Inhoud blog
  • Dag 8 Tiské Steny. Tisà.
  • Dag 7 De Bastei en de tafelberg
  • Dag 6 Regendag - nic in Radec
  • Dag 5. Hrensco, de Zandbrug. Pravcicka Branà.
  • Dag 4. Jonsdorf, de Nonnenfelzen en de stenen van Oybin.
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Tsjechisch Zwitserland 2012
    Stappen in de Felsen.
    31-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 5. Hrensco, de Zandbrug. Pravcicka Branà.

    Hey,

    vanmorgen al heel vroeg opgestaan. En het eerste wat ik dan doe, is buiten kijken. En …geloof me, ik moest dadelijk aan een liedje denken en voelde me gelukkig.

    Kennen jullie dit liedje nog? Als de rook om je hoofd is verdwenen ……..maar ik had dadelijk die tekst aangepast met de woorden: "als de sneeuw door de zon is verdwenen." Ja, dan voel ik me weer zeer gelukkig. Ja ja, ik hoor het al, die melodie blijft nu ook in jullie hoofd zitten, hé. Ha ha.

    Ondertussen zijn nu ook de anderen beneden aangekomen. En ons Liesje? Ze zoekt vandaag niet meer onmiddellijk de zetel op, zeg. Goed zo. Ze is nog niet helemaal genezen, maar het gaat toch al een stuk beter met haar. Dat belooft, zeg.

    Geen sneeuw meer te zien, dus ik gelukkig. Dan maar aan het ontbijt begonnen. Ik heb voor de verandering eens spek gebakken. Dat hebben ze hier heel graag. Spek met bruine suiker. Mijn haar komt recht omhoog als ik ze daar zie van genieten. Ik vind het zo vreemd. Maar als ik dan mijn boterham met spek, vol mosterd smeer, dan kijken zij alsof ze ET terug zien landen.  Och ja, wat je lekker vindt, moet je maar eten.

    Terwijl ik aan het ontbijt bezig ben, wordt het buiten terug somber en mistig. Ik begin gaan te denken...niet lachen...ik kan ook denken, hoor. Je ziet dat aan mij misschien niet altijd, maar het gaat wel. Ik denk dus … wat gaan we vandaag doen? En waar gaan we heen? Ik laat eerst iedereen nog wat van het ontbijt genieten. Als ik over de tafel heen kijk, zie ik alleen nog blinkende gezichten. Ken je dat? Te veel in het vet gezeten, denk ik.

    En plots terwijl ik zit te dromen en naar buiten zit te staren, zie ik de zon verschijnen. Heerlijke zonnestralen vallen door het raam naar binnen. Ik roep, "JA, ik weet het. We gaan vandaag naar de zandbrug!" Dit weer kan het niet stuk maken. Ik dacht, als het dan vandaag tegenslaat met het weer, dan kan ik nog altijd een andere dag uit kiezen om nog eens terug te gaan.

    Toen werd het weer even heel druk. Jassen, picknick, fototoestellen, handschoenen, noem maar op. Alles werd klaar genomen. En het moest snel gaan, want dan begin ik ze op te jutten. Dat doe ik zo al jaren, en nog steeds trappen ze er met z’n allen in, ha ha.  Maar eerlijk gezegd ben ik dan zelf zo opgejaagd als een jong veulen. Want dan kan het niet snel genoeg meer gaan voor mij. Die zandbrug spookt al jaren door mijn hoofd. Alsof ik ze hoor roepen: "Staf, allee jongen, waar blijf jij nu?"

    Alles ingeladen, en wij weg. Gitte heeft de poort al geopend. Ze stapt in, ik zet de auto in achteruit en wil de weg op draaien. Ik vraag aan Gitte: "Alles okay? Geen auto's, enz?" " Jaja, papa, kom maar...kom maar...kom maar!" En dan ... PATAAT, een slag!
    We schrikken allemaal. En de auto helt ineens helemaal achterover.  Ik vloek en roep: MERDE!! Met al die sneeuw die er de vorig dagen gelegen heeft, had ik niet eens gezien dat er vlak naast de inrit een open gracht was. En ja, daar hingen we nu. Fijn hoor. Ben je zo helemaal klaar om te vertrekken, en dan krijg je dit aan de hand.

    Anja vraagt al of ze een boer met een tractor moet gaan zoeken -wat niet moeilijk is hier, want het zijn bijna allemaal boeren- maar ik zeg haar van even te wachten. Ik probeer het zelf wel. De dames stappen ondertussen allemaal uit om te helpen duwen. Ik krijg het voor mekaar om de auto zonder al te veel schade weer uit die gracht te halen. Oef, wat een geluk. Ik wou dadelijk op de grond gaan liggen om te kijken of er geen schade aan de auto was, maar kon me gelukkig net op tijd in houden. Dat is geen mannenwerk, he.  Ik vroeg dan maar aan Anja of zij even wou kijken, wat ze dan natuurlijk ook dadelijk deed. Gelukkig zeg, geen schade.

    Zo, dan de rit verder gezet naar Mezni Louka. Daar zouden we de auto parkeren en dan te voet langs vele rotsformaties het woud in, richting de zandbrug.

    Wat een prachtige wandeling, zeg. Ik heb al veel gezien, maar dit is wel één van de mooiste die ik ooit al gedaan heb. Achter elke bocht een ander zicht, en achter elke rots weer een andere, die elke keer weer mooier en hoger is. En de herfstkleuren ... prachtig ... soms ligt er een gouden tapijt van bladeren tussen de bomen. De tijd gaat voorbij, en de kilometers lopen op. We vervelen ons niet. De zichten blijven prachtig. We slaan rood uit, en hijgen alsof ons leven er van af hangt. Het is dan ook serieus bergop. Ons Lies vraagt me nog: Papa, zo een hart, kan er dat uit vliegen? Ik zeg neen, waarom? Dat van mij bonst zo hard, zegt ze, alsof het er gaat uit vliegen. Geen nood, zeg ik nog, het vliegt er heus niet uit.

    En dan ... opeens ... een kreet van mezelf. Ik ben de eerste die ze ziet. Daar kijk...de zandbrug!! We staan weer perplex. Mondjes open. We lijken wel zo een ganzenfamilie die honger heeft, zeg.

    Wat een pracht! Wat een fenomeen! Ik kan niet onder woorden brengen wat de natuur hier heeft gemaakt. Ik stond in China voor de Moon Mountain, maar had toen niet die kik die ik nu had. Ik begrijp het niet. Dat is toch ook hetzelfde natuurverschijnsel daar? Ik had toen al veel te veel gezien, denk ik.

    Nu kon het niet snel genoeg meer gaan. Het hijgen stopte...of  hoorden we het niet meer? Ik weet het niet. Ik wilde maar een ding meer, verder naar die brug. Hoe dichter we kwamen, hoe mooier ze werd. Een pracht. Ik geraak er niet over uitgepraat. Ik voel me gelukkig als een kind. Dat ik ook dit weer mag meemaken en zien. Samen met hen, die ik ook allemaal zo graag zie. Ik vind het reuze.

    Eénmaal boven aan de brug aangekomen, moeten we inkom betalen. Anders zeur ik altijd als ik moet betalen. En nu? Nu kan het niet snel genoeg gaan. Kom betalen, roep ik nog. Ik wil hier binnen. Er zijn drie uitkijkpunten waar je kan naartoe klimmen om die pracht te gaan bekijken. Het is wel telkens serieus klimmen. Doodop zijn we. Het is zwaar, heel zwaar. Maar, meer dan de moeite.

    We maken zelfs geen tijd om onze picknick naar binnen te werken. Zo druk zijn we z’n allen bezig met die brug. Fotograferen, filmen, dromen en kijken, steeds maar weer kijken. Ik geraak niet uitgefotografeerd. Ik wil de brug van overal in het vizier hebben. Ik heb iedereen er al bij geroepen. We hebben prachtige foto’s, dat weet ik zeker.

    Ik vind het zo jammer, dat ik hier geen enkele foto op het net gezet krijg. Ik heb echt alles al geprobeerd, maar het wil maar niet lukken. Telkens valt het internet weg. Maar jullie zullen ze te zien krijgen. Dat beloof ik.

    Dan komt ons Liesje met een heel goede opmerking. Ik hoor ze zeggen. Mama, wanneer gaan wij onze wafel en banaan opeten? Ik heb honger...en het wordt al donker.

    Oh neen zeg. Paniek. Ja, dat is waar, we hebben nog niets gegeten en het wordt al donker. Ojee, en we moeten nog een
    dikke 8km teruglopen naar de auto. Door het woud. Snel een plaatsje gezocht op een bank, en onze wafel en banaan dan maar opgegeten. Ja, het is echt donker aan het worden, heel donker. Pech ... veel pech, we zullen er door moeten. Bij het verlaten van de zandbrug zegt een gids ons nog gedag. Wij waren de laatste bezoekers van het seizoen. Morgen sloot het domein en werd het alleen nog
    geopend op zon- en feestdagen. Toen zei hij heel droog: prettige terugtocht ...in het maanlicht!!! Toen slikten we wel even, want het werd inderdaad zienderogen donkerder!

    We besluiten om niet terug te gaan, maar verder door. Dan zouden we 4km moeten stappen tot aan een parking i.p.v. 8 km terug naar de auto. En misschien komt daar wel een bus en kunnen we die nemen terug naar de parking waar onze auto staat. Het is een hel in de pikkedonker gaan. Je ziet in het maanlicht -inderdaad, de gids had gelijk- wel vaag de wandelpad, maar geen details, zoals stenen of takken die er liggen of gaten in de wandelpad. Was wel moeilijk stappen! Gelukkig heeft onze avonturier nr° 2, en dat is Gitte, een zaklampje bij. Zo ééntje dat je moet opdraaien en dat dan wat licht geeft. Hier doen we het mee. Het lukt. Het is wel wat gevaarlijk, omdat we niet altijd zien waar we onze voeten zetten. Anja is de eerst die pech heeft. Haar voet klinkt om en doet pijn. Maar het gaat ... we gaan verder. Ik krijg vragen van de kinderen. "Papa, wat doen we als er een wolf komt? Of, wat doen we als er een beer komt?" Ik zeg heel stoer: Ben je moe? Neen, zeggen ze. Ik zeg: Awel, dan is het heel makkelijk...lopen dan, hé kinderen...heel hard lopen!!! Hahaha.

    Flauw, hé. Maar we houden elkaar zo bezig en het stappen gaat beter en sneller dan.

    Ja, we hebben goed gegokt. We komen ergens aan een straat uit, maar balkdonker, zeg. Je ziet geen steek meer voor je ogen. We zien in de verte lichten aan komen. Snel lopen we naar een bushalte. De bus stopt, maar rijdt in de andere richting. Anderhalf uur wachten, zegt de chauffeur, dan komt er één die jullie richting uit rijdt. Ja lap, daar staan we dan. Ik zeg: komaan, vandaag ben ik de Chinese vrijwilliger. Ik doe mijn rugzak af en ga stappen in de richting van de parking. Ik ga autostop doen. Ben je gek? zeggen ze met drie in koor. Ik zeg: ja, maar nog niet zo gek lang.

    Al bij de derde auto heb ik prijs. Ik mag met een Tsjech mee rijden. Hij verstaat helemaal niets van wat ik probeer te zeggen, maar hij wist wel dat ik naar Mezni Louka moest. En ik mocht mee. Zo, weer een probleem opgelost. Boven aan de parking aangekomen, zie ik twee koppels Duitsers staan, die het zelfde probleem hebben, als ik had, maar dan in omgekeerde richting. Hun wagen stond onder aan de parking.

    Ik zeg: kom op, dames en heren, stap maar in. Ik breng jullie naar de parking beneden. Lang geleden dat ik nog zo een gelukkige mensen gezien heb. Want het was ook echt gevaarlijk daar, hoor. Pikdonker, en dan langs een onverlichte straat lopen om nog een 7km bergop over asfalt te lopen. Je zou voor minder.

    Tijdens het naar huis rijden, zijn we weer in hetzelfde restaurant gaan eten. En we hadden geluk. Er was een feestje, met live-muziek. Een goulash feestje, echt waar. Je kon er vier verschillende soorten goulash eten, met brood, knödel, rösti aardappelen en gekookte aardappelen. En pivo...veel pivo. Gezellige boel daar, hoor. We zijn er een hele tijd blijven hangen.

    Als het aan mij gelegen had, waren we al veel vroeger thuis geweest. Maar als ge zo 3 vrouwen bij hebt, die dan ook nog eens graag pivo...euh, cola drinken ….. Ja, dan ben je dadelijk nog niet thuis, hé. Maar ik heb niet gezeurd, ik heb me dan ook maar aangepast. En met veel tegenzin  dan ook nog maar wat pivo gedronken.

    Ik heb vandaag weer heel wat op mijn netvlies gekregen. Dingen die me jaren gaan bijblijven en waar door ik me nu, en in de toekomst, heel gelukkig ga voelen. Mooi...prachtig...ik heb er niet meer woorden voor.

    Tot morgen.

    Staf en familie

    31-10-2012 om 23:53 geschreven door Staf  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 4/5 - (6 Stemmen)
    >> Reageer (1)
    30-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 4. Jonsdorf, de Nonnenfelzen en de stenen van Oybin.

    Hey allemaal,

    Vanmorgen heel vroeg opgestaan, want ik heb nog heel veel tijd in te halen. Bij mijn eerste blik naar buiten, zakte de moed alweer in mijn schoenen. Zo ver ik zien kon, was alles een wit dik sneeuwtapijt.

    Lap, daar gaat mijn zandbrug weer. Het wil maar niet lukken. Na het koffie zetten, hoorde ik de rest al naar beneden komen. Daar had ik dan ook genoeg lawaai voor gemaakt, en dat was ook een beetje de bedoeling.

    Ons ziek Liesje kwam ook naar beneden gegaan, maar daar was zeker alles nog niet mee in orde, hoor. Ze zocht dadelijk terug
    de zetel op. Ohlala, geen goed nieuws, dacht ik nog. De verpleegster geroepen, koorts genomen, en ja, lap, nog steeds 38,5° koorts. Dan maar weer rustig aan, dacht ik. Tijdens het ontbijt werd Lies ineens terug wakker. Heb ik nu weer geslapen vroeg ze? Euh, ja, en dat hadden we mogen horen. Tot tweemaal toe ben ik aan het raam gaan kijken welke tractor er in onze tuin stond met de motor
    aan, maar naderhand bleek dat ons Liesje te zijn!! Amai zeg, dat kon tellen ... zo knorren.

    We hebben toen maar geprobeerd om er een ontbijt in te krijgen, en dat lukte toch een beetje.

    En nu? Wat gaan we doen? Ik wist het. We gaan een rondrit maken met de auto, en we gaan zo veel mogelijk dingen bekijken waarvoor we bijna niet uit de auto moeten gaan.

    Ondertussen was het even gestopt met sneeuwen. Alles ingepakt, en wij op weg naar Jonsdorf, de Nonnenfelzen.

    Ik was nog maar een acht km onderweg toen het ineens heel mistig werd en er weer een pak sneeuw naar beneden kwam. Ik dacht nog: God, wat heb ik toch misdaan? Waarom moet die rotzooi toch nu allemaal naar beneden komen? Wacht toch tot in de winter, zeg!! Maar het hielp niet. Het bleef sneeuwen. Het werd stil in de auto, en heel even heb ik er aan gedacht van terug te draaien. Zo erg was het. Maar we hebben toch maar door gezet. Trouwens, wat gingen we anders doen?

    Hoe verder we bij de Duitse grens kwamen, hoe erger het werd. Ongelofelijk, zeg. Wat een winterweer! De straten waren
    helemaal dicht gesneeuwd en geijzeld. Het was behoorlijk tricky om nu nog door te rijden, maar we waren nu al zo ver. Toch maar door gezet.

    Net voor we Jonsdorf binnen reden, passeerden we Oybin. En daar zagen we opeens een enorm grote rotsformatie verschijnen voor onze ogen. Wat een pracht, zeg. Dadelijk de auto langs het straat geparkeerd, en wij daar op af. Het werd ons meteen duidelijk dat het om formaties ging die wel meer dan 100 miljoenen jaren oud zijn. Ik ben er dadelijk naar toe gestapt. Ik moest en zou deze gaan aanraken. Dat doet je wel wat, zeg. Je word stil, en je probeert je dan een beetje in te leven, in hoe het in die tijd hier geweest moet zijn. Alles stond hier onder water toen. Je kan nog heel goed de waterlijn zien. Daar zijn de stenen het meest uitgesleten.

    Eigenlijk was het wel grappig. We zagen van op straat een 3-tal rotsen staan en waren daarvoor uitgestapt. Maar telkens je even voorbij zo'n rots keek, zag je een andere -mooiere- staan, en daarachter nog 1 en nog 1 ... het bleef maar komen. Uiteindelijk werd het een fikse wandeling!

    In China heb ik ook het stenen woud gezien, en dat is ook zo wat het zelfde fenomeen als hier. Maar daar was ik er toen zo niet van onder de invloed, raar. Deze rotsformaties zijn groter en zwaarder dan in China. En ze zijn ook totaal anders van kleur. Wat zou ik me toch graag even in de tijd willen gevoeld hebben. Misschien toch even denken aan een tele-tijdmachine. Ik zou er alvast geld voor over hebben. Allee, niet veel, he, want ik heb er geen! Ik ben maar een fabrieksarbeider, hé.

    De sneeuw kraakte onder onze voeten terwijl we een wandeling deden langs deze prachtige rotsformaties. Mooi zeg, te mooi om waar te zijn. We genoten met volle teugen. Wat een pracht, zeg.

    Dan zijn we door gereden naar Jonsdorf, de Nonnenfelzen. En alweer viel onze mond open van verbazing. En dat was hier nogal gevaarlijk,want ondertussen was het weer heel fel beginnen sneeuwen. En als je dan daar staat met je mond open….. niet te lang dan, hé, want anders ga je misschien verdrinken. En dat willen we niet.

    De auto op de parkeerplaats gezet. Ons dik en warm aangekleed, want dat was hier wel nodig. De temperatuur was hier tot 3 graden onder nul gezakt. Er stond een stevige ijzige wind, en het sneeuwde keihard. Maar we zijn vertrokken. We werden natuurlijk dadelijk kletsnat. Maar dat hield ons, en zeker mij, niet tegen. Ik voelde mij aangetrokken tot die Nonnenfelzen. Ik wilde ze zien en voelen.

    Eénmaal als ze in het vizier kwamen, vielen we stil. Terug die monden open! Wat een pracht, zeg. We hebben daar zeker een volle minuut staan kijken. Langer kunnen we onze adem niet in houden, hé.

    Al snel zien we ook dat het nu trappen lopen is. Een heel stuk omhoog. We vliegen als jonge veulens die trappen op. Maar al heel snel remde die Nonnenfelzense trappen ons af. En leken we alleen nog hijgende paardjes. Zo met heel veel witte damp die uit de bek komt. Kom op, jongens, effe een tandje minder zetten, we komen er wel, hoor.

    De kids lopen ons voor. Lies heeft kou, en ze weet niet wat haar te wachten staat. Ze wil alleen maar heel snel weer naar de auto. Het zegt haar op dit moment niet zo veel.

    Maar eenmaal boven aangekomen, weet ik haar te overhalen, en maakt ze toch heel de toer mee af. Ze klaagt dat ze kou heeft, maar ik denk dat ze het stiekem toch ook wel heel mooi vind.

    Ik ben niet te houden, en begin te fotograferen als een bezeten. Ik voel de kou niet. Tot ik op het hoogste punt sta. Samen met Gitte. De snottebellen vliegen ons om de oren. We moeten er nog mee lachen. Maar we houden vol. We zullen hier van elk plaatsje genieten. Tranen staan weer in mijn ogen. Wat ben ik soms toch een zieligaard, zeg. Ik vind het mooi, en daarmee uit.

    Tijdens het naar beneden gaan, word het erger. Het heeft ondertussen nog meer geijzeld en gesneeuwd. We moeten echt met twee handen de leuningen vasthouden, anders schuiven we gewoon naar beneden. Spiegelglad is het op die trappen. Maar we halen het.

    Lies begint nu echt gaan te bibberen. Even dacht ik aan een lichte aardbeving, maar het was onze kleine meid. Maar ze word beloond. We gaan snel in het hoog gelegen restaurant binnen en bestellen soep met worst en knoflook, en appelstrudel, en warme chocomelk mèt slagroom. En, natuurlijk … ook een pivo voor den bompa.

    Na nog wat nagekeuveld te hebben, beslissen we van de terugweg in te zetten. Lies vraagt aan de dame de kortste weg terug naar beneden. De dame antwoordde heel vriendelijk, dat ze dan maar op haar gat moet gaan zitten, en haar naar beneden moet laten glijden. We moeten er allemaal om lachen. Ik denk dat ze moe is. Maar, ze heeft het toch maar weer gedaan. We zijn er blij om. Anders hadden we deze pracht weer niet gezien.

    We hadden nog plannen, maar aangezien het weer hier nog steeds zo slecht is, besluiten we om maar stilaan de terugweg in te zetten. Weer een heel wijselijk beslissing, vind ik. Het was spekglad onderweg. Dat heeft geduurd tot we een stuk Duitsland uit waren, en Tsjechië weer inreden. Daar sneeuwde het ondertussen niet meer, maar was het regen geworden. En gelukkig was het er ook niet zo glad meer als vanmorgen.

    We besluiten dan maar om over Decin weer naar huis te rijden. Daar waren we eergisteren in een heel tof restaurant gaan eten. En dat wilden we eigenlijk nog maar eens doen.

    We hebben daar met z'n vieren lekker gegeten en gedronken. En de prijs viel weer reuze mee. Mooi toch, hé. Tsjechië is een tof en mooi land. Alleen rijden er iets te veel cowboy’s rond. In elke bocht moet je wel opletten, want op hun eigen baanvak blijven, kunnen ze nog niet zo goed. Ze rijden heel graag snel en binnenkant-bocht nemen vinden ze ook wel heel leuk, denk ik.

    Zo, daarna nog snel even wat boodschappen gedaan in de Tesco -kan hier altijd en deze in Decin 24 op 24h. Dat is wel heel gemakkelijk, zeg. En dan naar huis. Een douchetje, en dan lekker het bed in. Na eerst nog mijn pivo'tje gedronken te hebben.

    Wat we morgen doen, weet ik nog niet precies. Het zal heel veel van het weer afhangen.

    Daaaag, en slaapwel.

    Staf en familie.

     

    30-10-2012 om 23:33 geschreven door Staf  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (3)
    29-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 3. Dagje ziekenzorg in Radec bij Zandov.

    Hey, hier ons dagelijks nieuws.

    Vanmorgen bij het opstaan zagen we het duidelijk. Dit ging niet lukken. Ons Liesje zag er uit alsof ze de ganse nacht druk in de weer geweest was. En dat was ook zo. Ze had haar heel bed omgewoeld.

    Ze is meteen dan ook maar de zetel ingedoken. Familieraad gehouden, verpleegster van dienst, lees Anja, er bij geroepen en op onderzoek gegaan. Ja, de thermometer liegt niet, 39° koorts, dat is niet mis, hé. Ik wil niet in haar plaats zijn, hoor. 
    De familieraad was deze keer heel snel afgelopen, en er werd unaniem besloten om met dit ziek kind niet op stap te gaan. Wijselijk besluit, vind ik. Na ze nog wat geplaagd te hebben met uitspraken als: weet je het brood staan? kan je koffie maken? ga je je niet vervelen zo alleen? ... had ze het snel door dat we maar grapjes maakten. Want zoiets doe je natuurlijk toch niet. Zo een ziek kind alleen laten.

    Al snel hoorde we ons Liesje snurken als een varkentje. Je hoorde dat het nodig was dat ze rust nam. Ik denk dat ze verder de ganse dag geslapen heeft.

    Wij hebben dan ook maar platte rust gehouden. En ik, ik heb me voornamelijk bezig gehouden met iets wat ik anders nooit zou doen. Ik heb hout binnen gehaald, en de kachel aangemaakt. Wat een gezellige warmte, zeg. Dat zijn we niet meer gewoon, zo een vlam in huis. Euh een vlam in huis? Heb ik ooit nog gehad, maar toen was ze een stuk jonger. Ik vind ze nog leuk hoor. Maar vlam? Dat is toch wel weer voorbij. Grapje!!!

    In de namiddag hebben we dan maar een film gezien. Ik denk niet dat we dat al ooit samen gedaan hebben. Het was leuk, maar ik miste toch stiekem het wandelen.

    Vandaag zijn we dan ook maar niet op restaurant gegaan, en heeft Anja maar weer een lekkere maaltijd klaar gemaakt.

    Tegen de avond aan werd onze zieke wakker. En goed hoor, haar koorts was voor een groot deel verdwenen. Je hoorde het ook dadelijk aan haar spreken. En ze had een reuze honger, zei ze ons. En dat was ook zo. Ze heeft lekker mee gegeten, gelukkig.

    Dus, voor morgen ziet het er beter uit. We gaan zien wat de ochtend brengt, en dan beslissen we wat we gaan doen.

    Ik ga me nog een beetje bezig houden met lezen. En dan maar proberen van vroeg in ons bedje te kruipen, dan kunnen wij ook een beetje bij rusten. En dan op …. naar het grote werk.

    Het is al zo koud niet meer, en de sneeuw begint ook stilaan te verdwijnen. Vanmorgen was het erg mistig tot deze middag. En toen hebben we toch wat zonnestralen zien binnen komen. Hopelijk word het morgen nog beter weer. Dat zou pas mooi zijn.

    Zo, als je niet veel doet, kan je ook niet veel schrijven.

    Tot een volgend bericht, van een hopelijk mooi avontuur naar de zandbrug.

    Ik kijk er vast en zeker al naar uit. Ik wil gaan fotograferen.

    Daaag!!!

    Staf en familie





    29-10-2012 om 19:42 geschreven door Staf  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 1/5 - (11 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    28-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 2. De klammen in Hrensko.

    Zo, hier weer een berichtje uit het Tsjechisch Zwitserland.

    Vandaag maar niet al te vroeg opgestaan.

    We hadden trouwens gisteren ook al niet zo veel geslapen, en toch een redelijke drukke dag achter de rug.

    Tijdens het opstaan, merkten we al vrij vlug dat er met onze kleinste dochter iets mis was. Normaal is deze heel levendig en vriendelijk in de ochtend. Maar vandaag ging het fout. Het wenen stond haar dichterbij dan het lachen. Ik maakte er me zelfs nog een beetje boos in.  

    Het kind, ocharme, toch maar op haar tanden gebeten. En haar uiterste best gedaan om toch maar mee te kunnen.

    Het ontbijt begon heel goed voor mij. Ik moest mijn ogen sluiten, en tot twintig tellen. En dan zou er een verrassing zijn. Hey zeg, wat was me dat?! Een vervroegd verjaardagsgeschenk. Ik kreeg van Anja en de kids een nieuwe horloge. Zo eentje met weerstation en hoogtemeter ingebouwd. Whow, wat een prachtig ding zeg, en wat voor een verrassing was me dat. En dat al zo vroeg in de ochtend.

    Ik had al eens stiekem een paar keer naar buiten gekeken, en mijn bloed begon weer te stromen, zeg. Een helder mooie blauwe lucht, en een zonnetje er in. Het was nog wel koud, maar dat zonnetje maakte veel goed. Ik was ineens niet meer te houden. Ik moest en zou gaan vertrekken. Ik wilde persé die zandbrug gaan zien. Daar was ik voor hier.

    Snel al de rugzakken in orde gemaakt, een kleine picknick voorzien. En wijlie weg.

    Het is toch snel een half uurtje rijden van hieruit, voordat we in het Tsjechisch Zwitserland zijn. Ditmaal moesten we naar Hrensko.

    Daar aangekomen, al snel de parking gevonden die we moesten hebben. Viva het internet en Google Earth, zeg. Je weet precies op voorhand waar je moet zijn en hoe alles er daar uitziet. Ik wist perfect hoe ik moest rijden, en waar ik de auto moest zetten.

    De parkwachter, een heel vriendelijk man, deed zijn uiterste best om ons behulpzaam te zijn. Tof zeg, dat geeft altijd een goed gevoel.

    Alles gepakt, en wij ermee weg. Op naar de klammen. Want hier begon onze tocht.

    Wat een pracht, zeg. Ik kreeg er kippenvel van. Je moet eerst een paar km door deze kloof stappen, en dan kom je aan een waterstation aan. Daar liggen de bootjes al klaar, hoor ik de kinderen al roepen. Zij hebben diezelfde ziekte als de papa. Eén keer als die weg zijn, zijn die ook niet meer te houden. We merken wel dat onze kleine Lissa niet echt mee kan. Maar ze doet wel haar uiterste best. En ze blijft redelijk kalm als ik ze daar maar weer eens mee plaag. Want dat kan ik dan ook weer niet laten, he. Dat doe ik wel eens graag, ze zo wat opjutten voor niets eigenlijk. Niet mooi van mij, he. Maar soms al wel eens leuk. Anja zet me dan wel snel weer op mijn plaats. Terecht, denk ik dan. Lomp verstand moet je in toom houden, of het verergert alleen maar.

    We stappen in het eerste bootje. Ja ja, zo dadelijk weer een stuk stappen en dan komt het volgende bootje er al aan.

    Ongelofelijk wat er hier met je gebeurt. Die stilte hier is onbeschrijfelijk. Hier lijkt het mij nog stiller te zijn als in de bergen. Je vaart hier door een kloof, met aan beide zijden een 150 meter hoge rotswand. Koud, maar stil zeg. Verstand op nul, hoofd leeg maken en genieten. We zitten maar met acht in het bootje. En ze genieten allemaal, dat zie je gewoon.

    De bootsman vertelt ons over de geschiedenis van hier, en heeft een enorm droge humor. We lachen ons krom, wanneer hij zegt dat er hier forel en zalm zit, ijsvogels zijn, maar ook piranha’s, krokodillen, en op sommige plaatsen zelfs nijlpaarden.

    Op een gegeven moment spreekt hij zelfs van de Tsjechische Niagara watervallen. Verbaasd zie je dan al die blikken ... zo van ... nu slaat hij toch wel echt door. Er is alleen maar een klein straaltje water te zien dat van een berg stroomt. Dan vraagt hij aan de dames of zij shampoo bij zich hebben. De dames schudden allen tegelijk: huh? neen, waarom? En dan gebeurt het. Hij vaart naar een staalkabel toe, waarvan wij al dachten, wat doet die hier? Zonder dat wij het merken (want hij zegt ons dat we naar de Niagara waterval moeten kijken) trekt hij boven een sluis open. Jongens, komt me daar een pak water naar beneden zeg. Inderdaad, hij loog niet. Dit zijn de
    Tsjechische Niagara watervallen. Wat een pracht, zeg. Ik heb er heel snel prachtige foto’s kunnen van nemen. Echt jammer dat ik deze voorlopig niet kan mee op mijn blog zetten. Dit is genieten, hoor. En heel mooi dat we met niet meer mensen zijn. Dat is wel een voordeel van buiten de zomer te komen.

    Zo, dan maar weer verder gevaren. Wat een prachtige rotsformaties komen we tegen, zeg. Dan komen we aan het eerste eindstation aan.

    We stappen door deze prachtig kloof dan maar verder naar het volgende waterstation. Weer een bootje in en varen maar. Door deze prachtige heeeel stille kloof.

    Aan het laatste eindstation gekomen, moeten we nog een heel stuk door de kloof lopen, en dan naar boven. Een stuk klimmen naar -dachten we-  ons tussenstation, Mezni Louka.

    Maar onderweg voelden we het al. Het werd kouder en donkerder. We zaten nog met het zomeruur in onze knoken en ons verstand.

    Maar éénmaal als het winteruur in voege is, wordt het wel heel snel donker. Heel snel even een familieraad gehouden op een bank daar, en al vlug viel de beslissing. We gaan vandaag niet meer door naar de zandbrug. Jammer, ik keek er zo naar uit.  Maar soms moet je toegeven dat vrouwenverstand helder is, en ze goede beslissingen nemen. En welke sterke positie kan ik innemen, denk je, als je tussen drie vrouwen staat? Ja, je weet het, hé. Die van snel en mooi luisteren, ook al is dat soms...dikwijls...met tegenzin.

    Maar ze hebben gelijk. Het word stilaan donker, en dan zouden we er ook niet veel aan hebben. En tenslotte, moeten we nog 6km naar onder wandelen, terug naar de parking. Wandelen, inderdaad, want de bussen rijden hier maar af en toe. En vandaag net niet meer!! Ik krijg het lumineus idee van de duim te gebruiken op onze terugweg. Ik word natuurlijk dadelijk afgeschoten door drie vrouwen, omdat dit volgens hun toch mijn domste idee is in jaren. Toch niet in een wildvreemd land, waar je geen letter van de taal verstaat!!!
    Tot dat ik het heft in eigen handen neem, en naar een jong Tsjechisch koppel toestap dat op het punt staat te vertrekken. Ik vraag hun of er iemand van ons mee mag rijden tot aan de ondergelegen parking.

    Ze begrijpen geen snars van wat wij willen. Maar stemmen toch toe.

    Heel snel een Chinese vrijwilliger gezocht, en dadelijk Anja aangewezen als gelukkige.  Ah, ja, zij spreekt toch meerdere talen!!  Meer dan overgelukkig was zij, toen ze mijn beslissing hoorde.  En ze snelde naar die auto toe... na dat ik haar de eerste tien meter hardhandig had verder geduwd, en alvast haar rugzak had afgedaan. Ik zie nog steeds die vriendelijke lach op
    haar gezicht als die auto vertrok.  Mooi toch, hé, als je zo wat goed overeen komt in een relatie, ha ha.

    Al redelijk snel was Anja terug daar met de auto. Eind goed, alles goed.

    We beslissen van nu nog maar even naar de Vietnamese markt te gaan. Daar hadden we veel over gelezen.

    We stopten op een parking waar de kraampjes begonnen. We waren nog niet uit de auto, of ze begonnen al te schreeuwen. We moesten volgens hen dadelijk beginnen te kopen, of dadelijk de parking te betalen. Ze lieten ons geen seconde gerust. En maar schreeuwen dat we moesten kopen. Wat een arrogante etters zijn me dat, zeg.

    Dat kan je doen ja, maar niet met ons zeg. Toen Anja haar geduld op was, maakte ze zich daar eens serieus kwaad op die opdringerige dames. Onze goesting voor de Vietnamese markt was dadelijk over. De auto dan maar genomen en verder gereden.

    Toen wilden we daar in een restaurant gaan eten in Hrensko. Ik parkeerde de auto. We waren nog maar net uitgestapt en voor we konden beslissen welk restaurant we binnen zouden gaan, kwam daar al een dame buiten gevlogen, om ons er op te wijzen dat die parking alleen voor haar gasten was. We kregen de kans nog niet om binnen te gaan en te vragen hoe het zat, en dan eten te bestellen. Onze goesting voor Hrensko en de marktjes was helemaal over. Ik ga nog wel terug om te wandelen daar, maar voor meer niet meer!

    Onderweg naar huis, in Decin, hebben we dan een tof restaurant gevonden, restaurant Svejk. Heel vriendelijke bediening. En best te eten daar. Ik denk dat ik daar zeker nog eens terug ga.

    Het spijtige is, dat we ons Liesje zien achteruit gaan. Ze kan het bijna niet meer volhouden.  Je ziet het ook aan haar gezicht, hoor, ze
    is op. Snel naar huis nu, zodat ze haar bedje in kan, en kan rusten. Ze heeft zich heel sterk gehouden vandaag!

    Dat geldt ook voor ons.

    Op naar een nieuwe dag, en een nieuw avontuur.

    Je hoort het nog wel.

    Staf en familie.

     

    28-10-2012 om 00:00 geschreven door Staf  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    27-10-2012
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dag 1. Vertrek naar Tsjechisch Zwitserland.

    Hey,

    Zoals beloofd, hier weer wat berichtjes van onze avonturentocht naar Tsjechisch Zwitserland.

    En ja, wij zijn wééral weg, ik weet het.

    Maar ik sterf liever met een hoop aan levenservaring en belevenissen, dan met een pak spaarcenten, die toch niets meer waard zijn.

    Dat is zowat onze filosofie op het moment.

    Vrijdagavond met z'n allen, lees Anja alleen, nog druk in de weer geweest met inpakken.

    Het gaat koud worden, jongens, alom paniek in de keet thuis. Iedereen op zoek naar winterkleren, want die hebben we thuis nog niet nodig gehad. Dikke jassen, sjaals, handschoenen, ik zie het allemaal de revue passeren hier. "Zouden we die wel echt nodig hebben?" hoor ik ze hier een paar maal na mekaar zeggen. Ik denk het wel, zeg ik nog, het gaat koud worden, jongens. Jullie hebben toch ook internet, vraag ik me dan af.

    Ik mag al vroeg gaan slapen, leuk he. Maar ik moet dan ook rijden.

    Anja gaat de rest nog doen, en geloof me, dat is nog een hele boel hoor.

    Al om 4h20 gaat de wekker. Normaal zou ik hem dan gegooid hebben zo ver hij maar kon vliegen. Maar ik bedwing me, en al snel realiseer ik mij, dat het voor een goed doel is. YEAHHHH, we gaan vertrekken!! Eindelijk is het er van gekomen. Ik keek er al een tijdje naar uit. Ik had ooit wat foto’s gezien van de Nonnenfelzen in Sachsen. En de zandbrug in Tsjechisch Zwitserland. Ik werd daar meteen naar toe getrokken. Ik weet niet wat me overkwam, maar ik moest en zou daar naartoe gaan. En ja, we zijn er mee weg.

    De eerste 500 km gingen als een fluitje, geen verkeer, en we konden vlotjes door rijden. Maar toen begon het te sneeuwen. Ik dacht nog, dat is dadelijk wel weer voorbij.

    Maar nee hoor. Het werd met de minuut kouder en erger.

    Tot we de grens van Tsjechië naderden. Jongens, toen begon het feest. Wat was dat? Nooit gezien of meegemaakt. Je kon bijna niets meer zien. Ongelooflijk veel sneeuw. Vrachtwagens en auto’s sneeuwden in, terwijl ze stapvoets verder reden. Als je stopte, was je verloren, en kon je niet meer verder. Natuurlijk heb je overal weer van die helden, die denken dat ze het warm water uitgevonden hebben, en die gaan je voorbij. Zo met een grijns van, ga aan de kant, stomme Belg! Ik laat je even zien hoe wij rijden hier. Maar ja, een eindje verder staan ze dan. En dan veroorzaken ze files van hier tot in Tokyo. We zagen kettingbotsingen gebeuren vlak voor onze ogen. En het ergste is, je kan daar niets aan doen, alleen maar hopen dat het net niet bij jou gebeurt. Autostrades werden afgesloten, zo erg was het.

    Ik denk dat we 3 uur gedaan hebben over de laatste 58km. Angstaanjagend was het, zeg.

    MAAR gelukkig, wij hebben ons hoofd koel gehouden, afstand gehouden, en heel voorzichtig gereden. En we hebben de afrit gehaald, zonder brokken aan de auto. Maar ik denk stiekem, dat er toch hier en daar wel een nat plekje in de broek van sommige was. En terecht, het was een hel.

    Onderweg nog snel even een stop gemaakt aan een Tesco, en wat inkopen gedaan voor we verder reden naar ons huisje.

    Dan veilig aan ons huisje aangekomen, netjes de sleutel overhandigd gekregen, en op verkenning gegaan.

    Veel te groot als vakantie huisje, zeg. Maar ja, beter te veel plaats dan te weinig, hé.

    Toch nog zelf een lekkere maaltijd in mekaar gestoken, en natuurlijk, zeker niet te vergeten …… de eerste PIVOS naar binnen gewerkt.

    Ik vreesde er een beetje voor dat het ging lukken. Maar dat viel eigenlijk weer heel goed mee.

    Om 20h15 kreeg ik dan onverwachts bezoek van Jan met de hamer. En die zei me dat het hoog tijd was om in mijn beddebak te kruipen.

    En weet je wat? Ik heb dat dan maar onmiddellijk gedaan. Ik was met geen stok of zelfs met geen pivo meer te houden. Zo ben ik wel, hé. Keihard.

    Zo dat was het voor vandaag.

    Tot een volgend berichtje.

    Staf en familie.

    P/s: foto's volgen nog, want het wil niet goed lukken met de internetverbinding hier.

    27-10-2012 om 00:00 geschreven door Staf  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (7 Stemmen)
    >> Reageer (1)


    Archief per week
  • 28/03-03/04 2016
  • 29/10-04/11 2012
  • 22/10-28/10 2012

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs