Ik heb (pdw) leren kennen via een vriend die met hem bij Skyblasters gespeeld heeft, en toen ze enkele jaren geleden een bescheiden comeback gemaakt hebben, was ik vaak backstage en heb toen superleuke tijden beleefd; meer recent volgde ik (pdw) op Facebook omdat zijn mening heel vaak de mijne was, zeker als het om politiek ging en om ons aller bdw (how we love to hate him!). Elke dag keek ik uit naar de meldingen in mijn mailbox over wat (pdw) geplaatst had. Maar sinds vandaag heb ik niets meer om naar uit te kijken, (pdw) schrijft niet meer, hij plaatst niet meer, hij doet niets meer want hij is niet meer. Eigenlijk geloof ik het niet, ik denk dat het een groot misverstand is, dat ik straks weer een mail binnenkrijg en dat hij dan weer verschijnt, zonder veel poespas, met een link over bdw of comedy of... Ik denk dat hij met vakantie is, op een lange tocht met de moto, en dat hij het gewoon vergeten zeggen is. Straks staat hij daar terug, verwonderd dat wij allemaal in rouw gedompeld zijn. Neen, ik geloof het niet. Maar toch ... ergens knaagt het besef dat het wel waar is, dat hij voorgoed weg is, dat hij niet terugkomt. En als het voor mij al zo moeilijk te vatten is, hoe zwaar moet het dan niet zijn voor zijn vrouw, zijn kinderen en andere geliefden? En al die media-aandacht, zou dat helpen of maakt dat het net erger? Ik probeer me in te beelden dat vriend er morgen niet meer zou zijn, en hoe dat zou voelen. Als ik daaraan denk dan is het alsof er een ondoordringbaar zwart gordijn over de wereld gegooid wordt, dat alle kleur, alle leven aan alles onttrekt. Enkel nog zwartwit en grijs en grauw - niets levendigs meer. Zo zou de wereld voelen, denk ik. En als vriend dan breed uitgemeten zou worden in de media? Het zou niet helpen, het zou me niet interesseren, enkel dat zwarte gordijn zou reëel zijn. Misschien later, na een paar weken of maanden, misschien dan ... als ik dan artikelen over hem zou lezen en zou beseffen dat anderen ook van hem gehouden hebben, hem gewaardeerd hebben, misschien dat het dan zou helpen, als die eerste rauwe schok wat vervaagd zou zijn. Gisteravond heb ik naar Fawlty Towers en Cheers gekeken, 2 van (pdw)'s favoriete programma's, het leek me passend. Maar echt gelachen heb ik niet.
Ik zag toevallig een stukje van het programma "Superfans" wegens iets anders opgenomen, zoals dat gaat met opnames krijg je een of ander stuk shit gratis voor je favoriete programma begint. Superfans dus ... hilarisch vond ik het, fans van mij meestal onbekende bekende Vlamingen die zich voor de camera volledig mochten laten gaan wat hun held(in) betrof. Dus ik dacht, dat neem ik op, want af en toe heb ik iets laag-bij-de-gronds nodig om mijn te weinig gebruikte cynische lachspieren tot werken aan te zetten.
Vanavond was het raak - klotedag, veel administratief gedoe, alleen de foute mensen stuurden me berichten, de postbode bracht enkel slecht nieuws ... je kent dat wel. Dus om mezelf op te vrolijken besloot ik een aflevering Superfans te consumeren. Het begin was veelbelovend! Ik kreeg een Eddy Merckx-kloon te zien, een moeder-dochter combinatie die gek was opK3, een bejaard Kristoffminnend koppel, een setje hysterische pubers die ene Ian Thomas aanbaden - kortom, voor elk wat wils. En nu de diepte-interviews, dacht ik bij mezelf, dat wordt lachen!
We gingen van start met de K3-lovers en als eerste beeld kreeg ik dochter te zien die na het opstaan innig zoende met een K3-poster, meer specifiek met Josje. Dat weet ik omdat ze tijdens het knuffelen zei:"Goede morgen, Josje!". Haar mama stond innig tevreden toe te kijken waarna ze haar dochter aan de ontbijttafel noodde. We kregen te horen dat moeder even enthousiast was als haar nageslacht; ook voor haar was K3 de max, niets of niemand kon hen evenaren, alhoewel haar voorkeur naar X ging (ik ben jammer genoeg even de naam kwijt). Tot dusver genoot ik cynischerwijs met volle teugen! Volgende shot: de ontbijttafel. Moeder en dochter smeren een boterham en beleggen die met hagelslag van K3. Geslaagde marketing, denk ik bij mezelf, je moet er maar opkomen, simpelaars en hagelslag! Tussen het knabbelen door vertelt dochter hoe belangrijk dit beleg voor haar is, "andere hagelslag lust ik niet, die ligt zwaar op de maag, maar de K3-hagelslag is lekker en gezond!". Even denk ik nog met product placement te maken te hebben, maar even later besef ik dat het kind weliswaar fysiek 17 is maar deze leeftijd geestelijk nooit zal bereiken. Ook bij moeder heb ik mijn twijfels. En enkel door dit besef krijgt het beeld iets fragiels, iets ontroerends. Zie ze daar zitten, moeder en dochter, innig tevreden met hagelslag van K3, meer moet dat niet zijn. Ze liggen niet wakker van Di Rupo en co, ze zijn niet op de hoogte van prangende economische vraagstukken, maar ze hebben wel ontdekt dat K3 hen gelukkig maakt. Inderdaad, meer moet dat niet zijn...
Volkomen bereid om me te laten ontroeren, begon ik aan het volgende hoofdstuk: samenwonende dochter en moeder die samen Garry Hagger (spreek uit: Gèrry Hègger) overal volgen omdat hij nu eenmaal de beste zanger-entertainer van de hele wereld is!
