gezellig uit op een zon
overgoten voormiddag.
Na 33 km rijd ik Ponferrada binnen. Allez, ver ben ik niet
geraakt want de straten waren afgesloten met nadars en er was geen doorkomen
aan. Reden: dit weekend worden daar de Wereldkampioenschappen Wielrennen op de
weg georganiseerd en tientallenrenners
waren blijkbaar het parcours aan het verkennen. Het heeft me een uur gekost om
de uitvalsweg aan de andere kant van de stad te vinden. Heb dus spijtig genoeg
niet veel gezien van de stad, die toch de moeite waard zou zijn.
Ik passeer nog een paar mooie dorpen/stadjes zoals Cacabelos
en Villafranca del Bierzo. Ik verlaat Leon en rijd Galicië binnen. Bij
Villafranca duiken plots terug (veel) wijngaarden op en met hen de heuvels
Vanaf hier begint ook een 33 km lange klim naar Cebreiro op 1300 m hoogte. De
eerste licht stijgende 16 km doe ik vandaag tot in Ambasmestas. Morgenvroeg
kunnen we weer stevig in de pedalen. Maar ik heb het gevoel dat ik nu alles aan
kan
Ben wat verstrooid geweest vandaag. Tot tweemaal toe
verkeerd gereden wat me 22 km extra heeft gekost.
De streek waar ik doorfietste is enkele keren van gedaante
veranderd. Eerst doorheen hoofdzakelijk bevloeide maïsvelden (d.m.v. smalle
betonnen kanaaltjes, zowat 1 m boven de grond gemonteerd), later door wat ik groot
Hageland zou noemen, en tenslotte werd het ruiger. Deed een beetje aan onze
Kempische heide denken: wild gras met brem, heide en andere stekelige struiken.
Gelijk kwamen ook de heuvels terug en op de achtergrond de bergtoppen van een
massief (waarvan ik de naam niet ken).
Plaatsen om even te stoppen waren: Villar de Mazarife met
verschillende ooievaarsnesten op het dak van de kerk, Hospital de Ortigo met
zijn van Romeinse oorsprong prachtige brug, uniek omwille van zijn lengte met
18 stenen bogen, en uiteraard het middeleeuws stadje Astorga. Vooral de
kathedraal en het voormalig Bisschoppelijk Paleis (van de befaamde architect
Antoni Gaudi) zijn de moeite waard. Op de gezellige Plaza Mayor een cola
gedronken met een tapas van het huis. Heerlijk.
Onderweg zie ik steeds meer (hoofdzakelijk Spaanse) mountainbikers.
Zij hebben hun fiets laten verstevigen zodat ze fietstassen kunnen meenemen.
Hun uitdaging is om de Camino Francés langs het Camino stap-pad uit te rijden.
Als je dan weet dat dit pad soms erg ruw en bijna onberijdbaar is, dan hoor ik nogal
wat straffe verhalen hierover. Fietstassen
losmaken, fiets op de schouder naar boven dragen, terug naar beneden om
fietstassen te gaan halen, met fietstassen op de schouder naar boven,
fietstassen terug monteren en verder rijden
De klim naar Rabanal de Camino viel nogal mee. Vrij lang
maar stijgingspercentages van 3 tot 7 %. Vanaf 8 % beginnen de benen te
protesteren, maar dat was vandaag dus niet het geval. Morgen voormiddag zal het
andere koek zijn. Ik lees in mijn gids percentages tot 10 % en dat gedurende
ca. 8 km
Rabanal ligt op een hoogte van 1150 m, dat is 100 m hoger
dan de Puenta Ibaneta over de Pyreneeën! En dat voel je. Het is hier effenaf
koud wanneer de zon verdwijnt achter de horizon.
Morgen fiets ik over Cruz de Ferro (1500 m) naar Vega de
Valcarce.
Gisteravond omstreeks 21u15 toen ik nog wat mails aan het
lezen was, plots pats: geen licht meer en ook geen stroom meer in de kamer.
Naar het onthaal, maar daar was niemand meer en uiteraard geen GSM nummer om
iemand te bellen. En heb ik mijn goeie zaklamp toch niet in de doos gestoken,
die ik in Saint-Jean Pied de Port naar huis heb gestuurd
Geen ramp, s nachts heb je doorgaans geen licht nodig.
Alleen is het wat vervelend als je op den tast hoogstnodig naar de sanitaire
voorziening moet en s morgens in de pikke donker je fietstassen moet pakken
Omstreeks zeven uur in de ochtend toch even gaan checken of er nog niemand aan de
receptie was. Stond daar een Engelsman in de gang: Did you have electricity
last night?. Aan de intonatie van de stem met bijhorende lichaamstaal kon ik opmaken
dat hij ook in het donker had geslapen
Een groot gedeelte van de dag nog op ca 850 m hoogte door
die oneindig uitgestrekte tierra de campos gefietst. Zo ver als je om je heen
kan zien, niks anders dan gemaaide korenvelden Onbewust moet ik denken aan de
stappende pérégrinos. Ik fiets in ongeveer 2 dagen door die monotone streek.
Zij hebben wellicht 7 tot 8 dagen nodig om daar doorheen te gaan Ik kan me
voorstellen dat ze hun goesting hebben van de tierra de campos Ik heb in
Vlaanderen al mooiere wandelingen gemaakt.
