CHINA

5 jaar terug stonden de koffers bijna klaar om onze adoptiedochter op te halen in Changsha (China). Voor ons een onbekende van 2,5 jaar oud. Vandaag spring in het veld en geliefd familielid. Direct na onze thuiskomst in 2005 werd een nieuwe reis gepland
11-08-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dinsdag 10 augustus: Panda Breeding Center Chengdu

Vroeg uit de veren vandaag, om 7 uur ontbijten we en half acht zitten we in de auto naar het Panda Breeding Center een 10 tal kilometer buiten Chengdu. We worden aangeraden om onze chauffeurs te volgen in het centrum omdat zijn de juiste plekjes kennen en ons voor het grote publiek binnen kunnen loodsen, en zo geschiedde. We zien de panda’s ontwaken in hun kunstmatig biotoop. Panda’s hebben veel ruimte nodig omdat ze hoofdzakelijk leven van bamboe. Ze moeten 16 uur per dag eten om zich van de nodige voedingstoffen te kunnen voorzien. Panda’s zijn met uitsterven bedreigd om 2 redenen. De eerste is de mens, we hebben te veel ingegrepen in het biotoop van de panda waardoor er grote stukken land zijn gekomen waar er geen voeding meer is voor hen en de tweede redenen is van genetische aard. De panda is genetisch slecht ontworpen waardoor ze moeilijk vruchtbaar worden en dus moeilijk jongen werpen. Chendu is één van de kweekcentra ter wereld waar men de natuur een handje helpt door kunstmatig in te grijpen. Jaarlijks worden er een aantal panda’s geboren met de hulp van de mens, hier in Chendu tracht me de jongen op te laten groeien tot de leeftijd van anderhalf jaar zodat ze zichzelf in de natuur kunnen behelpen. In het dorpje Qing Cheng waar we een paar dagen geleden waren kwam er in 2005 een panda het dorp in gelopen… gebrek aan voeding of zomaar een uitspatting? Heel schattig was het pandajong dat in de couveuse lag, helaas mochten er hier geen foto’s gemaakt worden. De panda’s worden ook in gebouwen onder ideale condities grootgebracht. We zien er een paar jongelingen aan het werk.


Een beetje verder komen we oog in oog te staan met de zgn rode panda. Dit is eigenlijk geen echte panda maar meer familie van de wasbeer. Toch enig om te zien, lieve snoetjes.


Rond 11 uur is het bezoek afgelopen en keren we terug naar Lazy Bones. We eten er wat en gaan dan zwemmen in het Olympisch zwembad dat de stad rijk is. Veel zwemmen kan je er niet want het openluchtbad zit vol chinezen en die kunnen amper zwemmen. We leren Tsai wat zwemmen en koelen wat af. Het water is verfrissend.

Met de bus keren we terug naar Lazy Bones Hostel en doen het de naam eer aan. Wietse en ikzelf gaan wat biljarten terwijl Tsai wat rondrijdt met een fietsje. Het is een tof hostelletje, coole sfeer en goeie muziek. Men is duidelijk fan van Bob Dylan en Bob Marley. Het is hier echt chillen!!

Helaas duren mooie liedjes niet lang, we mogen natuurlijk niet klagen, maar morgen is onze laatse dag hier in China. Donderdag keren we terug naar België. Het is mooi geweest, zeer mooi. De kinderen hebben zich top gedragen en hebben al bij al een goede tijd gehad mag ik zeggen. Maar nu is het tijd om terug naar België te gaan. Wietse is blij dat hij naar huis mag. Tsai die is hier graag, ze maakt er geen probleem van en vroeg tot nu toe nooit wanneer we naar huis gaan.





11-08-2010 om 05:55 geschreven door china 2010  


10-08-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Maandag 9 Augustus: Chengdu: De tempel van de Groen Ram, Wen Shu Tempel en antiekmarkt.

Vandaag doen we het rustig aan. Met bus 5  gaan we op zoek naar de Tempel van de Groene Ram. Al snel blijkt dat deze tempel in de buurt is van de antiekmarkt die we eerder deze week al bezochten. We gaan er nogmaals heen omdat bij het vorig bezoek de meeste zaken al dicht waren.

De tempel van de Groene Ram dankt zijn naam aan Laozi die er verscheen onder de vorm van twee geiten. Deze tempel is het hoofdkwartier van de Taoisten in Sichuan. Dagelijks vinden er verschillende ceremonies plaats. We lopen doorheen de verschillende paviljoenen om tenslotte uit te komen aan de tempel van de drie zuiverheden. Hier staan de twee bewuste geiten, geen gewone geiten, neen ze zijn samengesteld uit de diverse dieren van de Chinese dierenriem. De snuit van de dieren glanst als goud, pelgrims plegen er graag over te wrijven omdat het geluk brengt. Het hele complex is perfect onderhouden, gangen geveegd, hagen gesnoeid alles tip top.


We steken de straat over om even verder de antiekmarkt van Chengdu te bezoeken. Zo’n markt is altijd een bezoekje waard, ook al wil je er niets kopen. Het ene kraampje na het andere. Gevuld met prularia, brocant en misschien een stuk antiek. De verkopers willen je hun beste waar aanbieden. We kopen er voor 5 euro een koperen pijpje en wat verder een stenen beeldje waarvan we de oorsprong niet kennen maar het gewoon mooi vinden.

We nemen bus 42 om naar de Wenshu tempel te gaan. Het busvervoer is uitstekend geregeld. Aan de halte bij het WenShu complex stappen we af. We moeten even zoeken terwijl het regent. Eens aangekomen in het tempel complex stopt het met regenen. Het entreegeld bedraagt hier slechts 5¥, niets vergeleken met al de andere zaken die we bezochten. En toch krijgen we waar voor ons geld. Hier zijn nog steeds monniken die hun geloof beleiden, ze zitten netjes te wachten tot ze de tempel in mogen om deel te nemen aan het gebed. De jonge mannen dragen fel gele gewaden en hebben een mooi kaal geschoren hoofd. Overal hangt de geur van wierook. De sfeer is sereen.


Deze tempel voorziet zelf in zijn onderhoud. Daartoe baten ze in eigen beheer een vegetarisch restaurant uit. Het complex is gelegen in een geheel van tuinen en parken. Net buiten de tempelmuren is een oude stadswijk gevestigd met allerhande snacks en restaurants. Snack op z’n Chinees dan. Kleine eetstalletjes met gestoomde broodjes, barbecue, Chendu’s specialiteit: konijnenkop op grootmoeders wijze… Wij besluiten nogmaals om te BBQ’en. Lekker!












10-08-2010 om 15:44 geschreven door china 2010  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zondag 8 augustus: Taoïstische berg Qing Cheng Shan.

Voor de veiligheid hebben we gisteren al tickets voor de bus gekocht. Om 9u30 kunnen we vertrekken. We staan om 7u30 op en maken ons klaar. We moeten ook de kamer verlaten want we verhuizen naar een kamer met 4 bedden maar die is nu nog niet vrij. De rugzakken laten we achter bij de receptie in de ‘left lugage’ ruimte. We hebben al gemerkt dat het niet gemakkelijk is om een taxi te bemachigen niettegenstaande er zeer veel taxi’s rijden. Dus staan we vroeg op de straat om er eentje tegen te houden. Vandaag hebben we geluk al na één minuutje kunnen we vertrekken naar het busstation. De rit duurt langer dan voorzien en als we er bijna zijn lopen we vast in een file. Na een tijdje gebaart de chauffeur iedereen uit te stappen. We vermoeden dat het niet ver meer kan zijn maar willen eerst nog weten waar en om hoe laat de bus terug gaat. De chauffeur verstaat ons helaas niet en wij hem niet. Dan maar beginnen stappen, na enkele kilometers komen we aan bij het startpunt van de pelgrimstocht. Veel volk hier, maar geen busstop. Even navraag doen ter plaatse leert ons dat er op het plein rond 18 uur bussen vertrekken naar Chengdu.

We kunnen vertrekken, het hoogte verschil is 1600m en de weg gaat via verschillende paden en trappen. Die kunnen knap steil zijn, dat weten we van Mount Hengshan. Er is ook een kabellift maar die staat in de stijgers. Mount Qing Cheng is een Taoistisch pelgrimsoord. Mensen komen er heen om wierrook te offeren in één van de vele kloosters. De paden lopen doorheen mooi tropisch bos met gevarieerde vegetatie. Het water stroomt naar beneden, regelmatig ook via de paden. Er is hier veel feng shui, helaas worden onze voeten nat. Na een paar uur steile paden volgen en talloze trappen bestijgen komen we aan bij het hoofd klooster, of toch bijna. Het summum is blijkbaar in herstelling en dus niet te bereiken.


We moeten 80m minder klimmen, maar toch spijtig zo krijgen we geen uitzicht over de omgeving. De meeste kloosters zijn aan reparatie toe en daarmee is men volop begonnen. Dit merken we oa aan de dragers die stenen, pannen, houtenbalken ed op de rug naar boven sjouwen. Dit is onmenselijk ! Tot onze ontsteltenis moet blijkbaar al het materiaal met de hand de berg op gedragen worden. Mannen en vrouwen sleuren, meestal op de rug of met een hoofdsteun, kolossale gewichten naar boven. 

