dé website met alle info over de West-Vlaamse processies Kaderend in het project van Heemkunde West-Vlaanderen willen we hier zoveel mogelijk informatie plaatsen, zodat iedereen wat kan terugvinden over processies in zijn eigen gemeente/regio. Via "zoeken in blog" (links op het scherm) kan je de juiste informatie terugvinden (probeer zowel met en zonder hoofdletter). Beschik je zelf over informatie, stuur dit dan op via e-mail, en we zetten het zo snel mogelijk op de blog. Een bijzondere aandacht is er voor krantenartikels. Een overzicht van systematisch doorgenomen kranten kan je vinden door "krantenoverzicht" in te tikken. Hoe meer artikels er op staan, hoe sneller er ook iets over jouw gemeente/regio terug te vinden zal zijn.
22-01-2012
uit 't Getrouwe Maldeghem, 20 mei 1923
NOG DEN BLINDEN AUTO
OP H. BLOED.
De vrouw die het ergst gekwetst werd toen die
auto door het dicht opeen gepakt volk reed in de Noordzandstraat, is nu toch
overleden.
Het was een jonge moeder, wier man soldaat is
in 't bezette gebied; ze had haar zoontje aan haar zijde en wierp het met alle
kracht in het volk, maar zij zelve viel onder de wielen.
Een toeschouwer verstaat niet hoe er geen
policie was om dien auto in de Dweerschstrate te houden en t was ook de moeite
weerd om zien hoe die auto die daar blijven staan was waar de processie
passeerde, wel tien maal opgeschreven werd door de agenten, die effenaan toekwamen en van mekaar niets wisten.
Maandag morgen tegen 11 uur had in de
Noordzandstraat een vreeselijk ongeluk plaats.
Een heer van Roeselaere was met zijn
veertienjarigen zoon per auto naar Brugge gekomen, om de processie van het
Heilig bloed bij te wonen. Hij kwam van de Wolvengracht en wilde de
Noordzandstraat in, maar de weg was door het samengepakt volk versperd. De heer
stapte uit zijn auto, om te vragen welken anderen weg hij kon nemen. Hij beging
de onvoorzichtigheid zijn motor niet stil te liggen [sic].
Gedurende zijn afwezigheid duwde zijn
zoon, die aan het stuur was gebleven, zonder het te weten, den remhefboom der
groote versnelling af. De auto reed onmiddellijk vooruit, te midden van het
volk.
Van alle zijden klonken angst- en
noodkreten. Een twintigtal personen werden omvergeworpen en overreden. Een
ruiter en zijn paard werden ook te gronde geworpen. Eindelijk stuitte de auto
tegen den gevel van een huis, en daar werd een dame vreeselijk gekwetst, 5
andere menschen werden zwaar gewond, een werd het been afgereden.
H.
BLOED. Twee bijzondere treinen, bij diegene die bestaan, zullen Maandag uit
Maldeghem naar Brugge loopen; een om 7 uur 8 minuten en een 8 uur 22.
s
Namiddags keeren er twee bijzondere uit Brugge terug een om 15.45 en een om
19.10.
Juist
gelijk verleden jaar.
Weet
ge nog hoe heet het was te Brugge verleden jaar? Zoo heet dat er menschen
onpasselijk werden binst achter en den ommegang.
t Is
te verwachtend at het weerom zonneweder zal zijn, maar asjeblief, toch zoo erg
niet.
t Is
de dag ook van de velos. Ze zijn niet meer te tellen.
Autos
niet zooveel. Die rijden liever naar de Kursaal van Blankenberghe en Oostende.
KORTRIJK.
Heilig Haar processie. De vermaarde processie van het Heilig Haar van Ons
Heer. zal uit O. L. Vrouwkerk uitgaan, den Zondag na O.H. Hemelvaart ten drie
ure s namiddags.
De
prachtige godsdienstige, bijbelsche en geschiedkundige groepen. die vroeger zoo
bewonderd werden en zooveele vreemdelingen naar Kortrijk trokekn[sic]. zullen
nu wederom in vollen luister en frischheid verschijnen.
