Op het gemakje opgestaan. Ontbijt en gelijk ook lunchpakket gemaakt. Vertrokken om 9.00.
Ik ga nog even een kijkje nemen in het dorp, waar oa de vlaggen hangen van alle 27 nationaliteiten die hier hebben gewerkt aan de Snowy Mountain Scheme, een groots opgevat irrigatie en hydro-elektriciteit plan. Ja, er hangt ook een Belgische.
Na het tanken (de benzine is terug goedkoper aan het worden) terug de weg op, richting Canberra.
Ik ga niet te lang stoppen in de hoofdstad, en enkel een kijkje nemen bij het War Memorial. Een monument en museum voor alle oorlogen waar Australië aan heeft deelgenomen. Ik mag het museum niet betreden met de rugzak (waar mn camera en objectieven in zitten), en besluit het dan maar bij de buitenkant te houden. Ik heb toch niet zoveel tijd over. Nog even een foto van het futuristische parlementsgebouw in de verte, en dan terug de weg op.
Langs de route even stoppen te Goulburn, om er de grootste Merino ram te bekijken. Een standbeeld ter ere van het schapenras wat hier zoveel furore maakt(e). Binnenin een korte uiteenzetting over de geschiedenis van de schapenteelt en wolnijverheid in Australië. Er is ook een bijhorende souvenirshop, waar je oa een T-shirt kunt kopen met een afbeelding van de ram, een T-shirt uit 100% katoen (!).
Ik neem niet de kortste route naar Sydney, maar verlaat de snelweg (grotendeels dubbele rijbaan) en volg de toeristische route langs de kust. Ik ben er niet alleen.
Verder op de route: de Fitzroy Falls (jammer genoeg niet veel water), Hampden Bridge (oude, steen en stalen hangbrug) en de Cambewarra Lookout (waar de mist jammer genoeg het uitzicht verhindert). De krinkelende, op en neer gaande weggetjes, de omgeving en het mistige en druilerige weer doen opnieuw aan Engeland denken. Ik kan de volgende keer beter dichter bij huis blijven!
Aan de kust stop ik nog even bij het Kiama Blowhole, maar het is niet het goede moment van de dag, en behalve de vele toeristen valt er weinig te zien.
De rest van de reis naar Liverpool-Sydney verloopt over express en autosnelweg, waar het opletten geblazen is, want de Australiërs hebben een rijgedrag dat vergelijkbaar is met dat in België.
Wat wel opvalt is het vele groen (bomen) langs de weg naar mijn eindbestemming, terwijl de weg toch dicht bij een miljoenenstad ligt.
Bij aankomst kijk ik even vreemd op als ik het hotel bereik. Ik had dit geboekt omdat het zo ongeveer het enige was dat nog kamers beschikbaar had voor de eindejaarsperiode, aan een betaalbare prijs. Het hotel, onderdeel van de Liverpool Catholic Club, is groot en vrij luxueus, zeker het meest luxueuze van de ganse trip. Ik sleep mijn bagage naar boven en ga eten in de club. Verschillende mogelijkheden aan een schappelijke prijs (nog beter als je lid bent).
s Avonds zoek ik op het net naar de beste manier om morgen het vuurwerk te bekijken. Het duurt even, maar uiteindelijk denk ik een oplossing gevonden te hebben.
|