De afdaling is niet te onderschatten. We kunnen haast niet geloven dat we zoveel trappen naar boven hebben gedaan, maar het zal wel zo zijn. De afdaling is natuurlijk gemakkelijker maar duurt toch nog een uurtje.Er zijn ook alternatieven: je naar beneden (naar boven kon ook) in een draagstoel. Aangekomen bij het plein, blijken er toch niet zo veel bussen te zijn en moeten we een lokale bus nemen naar het treinstation. Daar onstaat er een gedrum van jewelste om een ticketje te bemachtigen. Zo hebben we het nog niet meegemaakt. Rond 18u30 kunnen we met de bus naar Chengdu. We gaan in de stad op zoek naar de ‘barbecue corner’. Al snel gevonden schuiven we aan . De tafeltjes zijn laag, zoals meestal in China, in het midden zit er een gat waarin een brander staat. Daarop komt een gietijzeren schaal. Je kan je groenten en vlees zelf uit de frigo gaan halen en daarna op de pan roosteren. Lekker, gezellig en goedkoop. We hebben hier wel veel bekijks.





10-08-2010 om 12:55 geschreven door china 2010  


09-08-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zaterdag 7 augustus: Verjaardag mémé Burst.

Vanuit Leshan moeten we terug naar Chengdu geraken om van daar verder te trekken naar Qingcheng Shan. Een plaatsje ten Oosten van Chengdu op zo’n 68 km. Het is een Taoistisch bedevaardsoord, in de stijl van Emeishan, maar dan minder hoog gelegen. We moeten ervoor zorgen dat we in  het juiste busstation terechtkomen om naar Chendu terug te keren, want via dit station kunnen we direct verder naar Qing Cheng Shan (Berg). De man van het hotel zet ons op de juiste stadsbus, maar na een tijdje merk ik dat dit niet het geval is. De bus rijdt weg van het water en het busstation waar we aankwamen was aan de rivier gelegen. Als we willen afstappen begint de chauffeur naar ons te roepen en teken te doen dat we moeten blijven zitten.  Een meisje naast ons spreekt een paar woorden engels en probeert het ons uit te leggen. De chauffeur en nog een paar mensen beweren dat we juist zitten. We blijven dan toch op de bus. Aangekomen in het andere busstation kunnen we inderdaad de expressbus nemen naar Chengdu. Anderhalf uur later zijn we er, maar natuurlijk niet in het juiste busstation. We moeten en taxi nemen naar het Xin Nan Men busstation. Dit blijkt niet makkelijk omdat het te ver weg is. Na een tijdje vinden we toch iemand die ons wil brengen. Aangekomen in het Xin Nan Men busstation  blijken er geen tickets meer te zijn naar Qing Cheng Shan. De info die we kregen in het hotel blijkt niet juist te zijn, er zijn maar 3 bussen ’s morgens.
Dan maar een hotel zoeken en de rest van de dag in Chengdu blijven want het is al middag. We nemen onze intrek in het Lazy Bones Hostel, een goede plek lijkt ons om de laatste dagen van onze reis te verblijven. Er zijn geen kamers meer vrij voor 4, we nemen dan maar eentje voor 3. Het zijn ruime kamers met netjes sanitair en ook de ligging van het hotelletje is goed. Ondertussen is het 15 uur geworden en dus tijd om eens naar mémé van Burst te bellen voor haar verjaardag.. helaas ze is weg met haar …. Haar! Ze belt ons zelf nog later op de dag. Binnen een paar dagen staan we terug in België


09-08-2010 om 05:41 geschreven door china 2010  


07-08-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Donderdag 5 augustus: Chendu.

Na de middag trekken we Chengdu in met de stadsbus op zoek naar een lokale antiekmarkt. Het openbaar vervoer in de steden is heel goedkoop, van 1 ¥ tot max 2¥ voor een rit en die kan wel een uur duren. Het is even zoeken naar de juiste vertrekhalte maar eens op de bus verloopt het vlot. Aangekomen bij de markt slenteren we wat rond tussen de verschillende kraampjes. Er is vanalles te koop. Nep en echt is natuurlijk moeilijk te onderscheiden. We geven onze ogen de kost. Na de markt willen we het park van het volk gaan opzoeken. De kinderen willen graag met een “tuctuc” rijden, een bromfiets met karretje erachter. Al snel kunnen we meerijden, de man voert ons tot aan het park. Chendu is een mooie groene stad met veel ruimte en alles lijkt er goed georganiseerd, maar de afstanden zijn groot. We lopen in het mooie park rond, er zijn verschillende mogelijkheden. Varen met een bootje op het meer, thee drinken in een theehuis, wandelen in de plantentuin tussen de bonzaï, dansen, badmintonnen, en zoveel meer. Het park is sfeervol aangelegd en staat boordevol exotische planten en bomen. Het is een oase van rust en koelte, niet te geloven dat je midden in een miljoenenstad zit. Het is al laat en we gaan op zoek naar een hotpot restaurant. Chengdu is hiervoor gekend. We schuiven aan aan een typische hotpot tafel. Dit is een tafel met een gat in het midden en daarin een vuurtje voor de hotpot. In het restaurant van onze keuze spreekt men enkel chinees en dus is het wat gokken wat we zullen eten. We begrijpen dat je de hotpot matig pikant en pikant kan krijgen. Aangezien we tot op heden steeds héél pikant vroegen en dit ons wel beviel vragen we ook dit keer pikant… De hotpot wordt gevuld met een roodbruine en een heldere bouillon in het midden. De verschillende ingrediënten worden dan in de bouillon gaar gemaakt en gewenteld in een mengsel van sojasaus, sesamolie, look en koriander. Zeer lekker maar geweeeeeeeeeeeldig heet. Dit hebben we nog nooit gegeten zo’n pikante boel. De bouillon is voorzien van chilipepers, sishuanpeper, witte peperbollen en verse groene peper. Eén schep in de bouillon en je hebt een en al pepers vast!! Lekker maar het is even wennen.

07-08-2010 om 09:40 geschreven door china 2010  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Woensdag 4 augustus: Van Shangri-La naar Chengdu.

Vandaag hebben we een reisdag voor de boeg.  Met de bus rijden we een stukje terug naar Lijiang, ongeveer 4 uur bussen. Het zat ons niet mee, volgens sommigen konden we niet via de luchthaven van Shangri- La naar Chengdu vliegen. Iemand anders zei van wel. In ons hotel wisten ze ook niet van een verbinding tussen deze twee steden. Dus boeken we een vlucht van Lijiang naar Chengdu via de website www.ctrip.com. We hadden een slechte internetverbinding, dus was het een werk van lange adem om deze te kunnen boeken maar eind goed al goed dachten we. We zouden op 5 augustus om 00u45 vertrekken op de luchthaven van Lijiang. Daags voordien lopen we op het centrale plein van Shangri-La en komen daar een belgisch koppel met een kindje tegen. We hadden hen enkele dagen voordien leren kennen in de kloof van de springende tijger. Al kletsend vragen ze wanneer en waarheen we vertrekken. Naar Chengdu, wij ook zeggen ze. Morgen vroeg om 10 uur vanaf Shangri-La  en voor minder geld… we zijn verbijsterd. Wij moeten 4 uur bussen en kunnen slechts ’s nachts vertrekken. Nog even nagevraagd of er eventueel nog tickets vrij zijn voor woensdag en eventueel de andere annuleren. Helaas geen tickets meer voorradig. Enfin, niets aan te doen. We vertekken rond 10 uur en nemen afscheid van onze behulpzame hotel uitbater. Aangekomen in het busstation wacht ons een tweede ontgoocheling: de bussen naar Lijiang zitten vol en de eerstvolgende vertrekt pas om 16u20.! Het is nog maar 11uur… wat nu gedaan. In plaats van nog een bezoek te brengen aan Lijiang deze namiddag zullen we enkele uren in Shangri-La vertoeven. Om 16u20 vertrekt de bus, we rijden 4 uur door een prachtig landschap, via de Tiger Leaping George. De avond valt en de zon zakt weg achter de bergen. We komen stipt aan in Lijiang. Met een minivan naar de luchthaven duurt ongeveer 40 minuten. Tegen 9u30 zijn we er. En nu wachten … tot 00u45. Het is een heel kleine luchthaven en dus niet veel te beleven. De aankondigingen van de vluchten gebeurt op een groot wit white-bord met stift! Om 00u30 bericht dat het vliegtuig vertraging heeft… wachten tot 01u50… we landen in Chengdu om 03u30. Gelukkig komen ze ons van het Mixhostel ophalen. En ja waarachtig er staat een jonge man op ons te wachten met een papiertje met onze naam erop: Banbenboorten. Het spellen aan de telefoon is niet gemakkelijk merken we. Om 04u30 liggen we eindelijk in bed.

07-08-2010 om 09:36 geschreven door china 2010  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vrijdag 6 augustus: De grote Boeddha in Leshan.