Moeder is 83 dus dochter zal ook niet meer zo piep zijn, alhoewel ze dankbaar gebruikmaakt van schmink en "trendy" kleding om er minstens een decennium af te knijpen. We krijgen eerst moeder te horen die ons vertelt over dochters liefde voor Harry Gagger; het maakt niet uit hoe vaak dochter moeder corrigeert, Gèrry blijft Harry en Hègger blijft Gàgger. Op een gegeven moment komt de muziek van Harry eraan te pas om ons duidelijk te maken hoe gelukkig je van hem wordt: moeder èn dochter staan te swingen als de beesten. En dat als je 83 bent, chapeau! Later op de avond gaan ze 2 optredens van hun held bijwonen, jammer genoeg niet in dezelfde gemeente, dus tussen de twee locaties maak je een dodenrit mee over kronkelende onverlichte plattelandswegeltjes want wereldberoemde Harry treedt blijkbaar liefst op in kleine feesttenten (jeweetwel, witte plastic dingen met een podium van bierbakken) die met de losse hand uitgestrooid zijn over de Vlaamsche wegenkaart. Tijdelijk verstandig parkeert dochter zolang ze nog vaste grond onder de wielen heeft, wat betekent dat ze de rest van de weg naar het Harrywalhalla te voet moet afleggen. Om vooral niets te missen holt ze richting feesttent, onderwijl achterom roepend "Allé ma, allé ma, loopt een beetje rapper!". Ik denk bij mezelf dat moeder's tempo behoorlijk indrukwekkend is voor haar 83 lentes, maar ja, ik hou niet van Harry, dat scheelt in de perceptie.
Uiteindelijk bereiken ze allebei de feesttent waar Harry net een nummer afsluit met een vuistslag in de lucht begeleid door een uitbundig YES ! ! ! Hij is duidelijk in vorm ! ! !
Volgt een ongedenkwaardig optreden waar ik verder niets over kwijt wil.
En dan, nec plus ultra, ontmoet dochter haar held in den lijve ... je ziet haar smelten op het ogenblik dat hij haar een gesigneerde foto overhandigt. Ik zou zelf meer nodig hebben want hij kijkt haar zelfs niet in de ogen. Maar ja, smaken verschillen en behoeftes ook. Plichtsgetrouw heeft Harry een kort gesprek met haar waarin hij vraagt wat ze van het optreden vond, of het leuk was, of ze volgende keer ook komt, waarna hij haar afwezig op de wang kust en achter het podium verdwijnt. Pijnlijkst vind ik dat ze hem een geschenk overhandigt ter ere van zijn verjaardag en dat hij zelfs de moeite niet doet om het te openen. "Ik voel het, het is parfum, ach ja, daar kijk ik straks wel naar," klinkt het.
Eerlijk gezegd, ik dacht echt dat de schellen haar nu van de ogen gevallen waren en dat ze zou zeggen:"Als hij me zo behandelt is hij mijn held niet meer!". Maar ik had niet fouter kunnen zijn. Dochter huppelde de tent uit alsof ze op wolkjes liep, onderwijl haar moeder inlichtend over het heerlijke gesprek dat ze met Harry had, hoe belangrijk hij haar mening vond en hoe blij hij was met zijn geschenk ... It's all in the eye of the beholder.
En dan ineens: reclameblok - ik schrik wakker, zo lijkt het, want ik zat op een andere planeet. En wat blijkt, ik zit pas op de helft van het programma, dus op naar deel 2 dat start met een shot van een man op een fiets. Typisch Vlaams, toch? En helemaal niets speciaals, je vindt ze overal, die mannen op fietsen. Maar deze man is anders, hij is niet enkel fan van Eddy Merckx, hij gelooft dat hij Eddy is, dat hij op de wereld is gezet om Eddy's carrière te herbeleven, na te spelen als het ware. Bij het bekijken van zijn gezicht krijg ik een unheimisch gevoel ... die man is geopereerd, lijkt het wel, plastisch behandeld om meer op Eddy te lijken. Ik ben het niet zeker maar hij heeft echt zo'n verkeerd samengesteld gezicht zoals je zo vaak ziet na minder geslaagde plastische chirurgie, een beetje griezelig. Ook wat hij vertelt is verontrustend: hij is Eddy, zonder meer, hij weet het al een tijdje, en om dat te vieren moet hij doen wat Eddy doet zoals Eddy dat deed. Je ziet hem op rollen fietsen met naast zich een beeldscherm waarop Eddy op rollen fietst; hij houdt het beeld nauwlettend in het oog en doet exact na wat hij ziet. Na dit stukje aanschouwelijk onderwijs krijg je de man in huiselijke kring te zien met vrouw en dochters. Uit de conversatie blijkt dat beide dochters wel omkunnen met het Eddyfenomeen maar echtgenote blijft volhouden dat ze met iemand anders getrouwd is, niet met Eddy, wat de basis blijkt van talloze echtelijke twisten.
Het is tijdens deze conversatie dat ik er plots genoeg van heb, Superfans kan me even niet meer bekoren, het is niet meer ontroerend, niet meer grappig, het voelt enkel nog ziekelijk.
Vorige week begon mijn (2 jaar oude) gsm kuren te vertonen, eerst wel opladen maar op een halve dag leeglopen, tenslotte niet meer opladen. Tijd voor een nieuw toestel dus, ik kan me echt geen leven meer voorstellen zonder gsm.
Op naar Mediamarkt waar het ruime aanbod me een beetje overviel. Ik had van tevoren wel gezegd dat ik geen telefoon wou die slimmer is dan ik, maar toen ik ze daar allemaal naast mekaar zag blinken, de ene al mooier dan de andere en met zo'n grote schermen, begon ik van mening te veranderen - yes, een smartphone!
Gewoonlijk moet ik in Mediamarkt kilometers lopen voor ik iemand vind die me wil helpen of toch tenminste een vraag wil beantwoorden, maar deze keer had ik geluk: een heel jonge, heel enthousiaste verkoper stond te trappelen om me van dienst te zijn!
