Om 6.00 word ik wakker. Het is nog zeer stil op de camping, maar ik blijf niet liggen en maak mij klaar.
Het slapen in de wagen is al bij al nog mee gevallen, wel een paar keer wakker geworden, maar telkens weer vlug in slaap geraakt. Rond 2 à 3 uur heb ik gevoeld dat het inderdaad een beetje afkoelt s avonds.
Als ik vertrek zit er nog steeds niet veel beweging in. Ik twijfel even of ik mijn buren niet even moet wekken, maar misschien doet het rammelen van de uitlaat dit wel voor mij.
Het experiment "slapen in de wagen" is deels geslaagd.
Ik ben wel een beetje teleurgesteld over gisteren, ik had toch op zn minst een kleine aardbeving verwacht ;)
Vanuit Adelaide rij ik richting Halls Gap in The Grampians.
Maar onderweg zijn enkele stopt voorzien, de eerste enkele kilometers verder, in het Warrawong Sanctuary.
Ik ben blij dat ik op tijd kon vertrekken, want om dieren te bekijken moet je hier vroeg zijn. Ik arriveer om 8.00, om dan te constateren dat het parkje maar om 9.00 opengaat. Jammer.
Als de poorten dan toch openen valt het park ook wel een beetje tegen. Het is volledig afgesloten, en vele van de dieren die er leven kunnen er in feite niet weg. Dus niet zozeer een beschermd natuurgebied.
De vogels vliegen natuurlijk wel vrij in en uit, maar of de koalas ook naar buiten kunnen weet ik niet. Misschien wel als ze via de bomen over de omheining gaan. De kangoeroe is wel verplicht daar te blijven.
Anderhalf uur later ben ik alweer op weg.
Het grootste deel van de route volgt de snelweg, de M1 richting Melbourne. Die bestaat voor een heel eind uit een dubbele tweevaksweg, maar wordt vanaf Tailem Bend gewoon opnieuw een Highway met een vak heen en een terug. Net voorbij Bordertown (toepasselijk) wordt de grens met Victoria overgestoken. Vanaf nu maximum 100km/uur. Dat was xml:namespace prefix = st1 ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:smarttags" />110 in Zuid Australië.
In Dimboola verlaat ik de snelweg en rij richting Minyip.
Al de ganse tijd bestaat het landschap uit glooiende velden: graangewassen, afgereden graanvelden, weiden met vooral schapen. Alles omgeven door weidedraad en af en toe omzoomd met bomen. Het lijkt een beetje op de heuvels van Engeland, maar dan net iets anders. En warmer natuurlijk. De koele wind van eergisteren is nu totaal verdwenen (gisteren ook al bijna helemaal) en de thermometer flirt weer met de 40°.
Minyip is een klein slaperig dorpje, bij zijn inwoners en de mensen uit de omgeving vooral bekent om zijn graanproductie, maar bij ons meer onder zijn artiestennaam: Coopers Crossing. Thuisbasis van de tv-reeks The Flying Doctors. Hier en daar zijn nog wat gebouwen herkenbaar (de garage, de pub, het hoofdkwartier) maar een en ander heeft wel eens een opknapbeurt nodig. De serie dateert ook al van de jaren 80, en blijkbaar is de grote stroom toeristen al fel verminderd. Ik lijk er hoe dan ook de enige levende ziel op straat te zijn.
Van Minyip naar Stawell en dan naar Halls Gap, de toegangspoort tot het nationale park The Grampians.
Ik huur een plaatsje op de lokale camping en wandel nog even rond voor ik mn tentje opzet. De grond is hier geen beton, al lijkt het er soms wel op. En in het tentje heb ik toch nog (net) iets meer plaats.
Mij lijkt het plaatsje een nieuwe toeristische zone gekregen te hebben, met winkeltjes en restaurantjes, dat moet ik eens checken. Ik ga naar de diner waar we de vorige keer gegeten hebben en bestel er een soepje (deze middag al onderweg een hamburger gegeten).
Daarna tentje opzetten, douchen, verslagen opstellen en doorsturen en hopen dat mijn buren vannacht rustig blijven.
|