Na een heerlijke nachtrust en lekker ontbijt, mag ook wel voor dat geld, eindelijk de rechte meet naar de grens.
We dachten er nog een mooie dag van te maken, de landelijke route te nemen langs een idyllisch bergweggetje. Op zo'n 20 km van de grens, we hadden er intussen al zo'n 150 km op zitten, passeerden we zonder te stoppen een controlepost van het leger. Dat was niet naar die mannen hun goesting. Toen we enkele kilometers verder gestopt waren, omdat we verkeerd gereden waren, stopte er een brommer met een burger en een soldaat. We verstonden ze niet maar we konden aan hun manier van doen zien dat er iets niet juist was. We moeten mee terug naar de controle post en daar was het weer paspoort controle, veel over en weer telefoneren en met hand en tand maakten ze ons duidelijk dat we terug naar de hoofdbaan moesten rijden en via deze hoofdbaan naar de grens moesten rijden. Zo hadden we weer 2 uur achterstand op ons schema. Gelukkig stond er niets anders meer op het programma, dus al bij al viel het nog mee. We konden er, achteraf, nog flink mee lachen.
Zo kwamen we laat in de namiddag aan in het grensdorp Bajgiran waar we op 20 juli de grens moesten oversteken naar Turkmenistan.
Nu nog even een onderkomen voor de nacht zoeken. Het enige plaatselijk hotel was gesloten maar er hing wel een telefoonnummer aan de deur. Wij kunnen ondertussen de cijfers al lezen in het Farsi. Dus ik even bellen, want Seppe zijn belkrediet was al op, en ja hoor we kregen een brave man aan de lijn en die zou binnen tien minuten de deur komen open doen zodat wij konden overnachten in het hotel. Hij contacteerde ook nog het lokale restaurant om ons een maaltijd te brengen en de plaatselijke wisselagent om onze laatste Rials om te wisselen naar de Manan van Turkmenistan. We hebben voor alle zekerheid onze slaapzakken maar uitgerold in de lobby van het hotel, want de bedden en het beddengoed betrouwden we niet. En beneden hadden we water, maar bij nader inzien hebben we dat ook niet gebruikt. Beter vies van je zelf dan van iemand anders was ons motto.
En zo ging onze laatst nacht in Iran van start.
Achteraf beschouwd kunnen wij van Iran alleen maar zeggen dat het een land is met vriendelijke en behulpzame mensen zijn. Van ons geen kwaad woord over Iran, wat de media in Belgiƫ of daar buiten ook mogen zeggen.
|