Dat zijn de twee hoogtepunten van de ochtend. Om 07u30 en net voor Stouten op Klara om 09u00. Dat en het radionieuws zijn de twee inspiratiebronnen van de dag. Plak daarbovenop de digitale Standaard, de Morgen in het weekend, en wat er anders uit de kast valt. Ik ga altijd op zoek naar een zin of een passage die los van de optimistische of pessimistische, linkse, rechtse of centrum inhoud de aanzet kan zijn tot een idee. Die krijg je dan van ons, en we hopen dat je ons kan volgen of dat je reageert. Wil je het life meemaken: kom dan eens mee met een DIALOOG in Mu.ZEE. Straks ook in Raversyde, Ten Duinen Koksijde en zomaar op straat. Tot daar de reclame.
1. Obsessie, symptomen en karakter
Een paar mooie uitspraken in het De Standaard-Weekblad. Advocate en voorzitter Mensenrechtenliga Kati VERSTREPEN. In verband vingerafdrukken en doorgedreven digitale info: Onze privacy is het slachtoffer van onze veiligheidsobsessie. Hoe wordt bepaald dat je een verdachte kan zijn? Door drie onschuldige databanken met elkaar te kruisen, bijvoorbeeld. Ook in de psychiatrie wordt gewerkt aan de hand van signalen: symptomen die vastgelegd zijn in protocollen. Arnon GRUNBERG noteert in datzelfde Weekblad over een (werk)verblijf: Na mijn week op de crisisdienst kwam het mij voor dat mensen weinig meer waren dan verzameling symptomen. Sommige van die symptomen waren goedaardig, andere minder goedaardig. Dat wat wij karakter noemen, waren chronischesymptomen. Als mensen niet meer zijn dan hun symptomen, voor wie of wat strijd je dan voor eerherstel? En kon je je bewust zijn van je eigen symptomen? Jazeker, dat heet ziekte-in-zicht. We zitten ondertussen aan drie elementen die voor anderen uitmaken wie we zijn: onze obsessieover onveiligheid, de verzameling van onze symptomen die karakter genoemd wordt en de wijze waarop alle persoonlijke info met elkaar gekruist worden tot een een karakterportret.
2. Dekolonisatie(deel zoveel)
De dekolonisatie-dynamiek draait goed verder. Ondertussen loopt de documentaire reeks Kinderen van de kolonie. Uit het De Standaard-Weekbladonthouden we enkele passages.
Pierre(82): Met bestuurlijk gezag is op zich niets mis. Maar het concept van de kolonisatie is onaanvaardbaar? Het wil het wezen zelf van de gekoloniseerde vernietigen. Zijn waardigheid en afkomst worden afgenomen, hij wordt geacht te leven naar het model van de kolonisator, waardoor die hem nog betere kan uitbuiten.
Geneviève(89): Het drama is dat de Belgen Congo niet kennen. Ze weten niet wat er gebeurt. Toen niet, nu niet. Ook in de geesten is het dekolonisatieproces nog niet voltooid. Het racisme en het glazen plafondwaar Congolezen in ons land mee worstelen, zijn daardoor tekenend.
In ZENO De Morgenstaan enkele interessante passages. Zoals van juriste Sandrine EKOFO: Zou het kunnen dat de Belgen in 1960 wel afstand hebben gedaan van hun kolonie, maar dat we ons 58 jaar later nog altijd niet verlost hebben van onze koloniale denkbeelden? Rina RABAU (gemeenteraad Mechelen): Historisch besef is belangrijk omdat het een deel van onze identiteit vormt.De auteur van het artikel sluit mooi af: Op de muur tegenover café Soleil dAfrique heeft iemand geschreven: Elargissons notre vision pour le futur. Het doet me denken aan wat Sandrine EKOFO me zei: Blanken moeten hun denkbeelden over zwarten in vraag durven te stellen. Dat hebben wij, zwarten, ook gedaan. Als we hadden geloofd wat er over ons gezegd werd, hadden we onszelf voor de rest van ons leven tot lijdend voorwerp gereduceerd. Het is nu aan de blanken om te overstijgen wat ze van hun grootouders hebben geleerd.
3. Consequenties
Er is hoop voor de onmogelijkheden van deze wereld. Johan BRAECKMAN lanceert volgend jaar het The Journal of Controversial Ideas, met een top-adviesraad waarin o.a. filosoof Peter SINGER (Australië) en psycholoog Jonathan HAIDT (VS). Ook de Italiaanse filosofe Francesca MINERVA (uit Tricase of all places waar ik jaren terug een tijdje vakanties doorbracht (oostkust nabij Lecce).
In ZENO - De Morgengeeft ze heel regelmatig aan dat de filosofische traditie belangrijk is. Namelijk onderzoeken naar de morele fundamenten van een gebeurteis, een idee, een feit. Ik vind me terug in deze passages: Net zoals Peter SINGER beoordeel ik een actie op basis van de consequenties ervan, want dat is het tegenovergestelde van het deontologisch denken - gebaseerd op de intenties waarbij men ervan uit gaat dat: Als de bedoeling nobel is, de daad dat ook is. Dat vinden wij niet.
4. Realist zijn.
Er zijn nog twee denkers binnengewaaid. Steven PINKER en Maarten BOUDRY. Een artikel in ZENO - De Morgenheeft het over strijdsmakkers tegen het pessimisme. In een vorige leesbui noteerde ik deze passage, waarvan de bron ondertussen helaas verloren geraakt is.
Het vooruitgangsgeloof (van Steven PINKER), die betoogt dat het op de lange termijn altijd maar beter gaat met de wereld, onderschat wel de kracht van het menselijke ingrijpen in de geschiedenis en stemt zelden overeen met de dagelijkse ervaring van wie in het nu leeft.
Voor wie niet zeker is of hij morgen de rekeningen kan betalen, is elk perspectief in de tijd kort. Die urgentie bevordert de gevoeligheid voor politieke programmas die snel radicale veranderingen beloven.
Dat is: bespelen van onder meer onveiligheidsgevoelens of van culturele tradities die, samen met de ermee verbonden klassieke machtsposities, bedreigd zouden zijn. Ze beloven iets vaags op de lange termijn, aantrekkelijke illusies die vrijwel nooit ingaan op de vervelende details van het concrete beleid.
Dat wil dus zeggen dat er een kloof is tussen wat de denker schrijft en wat het lijdend voorwerp meemaakt. Of zeggen ze beiden hetzelfde? Eigenlijk wel, volgens Steven PINKER.Uiteindelijk moet je niet een pessimist of een optimist zijn, maar een realist
Ik houd geen pleidooi voor optimisme, maar een pleidooi om naar de feiten te kijken die we geneigd zijn te negeren.Maarten BOUDRY: Het is mij opgevallen dat pessimisten hun zaak doorgaans bepleiten door de piketpaaltjes telkens te verschuiven
En uiteindelijk worden ze zodanig door de cijfers in het nauw gedreven dat ze blijven steken in iets essentieels wat we zouden missen, een vaag, onleesbaar je-ne-sais-quoi. Dat is wat ze soms letterlijk schrijven in hun stukken. Zij stellen dat het Zijn, met een hoofdletter uiteraard, niet kàn worden gemeten.
We maken hun slotwoorden tot die van ons: Je hoeft niet overal een mening over te hebben. Of, beter: je hoeft niet overal je mening over te uiten.
André met Annick
|