Inhoud blog
  • Tekening Flor Van Reeth
  • Pindosgangers
  • Pindostrekking Dag6 - Vavousa- Metsovo + epiloog
  • Pindostrekking Dag5 - Distrato-Vavousa
  • Pindostrekking dag4 - Samarina-Distrato
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    een spiegel van mijn belevenissen
    reisverhalen - tekeningen - pastels - foto's -gedichten
    20-07-2008
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zagoriatrekking 2008 - Dag1
    Klik op de afbeelding om de link te volgen

    Zaterdag 31 mei 2008 - Holland en de hollanders verwachten ons

     

    01u45 : De nacht is nog jong. Zo stil mogelijk rijdt Danny van Bornem Taxi de oprit op. De buren weten wel dat wij midden in de nacht naar Griekenland vertrekken, maar dat hoeft niet met tamtamgeroffel gepaard te gaan. Zoon Bert laten we rustig slapen. Bij hem zijn pas enkele dagen geleden de amandelen weggenomen. Zus Kristel houdt hem de volgende dagen gezelschap. We mogen met een gerust hart vertrekken, maar zo gerust zijn we toch niet. We zullen regelmatig informeren naar zijn toestand.

     

    Louis en Marcelle, sinds lang vrienden en reisgenoten, helpen de koffers inladen. Twee uur zal de rit duren. Ronny geeft af en toe een beetje toeristische informatie. Hij kent dit traject op zijn duimpje. “Zakenlui rijden hoe langer hoe meer met privé vervoer naar Amsterdam en Parijs, wat hen de kans biedt op voor- en nabespreking van conferenties en onderhandelingen”, verduidelijkt hij.

     

    Het valt ons op hoe doortastend Nederland vernieuwd is, vooral rond Rotterdam waar een modern wegennet deze stad met haar verrassende architectuur omsluit. Heel eigenaardig zijn de onwezenlijke lichtvlekken in de nachtlucht als we Schiphol naderen. Ronny verduidelijkt dat het weerkaatsingen zijn van serrelicht op de laaghangende bewolking.

     

    Terwijl we langs de luchthaven rijden legt Ronny uit hoe alles in zijn werk gaat op Schiphol. Het lijkt gemakkelijk, en dat is het ook. Inchecken in hall 3, douanecontrole in hall 1. Veel geloop, alles duidelijk aangeduid. Het valt ons op hoeveel jongelingen op reis vertrekken. Zal wel met gespreide vakanties te maken hebben, veronderstellen we.

     

    De Boeiing van Transavia vertrekt stipt om 06u10. Rustige vlucht en comfortabele zetels. Om 08u45 Griekse tijd landen we op de luchthaven van Prevésa. Manu militare word ik op de vingers getikt als ik een foto maak van ons gezelschap met de Boeiing op de achtergrond. Mag niet. Militair gebied. De tijd dat het filmrolletje in beslag genomen werd voor zulke overtreding is gelukkig voorbij.

     

    Hostessen van Ross Holidays verwijzen de klanten naar diverse autobussen. Ze hebben heel wat werk want er zijn op een uur tijd drie vliegtuigen van Transavia geland. Een Hollandse invasie in westelijk Hellas. Een zegen? We zullen afwachten.

    Wij worden verwezen naar een rijzige Griek met lang haar op een staartje. Makis is onze gids. Een man van weinig woorden. Met vijftien deelnemers zijn we, en we staan mekaar wat aan te staren. Twee minibusjes staan klaar om ons naar Tsepélovo te voeren. Eentje van zeven en eentje van negen. De verdeling van de zitplaatsen loopt wat mank, zodat een gebrilde Vlaming met schorre stem  meteen zijn frêle vrouwtje verlaat om in het andere busje plaats te nemen. Vera, West-Vlaamse met woonplaats in Gent, blijft verweesd achter. Marcelle praat wat met haar, tot het babbelmolentje van “Al veel in Griekenland gereisd ?” en “Goed getraind voor de trekking ?” stil valt. Het volgende anderhalf uur zit ze onbewogen te bakken achter het zonbeschenen venstertje. Je hoort haar echter niet klagen.

     

    Ruim twee en half uur duurt deze rit. Tijd zat om wat resterende boterhammen op te peuzelen. Droog, want in onze drang om zo vlug mogelijk ter bestemming te geraken hebben we nagelaten om een flesje water te kopen. De gids had het ons nochtans toegefluisterd. Ter bestemming mag er gerust een biertje klaar staan.