De dagen gaan snel voorbij, het is al 6 augustus, nog 6 dagen en we keren terug naar Belgenland. Na 2 uur bussen komen we vanuit Chengdu aan in Leshan. We willen vandaag nog een bezoek brengen aan de grote Boeddha. Eerst snel even een hotel zoeken. Er zijn hier echter weinig voorzieningen en het adres dat we uit de gids hebben is blijkbaar gesloten. De man die ons met de fietsriksja naar het hotel bracht leidt ons naar een ander adresje. Ditmaal een chinees adres. Hier zijn de formaliteiten altijd nogal streng. Alles paspoorten worden eerst gescand, dan volledig overgeschreven en daarna nog eens gefotokopieerd. Meestal moet men hiervoor bij een of andere broer langs. Maar we kunnen de bagage kwijt. Met een minibus naar de nadere kant van het water om de 71 m hoge Boeddha te bezichtigen. We worden gedropt aan de hoofdingang. Toegansprijs 160¥/pp (+/-18 €), volgens de reisgids zou het slechts 70 ¥ mogen zijn. Er staat ook een prijs van 90¥ op het bord maar de verkoper zegt ons dat dit niet mogelijk is en probeert ons de tickets van 160¥  aan te smeren. Dit zien we niet zitten. Maar geen mens spreekt hier Engels… hoe geraken we hier wijs uit? Na een tijdje vinden we toch iemand die ons vertelt dat er nog een tweede ingang is, enkel voor de grote Boeddha en enkele tempels. Deze is één kilometer lager te vinden. Inderdaad hier is de toegang slechts 90¥/pp. Het is ondertussen al rond 16 uur, we moeten wat haast maken want het park sluit om 18u30. Na een resem trappen komen we aan bij de grote Boeddha. Hij is inderdaad immens. Vanaf dit punt zien we enkel het hoofd. Er staat nog een lange rij mensen te wachten om te kunnen afdalen. We lopen eerst wat rond in het park errond. De grote tempel staat in de stijgers, het park bestaat uit een gedeelte oorspronkelijk bos. Het is hier heerlijk toeven, want het is een geweldig warme dag. In tegenstelling tot Shangri-La, waar de temperaturen max. 15-22°C bedroegen, is het in Chengdu weer tropisch warm. Deze ochtend was het al 37,5 °C en nu is het meer dan 40°C schat ik. Bij de minste inspanning druipt het zweet uit al je poriën.

Als de rij wachtenden wat minder geworden is beginnen we ook de afdaling naar de voeten van de Boeddha. Hij is in de 18e eeuw uit het rode zandgesteente gehakt. Hij staat met zijn voeten net boven de Min Jiang rivier Door een ingenieus drainagesysteem is hij tot op vandaag staande gebleven. Via een smal trapje uitgehakt in de rotsen komen we beneden aan de voeten van Boeddha. Het zicht is werkelijk indrukwekkend, 71m hoog, voeten 8 m lang en meer dan 300 jaar oud. Het moet een ongelofelijk werk zijn geweest. De klim naar boven is stijl en eindigt in weelderige plantengroei. We lopen nog een tijdje tussen tempels en paviljoenen, de zon begint te zakken en we keren terug naar het hotel. Terwijl we staan te wachten op de bus krijgen we nog een zicht op de liggende Boeddha, ook deze sculptuur is immens groot.













07-08-2010 om 00:00 geschreven door china 2010  


05-08-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dinsdag 3 augustus: Met de jeep op toer.

Vandaag willen we met een 4x4 het landschap en de Tibetaanse dorpjes gaan ontdekken. Op het plein dicht bij het oude Shangri-La staan auto’s, mini bussen en terreinwagens te wachten op klanten. Al vlug vinden we iemand die ons de hele dag wil rondrijden. De meeste mannen die hier staan spreken helaas weinig of geen Engels en soms zelfs geen Chinees. Het is niet gemakkelijk om de man die met ons zal rijden duidelijk te maken wat we willen. Hij belt een kennis de wel Engels spreekt, maar de communicatie via de telefoon is ook niet je dat. We leggen hem uit dat we off-road willen, wat we vanzelfsprekend vinden als je een 4x4 huurt, en dat we de tibetaanse cultuur willen leren kennen. Hierbij duiden we op de kaart ook de kalkterrassen aan. Onze reisgids (Trotter) geeft weinig info over Shangri-la en omgeving. En  dus zijn we zelf ook een beetje te weinig geïnformeerd. Als snel blijkt dat de man met ons aan het rijden gaat over gewone wegen. Na anderhalf uur vraag ik hem even te stoppen en zijn kennis te bellen. Ik leg de man uit dat dit niet de bedoeling was. Een rondrit maken langsheen gewone wegen, we hebben ze nog nooit zo goed gezien sinds we in China zijn, en een landschap dat vnl bestaat uit dennebomen en begroeing konden we ook doen met een minibusje. Hij legt mij uit dat de chauffeur eerst met ons naar een bezienswaardigheid gaat rijden en daarna dorpjes bezoeken. Ik geef de telefoon door aan de chauffeur en we rijden verder. We kunnen niet communiceren en het wordt een stille rit. Na een dikke 2 uur komen we ter bestemming. We zijn allemaal wat ontstemd door de lange rit waar we ons niet aan hadden verwacht. Ook hier is er entreegeld te betalen, 30¥ pp. Via een pad met houten treden komen we aan bij de witte kalkterrassen. Ze doen mij wat aan Pamucale denken in Turkije. Het kalkrijke water sijpelt via diverse terrassen en bassins naar beneden en vormt zo een mooi schouwspel. Na een half uurtje hebben we het wel bekeken rijden we terug naar Shangri-la. Een lange saaie rit. Net voor de stad slaat de man met zijn grote gele terreinwagen dan toch een klein wegje in en rijden we, tot groot genoegen van Wietse, door de slijkerige wegen. Hier komt de 4X4 echt van pas. Doordat het bijna de hele dag geregend heeft zijn de wegen echt bar. We rijden door enkele dorpjes en komen aan bij een klein boedhistisch klooster. Er komt een jonge maar vuile monnik opendoen en onze chauffeur gaat bidden. Ondertussen kijken wij wat rond. Heel veel is er niet te beleven maar het is er wel puur. Na een 20 tal minuten keren we terug en rijden we naar Shangri-La Old town. De dag zit erop. Het laatste anderhalf uur maakt al heel wat goed, maar helemaal voldaan zijn we toch niet. Het kan niet allemaal meezitten op zo’n lange reis

 



















05-08-2010 om 16:43 geschreven door china 2010  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Maandag 2 augustus: Wietse verjaart.
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Vóór we vandaag vertrekken voor een fietstochtje doorheen het vlakke moerasland rond Shangri-La trachten we eerst de tickets te bestellen voor de vlucht naar Chengdu. Het internet verkeer staat hier op een laag pitje en het duurt, naar mijn zin, veel te lang. Je kan in het hostel ook 3G internet ontvangen tegen betaling. Eerst de boel installeren op onze netbook, maar helaas het werkt niet. Dan maar op de chinese PC, met alle moeilijkheden van dien. Uiteindelijk toch de tickets kunnen boeken. 5 augustus, vertrekuur: 00:45 uur. Niet direct het tofst uur om te vertrekken maar we moeten het ermee doen.

We huren een stel fietsen in ons hostel. Een tandem voor Tsai en Mama, voor mij een veel te kleine mountainbike en voor Wietse als verrassing voor z’n verjaardag een elektrisch brommertje. Het duurt een hele tijd vooraleer de zadels van de fietsen in orde zijn. We kunnen vertrekken naar het

Napa meer. De weg is eenvoudig, de eerste links en dan steeds rechtdoor.  Er hangen dikke wolken en af en toe komt er een straaltje zon doorheen. Na een kilometer of twee begint het te druppelen. Snel de regenjassen aan en vrolijk verder. De druppels worden dikker en dikker, even schuilen lijkt ons beter. We zien een schuurtje aan de kant van de weg en duiken hier even onder. Het blijkt echter geen schuurtje te zijn want als we binnengaan zit er een meisje TV te kijken. Dit blijkt een huis te zijn. We vragen of we mogen schuilen, maar er ze begrijpt ons duidelijk niet. Na een tijdje doet ze teken om in de zetel te gaan zitten. Ze is wat eten aan het maken. Ondertussen druipen er een paar mannen binnen. Ze lachen hun tanden bloot  en gebaren te gaan zitten. Ze zijn gastvrij. Ik kijk even rond in de hut, want meer is het niet. Er staan 4 bedden met dikke dekens. Deze zijn nodig, we zitten op 3400 m hoogte, zelfs in de zomer kan het ’s nachts vriezen. Het is minder aan het regenen en we rijden verder. We hebben van fietsen gewisseld want de tandem blijkt een onmogelijk onding te zijn. Na een paar honderd meter kan ook ik dit bevestigen. Zelfs bergaf moet je enorm door trappen. Tussen de vlagen door komen we aan bij een soort tolpoort. Iemand op de weg houdt ons tegen en gebaart dat we tickets moeten kopen. We kunnen er niet omheen, elk 30¥. We kunnen de deal afronden op 30¥ voor heel het gezin. We fietsen door een moeraslandschap omringd met bergen. Het is al een heel eind na de middag en we krijgen honger. Tot nu toe was eten vinden nooit een probleem. Chinezen eten overal en dus is er overal eten te vinden. We zitten nu in Tibetaans gebied en hier is het blijkbaar anders. We fietsen een paar dorpjes door zonder één winkel of eetgelegenheid. Als we bij een Tibetaans huis een dame zien vragen we of we bij haar kunnen eten. Het is geen restaurant noch winkel, maar de dame is direct in de weer voor ons. Ze neemt ons mee naar een bijgebouwtje. Het is de bijkeuken, er staat een TV en de kachel staat warm. Een oude dame komt recht uit de zetel. Een klein meisje kijkt naar de TV. De dame haalt een paar potten noedelsoep boven, schenkt ons jawel , jakboterthee in en reikt ons het brood aan. We hebben geluk, we zitten warm, droog en krijgen eten wat wil je nog meer. De jakboterthee, ik heb er al zoveel over gelezen, smaakt eerst niet zo slecht. Deze thee staat de hele dag warm op de kachel en wordt gemaakt met zoute jakboter. Na mijn eerste kop krijg ik direct een tweede, maar deze laat ik staan want ik heb schrik dat de combinatie van jakboterthee en noedelsoep niet al te best zou kunnen bevallen.
Ook hier is het een schouwspel dat zo uit de middeleeuwen zou kunnen dateren. Boven de houtgestookte kachel hangt vlees en kaas te drogen. Het plafond ziet zwart van de rook. Tegen de muur staat er een kast met foto’s van het Potala in Lhasa en allerhande relikwieën. We zitten rond de kachel op lage houten banken met dekens erop. In de kast naast me staat ouderwets keukengerei. Spijtig dat we niet kunnen converseren met de dames, ze spreken geen Engels noch Chinees. Dan wordt het moeilijk voor ons. De dames zijn in traditionele kledij en ik had graag een paar foto’s gemaakt. Eerst zien ze het niet zitten, zoals meestal. Maar ook hier werkt mijn truck om ze toch voor de lens te halen. Met gebaren probeer ik hen wijs te maken dat ze naar de foto op mijn toestel mogen kijken. Als dit lukt is het ijs meestal gebroken en staan ze toe dat ik meer foto’s maak.
Na de maaltijd fietsen we nog even verder om het meer te fotograferen. De weg gaat bergaf en ik zie het niet zitten om nog verder te gaan met mijn ‘onding’ tandem. Ik kan Hilde enkel bijhouden als ik constant recht op de trappers ga staan… Gelukkig is Wietse met een gemotoriseerd voertuig en kan hij soms wat trekken. Hij geniet met volle teugen van zijn verrassing. Als we onderweg stoppen doet hij extra rondjes met Tsai achterop. Het is meer een elektrische fiets dan een brommer, er is dus weinig gevaar. Na een tijdje beginnen de batterijen verstek te laten, we zijn dan ook een stuk verder gefietst dan voorzien. Wietse kan niet meer voor hulpmotor spelen. De batterijen zijn net gepast om de laatste kilometers tegen lage snelheid af te leggen.

