dé website met alle info over de West-Vlaamse processies Kaderend in het project van Heemkunde West-Vlaanderen willen we hier zoveel mogelijk informatie plaatsen, zodat iedereen wat kan terugvinden over processies in zijn eigen gemeente/regio. Via "zoeken in blog" (links op het scherm) kan je de juiste informatie terugvinden (probeer zowel met en zonder hoofdletter). Beschik je zelf over informatie, stuur dit dan op via e-mail, en we zetten het zo snel mogelijk op de blog. Een bijzondere aandacht is er voor krantenartikels. Een overzicht van systematisch doorgenomen kranten kan je vinden door "krantenoverzicht" in te tikken. Hoe meer artikels er op staan, hoe sneller er ook iets over jouw gemeente/regio terug te vinden zal zijn.
21-01-2012
uit 't Getrouwe Maldeghem, 9 juli 1899
Oostende. Zeewijding. De jaarlijksche
plechtigheid van de zeewijding heeft zondag plaats gehad. Het weder was slecht
en er waren veel minder vreemdelingen aangekomen. Deze vermindering wordt
toegeschreven aan de woelingen die te Brussel plaats gehad hebben. De processie
werd op de Wapenplaats uitgefloten door eenige onbeschofte kerels.
De E.H. Deken heeft de zee gewijd, terwijl de fanfaren van
den katholieken kring speelden.
Tijdens de plechtigheid gebeurde er een ongeval; een bootje
waarin zich tien personen bevonden, gelast met de salvoschoten te lossen, kwam
in aanvaring met de visschersboot 64. Het bootje kapsijsde en de tien
opvarenden alsook de schipper en zijn helper vielen in het water. De
drenkelingen werden gered; twee hunner, MM. Dedoneker en Glorie, hadden reeds
het bewustzijn verloren; zij zijn nu buiten gevaar.
Brugge. De Pick-Pockets zijn weer aan t werk
geweest ter gelegenheid van de H. Bloedprocessie. Zij hebben hun stieltje met
vlucht uitgeoefend op de groote Markt en op den Burg, alsook op geheel den
doortocht der processie. Is t te verwonderen? De vrouwenkleederen zijn
tegenwoordig geheel naar de goeste gemaakt van de beurzenknippers; zij hebben
alle gemak om hunne lange vingers in de achterbeurzen te steken.
Van zaterdag reeds werd vrouw Axters van Coolkerke haren
geldbeugel gestolen inhoudende 90 frank.
Er waren in onze statie bijzondere schikkingen genomen
geweest om de gauwdieven te knippen. Drie vreemde policieofficieren der statie,
die van tijd tot tijd andere kleederen aantrokken wandelden in de spoorhalle
rond en hielden oog in t ze[i]l.
Ook in den namiddag omtrent drie uren heeft M. Huyghebaert,
policieofficier in de spoorhalle, een jongen letterzetter van Brussel
aangehouden, terwijl deze met de handen in andermans zakken zat.
Getal reiskaarten ingezameld aan de spoorhalle te Brugge,
op Maandag 8 Mei:
Van de linie Gent-Zuid, 5,238
>> Gent-Eekloo, 1,688
>> Oostende, 5,183
>> Heyst, 1,033
>> Westvlaanderen, 6,078
Totaal, /19,520
Den Zondag, daags te voren, wierden er
ingezameld: /4,470
Kortrijk. Op
zondag, 14 Mei aanstaande, om 3 ½ ure namiddag, zal de groote processie van het
H. Haar van Onzen Heer Jesus-Christus, haren gewonen ommegang doen.
Het is de vierde maal sedert zijne herinrichting dat die
wonderschoone stoet de straten van het christene Kortrijk zal doortrekken.
De lof van die prachtige Processie moet niet meer
uitgesproken worden. Heel Vlaanderen, Henegouw, het Noorden van Frankrijk weten
van haren luister te spreken en de duizende en duizende vreemdelingen die
telken jare met de bijzondere treinen en trams van naar en verre die
plechtigheid zijn komen bijwonen, kunnen hunne bewondering niet genoeg
uitdrukken.
Dit jaar zal de processie nog eene gansch zonderlinge
aantrekkelijkheid hebben. Benevens de tegenwoordigheid van Mgr Christiaens
bisschop van Hou-pé Zuid (China) zal zij nog opgeluisterd worden door de
aanwezigheid van den wereldberoemnen [sic] Generaal Baron de Charette,
opperbevelhebber der pauzelijke Zouaven. Van Cannes, uit Frankrijk, zal die
vermaarde held naar Kortrijk komen om de groote H. Haarprocessie te vergezellen
en er zich aan het hoofd te stellen in den stoet van honderden zijner
wapenbroeders die op 14 Mei, van uit Duitschland, Holland, Frankrijk en alle
gewesten van ons land te Kortrijk zullen samenkomen.
Men meldt ook de komst van de weledele Heeren de Résimont,
le Gonidec de Fraissan, Vanderstraeten-Ponthoz, enz., allen leden van het leger
van den onsterfelijken Pius IX.
Het christen volk zal dien dag te Kortrijk zijn om een nieuw
bewijs te geven van zijn christen geloof in het vereeren der kostelijke
relikwie en van zijne genegenheid voor de oude verdedigers der Heilige Kerk.
De H.
Bloedprocessie. Daar het 4e linie zich in het kamp van
Beverloo bevindt, en het 3e lanciers naar Charleroi vertrokken is,
zullen wij waarschijnlijk zonder soldaten staan voor de H. Bloedprocessie.
Zooals men weet, is het peerdevolk er in die omstandigheid uiterst noodig, om
de processie te openen en den weg te banen door de dikgeschaarde menigte, die
op den doorgang post vat. t Zal dus noodig zijn dat er, van weg de
<<Edele Confrerie van het H. Bloed,>> aanstonds middels gezocht
worden om in die noodwendigheid te voorzien. Ook twee muzieken zullen daardoor
in de H. Bloedprocessie ontbreken.
Brugge. De
vijftiendaagsche plechtigheid van het H. Bloed begint den woensdag 3 Mei en zal
gesloten worden den woensdag 17 Mei inbegrepen.
De H.
Bloedprocessie. Den maandag 8 Mei, viert Brugge de 749e
verjaring der heugelijke aankomst van t H. Bloed binnen zijne muren en zal die
weergalooze schat in luisterlijken stoet rond de stad gedragen worden. De alom
vermaarde H Bloedprocessie zal rond 11 ure de hoofdkerk van St-Salvator
verlaten en de gewone straten van den omgang doortrekken.
De Algemeene Bedevaart van t H. Bloed ingericht om door de
verdiensten van het duurbaar Bloed Christi, van God almachtig eene milden zegen
af te smeeken over Kerk en Vaderland, zal op zondag 14 Mei plaats hebben.
Tot nu was de H. Bloed processie samengesteld uit alles
wat de zeven parochiën en biddende Orders schoonst en verhevenst bezitten. Nu
echter, en het is de wensch van alle weldenkende Bruggelingen, zal haar een
uitsluitend historisch karakter gegeven worden; bij zoo verre dat men, haar
ziende voorbijtrekken, eene der schoonste en verhevenste bladzijden, uit onze
roemrijke geschiedenis voor zijne oogen zal zien ontrollen.
Ook de stoffe tot het vormen van eenen volledigen stoet,
ontbreekt niet.
Na het verbeelden van het leven, lijden en dood onzes
Zaligmakers en van het leven zijner bijzonderste tijdgenooten, kan men
bijvoorbeeld, de verdrukking en vervolgingen niet schetsen door de ongeloovigen
op de Kristenen van het H. Land gepleegd? Het prediken van den Kruistocht; het
inschepen van het Vlaamsche leger te Damme; de inneming der versterkte steden
in Palnstina [sic] en de verovering van het H. Land. op de Turken; het in
ontvangst nemen der allerheiligste relikwie van het H. Bloed, door den Patriark
van Jerusalem aan de Vlamingen ten loon hunne dapperheid geschonken; de
terugkomst en zegepralende intrede der Vlamingen binnen Brugge, enz.
Men zou misschien, in dezen te hervormen stoet, den slag der
Gulden Sporen kunnen herinneren, want
de volksoverlevering wil dat de H. Bloedprocessie werd ingericht als dankbaar
aandenken aan den zegerijken slag door het Vlaamsche volk op de
struikrooversbenden van Philips den Munteschrooder op het Groeningerveld
behaald.
Wat de te verdwijnen deelen der tegenwoordige H.
Bloedprocessie betreft, deze schoone heilige groepen en voorstellingen zouden
voorts kunnen verschijnen in de parochieprocessieën, alwaar zij op hunne echte
plaats zouden zijn. M.V.
Merkem. Zeldzaam geval. Zondag werd te Merkem
in de processie het Allerwaardigste gedragen door den Eerw. heer Vereenooghe,
die nu naar de missie van Mongolië vertrokken is; zijne beide broeders droegen
elk eenen fakkel en zijne vier zusters, allen kloosterzusters van
St-Vincentius-à-Paulo te Merkem, achten zich gelukkig het beeld van O.L.V. van
den Roozenkrans in dezelfde processie te mogen dragen. Niet veel familiën mogen
zich verheugen zoovelen hunner leden werkzaam te zien voor dezelfde goede
smaak.
Brugge. De
aloude Blindekensommegang een der eigenaardigste van het land en die alle jaren
op half oogst uitgaat, zal dit jaar weer in zijn historisch deel eene
merkwaardigheid meer hebben, namelijk het mirakuleus schip geladen met graan,
en wiens lading, in den toen heerschenden nood, de Bruggelingen om zeggens van
den hongerdood kwam redden. Welnu, wij
mogen aankondigen dat deze nieuwe groep prachtig zal zijn. Het schipje dat men
aan t bouwen is volgens de teekeningen der XVIe eeuw, zal een soort
van praalwagen uitmaken, die aan de Processie voorzeker veel luister za[l]
bijzetten. De West Bruggelingen zullen zich, van nu reeds, een gedacht daarvan
kunnen maken, daar men de verleden week, met het geraamte van t schipje, in
dit kwartier heeft rondgereden, ten einde te onderzoeken of het doorrijden, in
sommige straten, geene moeilijkheden ging te weeg brengen. Deze proef is wel
gelukt.
Daar er een zestigtal ruiters in de Processie zouden moeten
plaats vinden, doet de Raad der Gilde ook eenen warmen oproep tot de deftige
jongelingen der stad, die peerden bezitten en dnze [sic] kunnen berijden, opdat
zij zich zouden inschrijven, om met hun peerd aan de Processie deel te nemen.
trefwoorden: Brugge, Blindekensprocessie, 19de eeuw
Veurne. De
vermaarde boetprocessie van Veurne zal zondag, 31 Juli aanstaande uitgaan.
Die godsdienstige stoet, eenig in zijne soort, lokt ieder
jaar eene ongelooflijke menigte volk uit alle gouwen van t land en van den
vreemde. t Is terzelfdertijd Veurnekermesse. Volgens de legende, is het nog
nooit geweten geweest dat de processie gestoord wierd door den regen; de
schrikkelijkste stortvlagen hebben altijd opgehouden van zoo haast de processie
van uit St Walburga kwam.
Kortrijk. De Heilig-Haarprocessie. Het is dus op
heden zondag 22 Mei dat het kristene Kortrijk wederom eenen schoonen dag zal
beleven. De plechtige, luisterijke en wijdberoemde processie van het H. Haar
van O.-H. Jezus Kristus zal om 3 ure namiddag, voor de derde maal de straten
onzer stad doortrekken. Die stoet waarvan iedereen nog met zooveel lof weet te
spreken en die andere jaren duizende vreemdelingen naar onze stad gelokt heeft,
zal in pracht, in orde en in deftigheid, de twee voorgaande jaren nog merkelijk
overtreffen. Nieuwigheden en verbeteringen zullen de schoone processie nog van
langst om meer in waarde houden.
Wie reeds die schoonen stoet heeft kunnen bewonderen, zal er
natuurlijk aan houden weer naar Kortrijk te gaan. Wie denzelfden nog nooit
gezien heeft zal zijn reisje naar Kortrijk niet beklagen.
Het Vlaamsche kristen volk houdt zijne relekwiën in eere en
zal er op den schoonen dag van 22 Mei te Kortrijk wederom de bewijzen van
opleveren.
Voor en na de processie, zal de kostbare relikwie ter
vereering en zegening der menigte in O.-L. Vrouwkerk uitgesteld worden.
Brugge. De H. Bloedprocessie. De H. Bloeddag
is dees jaar een schoone feestdag geweest voor Brugge. Deze processie die rond
11 ure is uitgegaan, werd door een prachtig weer begunstigd. Deze vermaarde
stoet die sedert 1150 bestaat, verwekt steeds de bewondering der duizende
nieuwsgierigen. Pogingen zullen gedaan worden om die processie geschiedkundig
te maken, hetgeen haar een eigenzelvig karakter zou geven. Naar ik herneem
[sic: verneem?], zal in 1900 de 750e verjaardag der inhaling te
Brugge van het Heilig bloed met ongemeene pracht gevierd worden.
De beweging der reizigers is sedert zondag en maandag zeer
aanzienlijk geweest. In de statie heeft men gedurende deze twee dagen 22,379
kaarten ontvangen, waarvan 5502 voor zondag, uit verschillende richtingen, en
16,877 op H. Bloeddag (maandag) en verdeeld als volgt: 2227 van de lijn
Oostende, 1186 van de lijn Heyst, 4570 van Gent-zuid, 2030 van de lijn
Gent-Eecloo, en 6864 van de lijn van West-Vlaanderen.
Er waren duizend reizigers meer dan verleden jaar.
Er dient bijgevoegd dat in deze cijfers niet zijn begrepen
de reizigers, die met de stoomtrams, stoombooten, rijtuigen van alle slach naar
Brugge zijn gekomen en die het getal van 22,379 ten allerminste verdubbeld
hebben.
Niets bijzonders te melden dan de aanhouding van
verschillige gauwdieven, die veel slachtoffers gemaakt hebben.
Brugge. Heilig Bloedfeest en processie. De
jaarlijksche vijftiendaagsche plechtigheid van het H. Bloed zal aanvang nemen
den dinsdag 3 mei, feestdag van het H. Bloed, en gesloten worden den 19 mei
inbegrepen, feestdag van Onzes Heeren Hemelvaart.
Den maandag 9 mei 1898
viert Brugge de 748e verjarign der heugelijke aankomst van het H.
Bloed binnen onze muren. Op dezen dag zal die weergalooze schat in luisterlijke
stoet rondgedragen worden langs de gewone straten.
Op zondag 15 mei zal de algemeene Bedevaart gedaan worden.
Oostende. De zeewijding. << Met meer
luister dan op andere jaren, had zondag, de plechtige zeewijding plaats. Dank
zij de medewerking van het gemeentebestuur, was de Groote Markt met vlaggen en
bloemen versierd. Er stonden eerebogen opgericht, terwijl aan alle hotels en
aan andere gebouwen de vlag wapperde.
<<Nevens den ruimen en schoonen altaar, die op den
dijk was opgericht, had het militair muziek post gevat. Als naar gewoonte,
werden op het havenhoofd, tijdens de zegening, 21 kanonschoten gelot.
<<Eene ingetogen menigte volgde de godsdienstige
plechtigheid met evenveel eerbied, als belangstelling, en meer dan eenen zeerob
pinkte eenen traan uit dooge weg, toen het Allerheiligste zegenende over den
wijden waterplas werd opgeheven.>>
Oostende. De Zeewijding zal plaats hebben den 2n
zondag van Juni; ze zal met bijzondere plechtigheid geschieden en door Z. D. H.
den bisschop van Brugge gedaan worden. In verband daarmee is besloten premiën
toe te kennen aan de schoonst met vlagge versierde vischbooten, die tijdens die
godsdienstige plechtigheid vóór de haven zullen heen en weer varen, iets wat,
bij fraai weer, ongetwijfeld een verrukkelijk zicht zal opleveren. Bovendien
zullen er dien dag en den daaropvolgende, verschillige volksfeesten plaats
hebben, onder andere een zeilwedstrijd voor open en gedekte
visschervaartuigjes.
Tot Brugge was er op H. Bloeddag veel volk en vele
beurzesnijders want die zoeken t gewoel. Het velopad door Maldeghem is ruim
door 600 wielrijders bereden.
Brugge. Nog
nooit is er zoo veel volk naar de Heiligbloedprocessie gekomen als dit jaar. In
de Spoorhalle heeft men 16702 kaarten ontvangen. tegen 16292 in 96 en 15310 in t jaar 95.
t Is wederom de maatschappij van West-Vlaanderen die diepst
in de koek heeft mogen bijten: 6330 van hare reiskaarten zijn maandag ontvangen
geweest.
Beurzesnijders.
Dit volk is nergens afwezig. Zij komen bijzonderlijk geerne van Brussel naar
Brugge, die doode stad! zeggen de
Brusseleers.
Maandag zijn er 4 geknipt geweest, die nu op het Pandreitje verblijven in t hotel van
minister Begèrem. Een van de vier, op heeter daad betrapt, beweert dat hij den
geldbeugel uit den zak van eene dame ziende vallen hem aanstonds opnam om hem
weder te geven, en de policie durft toen nog zeggen dat hij dief is. t Is
wreed!
Een tweede werd geknipt door den policiecommissaris der
spoorhalle op den oogenblik dat hij den zak geopend had van Mad. Bouquaere van
Gent. Men vond op hem eene somme van 56.06 fr. en twee vrouwenringen.
Nog eene aanhouding is te danken aan twee fransche
priesters, die boven aan eene der vensters stonden van jufvrouw Pattyn, op de
Burgplaats. De geestelijken bemerkten de loensche handelwijze van eenen gast,
die van den eenen mensch naar den anderen ging en zij vervolgden hem met de
oogen; eensklaps zagen zij hem de hand steken in de zakken van een persoon: Een pick pocket, riepen zij uit de
hoogte en de menschen, door het geroep der priesters aandachtig gemaakt, grepen
den gauwdief en leverden hem in de handen der policie, die het gestolen goed in
zijn bezit had.
H. Bloedfeest en
processie. De vijftiendaagsche plechtigheid ter eere van het Heilig Bloed
te Brugge, begint dit jaar den 3 Mei, en zal den dinsdag 18 Mei gesloten
worden.
Den maandag 3 Mei, zal het H. Bloed in luisterlijken stoet
rondgedregen worden, gevolgd door den pauselijken nuntius Mgr. Rinaldini en
andere bisschoppen.
De algemeene bedevaart naar het H. Bloed, zal gehouden
worden op Zondag 9 Mei, op de gewone wijze door de straten van Brugge. Om 10
ure, zal de bedevaartmis ter Burgplaats beginnen.
A. VERSTRYNGHE, voerman, maakt bekend dat hij op 3 Mei naar Brugge naar de processie zal
rijden voor 70 centiemen weg en weer; vertrekt om 7 uren op het Westeindeken
bij B. Baert en ten half achten bij Marie Boes aan de Kroone. Er zal plaats
zijn voor 60 mannen. Zondag den 9en zullen wij ook rijden
Zeehaven
De schoone hoofstad van
West-Vlaanderen heeft weer haar feestdos aangetrokken.
Reeds van zaterdag, verjaardag der
Gulden Sporen, waren de feestelijkheden in gang. Vóór de voeten van Breidel en
De Coninck zagen wij Maandag nog de bloemenkransen, die de Brugsche jeugd er
zaterdag avond had nedergelegd.
Den zondag moesten de Bruggelingen
zich verdeelen. In de Lieve-vrouwkerk werd eene mis gedaan voor de gesneuvelde
Vlamingen van 1302, met vaderlandsch sermoen door priester DeLaere en op
hetzelfde oogenblik had de overbrenging plaats der beenderen der Zaligen
Idesbaldus Van der Gracht uit de kleine Potteriekerk naar de kerk van het
Seminarie.
Daar werd door den Bisschop de
hoogmis gezongen, waarna, in tegenwoordigheid van den overblijvende edele
familien aan den gelukzalige verwant (gelijk Baron Rotsart dHertaing, de
kasteelheer van Maldeghem) de kist werd opengebroken. Het geraamte lag op een
wit kussen vast met zijden draden. De Bisschop nam er eene ribbe uit en schonk ze
aan den pastoor van Sinte Walburga te Veurne, waar Idesbaldus abt was geweest.
Toen het vereerd gebeente aan het
talrijk volk getoond werd, waren er velen die luidop weenden van aandoening.
Pater Van Langermeersch, die, als
hij drie jaar oud was, dank aan Idesbaldus, wonderbaar genas, deed s namiddags
een treffende sermoen en ten 6 ure werd de rijve in ommegang naar de hoofdkerk
gevoerd en de menschen stonden blootshoofds op den weg.
Eindelijk Maandag de stoet.
De verwachtingen dien stoet was zoo
groot niet als dezen voor Karel den Goede. Het was van te voren gezeid: t ging
meer een geestelijke ommegang zijn, maar dewijl iedere dekenij en voorname
bedevaartsplaats uit het bisdom van Brugge het hare gezonden had, was een
talrijke menigte medegekomen.
Uit het Gentsche kwamen er echter
ook veel menschen: 1622 met den staatspoorweg en 1467 met onze lijn. veel
velopedisten en tamelijk veel buitenmenschen uit de buurte te voet.
De Steenstrate propt. De stoet
wordt gevormd in de zijstraten van aan Simon Stevens naar de markt, vanwaar hij
moet beginnen. De rijven der heiligen zijn hier en daar reeds op voorhand in
huizen der Steenstraat gedragen, om effenaan bij den voorbijgaanden stoet
vervoegd te worden.
Vóór de kathedraal, op een verhoog,
zitten de bisschoppen, Mgr. Waffelaert in t midden met den pauzelijken gezant
van Brussel. Mgr. Stillemans komt maar laat toe; zijn daar nog Mgr. De
Crolière, bisschop van Doornik, de nieuwe en eerste bisschop van den Congo,
Mgr. Roelens, met zijnen grooten baard en Mgr. Christiaans met zijnen grijzen
knevel, bisschop in China, die over acht dagen, zoo plechtig ingehaald werd in
Thielt, zijne geboorteplaats, alsmede Mgr. Vandenbosch, aartsbisschop in
Engelsch Indië, worden vooral opgemerkt.
Daarbij zijn aanwezig de gemijterde
abten van het land; het geldt immers eenen hunner voorgangers, abt Idesbaldus,
en zoo zien wij de abdijen van Averbode, Tongerloo, Afflighem, Dendermonde,
Bornhem, Westvletteren, Scourmont, Rochefort en Catsberg door hunne abten met
mijter en staf hier bijeen, De oudste en wel de voornaamste is er niet: de abt
der trappisten van Westmalle; hij lag juist op t hemelvaren en stierf des
nachts in zijne abdij na 52 jaar bestier!
Recht vóór de bisschoppen is het
schoonste staan, want hier houdt de stoet zich op zijn beste en t zingt en
speelt wat zingen of spelen moet. Ook is het hier in t begin een onstuimige
zee van volk. De gendarms, die den stoet openen, moeten eerst en vooral den weg
openen door het volk, want t zou anders niet gaan.
t Muziek van de piotten jaagt alle
herten op. (De lanciers zijn naar t kamp en we hebben geen van Gent gezien.)
t Eerst is t vertoog der
wapenschilden der Bisdommen van Teremberg (Frankrijk) Yper en Brugge die in den
tijd het huidige bisdom van Brugge beheerden.
Dan volgen de wapenschilden van al
de bisschoppen van Brugge en nummer 3 was dat van Matthias Lambrecht, die te
Sint-Laureins geboren werd, een fellen man, wel trekkende op zijnen achterneef
den nog altijd beweenden bisschop Lambrecht van Gent.
Nu zouden we wel moeten nog eens
het program van den stoet herdrukken en nog wel het getal en omstandigheden en
dat ware te lang. We zullen enkel zeggen dat de peerdegasten van Oostkamp, die
gelukzaligen Robrecht van Gruuthuse begeleiden, ferm uitkwamen, zoowel als deze
van Thourout en Veurne. Men weet dat het zware Vlaamsche boerepeerd nog
hetzelfde is gebleven van over honderde jaren. Daarom past het best in
historisch stoeten en t Laatste Nieuws van Brussel mag lachen zooveel het wil,
wie zich belachelijk maakt is deze die zegt dat de aartshertogin Isabella op
een peerd reed uit de brouwerij van Lapscheure als wanneer er te Lapscheure
geen brouwerij en is!
Nevens het vlaamsche boerevolk
prijkte onze rijke burgerij en de adel.
De stad Thielt zond een paar dozijn
engelen in zijde en satijn zoo schoon, zoo schitterend dat de bisschoppelijke
tribuun en met haar al het volk in toejuiching losbrak. Voor geen ander werd
zoo gejuicht; we denken dat het bisschop Christiaens is geweest die zoon salve
voor zijne vaderstad verwekte en dat mocht hij.
In dien stoet van gelukzaligen, die
hulde brachten aan hunnen landgenoot Idesbaldus, muntten nog uit Desiderius van
Kortrijk, Torphimus van ter Doest en Walter van Brugge. Oostkerke bracht
St-Guthago, den kluizenaar, Poperinghe St-Bertinus, Thourout St-Amand,
Diksmuide St-Thomas.
We vreesden erg dat het een
ommegang zou geweest zijn met herhaaldelijk kruis en vaandels, gelijk in t H.
Bloed, maar er was zeer veel verscheidenheid; men voelde tastbaar eene hand,
die alles bestierd had, om in kleedij, verbeelding en omvang altijd iets nieuws
en den aantrekkelijksten kant ervan te vertoonen.
Eenige muzieken als deze van
Thourout, Iseghem en Yperen, terecht ook toegejuicht, brachten daar ook het
hunne bij.
Hier zijn we nu aan de rijven der
heiligen.
De eerste is Sinte Godelieve van
Ghistel.
De zoo roerende geschiedenis van
haren ongelukkigen trouw met Bertulf, hare verwurging, dan Bertulf haar man die
haar doen vermoorden had, nu als boetedoener, als pater, als stichter van een
klooster. Tot tranen toe is het volk bewogen. Een ruwe vent achter ons staande
roept met eene versmoorde stem: H. Godelieve, bid voor ons!
Het is eene gansche stoet van
kostelijke relikwiekassen die daarop volgt, afgewisseld met de treffende
legenden als deze van Ste Walburga en hare beide heilige broeders Wilibald en
Wunibald, van St-Tilo, Iseghem, St-Bertulf, Harelleke [sic: Harelbeke],
St-Arnolf, Tieghem, St-Chrysolius, Comen enz. enz.; één ervan is bijzonder
eerbiedweerdig, ze is noch van goud of zilver, maar van zwart been, omnageld
met ijzeren latten. Gent met de bedevaart naar St-Lievens-Hautem is hier ook en
het levert den eenigen wagen, dien in den stoet te zien is: de pest met Sinte
Macarius; een melaatsche gansch in de bruine pij gedoken, gaat vooraf met den
lanteern en kleppert met een houten klepperken.
Onder de groepen door de stad
Brugge ingericht muntten uit deze van den H. Ignatius de Loyola, stichter der
Jesuieten, een prachtige ruiterstoet.
Bij het voorbijgaan der
verschillige parochiekerken van Brugge begon het sommigen te vervelen, niet
omdat het al niet schoon was, maar te lang in de heete brandende zonne.
Men was nog altijd aan het eerste
deel wat moest het tweede deel, het historische dan niet nog duren?
Machtig en indrukwekkend begon dit
tweede deel, groot en genoeg voor een gansch nieuwen stoet.
Het waren de zangers van het
Beevaartslied van Guido Gezelle, een echte zegemarsch, door meester Reyns op
toon gezet en door hem zelf nu bestierd.
De tusschenzang werd eerst door
kinder en mannen-stemmen gezongen, die daarna met begeleiding van 6 Thebaansche
trompetten, die voorafgingen, herhaald werd in harmonie met de fanfaren der
Burgersgilde die op de zangers volgden.
Hierop kwam de schitterendste
ruitersstoet, dien men uitdenken kan; het was de vader van Idesbald die naar t
heilig land trekt en wordt verbeeld door zijnen naneef den edelen heer van den
Gracht van Eeghem.
t Is nu al eêldom dat men ziet:
prins en prinses van Croy verbeelden graaf Diederik en gravin Sybilla, bij wien
Idesbald leermeester was, Mevr. en Mej. Arent. de Beerteghem, Heer en Mevr.
Rotsart dHertaing en tal van edelen rijden in den stoet van Aartshertogin
Isabella, die naar Veurne Idesbalds overblijfselen gaat vereeren.
Eenige historische gedenkenissen
over Idesbald en de abdij der Duinen, en eindelijk de kostelijke groote rijve
van den gelukzaligen vormen den laatsten groepn.
Daarachter namen de bisschoppen en
abten plaats die al gaande de menigte zegenden.
De stoet was zoo lang dat het
moeilijk was om hem tweemaal te zien, alhoewel de weg langs de statie terug
naar de markt al voorbij de Halve Maan om naar de Potteriereie trok.
Het heerlijkste weder verhoogde nog
den luister van den stoet.
Zeker zal heden zondag het getal
bezoekers wel dubbel groot zijn.