Wel vlak. Mijn uurgemiddelde benadert dat van een
doordeweekse fietsdagtrip in Haspengouw.
Onderweg niet zo heel veel te zien: het dorpje Ledigos met
zijn typische adobebouw (huizen opgebouwd uit blokken leem vermengd met stro
en de muren afgedekt met een lemen pleisterlaag). Sahagun met zijn kerken in mudajar-stijl
(met Moorse invloeden uit het zuidelijke Cordoba).
Maar Léon is echt de moeite waard! Een fleurige kleurrijke oude
binnenstad met een pracht van een 13 eeuwse gotische kathedraal ( 1800 m2 aan
glasramen!) , de in graniet opgetrokken Casa de Botines van Gaudi, de Plaza
Mayor en vele andere bezienswaardigheden. Van alle plaatsen die ik tijdens mijn
tocht heb gezien/bezocht , is dit bij uitstek numéro uno! Ik raad iedereen aan, die
in de buurt van Léon moet zijn, om deze stad zeker te bezoeken. Vaut le
voyage!!!
Morgen fiets ik naar Rabanal, dat is zowat halfweg de 30 km
lange klim naar Cruz de Ferro op 1500 m hoogte, het hoogste punt van mijn
tocht
Dag 22 â Maandag 22/sept â Burgos-Carrion de los Condes â 98 km â 17,5 km/u
Geweldig toch, hoe die Spaanse straten en pleinen vanaf half
vijf beginnen vollopen met volk. Tot vier uur geen kat op straat en dan in een
mum van tijd kan je over de koppen lopen. Een gezellige lawaaierige drukte. Naarmate
de avond vordert, wordt het moeilijk om een vrije plaats te vinden op een terras
van een tapasbar of restaurant.
Heb zelf wat rondgekuierd in de oude binnenstad. Vooral de
kathedraal van Burgos is (langs buiten) indrukwekkend mooi met zijn vele
beeldhouwwerken en ornamenten. Voor een (betalend) bezoek binnen was ik te
laat. Naar het schijnt zouden er nogal wat Vlaamse Meesters hangen.
Het heeft de ganse nacht geregend. Heb slecht geslapen en
was vroeg wakker. Dan heb ik een moeilijk moment: ik vraag me af wat ik doe in
dit bed, alleen en zo ver van huis. Omdat ik hierop niet direct een antwoord
heb, sta ik maar op, vul men fietstassen en ga ontbijten. Dat verdrijft de twijfel.
Na een flinke aanzet (3 km klimmen aan 6% - kwestie van de
benen wat los te rijden) de rest van de dag overwegend een vlakke en zelfs
licht dalende ritgefietst. Het ging dus
vlot vooruit.
De ganse voormiddag met mijn regenjasje gefietst. Links van mij een staalblauwe hemel, boven mij en rechts van mij donkere dreigende regenwolken. Ik was er niet gerust in. Maar ik heb blijkbaar een goede bewaarengel meegekregen die goed zijn 'weer'werk doet. Geen regen gehad.
Heb de hele dag in een glooiende hoogvlakte gefietst die de Tierra
de Campos wordt genoemd. Gedurende tientallen kilometers niets anders dan een
eindeloze zee van goudgele stoppelvelden tot aan de horizon. Waar ik ook rondom
mij kijk, niets dan afgemaaide korenvelden. Geen dorp, geen huis, geen mens,
geen tractor in het zicht Wat ik me heb zitten afvragen is, waar zitten al die
boeren die deze wellicht tienduizenden hectaren moeten ploegen, zaaien,
verzorgen en maaien ? Ook geen graansilos zoals ik er in het noorden van
Frankrijk zoveel heb gezien Moeilijk te begrijpen.
Op de weg de historische stadjes Castrojeriz en Fromista van
nabij bezocht. In Castrojeriz even gestopt voor een bocadillo con jamon de
Serrano, veel lekkerder, voedzamer en zeker gezonder dan de Franse
chocolatines
Mijn weg liep vandaag zowat parallel met die van de
stappende pérégrinos. Ze doken plots op uit een veldweg, liepen wat over de weg
waarover ik fietste en verdwenen dan weer in een veldweg. In de stoppelvelden.
Tegen de middag waren er al wat die het moeilijk hadden, meer strompelen dan
gaan. De meesten zijn immers al van voor zeven uur op pad. Tussen halfdrie en
halfvier verdwijnen de stappers uit het beeld. Rond dat uur zoeken ze in het
eerstvolgende dorp waar ze toekomen een slaapplaats voor de nacht. Wie niks
meer vrij vindt, slaapt in het portaal van de kerk
Vandaag ook een hond aan de leiband van een stapper gezien. Niks speciaal tenzij dat
de hond ook een rugzak droeg, eigenlijk twee, langs weerszijden over zijn rug
gebonden. Ik heb me twee dingen afgevraagd: wat zou er in die rugzakjes steken?
En zou GAIA dit wel OK vinden?
Ik ben halfweg de Spaanse Camino. Nog 420 km te gaan. Slaap
vannacht in de eenvoudige Hostal Santiago. 35 voor de kamer. Avondeten en
ontbijt moet ik in het stadje vinden, maar dat is hier geen probleem.
Restaurants in overvloed. 11 voor een repas pérégrino! Ik ga vanavond
wellicht toch voor iets meer
Morgen fiets ik opnieuw een vrij vlakke rit naar Leon.