Na een kwartier uitleg begon het me een beetje te duizelen, too many choices, too little time, dus besloot ik om het laatst besproken toestel te nemen, een Samsung leek me wel wat. De verkoper bood aan om mijn beide kaarten te verhuizen van de ouwe naar de nieuwe wat ik in dank aanvaardde want ik slaag er altijd in om iets fout te doen. Terwijl hij bezig was, vroeg hij naar mijn provider; Mobistar, zei ik. Hij weer:"Dan kijk ik even of ik je misschien een speciale aanbieding kan geven, mag ik even je gsmnummer?". Hij tikte mijn nummer in en bekeek een scherm met allerlei info erop, ik (ocharme) dacht dat het een scherm vol reclame-aanbiedingen was. Maar ineens zei hij:"Ik zie dat je abonnement echt op maat is, je blijft altijd binnen de limiet!". Huh ?????? Hoe weet hij dat ??????
Blijkt dat hij mijn belgeschiedenis op zijn scherm heeft staan, welk abonnement ik heb, of ik moet opleggen omdat ik meer bel/sms dan door dat abonnement gedekt wordt en nog een pak andere info ... een stuk van mijn privéleven zomaar beschikbaar voor een willekeurige Medialandbediende. Ik was echt even helemaal de kluts kwijt. Kan dit zomaar? Mag Mobistar deze informatie zomaar met iedereen delen? Ik weet het niet, maar "het systeem" en mezelf kennende zal ik wel ergens iets aangevinkt hebben dat hen de toestemming geeft.
Maar ik blijf het absurd vinden. Stel je voor dat je een wasmachine gaat kopen en een bediende vraagt om je te helpen bij je keuze. Stel je voor dat die bediende zegt:"Ik zie hier dat u wekelijks 1 witte was draait en 2 bonte, daarom raad ik machine X aan." Of dat je een broodmachine wil kopen en ze zeggen:"U eet slechts 2x per week brood, rechtvaardigt dat dan wel de aankoop van een broodmachine?". Enfin, you get the picture.
De technologie evolueert in een moordend tempo en alle nieuwe vindingen worden voorgesteld als superhandig, supercomfortabel, superleuk ... wat ze er ons niet bijvertellen is dat diezelfde technologie ons leven gaat beheersen en controleren met en zonder onze toestemming, zelfs zonder dat we het weten. En als er al eens iemand aan de alarmbel trekt dan noemen we het paranoia.
Ok, dan ben ik paranoïde maar ik wil niet dat Jantje van Mediamarkt een inkijk krijgt in mijn belgeschiedenis; het mag onschuldig lijken en mogelijk ook zijn maar ik wil het niet. Wat ik ertegen ga doen? Daar ben ik nog niet achter, maar ik ben er wel mee bezig, paranoïde en wel.
Babies. Ze zijn schattig, knuffelig, grappig, ze ruiken lekker, ze voelen zijdezacht aan ... babies duwen bij mij op allerlei knopjes, ze toveren me om in een totaal ander mens. Zogauw ik een baby zie, wil ik die vastpakken, knuffelen, kietelen en vooral: er in babytaal mee praten tot ik ze kan laten lachen of tenminste zo'n schattige tandeloze glimlach tevoorschijn tover. Het zal wel aan mijn hormonen liggen of aan mijn genen of aan iets anders chemisch, maar het voelt aan als pure zuivere onversneden emotie, een oergevoel.
En achteraf denk ik telkens weer: dat heeft de natuur goed verzonnen, zo hou je de soort in leven.
Hoewel ik vaak overwogen heb er eentje voor mezelf te fabriceren is het er nooit van gekomen, right place wrong time of omgekeerd, het klopte nooit helemaal en op een dag was het te laat. En een paar dagen geleden vroeg een (nog steeds vruchtbare) vriendin of ik spijt had van mijn kinderloosheid. Daar heb ik toch even over moeten nadenken, het antwoord waaide me niet zomaar aan.
Theoretisch heb ik spijt, praktisch ben ik blij toe.
Ja, theoretisch lijkt het me fantastisch om samen met je geliefde een kind op de wereld te zetten, om het te vormen en kneden vanaf dag 1, om van te houden, te beschermen, te verzorgen ... om er jezelf, je eigen normen en waarden aan door te geven, om aan de zijlijn te staan als ze de grote literatuur, de filosofen, de kunstenaars ontdekken, om hun hand vast te houden bij het eerste liefdesverdriet, om jezelf in te herkennen en tegelijk totaal nieuwe eigenschappen in te ontdekken. Ja, dat lijkt me wel wat, een levenswerk, je erfenis als het ware.
Maar als ik om me heen kijk en zie hoe we de planeet verwoesten, de natuur bedreigen, het klimaat veranderen, hoe we mekaar aanvallen, vernietigen, kwellen, hoe we het zelfs op dit kleine lapje Belgische grond niet eens raken, dan ben ik blij dat ik het niet aangedurfd heb om ouder te worden. Stel dat mijn kind nu 15 zou zijn, volop aan het puberen, en ik zou moeten leven met de realiteit dat ik hem/haar een planeet nalaat die op sterven na dood is, een stuiptrekkende economie, een politiek bestel dat aaneen hangt van de hypocrisie en vooral, dat ik hem/haar geen valabele toekomst kan voorspiegelen, dat ik enkel kan zeggen:"Hopelijk krijgen jullie de kans om het beter te doen". Neen, ik ben echt blij dat dit niet hoeft.
Dus ja, theoretisch was ik graag ouder geweest, maar praktisch zal ik rustiger sterven zonder erfgenaam.
Op de online community waar ik deel van uitmaak, vroeg men me onlangs mijn mening over Gaia. Alhoewel ik niet onverdeeld positief ben is het verhelpen en voorkomen van dierenleed één van mijn stokpaardjes, dus ik blij! Na het schrijven even wat commentaren van medeleden gelezen en ook in mijn omgeving wat meningen gevraagd. Blijkt dat de meesten niet direct 100% fan zijn en dat vooral de persoonlijkheid van Michel Vandenbosch er als een zere vinger boven uitsteekt. Blijkbaar valt hij niet in de smaak. Maar goed, we zijn het er wel over eens dat dierenleed aandacht verdient en dat we er met zijn allen wat tegen moeten doen, al dan niet via Gaia (of WWF of Greenpeace).
Wat me opviel is dat een aantal mensen vond dat je eigenlijk meer aandacht moet besteden aan mensenleed en dat dierenleed dus pas op de tweede plaats komt. Dat zette me aan het denken, eerst op kleine schaal: stel je voor dat mijn vriend en mijn poes tegelijk hun been/poot breken, wie breng ik eerst naar de dokter? Makkelijk, ik breng zelf mijn vriend en vraag de (dierenlievende) buren om met de poes naar de dierenarts te gaan. Volgende dilemma: een tijger verslindt een mens, moet je die tijger afschieten? Makkelijk ... natuurlijk niet! Het beest doet waar het voor geboren is, jagen. Als het daarvoor de doodstraf krijgt, moet je theoretisch elke tijger afknallen want ze zullen allemaal hetzelfde doen als ze met een lekker mensenhapje geconfronteerd worden: toetasten! Idem voor beren en leeuwen en alle andere soorten die groot genoeg zijn om ons te verorberen.
Nog een dilemma: een chimpansee en een politiek gevangene zitten naast mekaar in kleine oncomfortabele kooien, je mag er maar eentje bevrijden, wie kies je?
... hier volgt een lange denkpauze ...
Ik weet het niet, ik weet echt niet wie ik zou kiezen. De voor de hand liggende keuze zou zijn dat je de politiek gevangene vrijlaat, dat je de soort "mens" als waardevoller oordeelt dan de soort "chimpansee", wij de Masters of the Universe en meer van die onzin. Maar zo voelt het niet voor mij.
Omdat ik er niet uitkwam, legde ik het dilemma voor aan een wijze vriendin. Haar antwoord: "ik zou de chimpansee vrijlaten want het enige wat die met de rest van zijn leven zal doen is in bomen rondhangen en kleine chimpanseetjes maken. De politiek gevangene is een mens en dus tot alle mogelijke slechts in staat, laat die maar blijven zitten waar hij zit." Zoals ik al zei, mijn vriendin is wijs want alhoewel ik uren en uren over het dilemma nagedacht had, was ik er nooit toe gekomen de mogelijke slechtheid van de mens erin te betrekken. Ik had geprobeerd om individuele levens af te wegen, en niet stilgestaan bij de soort. En inderdaad, onze soort steekt boven alle andere uit als het om slechtheid gaat; we voeren oorlog, we martelen, we verkrachten, vermoorden, verminken, we beliegen en bedriegen mekaar, we stelen ... een trieste lijst als het erom gaat je te onderscheiden van anderen.
En als je het op deze manier bekijkt, kies je natuurlijk voor de chimpansee.
Maar toch ... ik ben er nog niet uit, ik kan nog steeds niet kiezen, deze waarheid over mezelf zal ik pas ontdekken als ik voor die twee kooien sta. En stiekem hoop ik dat ik tegen dan een oplossing bedacht heb die hen allebei bevrijdt.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Tags:Gaia Amnesty dierenleed morele keuze de soort
18-11-2011
Rood zien
Al zappend terechtgekomen bij "Rekening in het Rood", een programma waarin de minder bedeelde medemens ten tonele gevoerd wordt. En passant toont men ons hoe die zich door de dag heen vecht. Ik had even het gevoel dat ik in een ander werelddeel terechtgekomen was, al klopten taal en huidskleur niet. Armoede, echte armoede, kreeg ik namelijk te zien. Met naast me een glas wijn en een schaaltje Bugles (mèt Philadelphia), terwijl de 4 poezen met rondgegeten buikjes lagen te soezen op de andere sofa, beving me een oneindige tristesse vermengd met schaamte. "Let me entertain you", klinkt het in mijn hoofd, en "the show must go on" ... want dit is ontspannende kost voor een doordeweekse avond die we consumeren tussen de soep en de patatten door, terwijl we in ons achterhoofd het boodschappenlijstje voor morgen samenstellen. Toch is het niet allemaal kommer en kwel wat ik zie, er zijn ook vrolijke momenten, zelfs meer dan verwacht. Een koppel (ja, liefde gedijt ook op een lege maag) schuimt de stad af op zoek naar voedsel en vindt op een vensterbank een halfleeg blikje Fanta. Hun opgetogenheid als ze de buit binnenhalen doet mijn hart even stilstaan. "Zie je wel, er is altijd wel iets te vinden!", zeggen ze stralend. En dan kussen ze mekaar, vervuld vna pure levensvreugde. Ja, zeg het maar, ik romantiseer dit ... vijf minuten later hebben ze waarschijnlijk slaande ruzie over de verdeling van de frisdrank. Maar toch. En eerlijk gezegd was ik ook aangenaam verrast door de serene manier waarop VT4 dit allemaal in beeld brengt, er straalt respect vanaf en mededogen, geen kleine prestatie voor een commerciële zender. Als Jambers dit bekijkt, denk ik dat zijn tenen krullen van schaamte over hoe hij het indertijd aanpakte. Naar goede gewoonte wordt ook dit programma onderbroken voor een reclameblok, volgens mij samengesteld door een rasechte cynicus want de meeste spots gaan over luxeproducten. En ik beeld me in dat het arme koppel ergens voor een televisiescherm zit om zichzelf te bekijken en dan tussen de weergave van hun ellende door geconfronteerd wordt met de reclamespots. Hoe naïef ze ook zijn, zou dat niet toch even slikken zijn? Zouden ze net als ik de gigantische kloof zien tussen hun leven en de reclame? En zouden ze zich dan, net als ik, afvragen of het niet anders kon, voor deze ene keer? Zou het niet mogelijk zijn om voor één keer de reclameblokken te laten vallen en dit programma nonstop uit te zenden? Het zal niet gebeuren, dat weet ik, want ook al hebben we geen regering, de economische dictatuur bloeit als nooit tevoren. Een ander idee zou zijn dat de adverterende producten een klein deel van hun winst afstaan aan de deelnemers van dit programma; maken ze ineens een menslievende indruk, wat mooi meegenomen is. Maar ook dat zal niet gebeuren. Want na Rekening in het Rood komt een ander programma, en nog één, en nog één ... en als we tussen de lakens kruipen zijn we allang vergeten wat we allemaal gezien hebben, staan we er niet bij stil dat sommigen geen lakens hebben, misschien zelfs geen matras, hoogstens een slaapzak. En de volgende ochtend overvalt het leven ons tegelijk met het geluid van de wekker, springen we in de houding en gaan we door. Misschien praten we tijdens de koffiepauze nog even over het halflege Fantablikje, hoe ontroerend dat was, maar daar houdt het mee op. Het arme koppel, en met hen hun soortgenoten, verdwijnt in de vergetelheid, bijna alsof ze nooit echt bestaan hebben. Maar elke keer als ik aan het programma terugdenk, overvalt me de behoefte om iets te doen, hen te redden, te helpen ... iets. Wat ik dan doe is geld geven aan elke bedelaar die ik zie, spullen verzamelen voor de kringwinkel, druppels op een gloeiende plaat; meer kan ik niet verzinnen.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Tags:rekening in het rood armoede cynisme
08-11-2011
Leven zonder net
In het weekend lag bij me thuis internet ineens plat, zomaar. Ik vond het wel leuk, alsof ik vakantie kreeg: geen mail checken, niet naar de community surfen, geen spelletjes spelen ... vrij om andere dingen te doen! Dus geen haar op mijn hoofd dat eraan dacht om de klantendienst te bellen maar wel gelijk een vriendin gebeld om te gaan wandelen en achteraf van warme choco en een spelletje te genieten; het werd een superleuke alternatieve zondag! Maandagochtend toch maar Telenet gebeld, in de verwachting dat mijn probleem binnen de kortste keren opgelost zou zijn. Maar tussen droom en daad staan klantendiensten en andere verschrikkingen in de weg. Eerste probleem: ik bel de klantendienst maar word automatisch doorverbonden met de technische dienst die me niet wil/kan helpen omdat ik eigenlijk langs de klantendienst moet passeren. "Probeer het eens met uw gsm!" en "O, u belt al met uw gsm ... leen een andere gsm van iemand, dan gaat het misschien wel." Huh??? Moet ik hier een speciale magische gsm tevoorschijn toveren die me wonderbaarlijkerwijs wel verbindt met de klantendienst??? Enfin, toch maar geprobeerd met een andere gsm en nog een andere gsm; zelfde resultaat, ik bleef in contact komen met de technische dienst. Uiteindelijk kreeg daar iemand medelijden met me en vroeg wat het probleem eigenlijk was - oef! "Ik heb geen internet." "Uw modem werkt nochtans." "Ja, maar toch heb ik geen internet, waar kan dat aan liggen?" "Het zal wel een softwareprobleem zijn, maar daar moet u een andere dienst voor bellen." "Toch niet toevallig die dienst die ik niet kan bereiken?" Ja dus ... Na een paar uur heen en weer getelefoneer met allerlei soorten toestellen (met dank aan buren en vrienden) werd vastgesteld dat het probleem bij mijn router lag, en daar kan Telenet niets aan doen. Dus, ondertussen al behoorlijk ongeduldig en nerveus, naar de eerste de beste computerwinkel om een nieuwe router te gaan kopen. Jammer genoeg zat er maar welgeteld 1 pagina instructies bij dus het installeren verliep niet van een leien dakje. Ze verwezen wel naar hun uitgebreide handleiding op internet maar ja, dat ging dus niet. Uiteindelijk met veel bloed, zweet en tranen de router geïnstalleerd en voilà: internet! Maar ... natuurlijk was er nog altijd iets fout, de traagheid was onvoorstelbaar, het laden van Google duurde 2 minuten, en ik verzeker je, als je erop zit te kijken is dat erg lang! Natuurlijk ging ik er vanuit dat het probleem bij de router lag dus afsluiten, herinstalleren, afsluiten, herinstalleren, enzovoort ... maar geen geluk, het internet bleef kruipen. Rond 17u was mijn geduld ongeveer op en had ik zin om router en laptop door de venster te smijten. Maar ik kreeg nog een laatste lumineus idee: misschien ligt het nu wel aan Telenet! Getest en ja, het lag aan hen. Oef! dacht ik, dat moet snel op te lossen zijn. Even bellen ... maar natuurlijk weer dezelfde processie als eerder die dag, technische dienst, klantendienst, softwaredienst ... het bleef moeilijk; tot ik uiteindelijk iemand aan de lijn kreeg die bereid was om de modem opnieuw op te starten wat het probleem zou moeten verhelpen. En ja hoor, tegen 18u30, na een volledige werkdag geknoei, had ik terug (snel) internet! Opluchting en gejuich alom! Afgezien van de stress en het gepruts had ik het internet ook gewoon gemist voor de simpelste zaken: telefoonnummer van de klantendienst? Geen internet. Routers en prijzen opzoeken? Geen internet. Computerwinkels opzoeken? Geen internet. Gauw wat dringende rekeningen betalen? Geen internet. Even ontspannen en mijn mails lezen? Geen internet. Even de krantenkoppen overlopen? Geen internet. Enzovoort enzoverder ... Leven zonder net is niet leuk tenzij je er bewust voor kiest, zo van even een dagje netvrij doorbrengen, heerlijk! Maar als het net ineens verdwijnt, dan sta je daar behoorlijk gehandicapt, zonder toegang tot de simpelste dingen als een telefoonnummer, een adres ... En toen besefte ik dat internet ook mijn vangnet geworden is, een essentieel onderdeel van mijn leven dat ik eigenlijk niet kan missen. Duimen maar dat Telenet zijn personeel in de watten legt zodat ze zich nooit geroepen voelen om te staken! Ik mag er niet aan denken!
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Tags:Telenet klantenservice helpdesk internet vangnet gsm leven zonder
01-11-2011
Vrienden maken
Sinds een maand of twee maak ik deel uit van een online community georganiseerd door een reclamebureau. De bedoeling is dat wij, de communityleden, dagelijks onze mening geven over allerlei onderwerpen die gaan van bier over auto's tot reisbureaus. We kunnen ook zelf topics aanmaken wat we gretig doen; daar gaat het van godsdienst over migrantenpolitiek tot humor. Keuze genoeg dus.
In eerste instantie heb ik me ingeschreven omdat ik graag mijn mening geef én omdat ik hoopte iets te kunnen veranderen aan de stompzinnigheid van de meeste reclames, maar mijn deelname is al gauw meer geworden. Ik zie er echt naar uit om in te loggen en te kijken wat de nieuwe topics zijn, wie wat geschreven heeft, wie aanwezig is ... de community is een soort online café geworden, en afhankelijk van wie er ingelogd is, blijf ik langer aan de toog hangen en kletsen.
En dat laatste verwondert me; ik had nooit verwacht dat de community deel zou gaan uitmaken van mijn sociale leven, dat de leden echte levende mensen zouden worden waar ik sympathie voor voel en die ik beter wil leren kennen. Er is M die ik erg intelligent en sereen vind, die altijd nèt die info verstrekt die het gesprek boeiender maakt, er is K die enthousiast en levendig is en met iedereen kan opschieten, en ook D wiens opvattingen dicht bij de mijne liggen maar die altijd net iets verder denkt dan ik.
In mijn dagelijks leven vertel ik vrienden soms over topics op de site, citeer ik M (of D, K of L) en ontstaat er alweer een boeiend gesprek. Het gaat zover dat sommige letters al een vaste waarde geworden zijn, in zoverre dat ik een gespreksonderwerp aansnijd en mijn vriend vraagt:"Wat zei M daarover?".
Ik weet weinig "gewone" dingen over deze mensen, niet waar ze wonen, welk werk ze doen, hoe ze eruitzien, wie hun partner is ... daar praten we niet over. Maar ik weet wel hoe ze denken over politiek, gezondheid, humor, of ze op dieet zijn, hoe ze hun weekends doorbrengen. Aan de ene kant weet ik minder over hen dan over mijn andere vrienden, aan de andere kant meer.
Ik bedacht dit allemaal omdat ik hun plaats in mijn leven probeer te benoemen: zijn dit vrienden, kennissen, collega's? Het gaat hier immers om een soort relatie die ik voordien niet kende en die ik ervaar als verrijkend, een extra. Nu nog een naam vinden ...
De essentie van deze relaties is dat ze zich volledig afspelen via internet, als morgen de servers platvallen, zijn we mekaar kwijt. Dat geeft de interactie een bepaalde vluchtigheid die niet speelt bij "echte" relaties. Maar de anonimiteit van dat internet geeft ons ook de ruimte om zorgeloos over de meest prangende onderwerpen te praten, iets wat ik in het dagelijkse leven niet zomaar met iedereen doe. De relaties zijn dus enerzijds luchtig, anderzijds diep.
Ook belangrijk is dat je gewoon kan uitloggen als je geen argumenten meer hebt of gewoon moe bent, geen noodzaak om afscheid te nemen, uit te leggen waarom je weggaat ... enkel "klik" en je bent weg. Doe dat maar eens na in het gewone leven!
Ik denk dat ik dit netvriendschap noem, net als vrienden maar niet helemaal, en vrienden via het net. Dit enkel voorlopig, bij gebrek aan beter. Want hoe langer het internet bestaat, hoe meer nieuwe soorten relaties er komen, hoe meer nieuwe woorden verzonnen zullen worden om dat allemaal te benoemen. Ik ben dus in blijde verwachting!
In bovenstaand artikel worden er vragen gesteld bij de gevolgen van de nieuwe sociale media (Twitter, FB, ...). Worden we er slimmer of dommer van? Kinderachtiger of volwassener? Socialer of eenzamer? Your guess is as good as mine. De geschiedenis leert ons dat nieuwe vindingen altijd met een grote dosis wantrouwen benaderd worden; denk maar aan de cinema, de telefoon, de TV... er waren altijd wel mensen die dachten dat het einde van onze cultuur nabij was. En toch hebben we ze allemaal relatief onbeschadigd overleefd. Logisch dus om ervan uit te gaan dat hetzelfde zal gelden voor de nieuwe media ... toch?
Of hebben de doemdenkers gelijk en wordt de volgende generatie dommer, kinderachtiger en egocentrischer?
Ik heb de neiging om ongerust te zijn en me aan de zijde van die doemdenkers te scharen: onze intelligentie, onze cultuur, ons sociale leven ... het kan alleen nog maar bergaf gaan.
Maar dan bedenk ik dat ik de 50 gepasseerd ben en herinner ik me dezelfde uitspraken uit de mond van mijn ouders en grootouders te hebben gehoord. En toen was er zelfs nog geen sprake van internet!
Als ik het allemaal op een rijtje zet, gaat deze post helemaal niet over de nieuwe media en hun gevolgen, maar over mij, over hoe ik er op mijn oude dag mee omga. Beschamend eigenlijk ...
Ik zit dagelijks op internet, ik speel computer- en Wii- en XBoxspelletjes tot ik erbij neerval, ik chat en sms de hele dag door en check tussendoor mijn FB-pagina.
Ben ik dommer, kinderachtiger en eenzamer geworden? Neen dus.
Waarom zou de jongere generatie dan tenonder gaan aan iets wat mij geen zichtbare schade berokkent? Hoezo zouden zij minder resistent zijn dan ik? Waarschijnlijk kunnen ze er zelfs beter tegen, gewoon omdat ze er al vroeger mee geconfronteerd worden en het hele zootje dus makkelijker kunnen relativeren.
Natuurlijk zijn er uitzonderingen, mensen die kapotgaan aan de overvloed aan communicatie, die hun carrière en huwelijk opblazen omdat ze de uitknop van de PC niet meer vinden. Er liggen roofdieren op de loer in chatrooms en ze maken slachtoffers. Er zijn mensen die vereenzamen omdat het scherm luider roept dan de straat of het café. Dat was zo, dat is zo en dat zal altijd zo zijn: gelijk wat we uitvinden, er gaat altijd wel iemand aan tenonder.
Maar stel je voor dat we ons daardoor laten tegenhouden, dat we auto's afschaffen omdat er dodelijke ongelukken gebeuren, dat we boter verbieden omdat mensen bezwijken aan hart- en vaatziekten ...
We zijn al zo gereglementeerd en georganizeerd (als er morgen marsmannetjes landen, moeten ze 10 jaar studeren voor ze de straat op durven), kunnen we de nieuwe media en hun gebruikers niet gewoon laten begaan? Het risico nemen?
Tenslotte, het ergste wat kan gebeuren is dat we binnen een paar decennia dom, kinderachtig en egocentrisch zijn - zou dat zoveel verschil maken?
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen) Tags:Facebook FB internet twitter jeugd egoïstisch verwend veranderen ouder worden computer spelen Wii Xbox
25-10-2011
The Happy Few
Ik las onlangs in Zizo een artikel van Pia Fraus over repressie in de eigen subcultuur. Volgens Fraus is er in lesbische kringen weinig tolerantie voor o.a. "butch" vrouwen. Ik kan me daar wel iets bij voorstellen, net zoals ik me wel iets kan voorstellen bij repressie in de eigen (sub)cultuur. Het heeft alles te maken met benoemen en waarom je dat doet, denk ik. Ik heb de indruk dat benoemen, etiketteren, steeds belangrijker wordt. Mensen gebruiken het om te bepalen wie ze (willen) zijn, met wie ze omgaan, wie ze goed- of afkeuren, wie hen angst inboezemt ... Etiketteren maakt de wereld overzichtelijker en dus minder bedreigend. Ik kan daar deels wel inkomen, zoals wanneer je naar een moslimland op vakantie gaat tijdens de ramadan, dat je, dankzij het etiket "moslim", weet dat je mensen overdag geen eten of drinken moet aanbieden. Etiketten als informatiebron om interactie te vergemakkelijken. Maar het kan veel verder gaan dan dat, merk ik. "Moslim" betekent voor sommigen niet alleen "iemand die een godsdienst belijdt", maar ook "iemand die onverdraagzaam is, die geen Nederlands wil leren, die teveel kindergeld krijgt, die een te dure auto heeft, die een hoofddoek draagt, die geneigd is tot terrorisme", ... Hetzelfde kan opgaan voor etiketten als "holebi", "Afrikaan", "socialist", ... noem maar op. Dan gebruik je een etiket gewoon om vooroordelen te bundelen. Ik vind het beangstigend hoe makkelijk mensen gebruik maken van deze etiketten, gewoon iemand benoemen, klasseren en weg ermee. En hoe groot de impact van deze etiketten is op de maatschappij. Ik hoorde onlangs van een politieman dat het onveiligheidsgevoel bij de Gentse bevolking enorm groot is, terwijl dit een van de veiligste Vlaamse steden is. Hoe komt dat? Door de etiketten. Ik woon vlakbij de Bevrijdingslaan, een buurt met veel Turkse en Marokkaanse inwoners. Ik ga er geregeld shoppen want het is er goedkoop en ze hebben veel spullen die ik elders niet vind. Mijn buren, die zelf geen Turken/Marokkanen kennen, komen er nooit. Waarom niet? "Al die vreemden, dat zijn toch allemaal criminelen die ook nog profiteren van onze sociale zekerheid. Ge zijt er uw leven niet zeker!" Als ik dan vraag hoe ze dat weten, zeggen ze dat iedereen dat weet. En hoe weet iedereen dat? Door de etiketten!
Is het omdat we het allemaal zo druk hebben? Hebben we geen tijd om mensen echt te leren kennen? Hebben we enkel de tijd om snel het label te lezen en aan de hand daarvan te beslissen "de moeite waard" of "weggooien"?
Ik moet 6 of 7 geweest zijn toen een vriendinnetje tegen me zei:"Als je liegt komt er een groot zwart kruis op je voorhoofd!". Ik ben zelf zonder religie opgevoed, had geen idee waar dit vandaan kwam maar ik vond het toch een beangstigende gedachte. Ik had namelijk af en toe al gelogen, over kleinigheden waarschijnlijk, en het idee dat mijn ouders toen een kruis op mijn voorhoofd gezien hadden zonder me dat te vertellen, vond ik echt akelig. Je werd dus betrapt, altijd, bij elke leugen.
Als we het op Everybody Famous over reclame hebben, denk ik af en toe aan dit verhaal. Immers, als er één branche is waar er straffeloos, uitbundig en met overtuiging gelogen wordt, dan is het wel de reclamebusiness.
Witter dan wit, lekkerder dan lekker, schoner dan schoon, sexier dan sexy, gezonder dangezond ... het houdt niet op. Je wordt gebombardeerd met superlatieven, je ziet voor je ogen vlekken verdwijnen, eten tevoorschijn komen, vrouwen voor je vallen, rimpels oplossen ... niets is te gek, te moeilijk, te onmogelijk. Alles kan in een reclamespot!
En eigenlijk is dat leuk. Dankzij de reclame bestaat er een parallelle realiteit waar alles volmaakt is. Iedereen ziet er schitterend uit, is kerngezond, heeft de perfecte job, de perfecte woning, sticht het perfecte gezin, eet lekker, drinkt met mate en overlijdt zelden (hoe vaak zie je een reclame voor een uitvaartdienst?).
En wij bezoeken geregeld de reclamerealiteit waar we ideeën opdoen om ons leven leuker te maken.
Maar stel je voor dat je in een reclamefilmpje ziet hoe moeilijk sommige vlekken te verwijderen zijn, en dat je rimpels niet zomaar verdwijnen, dat je geen vrienden maakt dankzij Jupiler, dat je niet lang en gelukkig leeft als je de juiste schoenen draagt en dat je hond niet automatisch luistert omdat je hem Eukanuba geeft ... zouden we dan minder consumeren? Ik denk het niet.
Ik denk zelfs dat we een punt bereikt hebben waarop we snakken naar realiteit in de reclame, we willen het product zien zoals het is, we willen ernstig genomen worden, behandeld worden als volwassenen.
Want we weten wat we willen ... een nieuw soort reclame!
Laatst op een avond heel laat thuis, nog even de TV aangezet, me verheugend op een Star Trekje ... word ik geconfronteerd met een uitermate onaantrekkelijke vrouw die suggestieve poses aanneemt, omlijst door de tekst:"Kom in contact met dames die alleen maar langs achteren genomen willen worden! Word lid van de Griekse club!" en een smsnummer. Het was trouwens op 2BE. De zeer schaars geklede, onaantrekkelijke vrouw kronkelde zich in allerlei bochten, die volgens mij de aandacht op haar achterwerk moesten richten. Ze deed dit waarschijnlijk voor de kijkers die niet genoeg hadden aan een half woord, een soort van aanschouwelijk onderwijs. En neem "zeer schaars gekleed" maar letterlijk, ze had een broekje aan, maar daar hield het op, haar borsten bungelden ongebonden alle kanten op. Nu heb ik geen problemen met mensen die anale sex wensen te bedrijven of te ondergaan, whatever gets you through the night, denk ik dan. Maar ik woon in Vlaanderen, de streek waar de Feminatheek van L.P. Boon verboden werd wegens te bloot. 's Nachts op TV daarentegen, op een familiezender, mag het wel? Is dat omdat het op 2BE geen cultuur is, maar economie? Bloot/sex mag, als er maar geld mee verdiend wordt? Trouwens, dat van die "Griekse club" snap ik ook niet echt ... "de Griekse beginselen toegedaan zijn", dat betekent volgens mij dat je homosexueel bent. En in homosexuele kringen zal wel af en toe aan anale sex gedaan worden, maar ik betwijfel of ze zich daartoe uitgenodigd voelen als een vrouw haar borsten in hun gezicht zwiert. Wat ik me ook afvroeg: stel je voor dat ik in ben voor anale sex, en dat die ongelooflijk onaantrekkelijke vrouw op het scherm toch mijn hormonen in gang zet, wat doe ik dan? Ik sms naar dat nummer, en dan ... komt die vrouw bij me thuis haar achtereind showen? Of krijg ik een lidkaart voor een Griekse club thuisgestuurd waar ik naartoe kan? Ik heb de proef niet op de som genomen, maar ik vrees dat ik dan gewoon een smsje terugkrijg, waarin een callcentermedewerker doet alsof 'ie een anaal nummertje wil. En als ik geluk heb, doet 'ie dat in het Grieks. Wat ook wel zou mogen voor zeg maar 2 per sms.
0
1
2
3
4
5
- Gemiddelde waardering: 4/5 - (3 Stemmen) Tags:sex anaal holebi tv reclame griekse club
Een wereld zonder reclame
Margriet vroeg zich in een bericht af of een wereld zonder reclame wel kan bestaan ... stel je voor dat we vanaf morgenochtend met één soepele Harry Potterbeweging alle reclame verbannen uit België. Wat zou er allemaal veranderen, vraag ik me af.
De ochtendkrant bij het ontbijt zou alvast een stuk dunner zijn, de magazines en tijdschriften ook. De ochtendradio zou enkel onderbroken worden door het nieuws, idem voor ochtend-TV.
Op weg naar het werk zouden we geen reclame zien op bussen, trams of billboards.
Tot zover geen probleem - ik kan me hier best in vinden.
Maar geen reclame betekent ook geen reclamebureaus, dus alvast een aantal werklozen. Ook in de sectoren die deels afhankelijk zijn van de reclamewereld zoals drukkerijen, adviesbureaus, ontwerpbureaus e.d. zouden een pak mensen niet moeten komen opdraven, nog meer werklozen.
Op langere termijn zie ik nieuwe bedrijven niet op te starten, want hoe moet je je product bekendmaken zonder reclame? Ook sommige bestaande bedrijven zullen moeten inkrimpen of stoppen want zonder reclame gaan ze minder verkopen. Alweer een hoop werklozen erbij.
Positief daaraan is dat we met veel minder fileproblemen naar het werk zullen kunnen, en in het openbaar vervoer zal er ook meer plaats zijn. De een zijn dood is de ander zijn brood, toch?
Maar laten we een sprong in de tijd maken en ineens naar 2015 gaan in een wereld zonder reclame.
Ik zie me al ronddwalen in een halflege Aldi of Carrefour waar ik per product de keuze heb tussen 2 of 3 merken, de sterke merken die overeind gebleven zijn zonder reclame. Als ik de winkel buitenkom zitten er een tiental bedelaars op me te wachten, want door het hallucinant hoge aantal werklozen is het economisch klimaat dusdanig slecht dat werkloosheidssteun beperkt is tot 6 maanden; als je dan niet terug aan de slag bent, heb je pech gehad.
Op weg naar huis passeer ik geregeld een politiepatrouille want er is straks weer een werklozenbetoging die gevolgd zal worden door relletjes en met wat pech, plunderingen.
Eens thuisgekomen zet ik direct de auto in de garage en laad snel mijn boodschappen uit. Ik schakel ook het inbraakalarm in, je moet echt voorzichtig zijn tegenwoordig.
Het is mijn vrije dag dus ik plof neer in de zetel, zet de TV aan en zap tussen de 2 beschikbare staatskanalen; alle commerciële zenders zijn immers samen met de reclame verdwenen. Er is niets interessants te zien op TV dus neem ik de Knack, het enige tijdschrift dat het (met staatssteun) overleefd heeft. Ook niets interessants... alleen onheilstijdingen, voorspellingen over een steeds slechter wordende economische situatie. Weemoedig denk ik aan de tijd dat ik nog zorgeloos rondsurfte op internet, maar dat abonnement werd vorig jaar al te duur.
Dan trekt een beeld op TV mijn aandacht: regeringsmededeling. Ik luister met een half oor maar ga dan rechtzitten en verhoog het volume: ze willen geleidelijk terug reclame gaan toestaan! Niet te geloven! Ik doe een rondedansje doorheen de woonkamer en pak mijn gsm om (ondanks de hoge kost) een berichtje naar mijn vriend te sturen. Dit is zo'n fantastisch nieuws! Met een beetje geluk betekent dit weer werk voor hem, en niet alleen voor hem ... Mijn brein kan de mogelijke gevolgen van deze regeringsbeslissing bijna niet bevatten. De wereld zal weer gaan opleven, de economie zal terug in gang schieten, winkels zullen opnieuw opengaan, TV- en radiostations weer opstarten ... Het leven wordt weer zo heerlijk als het vroeger was, met reclame!