We gingen aan de 4 daagse van de IJzer meedoen en ik slim
als ik ben (soms komt het Hollanderschap nog wel van pas) besloot om niet vier
verschillende artikels te schrijven maar het hele zootje in één enkel stuk te
proppen.
Naar oeroude gewoonte begint het spektakel op de eerste dag,
de woensdag.
Waar was het te doen,,, naar oeroude gewoonte in,,, Oostduinkerke.
Om 7u van huis vertrokken, Guy, Christine en ik mochten met
baas Frans.
Tegen 8u daar en redelijk dicht kunnen parkeren.
Ingeschreven hadden Christine en ik al, 4 X de 32, NEH.
Inmiddels waren Hilde en Maria ook gearriveerd en om 8.30 u
werden we afgeschoten.
Onderweg een aantal fotos geschoten van oa, een boei, een
boot, een vijvertje met bootjes en twee venten op een paard ( niet samen, maar
beide hun eigen paard ) de ene met garnalen en de ander met een zwaard.
Het eindpunt lag aan het vissersmuseum, daar nog een drankje
gedronken en Kobe bewonderd die op het toneel bij de blik doze band iets stond
te doen waarvan hij vond dat het dansen was.
Mooi weer, lekker gewandeld, maar wel een beetje saai.
Na woensdag komt meestal donderdag, al kan je daar in
Oostenrijk niet altijd zeker van zijn.
Deze keer lag het punt van vertrek in Poperingen, geen
lekkere garnaalsoep vandaag, wel veel hop, in zuivere vorm niet echt
smakelijk, met nog een aantal andere plantaardige ingrediënten en veel water
smaakt dat spul ineens veel beter.
De wandeling was leuker, zeker de laatste 5 km toen we een groepje
kinders die met twee tantes en een nonkel aan het stappen waren bijliepen en
erbij bleven.
Het waren fiere inwonertjes uit Watou, dat hebben ze
verschillende malen in een lied verkondigd.
Het groepje liep de hele tijd te zingen, dansen en springen,
een van de meisjes zette veelvuldig een lied in al achteruitlopend.
Zij hebben een toevallige passant op zijn fiets, een pas
geschoren schaap en een flik met de vinger nagewezen terwijl zij zich in een
gezang afvroegen of dit mietjes waren.
Nog enkele liederen die eigenlijk hun leeftijd te boven
gingen werden door hen vertolkt waarop wij het wel gepast vonden om ons
lijflied te zingen,,, wij willen tetten zien en nog een tweede chancon, wat over "waiven in hawai die in hun bloot laif liepen" ging.
Bij navraag aan een van de tantes bleek dat dit gezelschap
de 24 km
hadden getrotseerd, wij hebben hen daarop met ontzag gefeliciteerd met hun prestatie.
Ook vandaag hebben we er eentje genomen.
Toen was het vrijdag en de start was in Diksmuide, veel valt
er niet te vertellen want ik was er niet.
Tot mijn grote spijt kon ik niet van start gaan, want, ik
lag geblesseerd thuis, scheenbeenpeesontsteking.
Donderdag, toen ik mij nogmaals stond te verkneukelen bij
het zien van al die soldaatjes met blaren bij de dokter, vroeg een van de
verplegers, alles goed, geen problemen?
Bwah, een beetje pijn aan mijn
scheen zei ik naar waarheid.
Hij zei, wacht even, draaide zich om en zei, dokter kom eens
even kijken.
Dokter kwam tot ikke en ik moest mijn schoen uitdoen, hij
legde zijn vingers op mijn scheen en duwde mijn voet naar beneden.
En de conclusie was kort maar krachtig en mijnheer dokter
adviseerde mij met aandrang om morgen niet meer te starten, mag zaterdag wel
vroeg ik, als het gaat wel de korte afstand maar niet de 32.
Het kwam niet echt als een verrassing want het deed
eigenlijk wel behoorlijk pijn.
Maar als ik het forceerde zou het herstel wel eens een maand
of drie kunnen gaan duren!!!
Sinds donderdag ben ik volgens Christine dus een mietje.
Zaterdag in Ieper was ik er weer wel bij, slechts op de 16,
maar ik had goed gezelschap uitgezocht, Willy, Simonneke en Jacques.
Ik moest het rustig aan doen, nog rustiger is onmogelijk met
dit drietal, we hebben de 16 gedaan in ruim 7u.
Er is besloten om binnen wsv Wervik een onderafdeling op te
richten, ook wsv maar bij ons gaat dat Wervikse Slenter Vereniging betekenen.
De eindstreep werd gepasseerd en bij Picanol was de
afstempeling, omdat ik drie dagen had gewandeld waarvan twee keer de 32 kreeg
ik de zilveren medaille.
Toch met enige fierheid in ontvangst genomen en die fierheid
heeft geduurd tot Christine binnenkwam en haar medaille toonde, waar is de
jouwe vroeg ze, toen ik hem toonde lachte ze mij vierkant uit en ik werd
nogmaals voor mietje uitgemaakt.
