In september heb ik een zelfmoordpoging achter de rug gehad. Nog voor deze blog geboren was, toen ik nog alleen stond in mijn verdriet, in mijn pijn en mijn onzekerheden. Ik nam antidepressiva, diegene waar ik niet van kon eten, en mij opfokte... Waardoor ik constant geprikkeld werd, waar ik enorm ambetant werd. Er was geen concrete aanleiding, ik had ruzie met de hobby. Ik ben getrouwd met een lieve man, maar ook ons huwelijk heeft zijn ups en downs. En nu hadden we dus ruzie. Niets speciaals, want er vallen af en toe wel eens woorden bij ons... Nooit erg, en nooit voor lange duur... Maar nu was het anders. Het voelde voor mij anders, ik was op... Ik kon nergens meer aan denken, dan aan vertrekken. Ik sliep al meer dan een jaar niet meer, inslapen was moeilijk, doorslapen een hel. Daarom had de huisarts mij inslaappillen voorgeschreven, en die lagen daar. Ik heb ze allemaal genomen, en in mijn bed gekropen. De hubby kwam naar boven, om onze woordenwisseling uit te praten, maar kreeg geen reactie meer van mij, ik was al weg. Den 100 is mij komen halen en mijn maag werd leeggepompt.. Ik weet er niets meer van, ik weet enkel dat gevoel van voor ik mijn medicatie innam, de ongelooflijke pijn in mijn hart. Dan pas wakker worden op de spoed, de echtgenoot die naast mijn bed zit en mijn hand vastheeft.
Alles is toen in een versnelling gegaan, psychiater en een heel crisisteam psychologen kwamen dagelijks aan huis. Gedurende acht weken, die nu net afgelopen zijn. Een dikke pluim voor die mensen, want die stonden dag en nacht klaar voor mij. Ik heb dit aan heel weinig mensen verteld, bijna niemand wist van mijn depressie af. Mijn zus, die huilend aan de lijn hing, over waarom, en ik die enkel kon antwoorden, dat ik niet sterk was, niet zo sterk als haar. Mijn beste vriendin, die in shock was en ondanks haar eigen drukke agenda en haar gezinnetje, klaarstond om een uur mijn kant op te rijden, om bij mij te zijn. Mijn schoonouders, die direct naar ons zijn gekomen en de kinderen hebben opgevangen, zodat de Ju bij mij kon zijn.
Ondertussen zijn we dus 2 maand verder, en ik heb nog steeds een enorm verlangen om weg te zijn. Ik zal niet snel nog een poging ondernemen, ik heb er mensen mee gekwetst die ik te graag zie. Maar ik heb nog steeds een verlangen om aan dit leven te ontsnappen... Ik zie geen reden om te blijven. De Ju en de kinderen zullen opgevangen worden. Ik weet dat er genoeg mensen zijn die aan mijn kinderen zullen vertellen hoe graag ik hen heb gezien, en die leuke anekdotes kunnen vertellen over mij. Mijn huis is afbetaald en ook de begrafeniskosten zullen gedekt zijn. Ik zal het niet doen, maar ik blijf me alle dagen afvragen waarom ik er nog ben. Ik heb mijn jeugd overleefd, ik heb alle mishandelingen ondergaan, zonder een krimp te geven. In mijn jeugddossier stond er dat ik geschonden uit mijn jeugd ben gekomen. Ik weet dat er mensen waren die stappen hebben ondernomen om mij daar weg te krijgen. Maar ik heb het overleefd... Ik heb de eerste moeilijke jaren na het uit huis gaan overleefd, het alleen wonen, gaan werken om een inkomen te hebben. In een restaurant, alle dagen na school, tot laat in de avond. Studeren, want ik wou mijn diploma halen. Verliefd worden op een jongeman met veel gladde praatjes, zwanger worden op mijn 18e en in de steek gelaten worden door diezelfde jongeman. Stoppen met school, voltijds gaan werken, kind krijgen, huur betalen, werken werken werken. Rekeningen niet kunnen betalen, omdat er pampers gekocht moesten worden, omdat er pap gekocht moest worden, allemaal op mijn eentje. Zonder een krimp te geven... Mijn toekomstige echtgenoot leren kennen, nog een kind krijgen, huwen, een huis kopen, nog een kind krijgen. Mijn schoonzus verliezen, mijn schoonvader die tegen kanker moest vechten... Ik heb het overleefd, zonder een krimp te geven. En nu, net wanneer mijn leven op de rails was, dat alles liep zoals het liep, valt alles weg. Ik heb een prachtige man, ik ben gelukkig getrouwd. Ik heb 3 prachtige kinderen, ik ben een gezegende moeder. Ik heb een huis, ik heb een huisdier. Ik heb een uitgebreide vriendenkring, vele mensen die mij echt nauw aan het hart liggen, ook al horen we elkaar niet vaak... Ik heb alles om gelukkig te zijn, en ik kan het niet.
Alweer een hele week niet geschreven, en da's een goed teken... Dat wil zeggen dat het betert, kleine stapjes tegelijk. Ik probeer niet aan hordespringen te doen, of niet stil te staan, ik probeer kleine stapjes te doen.
Vorige week kreeg ik n mailtje van iemand die me nauw aan het hart ligt. Iemand die mij kent van toen ik, als klein Chineesje, aankwam uit mijn geboorteland. Iemand die mijn familie kent, mijn ouders en mijn broers en zussen. Iemand die blijkbaar wist hoe ongelukkig ik was, heel mijn jeugd lang, en die mij heeft weten rebelleren, ontsporen, terugkrabbelen.