     

    Ons busje stopt op het centrale pleintje – de platia – van Tsepélovo. Nogal bruusk, met geschraap tegen de stenen. Die dorpjes zijn ook zo klein en onhandig smal. Bagage uitladen, spurtje(?) naar hotel Gouris en kamerverdeling (omschrijving waarvoor de Hollanders in een deuk gaan). Wij (Louis en Marcelle, Greet en ik) nemen de twee kamers beneden. Age before beauty. Jongere deelnemers krijgen de voorkeur om hun bagage de trappen op te sleuren. Uitpakken? Dat zie je van hier! Op de stemmige platia, gedomineerd door het gemeentehuis (dimarchiou) zagen we stoeltjes en tafeltjes staan, klaar om ze vol te stouwen met Amstel, Heineken, Mythos of Alfa. Om het even. Laat het gerstenat maar aanrukken! We klinken : stin igia mas, op onze gezondheid, en op het wellukken van deze trekking. Eén en nog een tweede. Dan mezedes, kleine Griekse hapjes, in de taverne waar Makis aan zijn zoveelste bier zit te slurpen. Melizanosalata, tsatsiki, dolmades, choriatiki. Lokale wijn en een Griekse babbel met de eigenaar. Thuiskomen in dit gelukzalig land, het is telkens een belevenis die hart en ziel beroert.

     

    Het dorp zelf heeft niet veel om het lijf. Een straatje op, een straatje neer. Het kerkje rond en dan heb je het zowat gehad. We trekken het veld in. Om een overzicht te krijgen. Er staat een stalletje met een houten boog aan de toegangsweg. Dichterbij lezen we daarop: Agios Konstantinos. Ha, het is een kapelletje! Natuurlijk zet ik dat op foto. Samen met de kloosterachtige gebouwen van het dorp vormt dat een prachtig duo.

    Het dorp zelf heeft niet veel om het lijf. Een straatje op, een straatje neer. Het kerkje rond en dan heb je het zowat gehad. We trekken het veld in. Om een overzicht te krijgen. Er staat een stalletje met een houten boog aan de toegangsweg. Dichterbij lezen we daarop: Agios Konstantinos. Ha, het is een kapelletje! Natuurlijk zet ik dat op foto. Samen met de kloosterachtige gebouwen van het dorp vormt dat een prachtig duo.


    Terug het steegje in naar hotel Gouris bij Anthoula. Douche. Aan tafel om 19u30. Soep met gedroogde erwten, stoofpotje van kalfsvlees (moschari) met patatas. Een zoete vrucht als dessert. “Een tsipouro als afsluiter zou niet slecht zijn”, merk ik terloops op, waarop Makis reageert:”Meen je dat echt, Andoni? “En of zeg!” Daarop komt Anthoula aandraven met een Fantafles vol van die heerlijk gekoelde drank. Zestien druppelglaasjes op een dienblad. “Tou katastimatou.”  Van het huis. Ik mag de glaasjes volschenken. Jamas! De smaak is een verrassing voor velen, maar weinigen die er neen tegen zeggen. Aspropato! Ad fundum! En we doen ze nog maar eens vol. Er rest om 11 uur ’s avonds nog slechts een bodempje. Het lachen is de hele avond niet uit de lucht. Gezellig toch! Dat belooft voor de volgende dagen.

    20-07-2008 om 22:23 geschreven door tony peirsman  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 3/5 - (6 Stemmen)
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Zagoriatrekking 2008- dag2

    Zondag 1 juni   -         erger dan verwacht

     

    Het wandelprogramma voorziet een ‘milde klim’ met een maximaal hoogteverschil van 600 meter. We doen daar heel vrolijk over tijdens het voortreffelijk ontbijt. We hebben de Olymposberg al beklommen en daarbij vergeleken is dit een lachertje. Het doel is onder andere het uitzichtpunt ‘Beloï’ en de beroemde trappen van Vradeto.

     

    Verzameling op de platia om 9 uur. Vlug eventjes de kerk binnenlopen. De zondagsdienst is aan de gang. Pastoor, koster, twee voorzangers en een paar vrouwtjes van respectabele leeftijd komen er ons Heer begroeten. Kirie eleïson. Met Hilda en Gert en wijzelf erbij verdubbelt het aantal gelovigen op slag. Dit gebedsmoment is de enige kans om de fresco’s uit de 18e eeuw te gaan bekijken. Ze bedekken elk plekje van de kerk. Nog in originele staat en ongeschonden bewaard. Ofwel hebben de Turken dit Zagoriadorp over het hoofd gezien tijdens hun beeldenstorm, ofwel waren ze beducht voor de dominantie die van de Vlachen uitging. Die bergnomaden, afkomstig uit het Slavisch gedeelte van de Balkan hadden in deze regio hun winterverblijf. In de zomer trokken ze met hun kudden noordwaarts naar Macedonië en naar het gebied vlakbij de Prespameren. Nu zijn het nog slechts enkelingen die dit nomadenleventje volhouden. Christos, die we vorig jaar in Agios Germanos ontmoetten is er zo eentje. Ook het woord Zagori is Slavisch en betekent : gebied achter de bergen.