Hel
Heilig Haar wordt sedert eeuwen met heiligen eerbied in O. L. Vrouwkerk bewaard
en er met grote godsvrucht vereerd. Bijzonderlijk om gemaard al genezen te
woorden van alle hoofdkwalen en haarziekten.
Van 24 Maart tot 3 April is te Damme de H.
Missie gepredikt geworden door de Eerw Paters Redemptoristen Janssens en
Lammertijn van t Klooster van Antwerpen.
Zelden zal eene H. Zending met meer iever
gevolgd zijn. Iederen avond was de groote O.L. Vrouwekerk vol geloovigen: de
stoelen der kerk en die van t Hospitaal, voor de gelegenheid gemobiliseerd,
waren allen bezet; de zitsels zaten vol; men verdrong zich op de hoogzaal en
vele lieden moesten stoelen van huis medebrengen.
Van de omliggende gemeenten kwamen elken avond
meer en meer toehoo[r]ders Machtig dreunden de missiegezang[e]n door de hooge
gewelven; en ingetogen met gespannen aandacht volgden de honderden geloovigen
de predikanten die tot de harten spraken of in heftige bewoording zedeloosheid
en wangedrag striemend geeselden.
Zondag namiddag had een indrukwekkende
plechtigheid plaats. In processie werd het Mirakelkruis van Damme en tevens
Missiekruis door de stad gedrage[n], door de Gildebroeders in visscherpak; de
Oud-strijders vormden de eerewacht.
Op de markt hield de stoet sti[l] en E.P.
Lammertyn, Oud-Krijgsaalmoezenier deed eene aanspraak op den balkon van t
stadhuis. Een heerlijk spreekgestoelte was t hier, afgelijnd door de gothische
bogen van []t praalgebouw, uitzicht gevende op eene plaats die herinnert aan
Dammes roemrijken tijd; waar []t beeld van Jacob van Maerlant prijkt; van
hier spraken weleer de wethouders tot de gilden.
De Eerw. Pater, met een stem als een klok en
in sierlijke tale sprak over Dammes kostbaarsten schat: het Mirakelkruis; hij
heri[n]nerde aan de vurigheid waarmede onze voorouders <<hun>>
Wonderbeeld vereerdern en hij spoor[d]e de Dammenaars aan tot hetzelfde
betrouwen.
Maandag avond werd O.L. Vrouw van Gedur.
Bijstand, op bijzondere wijze vereerd, en haar beeld, boven op het hoogaltaar
geplaatst, was schitterend verlicht.
***
Volgens de overlevering werd het Mirakelkruis,
toen <<het Zwin>> nog Dammes mure bespoelde, door D[a]msche
schippers uit de zee opgevischt. Wanneer dit geschiedde is niet juist bekend,
doch bewaarde oorkonden vermelden dat het reeds in 1339 vereerd werd.
Eene afzonderlijke kapel was er voor opgericht
Nadat deze door de beeldstortmers [sic] vernield werd, plaatste men het kruis
in de Noordb[e]uk van de kerk waar het nu nog berust. Elk jaar had een
vermaarde ommegang [p]laats: de processie trok tot over de St Jacobsbrugge op
de zoute vaart; na de vernieling dezer brug zette men zelfs met schuiten over.
Eene overgroote menigte komende van gansch t Noorden van Vlaanderen, tot van
Nieuwpoort en Duinkerke, woonde den ommegang bij [en] zieken en gebrekkigen
namen plaats op de berrie van het Kruis en talr[ij]ke wonderen geschiedden bij
die vereering.
Zes dezer zijn afgebeeld in de kerk op een
schilderij der 15e eeuw.
Nog ieder jaar, op 3den Zondag van
Juli is er een groote toeloop van bedevaarders naar t Kruis van Damme.
Aerseele was blijde om 't schoon weder van
Maandag laatst; want 't was juist dien dag dat Eerwaarde Heer Bouve als pastoor
ingehuldig werd. Reeds van in den
voormiddag waren alle huizen smaakvol versierd. Om 2 uren 's namiddags trokken
paarden, fietsen, rijtuigen den Eerweerden Heer Pastoor tegemoet. Op een
verhoog aan 't Hooge nam Hij den stoet in oogenschouw: De Eucharistische
Kruistochters, De goede Herder, De H. Martinus patroon der parochie, De blijde
intrede van Jesus in Jerusalem onder 't dreuneud en.prachtig gezang van Hosanna
en den praalwagen met Jesus H. Hert in top, defileerden luisterrijk Het kanon
bulderde, de klokken luidden en op 't gelaat van ieder Aerseelnaar las men
blijheid om den nieuwen Herder.
trefwoorden: Aarsele, inhuldiging pastoor, processie?, 20ste eeuw
De geestelijke Overheid van Diksmuide heeft
besloten jaarlijke eene groote processie interichten tot op de boorden van den
YZER, de absouten te zingen op dat onmeetbare kerkhof waar nog zoo vele lijken
verborgen liggen. Er wordt vele gedaan voor onze gesneuvelde helden; doch al te
dikwijls wordt gebed er bij vergeten, en alles vergaat te veel in
monumenten-hulde.
Die processie zal dit jaar op 15 Oct. gedaan
worden, maar van toekomende jaar af op een anderen dag, meer in t zomer
seizoen.
Het ware aangenaam wildet gij aan onze
beslissing om door gebed hulp te brengen aan onze gesneuelde [sic] helden, al
de mogelijke ruchtbaarheid geven.
De stoet die om 3 uren op de groote markt
gevormd wordt, zal samengesteld zijn als volgt:
1) Het muziek der Vereenigde Fanfaren van
Dixmude. 2) Oudstrijders van Dixmude en andere Yzergemeenten met hunne vaandels
3) Herinnering aan de genseuvelden [sic] van Dixmude. 4) Idem der
Yzergemeenten. 5) Der negen provincien. 6) Van al de gesneuvelden van den
grooten oorlog. 7) Het Kruis en de geestelijkheid in rouwgewaad. De wereldlijke
overheid. 9 De volksmenigte die den Rozenkrans bidt.
Zoo gaat de stoet tot aan de plaats tusschen
de Bloemmolen en den Boyau de la
Mort alwaar een lijkbaar opgetimmerd is.
10) Gezang van den De Profundis en de Miserere
door al de schoolkinders. 11) Aanspraak van den E.P. Gerlachus gardiaan der
P.P. Recolletten. 12) De absouten of beles rond de lijkbaar, door de
Geestelijkheid.
13/ Daarna komt de stoet tot op de groote markt,
recht voor het vernielde stadhuis, waar onder het zingen van vaderlandsche
liederen en groet gebracht wordt aan de vlaggen.
N.B. Deze is een voorloopige orde, die
volgende jaren zal uitgebreid worden, naarmate de heropbouw der stad het
toelaat. Maar van nu al reeds worden alle Oud-strijders-bonden met hunne
vlaggen uitgenoodigd om in den stoet te gaan.
En t ware de vurigste wensch der inrichters
van deze processie dater in ieder provincie een comiteit tot stand kwame, dat
zich wil belasten, voor nu reeds, maar bijzonderlijk voor de toekomst, met de
deelname der provincie in deze absouten-processie op de slagvelden van den
Yzer.
Alle inlichtingen zullen geerne worden
verstrekt door Z.E.Heer Van Den ABEELE.
Pastoor-Deken,
DIXMUDE
trefwoorden: Diksmuide, absoutenprocessie, 20ste eeuw
In het jaar 470 richtte de H. Mamerius
processiën in om van God te bekomen het
ophouden van de aardbevingen en de schrikkelijke tempeesten die zulke onheilen
stichtten ten lande zoowel als op zee.
In 514 beval de kerkvergadering [v]an Orleans
dat, in gansch Frankrijk, ieder jaar openbare gebeden zouden plaats hebben om
den zegen te bekomen over de landvruchten. De kerkvergadering van Mayence
bracht in 813 dit gebruik bij [g]ansch
het christen volk en besloot dat eene processie gedurende 3 dagen zou gevormd
worden door de biddende en boetplegende inwoners van stad en dorp; die dagen
heete men dagen van boete en bede; Rogationes.
In de steden, ging men van de eene kerk naar de
andere.
In de dormen gaat men langs de verschi[l]lende
wegen om Gods zegen te vragen over de vruchten der aarde.
In die processie draagt men noch het H.
Sacrament, noch heiligenbeelden, maar een Kruisbeeld of de reliek van het H. Kruis.
Vandaar de naam van Kruisprocessie.
Te Tongeren
Te Brugge houdt men, by de.processie naar St-Gilleskerk
(2e dag) stil in de Sint Jorisstraat aan het huis waar, ten jare 1666
de pest ophield door de voorspraak van O.L. Vrouw van VII Weeën; men zegent het
volk met het kruis
Te Gannaerde
D.St.
trefwoorden: Brugge, H. Kruisprocessie, 20ste eeuw
Zondag ll. waren de missen ter gelegenheid van
den Brugschen Ommegang op nieuw uur, ten 7 en 10 ure, en reeds kwart vóór elf
uur was de Hoogmis gedaan. Eenieder was op zijn gemak en kon zijne kleine boodschappen
doen tot groote voldoening van winkeliers en herbergiers, De vrouwtjes bovenal
waren tevr[e]den, dat alleman zoo vroeg thuis was.
De herbergiers der groote banen konden nu eens
smakelijk eten en den gaanden en komenden man gulhartig onthalen.
trefwoorden: Brugge, Zuienkerke, H. Bloed, 20ste eeuw
De H. Bloeddag is voor al de gemeenten rond
Brugge zooveel als een feestdag. In de West Vlaamsche is t geen school en van
overouds s[t]ellen boerenknechts de conditie dien dag vrij te zijn.
In den ouden tijd was echter de toch niet zoo
groot als nu met velos en autos.
De verkooper van t Getrouwe te Sysseele
schrijft dat hij 3250 velos geteld heeft.
Wij kunnen t gelooven. Dat is dan nog maar
zoveel als er in den velodrom zijn. Maar bedenk dat er alzoo te minste tien
wegen naar Brugge leiden.
Er waren veel autos ook. Maar wij hebben t
vroeger al opgemerkt: de groote wereld autos zijn niet Ommegangsgezin; ze
rijden liever naarde Kuurzalen der badsteden.
Wij hooren van geen noemenswaardige
ongelukken; t is haast een wonder; de voerman van St Laureins, die verleden
jaar op drie wielen naar huis kwam, schoot nu triomfantelijk voorbij.
Op Donck reden twee autos op elkaar door de
schuld van een boerekar Ze vroegen den naam van den boer, maar daar waren
gendarmen Tut tut! zeiden ze, ge hebt zooveel schuld als hij!
***
Op Sysseele sprong een zat mensch van een auto
en viel onder twee velos die hun kenteekens lieten op zijn voorhoofd, oor en
hals. Dat zal hem leeren. Men vroegt er [b]ij dat de auto behoorde aan Cabooter
van Sysseele en hij bestuurde hem zelf.
We wisten niet dat er ook al te Sysseele een
autodienst bestond. Maar gister hoorden wij dat een vischwijf uit Brugge hare
ronde deed per auto tot in Maldeghem.
***
Op de baan van Brugge waren er grappenmakers
die een blinkend beursje of kruisje aan een touwtje vast legden.
Zoo liet zich een onderwijzer beet nemen.
***
In stad ook geen ongevallen, maar veel
menschen die ongemakkelijk werden door den drum en de groote hitte. He[t]
kostte en half uur om voorbij de groote markt te gaan.
Om opnieuw al de blijheid van onzen
Ommegang-Zondag kinderlijk vroom te kunnen genieten, w[a]s het noodig gedurende
vier jaren ervan beroofd te zijn.
Voor diegenen ook die binst die jaren in
vreemde landen vertoefden waar geen ommegang was, tenzij rond het kerkje, met
het een nieuwe blijheid zijn en wat moet het zijn bij dezen die in een
gevangenenkamp waren opgesloten, of tusschen de vier muren van het gevang, waar
zij toch in hunne verbeelding hun opgesmukte dorpje zagen, de klokken hoorden
luiden en de geur van tym en wierook tot hen doordrong.
[beschrijving processie in Zwitserland]
Geen land zoo fel in de ommegangen als
Vlaanderen en vroeger was het nog al meer. Dan gingen de gilden er in soms met
wagens en peerden. Al onze steden wedijverden in deze godsdienstige betooging
en dan werden ook de mysteries in open lucht gespeeld, gelijk deze van de
Zevende Bliscap van Maria, welke vertooningen sedert enkele jaren hernomen
worden door onze open lucht gezelschappen.
trefwoorden: Vlaanderen, processies, Ommegangzondag, 20ste eeuw
Zondag 17e Juli is t Damme Kermis.
Deze vindt, zooals de meeste kermissen haren oorsprong in eene godsdienstige
plechtigheid of eenen ommegang. Immers, elk jaar, op 3n Zondag van
Juli, is er te Damme eenen grooten toevloed van bedevaarders die het
Mirakelkruis in de O.L.Vrouwe Kerk komen vereeren. Volgens de overlevering zou
dit Kruis, toen Damme nog eene zeehaven was, door Damsche schippers uit de zee
opgevischt zijn. Wanneer dit geschiedde is niet juist bekend; doch volgens de
bewaarde oorkonden werd het Mirakelkruis reeds in 1339 vereerd. De bedevaart
naar Damme moet dus wel als eene der oudste godsdienstige plechtigheden van
dien aard in Vlaanderen aangezien worden.
Volgens de plaatselijke overlevering zouden de
geuzen, tijdens de Beeld stormerij in 1566 de Kruiskapelle afgebrand en het
Mirakelkruis stuk geslagen hebben. De zusters van t Hospitaal verzamelden bij
nachte de stukken en brachten die naar de kerk. Na de herstelling van t
Wonderbeeld werd er op 3n Zondag van Juli eenen bijzonderen feestdag
ingesteld met processie of ommegang tot uitboeting der beel[d]schennis. Vandaar
waarschijnlijk de oorsprong onze kermis Onder Keizer Joseph II in 1786 werd de
plechtigheid, zooals alle ommegangen en processiën tijdelijk afgeschaft. De
keizer-koster, gelijk de Vlamingen hem noemden, wilde de kermissen op één dag,
op den ..n Zondag na Passchen. Dit ging natuurlijk maar zijnen tijd
mee.
Op 3n Zondag van Juli is ieder jaar
de groote kerke van Damme te klein voor de talrijke bedevaarders der omliggende
gemeenten. Eene schilderij der 15 eeuw in de Noord beuk der kerk verbeeldt 6
wonderen die bij de vereering van t Mirakelkruis geschied zijn.
Op Zondag 17n wordt ook de vlagge
der Oud-strijders van Damme gewijd en ingehuldigd.
trefwoorden: Damme, H. Kruisprocessie, 16de eeuw, 18de eeuw, 20ste eeuw
Autos en motos naar Oostende en Blankenberge,
maar te Meie, naar t Heilig Bloed zijn t velos.
Vroeger werden ze geteld, vijf, zes, zeven
honderd langs elke baan. Nu zijn ze twee, drie duizend, ontelbaar.
Dien H. Bloeddag komt ook alle gerij te
voorschijn: lotterspeekte wielen worden den band verlegd, De wijte, tegen dat
t regent, wordt gelapt, nu de verf afslaat wordt heel het karretje in nieuw
groen geschilderd, en Maandag, vóór dag en dauw stroomt alles naar het oude
Brugge toe, dat de zeven poorten het niet kunnen slikken.
In alle dorpen onderweg is het dan ook gelijk
op de kermis. De menschen vooral tegen avond zitten buiten om de pandfeesters
te zien, die t afkomen met een vaantje of een tuil bloeiende bron. De
herbergiers laten hunne deur wagenwijd open: t geluk vliegt: wie t vangt
heeft het.
De fietsende boeremeisjes worden alle ja[re]n
talrijker, zullen eindelijk met de jongens gelijk staan, wiel aan wiel, gelijk
tot hiertoe, vinger aan vinger.
Zoover mogelijk van de stuivende gillende
wielerbaan, langs den stillen zomerweg, een eenzame bedevaartster nog met den
rozenhoed: een op duizend.
Lotterspeekte wielen, zeiden wij daar.
Wij zaten op t Westeindeken.
Kijkt daar! Kijkt daar!
En wij keken en zagen een kamion op drie
wielen en de bos van het vierde wiel rolde over de straatsteenen.
Oude en jonge buitenmenschen lijdzaam daar
achter, te voet.
<<Dat is nu de derde keer,>>
zeiden ze, <<dat ons wiel afdraait. Eerst aan de Kruispoort in t
binnenkomen. Een ander aangezet: t paste niet en daar lag het. In t
weerkeeren beter opgepast, maar op Donk was het de Statie van den derden val,
niemand toch gekwetst. En nu gaan we te voet voort naar St. Laureins, naar den
Kommer.
De kommer was niet zoo ver: men zag hem op het
wezen van den voerman; t was een rienewasie voor hem. Er lagen al twee
gebroken wielen op zijn gerij. Hij zocht nog achter een derde. Ten slotte meer
wielen dan menschen! Ze waren met twintig vertrokken, er bleven er nog tien!
En de bobijn op de steenen spoeterde voort
waar de peerden die van niets wisten het wilden.
t Was nog beter een wiel dan de peerden! En
zoo is de Vlaming altijd gelukkig.
Wij vernamen later dat de overgeblevene
passagiers door koopman De Bruyckere Adeghem, kommerloos tot aan den Kommer
geraakt zijn.
***
De H. Bloedommegang zelf geleek aan de
schoonte van vóór den oorlog, maar hij werd halfweegs gestoord door den regen.
Nooit was er zooveel volk.
Ik wete dat uw blad gelezen wordt door vele
geestelijken en godvruchtige menschen. Daarom achte ik het gepast u mededeeling
te doen van de plechtigheid die hier heden ter gelegenheid van Allerzielen dag
heeft plaats gehad, anderen ten exempel.
Hier g[e]lijk elders bijkans overal bestaat,
ging het kerkkoor de vorige jaren na den goddelijken dienst, maar tot aan den
Calvarieberg, om daar eenvoudig den miserere
voor de geloovige zielen te zingen. Maar van dage is het er zoo wat prachtiger
naar toe gegaan. Na een plechtig gezang uit het officie der overledenen vóór
den Calvarieberg, heeft men de ronde gedaan van het kerkhof, onder het zingen
van gezangen op den dag toepasselijk. Maar wat vooral eene gunstige stemming gebracht
heeft, is dat de geestelijke stoet is blijven stilstaan bij het graf van den
laatsten begravene, eenen armen werkman, om daar een kerkzang aan te heffen en
de gebeden der omstaander voor hem te verwekken.
Anderen die nooit te vreden zijn zouden nog begeerd
hebben een bezoek naar de kapel van het H. Hert van Jezus, ten koste der
gemeente op het kerkhof opgericht, ter nagedachtenis van de gesneuvelde
soldaten. Een echt gedenkstuk in gotischen stijl opgemaakt volgens de teekening
van den smaakvollen vlaamschen bouwmeester Cauwes.
Zondag gepasseerd moesten hier met kriegen van den dag
alle vlaggen uitzitten, maar door het slecht weer werdenr [sic] ze maar s
namiddags opgestoken voo[r] den stoet. Het was een stoet als er niet veel zijn
te zien geweest, zoo schoone spijtig genoeg dat hij moest op de dorpplaats
blijven door de groote regenvlaag.
De 52 oudstrijders kregen den eerewijn, en het volk zal de
feest nog lang onthouden, want Sint-Jooris en Ruyselede staan op den eersten
rang als er te vieren is.
trefwoorden: Sint-Joris-ten-Distel, dankprocessie, 20ste eeuw
Heden .Zondag om 4 uren (kerktoren) zal de dankprocessie
uitgaan, in stoet geheel het leven van St-Jooris op zijn paard verbeeldende,
waar 25 groepen van alle standen verkleed zullen gaan en 3 praalwagens. De
stoet zal zich vormen aan de melkerij, dan gaan al over de brug langs de
Kasteeldreef, dan langs den steenweg die naar Maria-Aalter loopt en dan stop
zetten op de marktplaats.
trefwoorden: Sint-Joris-ten-Distel, dankprocessie, 20ste eeuw