Het landschap is mooi, weiden worden afgewisseld door moerassen, hierin lopen jak’s, paarden, geiten, zwarte varkens en af en toe een hond. De dieren zijn hier meester en lopen rustig de straat over wanneer zij er zin in hebben. Gelukkig is het weer gestopt met regenen.

Het is nog te vroeg om te eten en we nemen nog wat plaats in het gezellige café/restaurant/receptie van het hostel. De eigenaar draait goeie muziek en de typisch tibetaanse kachel staat aan. Rare gewoonte hier, de kachel brandt en alle vensters staan open. Plots komt de eigenaar met een doos aan zetten en plaatst deze op de tafel voor ons. Wietse merkt nog op dat hij op weg is met een neptaart, maar het is een echte taart die we bestelden voor zijn verjaardag. Dit had hij niet verwacht. We eten eerst en sluiten daarna de dag af met een stuk Chinese taart. Wietse is nu 13 jaar

05-08-2010 om 16:14 geschreven door china 2010  


02-08-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.enkele foto's













02-08-2010 om 16:44 geschreven door china 2010  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Enkele foto's van de laatse dagen.

























02-08-2010 om 16:40 geschreven door china 2010  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Woensdag 28, donderdag 29 juli: Dali - Lijiang

Woensdag 28 juli: Van Dali naar Lijang.

De bus is weer eens op tijd en we vertrekken naar Lijiang, het regen pijpenstelen. Ideaal om een 4 tal uur op de bus te zitten. De route gaat via een groot stuk natuur. We rijden een hele tijd in de wolken, mist zoals je wil. De weg is zeer goed en de reis verloopt heel vlot. Aangekomen in Lijang nemen  we een taxi die ons naar het Panba hotel brengt. Taxi’s zijn niet duur, de rit kost ons 8¥, of ongeveer 1 € voor ons alle 4. Panba hostel is een typisch backpackers hostel, ze hebben “dorms”, kamers voor 4,6 of 8 personen. Er is echter geen dorm vrij en we krijgen de kamer met 4 bedden en badkamer voor een kleine meerprijs.

De rest van de namiddag lopen we rond in het oude Lijiang. Het is een stadje vol oude Chinese woningen, met talloze kleine kanaaltjes en bruggen ertussen. Het straatje van ons hotel geeft na een 10 tal minuten wandelen uit op de oude dorpskern. Lijiang is echter vergeven van winkeltjes, restaurants en massa’s Chinese toeristen. Als het donker wordt zijn alle huisjes, bomen en pagodes verlicht, een typisch Chinees schouwspel. Na het slechte eten, de eerste keer in meer dan 3 weken, maken we een wandeling rond het meer van de zwarte draak. De weg er naartoe loopt langs een klein stroompje met vele wilgen er rond. De avond valt en ook hier is alles verlicht. In het midden van het meer staat een paviljoentje en een typisch Chinese brug. Het is een mooi en aangenaam parkje en er zijn veel minder chinezen dan in het centrum.

Donderdag 29 juli: Fietsen naar Baisha.

Vandaag besluiten we de omgeving van Lijiang te verkennen met de fiets. We wandelen opnieuw door het oude Lijiang, het is nog vroeg en nu zijn er nog weinig toeristen te bespeuren. De fietsen verhuurders zijn moeilijker te vinden dan we dachten en niemand in de straat blijkt het plein van Mao te kennen. Uiteindelijk vinden we het plein en kunnen de fietsen huren. Wietse huurt een koersfiets, Hilde en Tsai een tandem en ikzelf kies voor een mountainbike. We krijgen een plannetje mee om naar Baisha te fietsen. Na een dik half uur fietsen hebben echter tegenslag, de fiets van Wietse heeft lekke band. Ditmaal staan we wel in de middle of nowhere… Ik kreeg van de verhuurder een telefoonnummer mee, maar niemand verstaat een woord Engels aan de telefoon en blijkbaar valt zijn euro niet dat we eventueel panne zouden kunnen hebben. Ik besluit het voorwiel uit de kader te halen en hiermee terug te fietsen naar het dichtstbijzijnde pompstation. Ik laat het wiel zien en ze sturen mij verder de staat in. Dit gaat zo een tijdje aan de gang totdat ik begin te vermoeden dat ze mij van de kast naar de muur sturen… Uiteindelijk klamp ik een jongere aan en toon hem de lekke band, draai het nummer van de verhuurder en gebaar hem mijn probleem uit te leggen. 10 minuten later komt er iemand met herstelgerei en is de band gemaakt. Na een uurtje oponthoud kunnen we verder. Niet zonder dat ik het herstelmateriaal van de man meegenomen heb.

Baisha is een kleine boerendorpje op 10 km van Lijiang bewoond door de Naxi bevolking. Het is hier heel rustig vergeleken met Lijiang. De meeste toeristen hier, zijn met de fiets gekomen. De lokale bevolking probeert een graantje mee te pikken van het toerisme door allerhande prularia te verkopen. We komen echter ook terecht in het huis van de wereld bekende dokter Ho! Merkwaardig man van 87, hij vraagt onmiddellijk uit welk land we komen en stopt ons dan allerlei artikels onder de neus over zijn persoon. Hij is bekend geworden door zijn kruidenkliniek. Het huis hangt boordevol knipsels uit kranten en tijdschriften. Er komen een lading Nederlander toe en hiervoor heeft hij meer belangstelling dan voor de Belgen. Balkenende en Maxima waren ooit bij hem te gast. Hij weet de groep goed te onderhouden. Uitzonderlijk moeten we hier géén ingangsgeld te betalen. We zetten de namiddag verder en gaan iets eten in een aangenaam en gezellig eethuisje. We fietsen op ons gemak terug naar Lijiang. We gaan verder op zoek naar aangepast schoeisel voor Mama en Wietse om de volgende dagen een trekking te maken in de befaamde kloof van de springende tijger. Voor mama vinden we al snel stapschoenen, Wietse heeft een 45 en dit is bijna onvindbaar in China. Maar de aanhouder wint. In een winkel type “Stock Americain” vinden we een gamma wandel- en stapschoenen en waarachtig ook maat 45.
Na onze slechte ervaring van de vorige avond besluiten we om in de nieuwe stad op zoek te gaan naar de plaats voor hotpot en BBQ. Aan elk kraampje vind je een groot assortiment brochettes met vlees, vis en groenten. Je kan ze laten grillen op de BBQ of in de hotpot laten gaar sudderen. Het was een heerlijke maaltijd voor geen geld. Enig nadeel: de stoeltjes zijn heel klein en dus niet op Europese mensen maat.

 

 

 

02-08-2010 om 16:31 geschreven door china 2010  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vrijdag 30 juli: tweedaagse langs de kloof van de springende tijger
Klik op de afbeelding om de link te volgen

Om 6 uur uit de veren, 7 uur de taxi in naar het busstation en om 8 uur de bus op naar het dorpje Qiaotou. Na een twee tal uur rijden komen we er aan. We kregen in ons hostel een adresje waar we onze bagage kunnen achterlaten. Dit zal nodig zijn want we willen een tweedaagse wandeltocht maken naar de middel kloof van de Yangtzerivier. Het is al vrij laat (11u) en we twijfelen even of we de tocht nog zullen aanvangen. Het is 6 tot 7 uur stappen en het is hier rond 7 uur donker. Maar de weersomstandigheden zijn goed dus lijkt het ons beter om vandaag het grootste stuk van de tocht te maken. We pakken het hoogstnodige in onze rugzak en laten de rest van de bagage tegen een kleine vergoeding achter in het Tibetaanse hotelletje. We vragen hen ook de was te doen, zodat deze klaar is als we ’s anderendaags terug komen. Elf uur dertig we zijn startensklaar. Na een paar honderden meters over de weg te lopen begint het pad naar boven. Het is 2 uur klimmen met als hoogtepunt de 28 bents of de 28 bochten op het laatste van de klim. En of dat het lastig was, we hebben gepuft en gezweet en er leek geen eind aan te komen. Omdat we laat vertrokken waren konden we ons ook niet al te veel pauzes veroorloven… Het eerste deel van het traject werden we gevolgd door 3 mannen op hun muilezel. Ze vroegen ons beneden al of we van hun service gebruik wilden maken. Ze rekenen erop dat je hafweg forfait geeft en toch van hun diensten gebruik wil maken. Maar dan kennen ze ons nog niet goed. Opgeven staat niet in ons woordenboek! Langzaam maar zeker kruipen we naar boven.. De manen met de muilezels hebben afgehaakt. Onderweg hebben we het gezelschap gekregen van 2 berggeiten We geven ze al snel een naam, de grootste noemen, we Wietse en de kleine fijne Tsai. Neen, dit is maar een grapje. Wietse en Tsai klommen met gemak naar boven en zaten meters voorop ons op te wachten. Ongelooflijk hoe die 2 naar boven kunnen stappen. Van zodra we hoger in de bergen komen moeten we weer tolgeld betalen, elk 10¥. Er wordt hier duchtig van geprofiteerd, een beetje verder is er een vieuwpoint: 8¥ om een foto te maken. Enfin  we begrijpen dat de mensen hier iets willen bijverdienen maar het is opvallend hoe je in China voor alles entreegeld moet betalen. Als je de kloof via de andere route, via de rechteroever wil benaderen moet je per persoon 130¥ of  ongeveer 15 euro per persoon ophoesten. Dit terwijl wij het mooiste zicht zullen krijgen op de kloof. Als we goed doorstappen kunnen we tegen 18u30 aankomen bij een hostel, Half Way genaamd. Eens het hoogste punt voorbij, na een 3tal uur klimmen, gaat het pad één uur naar beneden om dan vrij vlak verder te gaan tot aan het hostel. Het is een mooi pad met af en toe schaduw, en dat is nodig want de zon brandt. De kinderen stappen goed door, vooral Tsai is in haar nopjes en dartelt maar verder samen met Wietse. Ze zijn compagnions tijdens de route geworden. De laatse km naar het hostel gaat nog stevig bergop, voor ons een laatste inspanning, voor Tsai een reden om nog tebeginnen lopen en flikflaks te maken.

%%%FOTO1%%%


Na bijna 7 uur stappen komen we moe maar tevreden aan in ‘Half Way’, hopelijk hebben ze nog bedden vrij want we zijn bij de laatste die vertrokken waren. We hebben geluk. Het hoger gelegen terras geeft een mooi uitzicht over de bergen, we genieten nog even voor de zon ondergaat.

Zaterdag 31 juli: dag 2 van de trektocht.

%%%FOTO2%%%

Vandaag vervolmaken we de rest van de tocht. Het pad volg de hoogtelijnen langsheen de rotsen en meerdere wondermooie watervallen. Ook vandaag zijn onze berggeiten in hun nopjes. Na een kleine twee uur komen we aan in Tina’s guesthouse. Dit is het punt waar je een minivan kan boeken om verder te rijden naar Shangri-la of Lijiang. Je kan er ook verder afdalen naar het bruisende water van de Yangtze. 3 uur heen en terug. Wietse, Tsai en ikzelf zijn kandidaat, Hilde twijfelt echter omdat ze het de vorige dag nogal moeilijk had. Maar dat gold ook voor mij, maar ik zou het zonde vinden om zo ver te komen en de kloof van de springende tijger niet van dichterbij te hebben gezien. De vorige dag hadden we dikwijls een prachtig zicht vanuit de hoogte, maar van dicht bij is het toch nog anders. Om half twaalf starten we de afdaling met . een groepje van drie Chineze die we de vorige dag leerden kennen. De afdaling is stijl en soms moeilijk door losliggende stenen. Na een uurtje krijgen we een eerste zicht op de kolkende Yangtze rivier. Enkele kilometers voorop stromen 3 rivieren samen in een breed bekken. De rivier is hier makkelijk 15Ometer breed. Op dit punt van de kloof is het maximaal nog 10 tot 15 breed. Er ontstaan grote schuimkoppen op het melkchocolade bruine water, en er zit een enorme stroming op het water. Ook op deze plaats betalen voor  foto’s, 2¥ pp. We stappen nog wat verder om via een houten hangbrug op een grote rotsblok te komen en vlakbij het water te kunnen. Het lawaai hier is oorverdovend. We verblijven hier een tijdje, de kinderen zitten met de voeten in een klein riviertje dat wat verder in de Yangtze stroomt. Daarna starten we de weg terug. Ook hier tol betalen, 10 ¥ pp. Deze gaat via een aantal klimladders en trappen stijl omhoog. Soms is het stijgingspercentage 80% laten we ons wijsmaken. Opnieuw zijn het onze berggeiten die met alle plezier naar boven klimmen, wij hebben het véél lastiger en moeten regelmatig een tussenstop inbouwen.Eens boven zijn we wederom voldaan. We nemen een Naxi sandwich, een soort plat brood gebakken op de steen gevuld met ei en sla en tomaat. Lekker. Om 16 uur hebben we met de 3 chinezen afgesproken om de minivan te delen om naar Shangri-la te reizen. 5O ¥ pp voor een rit van 3 tot 4 uur. Deze prijs valt ons nogal mee. Het eerste uur is nogal avontuurlijk verlopen. We moeten terug naar Qiaotou om onze bagage op te pikken en dan verder te reizen. De weg ernaartoe is werkelijk een zware off road piste te noemen, met enorme putten en bulten, slijkerige stukken met diepe plassen. Hoe ze hier met die minibusjes doorgeraken is ons nog altijd een vraagstuk. Na een kwartier rijden is er een blokkade op de weg alle busjes staan stil. Er ligt een enorme berg grond op de weg. We denken aan een landverzakking. Er is een kraan aan het werk. Blijkt dat deze kraan gewoonweg de berm aan het afgraven is en alle aarde simpelweg op de weg aan het stallen is. Er doen geruchten dat we hier minstens één uur zullen stilstaan, gelukkig komt de kraan na een tijdje naar beneden en maakt een stukje van de weg vrij zodat de minibusje door kunnen. We hobblen rustig verder en na 20 minuten opnieuw blokkade. Blijkt dat ze de weg nog aan het aanleggen zijn en er staat een kraan dwars over de weg. Opnieuw iedereen uit de busjes en kijken. We komen als laatse aan bij de blokkade en kunnen gelukkig snel weer door. Na een uur op deze stoffige piste komen we bij het hostel waar onze bagage staat. We pikken ze snel op en zetten onze weg verder naar Shangri-la, de weg is veel beter en het tempo ligt heel wat hoger.Onderweg begint het terug te regenen, en enkele     kilometers voor Shangri-La ligt er sneeuw op de weg!!!
Brrr koud hoor. We komen aan en gaan met de Chinezen mee naar een youth hostel waar we ons installeren. Daarna laten we ons wat lekkers klaarmaken en kunnen we ons nog verwarmen bij een houtkacheltje. Moe kruipen we in ( weeral een zeer hard) bed.












02-08-2010 om 16:25 geschreven door china 2010  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zondag 1 augustus: verkenning Shangri-la.

Zondag 1 augustus: verkenning Shangri-la.

Gisteren avond kwamen we aan in de regen, we namen snel onze intrek in het hostel van onze Chinese vrienden. Het is niet 100% onze zin en we besluiten te verhuizen naar een hostel op het platte land, een 5 tal km van de hoofdstad. Shangri-la is een naar Chinese normen kleine stad. Als je 5 km rijdt ben je al op het platteland. We maken een wandeling door het oude gedeelte van de stad. De Tibetaanse invloed is hier goed te merken, overal hangen de bekende gebedsvlaggetjes. Spijtig genoeg heeft de toeristische industrie zijn werk gedaan en zijn de straten bezaaid met souvenirwinkeltjes, eethuisjes, kledingzaken ed. Op het einde van een van de straatjes komen we aan bij een tempel met de grootse gebedsmolen ter wereld (zegt men hier). De gebedsmolen is inderdaad heel groot en we moeten met 4,5 mannen zijn om hem in beweging te krijgen.

Na de middag willen we het Songzalinklooster gaan bezoeken. Naar het schijnt moeten we de blauwe bus 3 hebben. Maar die wil maar niet komen. Dan maar iemand gevraagd die ons wil voeren, voor 10¥ voor ons allen kunnen we niet langer wachten. Hij brengt ons naar de ingang van het klooster. Blijkt dat we hier 85¥ moeten betalen ipv 30¥ zoals de gids vermeld. Deze prijs is van 3 jaar geleden laat de jonge dame achter de kassa mij weten. De prijzen zijn hier het laatste jaar enorm gestegen hebben we de indruk als we ze vergelijken met deze in de verslagen van reiswijzer en de gidsen. Het klooster is een gebouwencomplex waarin monniken leven. Momenteel is men bezig aan de heropbouw van het middengedeelte. De andere gebouwen zijn al gedeeltelijk gerestaureerd. Het is er aangenaam toeven. We lopen rond in de straatjes met gebouwen in gestampte aarde. Zoals in de middeleeuwen mag ik als man enkel de keuken betreden. Het is ook een terugkeer in de tijd. Wat verder weg staan houten gebouwtjes met plastiek zeilen, ik vermoed dat hier de bouwvakkers in verblijven en ga een kijkje nemen. Er is weinig volk te bespeuren. Er lopen twee jonge meisjes rond en ik vraag hen of ze op de foto willen. Ik probeer wat te praten maar dat is moeilijk. Ze laten mij de slaapruimtes en de keuken zien. Dit is de andere kant van de medaille. Deze bouwvakkers werken uren per dag met heel primitieve middelen en wonen naast de werf in barakken. De meisjes willen eerst niet op de foto maar vinden even later toch wel fijn. Als we terug naar de stad willen merken we dat de busjes niet blauw maar groen zijn. We springen erop en rijden terug. Het valt ons op dat deze bussen zo langsheen het kassacomplex rijden. Ook in de tegenovergestelde richting. Dit betekent dat je zo geen entreegeld hoeft te betalen. Later komen we nog mensen tegen die we de vorige dagen tegen het lijf lopen die deze bevinding bevestigden… spijtig van het geld.

We eten hotpot en daarna worden we opgehaald door de minivan van het hostel. Het is een typisch Tibetaans huis in het midden van de weiden tussen de jaks. Bijna volledig in hout opgetrokken. Alhoewel het vandaag een mooie dag was is het ondertussen beginnen regenen, maar gelukkig is het binnen warm. Het hostel is gezellig ingericht met veel houtsnijwerk. De uitbater laat ons wel weten dat de elektriciteit in deze regio vanaf 19 uur op rantsoen is. Er is enkel een generator voor de beneden verdieping. Kaarslicht is ook heel gezellig.

02-08-2010 om 06:03 geschreven door china 2010  


01-08-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.MOEILIJK BEREIKBAAR
momenteel zitten we wat afgelegen en is internetten wat moeilijk.
Binnenkort meer nieuws
groetjes quinten en co

01-08-2010 om 04:52 geschreven door china 2010  


28-07-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dinsdag 26 juli: De oostkant van het Erhai meer.

Vandaag besluiten we de overzijde van het Erhai meer te bezoeken. Het Erhai meer is een uitgestrekt meer van 9km bij 43 km lengte. De Chinezen vergelijken het met de vorm van een oor. Het plan is om het meer over te varen en dan in het dorpje Wasa een wandeling te maken, te picknicken en daarna een goed plekje te zoeken om te vissen.
Volgens de Trotter reisgids die we bij hebben zijn er verbindingen tussen Dali en de overzijde van het meer. Als we zitten te ontbijten komt de kapitein (de man is visser van beroep en op zijn visitekaartje staat dat hij kapitein is) van gisteren weer opduiken en vraagt wat onze plannen zijn voor vandaag. Hij is een vriendelijke man, maar we zijn niet echt blij dat hij er weer is om tijdens ons ontbijt zijn diensten te verkopen. Hij geeft niet af en we vertellen hem dat we het meer over willen om daar te wandelen en vissen, dus geen bezoeken, markten of dergelijke. We willen juist naar de oostkant van het meer om weg te zijn van het over toeristische Dali. Hij brengt ons op de hoogte dat er alleen toeristische overtochten zijn en dat de tickets 150¥ kosten per persoon. Dit is ons te veel, maar we geloven hem niet helemaal. Ik doe een poging om meer te weten te komen. De informatie van onze kapitein blijkt te kloppen. Hij stelt voor om ons met de wagen rond het meer te voeren. We staan in twijfel maar kiezen uiteindelijk toch voor de wagen. Het is opnieuw de broer van kapitein Zhau Yan Bin die ons zal voeren. Het is een zwijgzame, niet opdringerige man die ons gisteren goed vervoerd heeft. We hebben een rit van ongeveer anderhalf uur voor de boeg. Het eerst gedeelte van de route gaat over zeer goede en enorm brede (soms 4 rijvakken, buiten proportie) wegen. Als er plots een huis in het midden van de weg opduikt is het gedaan met de pret en verandert de weg in een piste. Rode aarde in combinatie met water maakt van de weg een echte modderpoel. Soms zijn er putten zo diep dat de wielen er voor de helft in verdwijnen. De chauffeur blijft er kalm bij en we hotsen en hobbelen nog een 45 minuten verder. De wagen zit helemaal onder de modder.

Onderweg stoppen we eens en laten ons overzetten met een treksloep naar een klein eilandje met een  tempeltje erop. Het piepkleine eilandje staat vol met Bai vrouwen, een deel stapt in de sloep om terug te keren. Naast de tempel staan allemaal kleine houtskoolvuurtjes opgesteld. Jammer het feest is hier net gedaan blijkt want tegen de tijd dat wij aanmeren is alles bijna opgeruimd. De vrouwen hebben vissen en garnalen mee. Misschien is er hier een soort marktje aan de gang geweest. We weten het niet, spijtig want het zou een mooi schouwspel geweest zijn, denken we. Terug aan de kade zetten we de reis verder naar Wasa. Na een 10 tal minuten zijn we er. Het is een vissersdorpje. De weg stopt aan het meer. Hier kunnen we een mooie wandeling maken volgens de Trotter. Er is geen toerist te bespeuren en we worden continue aangekeken. De chinezen hebben op dit vlak geen schroom en kijken je aan van onder tot boven en blijven je zo minuten lang nakijken. We zijn het ondertussen al gewoon.  Van wandelwegen is er weinig te bespeuren ( een raad voor toekomstige China reizigers: schaf een ander gids aan dan de Trotter). We zoeken zelf onze weg en wandelen langsheen een nieuw getrokken grindpad met zicht op het meer. De zon komt ondertussen af en toe door de wolken, de temperatuur stijgt snel. We picknicken in een kleine baai langs het water. Hier zijn enkele vissers juist de netten aan het binnenhalen. Ze zeggen weinig maar bieden ons toch een soort kokosmat aan om op te zitten. Het net wordt met behulp van een dieselmotor binnengesleept. 2 mannen gaan regelmatig het water in om de touwen aan het net vast te knopen en zo komt het net langzaam maar zeker op het land. Het net is 10 tallen meters lang en het binnenhalen duurt uren. Aangezien we het einde van het net zien naderen besluiten we om te blijven om toe te kijken hoe de vangst eruit ziet. Twee vrouwen en twee mannen halen het net binnen en op het einde komt de vangst naar boven. Massa plankton, kleine visjes en 2à3 grotere vissen. De kleinere vissen worden gesorteerd in een rieten mand en de grote vissen worden in een leefnet in het water gelaten. Als je hier, en ook in de rest van China, vis bestelt ben je altijd zeker dat hij vers is. Aan de straatkant van de restaurantjes staan steeds leefbakken of schalen met water, zuurstofpompjes en de zwemmende vissen.

We keren terug naar de wagen en gaan samen met de chauffeur op zoek naar een geschikt plekje om te gaan vissen. We lopen op een smal verhard padje om zo dicht bij het water uit te komen. Deze muurtjes lopen nog een stuk door in het water zodat je omringd bent met water. Ideaal om te vissen. Er zitten wel veel waterplanten en lelies in de weg, maar met een lijn van 7,50m was het geen probleem. De chauffeur is zelf visser en had voor Wietse al wormen gezocht. Ook leerde hij Wietse enkele kneepjes van het vak. Na een paar minuten hing de eerste vis al aan de haak te spartelen! De dag kon niet meer stuk. De uiteindelijke vangst bedroeg 2 visjes maar hopen van plezier voor de visser in kwestie.

Terug in Dali genieten we van een heerlijke maaltijd. Kraakverse groentjes, asperges, aubergine, chinese bieslook … levend verse rivierkreeftjes en gefermenteerde sojabonen met rundvlees… mmmmm. ²









28-07-2010 om 10:24 geschreven door china 2010  


26-07-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Maandag 26 juli: Dali en het Erhaimeer.
De dag begint slecht: het regent al de hele morgen pijpestelen. We trekken onze regenjassen aan en gaan op zoek naar ontbijt. We kiezen voor western breakfast omdat de kinderen dit graag hebben en om eerlijk te zijn zijn we zelf ook geen grote fans om ’s morgens al noedels te eten. Het ontbijt is dik in orde maar het regent nog steeds pijpestelen. Wat nu gedaan onze plannen vallen letterlijk in het water. Onderweg op zoek naar een gelegenheid om te ontbijten werden we aangesproken door een man die ons in de buurt wou rondrijden. Hij vraagt echter 200¥ per persoon en dit is ons te veel. Als we zitten te ontbijten is hij er weer en stelt voor om ons allen rond te rijden tegen 120¥ en deze prijs is voor ons 4! We gaan op het voorstel in omdat het nog steeds aan het regenen is, wat moeten we anders? Eerst naar het hotel om wat warmere kledij. De broer van de man voert ons en een half uur later zijn we op weg. Eerst gaan we naar een bedrijfje, nu ja een achterplaats, waar men batic maakt.

Er zijn twee mannen bezig de stoffen te kleuren. De chauffeur toont ons hoe de batic gemaakt wordt. Echt de moeite. Er worden talloze knoopjes in het ongebleekte katoen gelegd en daarna worden deze stoffen gekleurd met natuurlijke indigo, afkomstig van de planten uit de tuin. De andere kleuren zijn synthetische kleurstoffen. De mannen roeren in wokpannen met diverse kleuren. Ze worden verwarmd met eenvoudige kolenvuurtjes. Het is een ambachtelijk gedoe. De mannen staan de hele tijd in een zweem van dampen en uitlaatgassen. Ze drenken met grote handschoenen de stoffen in de kokende wokken en wassen daarna de stoffen weer uit. Deze worden in een grote zwierder droog gemaakt waarop de vrouwen de stoffen te drogen hangen. Allemaal handwerk!!


De chauffeur rijdt met ons verder naar Shaping. Daar is er een traditionele Bai markt te bekijken. Ondertussen is het gestopt met regenen, maar goed ook. We lopen rond op de markt door de slijkerige wegjes tussen de geïmproviseerde kraampjes. Het is een heel kleurrijk geheel. De vrouwen zijn meestal in traditionele kledij, in combinatie met alle groenten en fruit is het een kleurrijk schouwspel. Een lust voor de fotograaf. Iedereen wil ons wel wat aansmeren maar na een tijdje is er een vrouw die ons mee wil nemen naar een andere plaats. Het is niet duidelijk wat ze bedoelt, ze maakt met haar handen een ‘bid’ gebaar. Dit kan van alles betekenen maar we besluiten haar te volgen. We komen terecht op een soort volksfeest waar een gemeenschap zit te zingen, bidden, dansen en eten maken. Er zijn blijkbaar optredens aan de gang en bij het boedha beeld worden er offers gebracht. We verblijven er een hele tijd omdat ik niet kan stoppen met fotograferen.


Rond 15u30  rijden we terug richting Dali om nog een ander dorpje te bezoeken met Bai huizen. Als we hier aankomen blijkt dat er niet veel te beleven is. Er is één baiwoning opengesteld maar ook hier moet fors entreegeld betaald worden. We besluiten dit niet te doen aangezien er hele horden chinezen naar binnen stappen. We lopen wat door het dorp en komen in gesprek met 3 dames die voor de deur zitten te keuvelen. Het gesprek gaat al snel over Tsai. Hilde probeert met haar beste chinees uit te leggen hoe het komt dat wij met een Chineesje rondlopen. Het lukt aardig wel om deze dames de situatie uit te leggen, maar verder komen we niet. Het is spijtig dat we niet beter kunnen communiceren met de mensen want ze zijn over het algemeen heel gastvrij en vriendelijk. We passeren nog even aan de drie pagodes die kort bij Dali staan. Rond 17u30 zijn we terug in Dali, het werk van de chauffeur zit erop. We gaan op zoek naar een paar schoenen voor Wietse maar die moet tot zijn grote frustratie vaststellen dat zijn maat (44) niet te verkrijgen is. 42 maximum 43 is de grootste maat. Door de straatjes wandelend stellen we vast dat ook Dali één grote winkel is. De chinezen winkelen graag, kopen graag en overal is er commerciële activiteit. Van het kleinste dorpje tot de grote steden, er zijn overal, werkelijk in elke straat winkeltje en restaurants te vinden. In de grote steden zijn de grote wereldmerken zeer goed vertegenwoordigd. We moeten vaststellen dat er stilaan ook een middenklasse zich aan het vormen is in China want de prijzen zijn niet héél goedkoop te noemen en toch zijn er duizenden kopers.
Aangezien we deze morgen tevreden waren van het ontbijt besluiten we ook in deze zaak ons avondmaal te nemen. Er worden pizza’s gemaakt en dat kunnen we de kids niet ontzeggen na al die Chinese kost. De pizza’s waren niet super, de Chinese gerechten voor ons waren in orde. Morgen eten we terug rivierkreeftj
es







26-07-2010 om 17:23 geschreven door china 2010  


Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zondag 25 juni: Op naar Dali

Na een lange rit van ongeveer 6 uur komen we aan in Dali. Het nieuwe Dali echter, we belanden in het busstation en moeten nog naar het oude Dali (Tali uitgesproken) geraken. Volgens de Trotter kunnen we direct aan het busstation een stadsbus nemen, bus nummer 2. Op het eerste zicht komen er hier geen stadbussen voorbij. We beginnen wat te stappen op zoek naar een bushalte. Een 1o tal minuten later komen we aan met pak en zak aan een bushalte. Nu is de vraag welke kant we uit moeten, volgens de reisgids passeert de bus aan dezelfde kant van de weg als het busstation. Niets is minder waar. Als we op bus 2 willen stappen en Dali tonen op de kaart doet de chauffeur gebaar dat we aan de andere kant moeten zijn. We steken de brede weg over en vragen nog eens na (niet gemakkelijk want bijna niemand spreekt hier Engels). We nemen bus 8, betalen 3 ¥ (ongeveer 30 eurocent) voor ons 4 en rijden een dik half uur naar het oude Dali. We moeten even wat zoeken om ons hostelletje te vinden. Na wat zoeken vinden we het en worden er hartelijk onthaald. Het was de bedoeling een kamer voor 4 te nemen maar voor slechts 4 euro extra hebben we 2 afzonderlijke kamers met badkamer. De kamers zijn ruim en mooi met massiefhouten bedden en meubilair. Onmiskenbaar de beste prijs/kwaliteitverhouding die we tot nu toe hadden.
De avond valt al snel, we verkennen nog even de buurt om daarna bij de plaatselijke bevolking te gaan eten. Dali is zeer toeristisch en je kan er van alles eten en drinken. Van pizza tot Duvel...
aan de plaatselijke restaurantjes staan alle groenten en verse schaal en schelpdieren vooraan uitgestald. Je kan je keuze maken en ze maken er iets lekker van. We kiezen voor de verse rivierkreeftjes met chili, eggplant of aubergine met jonge uitjes, rundvlees met curry en eiersoep met tomaat. Allemaal heel lekker. Voldaan lopen we nog wat in de stad rond.





26-07-2010 om 17:18 geschreven door china 2010  


25-07-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Vrijdag 23 en zaterdag 24 juli: Kunming en het stenen woud Shi Lin.

We hebben ons eens goed uitgeslapen want het was laat vorige nacht, de kinderen hebben wat extra rust nodig. Het Camelia Youth hostel is mooi gelegen en heeft een aangenaam terras, we nemen er het ontbijt maar het is wat frisjes. Het voelt toch fris bij 25 °C als je meer dan 35°C gewoon bent. Kunming ligt op een kleine 2OOOm en dus is het hier wat milder van temperatuur. Het Youth hostel -whats in a name? Er zitten hier evengoed families met kinderen als jongeren - is vrij dicht bij het  centrum gelegen. We nemen de bus 5 en gaan op zoek naar de oude wijk met de bloemen, planten en vogelmarkt. Het is er druk maar niet overdreven. Je kan er allerlei souvenirs en ethisch textiel kopen in kleine winkeltjes die nog in de oude huizen van Kunming gevestigd zijn. Wat verderop is een soort marktje met bloemen en planten. We vinden er enkel planten, terwijl we dachten een overvloed van snijbloemen ed te vinden (volgens de reisgids is Kunming de draaischijf voor bloementeelt in Azië). We ontdekken echter wel het walhalla van de visser. In een complex stoten we op een overaanbod van siervissen en materiaal voor sportvissers. Dit is een droom voor Wietse. Honderden lijnen, aas, voeder, haken,lijn … hij koopt wat materiaal om in Dali op het meer te kunnen vissen. Tsai gaat ondertussen op zoek naar Nemo tussen de siervissen. Het is al na de middag, we kopen wat eten om verder te slenteren tussen de winkeltjes op zoek naar de fameuze pagodes van het oosten en het westen. We ontdekken er 2 volledig vernieuwde pagodes op een groot plein in de buurt van het centrale punt van Kunming. Zoals overal in de steden is er veel volk op de been. We maken wat foto’s en laten een jonge man een groepsfoto maken.


Het is al half vier en we vertrekken naar de gouden tempel zo’n 12 km buiten Kunming boven op de Mingfeng heuvel. Volgens de reisgids hebben we bus 10 of 71 nodig aan het noordelijk busstation. We nemen een taxi, de man is wat weigerachtig maar voert ons toch. Hij zet ons ergens af en doet teken de trappen op te lopen. Ik zie Northern Railway Station staan, het is vlakbij. Echter de trappen zijn afgesloten. We lopen om en komen op een busstation. Dit moet het wel zijn. Echter de bewaker stuurt ons terug. Ik laat hem zien in de gids, gelukkig zijn de cijfers in China zoals bij ons, dat we bus 71 nodig hebben. Hij stuurt iemand met ons mee. Ze zijn toch zo behulpzaam, echt waar. We moeten toch nog een heel eind stappen voor we aan de juiste bushalte zijn, later blijkt dat deze bus tot in het centrum rijdt! Het is al vrij laat geworden, hopen dat de Gouden Tempel nog op is. In de gids staat tot 21 uur, dachten we maar bij nader inzien was dit het laatste vertrekuur van de bussen. Wat dacht je, het complex is gesloten. We hebben voor niets de hele rit gemaakt. Terug naar het centrum. Het is druk en de rit duurt vrij lang. We zijn ondertussen het reizen goed gewoon en niemand klaagt. Aangekomen in de stad is het donker en is alles sfeervol verlicht. We slenteren wat rond de verlichte kraampjes waar je van alles en nog wat kan zien en proeven. Wietse doet zich te goed. Hij specialiseert zich in het proeven van de verschillende chilipasta’s… hot hotter hotst!

 

We eten in een lokaal Chinees noedelrestaurant. Lekker en niet duur. Met de taxi terug, geen eenvoudige opdracht een lege taxi te vinden. Het krioelt hier van het volk en iedereen neemt de taxi. Maar we geraken er toch. De wekker op 7 uur gezet want morgen gaan we naar het Stenen woud in Shi Lin.

Zaterdag 24 juli: Het stenen woud in Shi Lin

Met de taxi naar het Eastern busstation en een ticket bestellen. We zijn weer goed op weg want de aansluiting is net gepast, pas op de bus en hij vertrekt al. Ongeveer één uur rijden. Het inkomgeld in China is overal vrij hoog, ook hier. Omgerekend 20 euro per persoon. Gelukkig is Tsai gratis. Er staan rijen Chinezen aan te schuiven. Het is even zoeken hoe we het juiste pad vinden. We proberen de groepen chinezen wat te vermijden, zo is het rustiger. Dit lukt echter niet altijd, hoor. Sommige passages zijn zo smal dat er maar één persoon door kan, dit zorgt voor files. De natuur heeft hier doorheen de eeuwen grillige vormen geslepen in het zachte karst. Je kan nu tussen, wat men hier een woud van steen noemt, de rotsen heen wandelen in een doolhof van wegjes. Het is er wel heel druk en dit stenen woud doet ons denken aan El Torcal in Zuid Spanje. Minstens even mooi, gratis en geen mens te zien.We lopen nog een uurtje in het park rond. Wat verder van de grootst attracties is het veel minder druk en wat natuurlijker. Gisteren twijfelden we nog of we wel naar het stenen woud zouden gaan, vandaag betreuren we min of meer onze beslissing. Het was mooi maar een paar uur rondhangen in de Gouden Tempel van Kunming was minstens even mooi.

Rond 15u45 zijn we terug in het busstation. We springen er snel in een minivan om naar de Gouden Tempel te gaan. Tegen 16 uur kunnen we beginnen aan de steile trappen naar het bronzen tempelcomplex. Het is er heerlijk koel onder de weelderige plantengroei. De trappen zijn soms steil, maar niet te vergelijken met deze van Mount Hengshan in Hunan. Na een half uurtje wandelen we door de toegangspoorten en komen terecht in het heiligdom. Mensen branden er wierrook, bidden en vragen raad aan de oppermonnik. Overal staan Ying-Yang tekens en er heerst een oase aan rust. Heel wat anders dan in het centrum van het 5 miljoen mensen tellende Kunming. Het complex bevat ook een mooie tuin met vele bonzaï, Wietse is hier fan van. We bekijken ook de kwekerij. Het is nu sluitingstijd en we moeten vertrekken. Helaas ik had hier nog een tijdje kunnen blijven.  Kuming is een grote moderne stad met zéér veel winkels, maar ook met heel veel groen, we zouden nog enkele dagen nodig hebben om alles te verkennen. Door tijdsgebrek kunnen we de Bamboetempel niet bezoeken, morgen reizen we verder naar Dali.

 









25-07-2010 om 03:34 geschreven door china 2010  


23-07-2010
Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Donderdag 22 juli: op naar Kunming.

De dag begint vroeg vandaag,  6u30 de wekker gaat af. Ik spring uit mijn bed om mij klaar te maken. In de gang zijn er nog geluiden van ander bewoners te horen , ik ben niet alleen. Buiten hangt een mist over het dorp, het is een mooi zicht. Geluiden her en der doen het dorp ontwaken.

%%%foto1%%%

%%%foto2%%%

We hebben een drukke dag voor de boeg. Het is de bedoeling om vandaag nog in Kunming te geraken. Hiervoor nemen we de bus om 8 uur naar Kaili. Daarna een expressbus naar Guiyang om van hieruit naar Kunming te vliegen. Hopelijk lukt het ons.

Onderweg naar de bakker voor wat ontbijtkoeken komen we een minivan tegen die ons naar Kaili wil brengen tegen 60 ¥ voor ons vier. Dit is een redelijke prijs . We zijn ruim een half uur vroeger op de bestemming, en hij voert ons direct naar het juiste busstation. Hij moet wel zijn busje nog vol krijgen. Er rijden nog een paar Spanjaarden mee. Onderweg probeert de driver een deal te maken om ons direct naar Guiyang te voeren tegen 800¥, dat is ruim te veel. Later blijkt dat de expresbus ons slechts  240¥ zal kosten. In Kaili bemachtigen we snel de juiste tickets, dankzij het briefje dat ik de hoteluitbater gisteren liet noteren. Een Engels sprekende chinees vragen of hij jouw boodschap wil noteren in karakters is tot nu toe de beste manier van werken.
We kwamen rond 9 uur aan in het busstation en om 9u20 zijn we al aan het rijden. Een vlotte verbinding. We mogen tot nu toe niet klagen over de verbindingen en het openbaar vervoer. Stipt en steeds daar waar je het nodig hebt. Soms een beetje overbelast, en dit is een onderschatting.
We rijden via de snelweg naar Guiyang. De snelwegen hier hebben over het algemeen slechts 2 rijvakken en traag verkeer rijdt zowel rechts als links, daarbij komen nog een stuk of wat putten en wegenwerken en je weet zo dat de bus geen rotvaart heeft. Maar we komen waar we willen, en de chinezen maken zich nooit druk, dus ook wij niet.

%%%foto4%%%

%%%foto5%%%

De bus zet ons op de snelweg af vlak bij de luchthaven. We kunnen de verkeerstoren zien staan. Hier staan we dan op de snelweg… uit het niets komen een paar motorrijders aanzetten en stellen voor om ons weg te voeren. We aarzelen even… we zijn met 4 en de rugzakken dan? Geen probleem gebaren de mannen. We hebben weinig keuze want we willen weg van de snelweg en proberen zo snel mogelijk op de luchthaven te zijn want we moeten nog tickets boeken.

Het was een mooi zicht. Mama op een brommer. Wietse op een brommer en dan ikzelf met Tsai ook op een vehikel, met rugzakken en al. We zoeven door de straten. Allez, zoeven is veel gezegd, want die brommers zijn eerder traag. Enkele minuten later staan we aan de vertrekhal. Aan de ticketbalie tracht ik tickets voor de eerstvolgende vlucht te boeken. Helaas er zijn geen plaatsen meer vrij , en ook niet op de volgende vlucht. Er zijn alleen nog een paar tickets te krijgen voor de vlucht van 23u25. Dit is een tegenvaller, we hoopten in de vooravond in Kunming te kunnen zijn. We boeken de tickets voor 23u25 en trekken voor de rest van de dag de stad in. Het klimaat is hier al heel wat milder , het is prettig warm. We wandelen door het park met, zoals dit ook het geval was in Changsha, een soort kermis als attractiepark. Tsai en Wietse genieten van een rondje op een rollercoaster en Tsai gaat eens in de reuzeschommel. We vinden deze attracties nogal prijzig, meer dan 2 euro voor een ritje. Dit moet voor de Chinees een heel bedrag zijn.
Langsheen het water zitten er nogal wat oudjes met vislijnen. Dit is voor Wietse interessant. Er staan massa’s vislijnen uitgeworpen , echt tientallen, maar er zijn maar een paar vissers…raar. Ik vermoed dat je deze lijnen kan huren. Tussendoor staan er heren en dames met zelfgemaakte spelen, zoals een soort flipperkast met knikker, ballonschieten met speelgoedgeweren, ringwerpen e.d. Eetstalletjes mogen er ook niet ontbreken. We proeven vierkantjes gegrilde tofu met kruiden, niet slecht maar wel héél duur. De dame wil me eerst 100¥ aanrekenen, daarna 30¥. Ook dit is nog veel voor een paar sneetjes tofu. Ik besluit haar 10¥ te geven, ze is niet tevreden, maar ook ik niet en weg waren we! We eten en drinken hier met ons 4 onze buik vol voor 100¥. De rest van de namiddag slenteren we rond in de winkelstraten. Guiyang is een grootstad zoals de andere steden in China. Groot, veel drukte met massa’s winkels. Je kan er werkelijk alles vinden. We verzeilen in een soort bazaar met tientallen winkeltjes, shops, eetstalletjes enz. Een lust voor het oog. We moeten terug naar de plaats waar we van de bus kwamen. Het is ons niet helemaal duidelijk aan welke kant van de brede weg we moeten staan. Maar het lijkt mij logisch te zijn dat de terugweg aan de overzijde van de weg is. Het is een 6-vaksbaan die je niet zomaar kunt oversprinten, er zijn voetgangerstunnels aan de kruispunten. Om 19 uur was de laatste bus, het is 19u30 en geen bus te zien. We staan aan de verkeerde kant te wachten blijkt als we even later in de taxi stappen. De chauffeur verstaat niet goed waar we naartoe willen, hij wil ons bij het kantoor van China Southern afzetten. Ik maak hem duidelijk dat we de luchthaven nodig hebben. Het woordenboek erbij halen is onvoldoende, gebaren en geluiden dan maar. Eindelijk beseft hij waar we heen willen. Een kwartier later zijn we op de luchthaven, nog goedkoper gediend dan met de bus. We moeten wel nog een paar uur wachten om te vertrekken. Er is draadloos internet. We sturen wat mails, en bekijken de Tour de France. Maken de planning voor morgen in Kunming. Ondertussen zijn we opgestegen en kan ik het verslag van de dag typen… 00u25 we landen in Kuming. 01u30 we staan in onze kamer van het Camelia Youth hostel.















23-07-2010 om 16:29 geschreven door china 2010  




Archief per week
  • 16/08-22/08 2010
  • 09/08-15/08 2010
  • 02/08-08/08 2010
  • 26/07-01/08 2010
  • 19/07-25/07 2010
  • 12/07-18/07 2010
  • 05/07-11/07 2010

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek




    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs