|
POLDER-PASTORALE
Mijn compagnon neemt mij nog maar eens mee in de schijnbaar eindeloze Polders die ook voor mij stilaan een gezicht krijgen. We rijgen de dorpen en gehuchten aan elkaar als twee pelgrims op weg naar Santiago di Compostella. Hier ligt ons fiets-hart. Een warm gevoel van intens geluk maakt zich van mij meester in deze groene zee van eenvoud. We eten smakelijke boterhammen onder een majestueuze eik, af en toe kruisen we een eenzame fietser die sterk de trappers maalt. Een lekke band pakken we beet met z'n tweeën. Hier kom ik sterker uit. We grappen en grollen en maken foto's in Oude Stoof. Oud, dat wel; maar we geven ons nog niet. Verscholen in de buurt van Absdale maken we twee appeltaarten met slagroom een kopje kleiner. Op mijn papiertje kruis ik de plaatsen aan waar we langskwamen. Een lang lint tussen Nieuw Namen en Stekene. Meerijden in een naamloze, volgzame groep is niets voor ons. Dwingelandij van de lokale Middenstand. Dankbaarheid is een klein gebaar. F.F.
|