xml:namespace prefix = o ns = "urn:schemas-microsoft-com:office:office" />

ANALYSENOTA
WERKLOOSHEID IN LEUVEN
- in 2007 was meer dan één vijfde van de werkzoekenden in het arrondissement Leuven niet-Nederlandstalig, daarvan beheerste twee derde niet of nauwelijks het Nederlands. Slechts 29% van de Nederlandsonkundige werklozen volgde in 2007 een cursus Nederlands.
- Het aandeel anderstalige werkzoekenden in Leuven steeg met 20% op vier jaar tijd. De gemeenten tussen Leuven en Brussel én Leuven-stad tellen veruit het hoogste aantal anderstalige werkzoekenden.
- Een gebrekkige Nederlandse taalkennis is al te vaak de oorzaak van (structurele) werkloosheid, toch volgt een minderheid Nederlandse taalles.
- N-VA dringt aan op extra inspanningen, een strengere bestraffing en een splitsing van het arbeidsmarktbeleid.
Uit cijfers van Vlaams Minister van Werk Frank Vandenbroucke, opgevraagd door Vlaams volksvertegenwoordiger Mark Demesmaeker (N-VA) en geanalyseerd door Theo Francken en Piet De Bruyn blijkt dat in december 2007, 19,7% van de 10.418 niet-werkende werkzoekenden (NWWZ) in het arrondissement Leuven anderstalig was.
Bijna 7% van de werklozen was Franstalig en 13% had een andere moedertaal dan het Nederlands of het Frans. Op vier jaar tijd, van 2003 tot 2007, steeg het aandeel anderstalige werklozen in het arro Leuven van 16,5% naar 19,7% (+19%). In totaal telde onze regio in december 2007 exact 2051 anderstalige werkzoekenden.
Demesmaeker vroeg ook de cijfers per gemeente op. Deze cijfers bevestigen het vermoeden dat het aandeel anderstalige werkzoekenden stijgt naargelang men dichter bij Brussel komt. Vooral Tervuren (50,4% anderstalige NWWZ), Huldenberg (36,9%) en Kortenberg (35%) springen in het oog. Maar ook Leuven-stad kent een erg hoog aandeel anderstalige werklozen (31,6%). Maar liefst één op drie werkzoekenden in de stad Leuven spreekt thuis geen Nederlands. Een stijging met 29% op vier jaar tijd. Opvallend is wel dat het in Leuven-stad vooral echte anderstaligen betreft, dwz thuistaal Nederlands noch Frans (26,6% anderstaligen vs 5% Franstaligen) terwijl het in die andere gemeenten vooral Franstalige werklozen betreft.
Daarnaast kennen de taalgrensgemeenten Hoegaarden (21,4%) en Landen (29,5%) erg veel, vooral Franstalige, werklozen.
Begijnendijk en Zoutleeuw kennen op hun beurt, met amper 4%, nauwelijks anderstalige werklozen.
Waarom blijven er zoveel niet-Nederlandstaligen werkloos?
Vooral omdat deze werklozen geen of te weinig Nederlands kennen en nog onvoldoende aangemoedigd worden om het te leren.
Uit de meest recente cijfers (2007) van minister Vandenbroucke blijkt dat maar liefst 66,4% geen of nauwelijks Nederlands beheerst. In totaal zijn er dus 1.362 werkzoekenden in ons arrondissement niet in staat Nederlands te spreken.
Kortom, in 2007 was meer dan de één vijfde van de werkzoekenden in Leuven niet-Nederlandstalig en daarvan beheerste twee derde niet of nauwelijks het Nederlands!
De VDAB biedt gratis taalcursussen Nederlands Tweede Taal (NT2) aan, maar terwijl het aandeel niet-Nederlandstalige werklozen jaar na jaar stijgt, blijft vreemd genoeg het aantal deelnemers aan deze taalcursussen quasi stabiel rond de 400 cursisten. Voor 2007 betekent dit dat er 400 cursussen NT2 werden aangeboden (op 1.362 Nederlandsonkundige werkzoekenden = 29%). Zo kunnen we uit de cijfers onder meer opmaken dat er vorig jaar maar 7 (!) van de 178 anderstalige werkzoekenden uit Tervuren een Nederlandse taalcursus volgden
Deze cijfers zijn ondermaats, zeker als we weten dat het overgrote deel van de vacatures in het arrondissement Leuven de kennis van het Nederlands vereist is. Zo is in slechts 2 à 3% van de aangeboden vacatures de kennis van het Nederlands uitdrukkelijk géén vereiste. Opvallend is ook dat er vorig jaar géén enkel transmissiedossiers door de VDAB werd overgemaakt aan de federale RVA omwille van het weigeren van een cursus Nederlands.
Volgens de N-VA is de situatie in Leuven onrustwekkend. De partij eist dat werklozen die geen Nederlands kennen, fors aangemoedigd worden om het te leren. Het leren van onze taal is immers een absolute emancipatie- én integratievoorwaarde in de Vlaamse samenleving! Daarnaast blijven we ijveren voor de regionalisering van het arbeidsmarktbeleid. Enkel indien Vlaanderen volledig bevoegd wordt inzake werkgelegenheid, kunnen de RVA en de VDAB geïntegreerd worden in één instelling die zorgt voor zowel arbeidsbemiddeling als werkloosheidsuitkering en controle op werkwilligheid. En dan kunnen Nederlandsonkundigen onmiddellijk worden geschorst als ze een gratis taalcursus weigeren. De middelen die hierdoor vrijkomen kunnen worden besteed aan de ondersteuning van werkzoekenden die wél Nederlands willen leren en natuurlijk ook voor de Nederlandstalige werkzoekenden zelf.
Theo Francken, provinciaal voorzitter N-VA
Mark Demesmaeker, Vlaams Parlementslid N-VA
Piet De Bruyn, Vlaams Parlementslid N-VA, Leuven
Voor de vraag van Mark Demesmaeker en het antwoord van Minister Vandenbroucke, klik hier: http://www.vlaamsparlement.be/Proteus5/showSchriftelijkeVraag.action?id=528024
VANDAAG IN HET LAATSTE NIEUWS, AUTEUR: KIRSTEN BOSMANS
(Er is wel een foutje in de tekst geslopen, want het aantal stijgt niet, het is het aandeel dat stijgt.)
Aantal anderstalige werklozen stijgt
leuven
Het aantal anderstalige werklozen is de jongste jaren fors gestegen in het arrondissement Leuven. Vooral de gemeenten tussen Leuven en Brussel en Leuven-stad scoren slecht. Dat blijkt uit cijfers van Vlaams minister van Werk Frank Vandenbroucke (SP.A).
kirsten bosmans
Die cijfers werden opgevraagd door Vlaams volksvertegenwoordiger Mark Demesmaeker en geanalyseerd door Theo Francken en Piet De Bruyn, alledrie N-VA. Eind 2007 bleek één vijfde van de niet-werkende werkzoekenden in het arrondissement Leuven anderstalig te zijn. In totaal waren er 10.418 werkzoekenden, 19,7 procent daarvan was anderstalig. Van die anderstaligen beheerste twee derde niet of nauwelijks het Nederlands. Bijna zeven procent van de werklozen was Franstalig, dertien procent had een andere moedertaal dan het Nederlands of het Frans. Ook de evolutie was niet echt rooskleurig. In vier jaar tijd, van 2003 tot 2007, steeg het aantal anderstalige werkzoekenden in het arrondissement Leuven van 16,5 naar 19,7 procent.
Stijging
De cijfers per gemeente zijn dan weer niet echt verrassend. Het aandeel anderstalige werkzoekenden stijgt namelijk naargelang je dichter bij Brussel komt. Vooral Tervuren (met 50,4 procent anderstalige werkzoekenden), Huldenberg (36,9 procent) en Kortenberg (35 procent) springen in het oog. Maar ook Leuven-stad heeft met 31,6 procent een erg hoog aandeel anderstalige werkzoekenden. Dat betekent dat maar liefst één op de drie werkzoekenden in Leuven thuis geen Nederlands spreekt. Een stijging met 29 procent in vier jaar. Opvallend is wel dat het in Leuven vooral om anderstaligen gaat die als moedertaal noch het Nederlands, noch het Frans hebben. Terwijl het in de gemeenten richting Brussel vooral Franstaligen betreft. Daarnaast tellen de taalgrensgemeenten Hoegaarden (21,4 procent) en Landen (29,5 procent) erg veel, vooral Franstalige, anderstalige werkzoekenden. Begijnendijk en Zoutleeuw hebben de minste anderstalige werkzoekenden, met amper vier procent.
Werkloos
«Het is niet onlogisch dat zoveel niet-Nederlandstaligen werkloos blijven», zeggen Demesmaeker en Francken. «Het overgrote deel van de vacatures in het arrondissement Leuven vraagt namelijk expliciet naar kennis van het Nederlands. Slechts in twee of drie procent van de vacatures is dat niet het geval. Maar hoewel het aantal anderstalige werkzoekenden jaar na jaar stijgt en de VDAB nochtans gratis taalcursussen Nederlands Tweede Taal aanbiedt, blijft het aantal cursisten stabiel rond de vierhonderd. In 2007 volgde slechts 29 procent van de anderstalige werklozen een cursus Nederlands. In Tervuren waren het maar zeven personen op de 178.»
«Wij dringen dan ook aan op extra inspanningen. De werklozen die geen Nederlands kennen, moeten fors aangemoedigd worden om het te leren. Desnoods met een bestraffing tot gevolg. Het leren van een taal is immers een absolute integratievoorwaarde in een samenleving», besluiten de twee.
|