Mijn eerste twee palms waren als troost, de volgende twee
ook.
Toe maar, verleden week wisten we nog van niets en vrijdag
stonden Christine en ik ons in te schrijven in Bornem.
Hoe kwam dat, tot Mei van dit jaar waren we gewone
wandelaars, toen kwam Kluisbergen er aan en gingen we een keer gek doen.
Naderhand nog een paar 50ers gedaan en dinsdag liepen wij
beiden met dezelfde gedachte, hoever zouden we komen in Bornem.
En daar kan je natuurlijk maar op één manier achterkomen.
Toevallig kwam Vincent bij ons langs en we kwamen overeen om
samen te gaan.
Ik hoopte op 70, 53 hadden we al gedaan, 60 zou dus mogelijk
moeten zijn en misschien zouden we wel tot 70 geraken.
Vrijdag met de trein naar Bornem, naar de inschrijving en
dan maar aanschuiven.
Behalve ons drietjes bleken er nog een slordige 10600
anderen afgekomen te zijn.
Een half uur later hadden we onze badge, die moest je aan je
schoen vastmaken om zodoende bij de scanners geregistreerd te worden.
Geen stempeltjes hier, leve de techniek.
Om 21u begon de massa naar voren te kruipen en langzaamaan
kwam het hele peloton op tempo.
Wat valt er verder nog te vertellen, de organisatie was
helemaal in orde, alleen de wcs zorgden voor problemen.
Bij de controle van Friesland Foods Heeft Christine 20
minuten aangeschoven om pipi te doen.
En ook begonnen er gedurende de dag een aantal van die wc's vol te geraken, echt vol dus,
tot onder de rand.
Maar hoeveel van die wcs hadden ze wel moeten plaatsen om iedereen tevreden te stellen.
En het wandelen in zo een massa steekt mij een beetje tegen,
wij wandelen normaal aan 5,5 en daar lopen een massa escargotjes rond en
daarvan lopen er velen gezellig naast elkaar en probeer dat maar eens te
passeren.
Dat was dus veelvuldig door de bermen ploeteren en enkeltjes
die nog wel eens omsloegen.
Veel publiek langs de baan, mensen die tot 3u in de nacht
buiten zaten en schalen hadden staan met snoep, fruit, nootjes en kaas, zo maar
voor de wandelaars.
Ook water en soms pinten stonden er voor ons klaar, heel
leuk allemaal.
In de loop van de volgende dag kwamen die allemaal weer buiten zitten, compleet met catering.
De nacht is vlot gepasseerd, een aantal van de wandelaars
hebben zich op de controles bij Duvel en Palm niet in kunnen houden en zijn daar
aan het snoepen geslagen, velen daarvan zaten enkele uren later in de
bezemwagen (oa een groep pompiers).
Vele strompelaars gezien, mensen die stonden te stretchen of
met hun beentjes omhoog lagen, ook werd er druk gesmot en gemasseerd.
Bij ons is het allemaal goed meegevallen, om 7u ben ik ook
eventjes een kwartiertje languit gaan liggen en ben zelfs een paar minuutjes
weggesukkeld maar voor de rest geen problemen.
Bij 80km begonnen wij ook enige blaarvorming te bespeuren,
maar zonder erg.
Tot de 90 goed op tempo kunnen blijven, van 90 tot 95 werd
het al wat lastiger en begon het tempo te vertragen tot 4, maar de laatste 5
zeer zware en lange kilometers hebben we toch weer tegen de 4,5 gezeten.
Op zeker moment ben je zelfs te moe om foto's te pakken, op een zijarm van de schelde lag een heel mooi bootje maar de camera uit mn zak halen en vijf meter opzij stappen was er al te veel aan.
Vincent heeft ons de laatste 25 km achter gelaten omdat hij
zijn tempo graag nog een beetje op wilde voeren en omdat wij er toch niet zeker
van waren of wij het gingen redden hebben we aan de finish afgesproken en daar
stond hij op ons te wachten en konden we elkaar feliciteren.
Hij was dus al 2uur binnen, als dat geen wandelen is!!!!
De finish gepasseerd, onze ananas in ontvangst genomen en
toen naar de tent om uit te scannen en onze diplomas en medaille op te halen.
Moe, heel moe maar enorm voldaan dat het gelukt is terug
gestrompeld naar het station en in de trein geploft en naar huis en in bed,
nooit eerder hebben we beter geslapen.
Helemaal op het eind toch nog een domper op de vreugde, we hoorden aan de finish dat twee uren eerder een wandelaar op 300m van de finish in elkaar was gezakt en naderhand was overleden, op zulke momenten besef je hoe rap alles kan gaan.
Toen begrepen we ook waarom er in de laatste kilometer geen uitbundig feest met vrolijke muziek was.