     

    “Pame” (we vertrekken), roept Makis nadat iedereen een deel van de picknick in zijn rugzak gepropt heeft. Eén van de Hollanders roept zichzelf tot komkommerdrager uit. Gekke bende! “We zien wel hoever we er mee geraken”, zal Makis gedacht hebben. Hij gidst ons voortreffelijk langs de eerste helling. Vierhonderd meter bergop. Niet in lengte, maar in hoogteverschil. Ook niet zigzag. Steil tegen de wand op. Zuchten. Bewonderen en verwonderen. Zuchten. Stoppen voor een foto. Het tempo gebroken. Weer op gang komen. Verdraaid, dit is lastig. Greet hijst zichzelf op karakter bergop. Eigen tempo, geen overdrive. Ik neem haar rugzak over. Siga, rustig. Makis wacht wel. En velen die ook in het rood gingen zijn blij met deze rustpauze. We staan op de bergkam, vlakbij een gedenkpaal waarin zich een kapelletje bevindt dat toegewijd is aan de heilige Jorgos, patroon van de herders en beschermer van de bergbeklimmers. Het uitzicht over het Zagorialandschap is imposant.

    Vanaf hier gaat het langs een glooiend landschap naar het uitzichtpunt van Beloï waar het traject te zien is dat we de volgende dagen gaan volgen. We kijken tegen een hoogteverschil van 800 meter aan. Helemaal beneden in de groenbegroeide canyon kronkelt de Aoösrivier. Greet doet aan waaghalzerij als ze gaat filmen vanaf een muurtje met naast zich een duizelingwekkende afgrond. Struikgewas camoufleert het dieptezicht.

    Even denkt Makis er aan om hier een hap te eten. Verder dan een appeltje geraken we niet, want een horde luidruchtige Grieken komt de rust verstoren. We stappen op, naar het dorpje Vradeto, waar we de gaanderij van de kerk als picknickplaats inrichten. Iedereen haalt wat uit de rugzak, en als alles op het gammel tafeltje geplaatst is staan we tegen een uitgebreid Grieks buffet aan te kijken.

    Tsatsiki, olijven,tomaten komkommer, melizanosalata, vaste kaas en feta, salami en kalkoenham,  bonen, kikkererwten, brood, boter, honing, en als dessert loekoem (turks fruit) en appeltjes. Een graatmagere zwerfhond komt bedelen. Als drank: water. Naderhand aangevuld met een smakelijker drankje aan de taverne op het pleintje. Tenminste, als Makis kelner en kassier wil spelen. Alleen met zijn hulp kan de baas de bestelling nog aan, want die Griekse bende van daarnet zit in de schaduw van de plataan met veel rumoer op eten en drank te wachten. Twee Belgen drinken bier, de anderen houden de alcohol nog even af.

     

    Op weg naar de beroemde 300 jaar oude trappen van Vradeto lopen we langs een bordje dat ‘I tripa tis kalogriës’ aangeeft. Letterlijk vertaald : ‘het gat van de nonnen’. We doen daar natuurlijk lacherig over, maar ’s avonds tijdens het tispouro-uurtje vernemen we de ware toedracht. Anthoula vertelt dat kloosterzusters omwille van een of andere bedreiging verkozen om zich te pletter te werpen in de kloof. In dezelfde buurt bevindt zich ook ‘I tripa tis nifis’, het gat van de bruid. Op die plaats sprong een minderjarig meisje de dood tegemoet om een gedwongen huwelijk met een oude man te ontlopen.

     

    De afdaling van de trappen gaat vlot. De groep valt wat uiteen omdat er zo veel te fotograferen is. Makis vindt wel een plek waar er op de achterblijvers gewacht kan worden: een bronnetje vaak, soms een kapelletje, zoals hier. Altijd een plek vol stilte. Tot iemand zijn mond te veel roert (ik in dit geval), wat meestal de aanzet is om te vertrekken.

    Een nijdig klimmetje nog, tot aan de asfaltweg waar het zwarte minibusje klaarstaat om de groep in twee beurten naar het pension in Tsepélovo terug te brengen. Wij gaan mee met de eerste rit en blijven meteen plakken op de platia samen met een paar andere kornuiten van het gezelschap. Amstel voor iedereen, en nadien ouzo Pilavas. Wat is het leven goed in Griekenland.

    Opgefrist komt iedereen stipt om half acht aan de dis. Tiropita, (kaasbroodje), macaroni met hesp, en als dessert : chalvas, een notenkoek met gemalen sesam, glucose-fructosestroop, cacao, plantaardige olie en vaniline. Kalorierijk. Niet ieders meug. De mijne wel.

    Anthoula heeft de Fantafles weer opgevuld. Niet tot aan het randje, want ze zit door haar voorraad heen. Gezondheid! We lachen, giechelen en schaterlachen tot Louis de laatste druppel deelt met Makis. En dan is het plots tijd om voor de laatste keer de lekkere bedjes in dit leuk hotelletje op te zoeken.



    20-07-2008 om 22:27 geschreven door tony peirsman  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 2/5 - (3 Stemmen)


    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek


    Archief per week
  • 09/01-15/01 2012
  • 13/07-19/07 2009
  • 06/07-12/07 2009
  • 02/03-08/03 2009
  • 10/11-16/11 2008
  • 21/07-27/07 2008
  • 14/07-20/07 2008
  • 26/09-02/10 2005

    Blog als favoriet !


    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs