Om 4u30 vertrekt mijn bus, rechtstreeks tot Puerto Cabezas. De zonsopgang in de bergen overstijgt de anale pijnen van de busreis, als het licht zachtjes opstijgt van achter de bomen, en dromerige nevelslierten in de valleien opklaren. Ik kan alleen maar dromen van hoe de zonsopgang boven de atlantische oceaan zal zijn. Onderweg passeren we een riviertje, waarin een aantal mensen gedoopt worden, bangelijk pitoresk, net een bijbeltafereel! Gezien de geweldige staat waarin onze bus verkeerd, moet de motor aan elk riviertje afgekoeld worden, handig, kan ik even m´n benen strekken en poep laten rusten. Ik leer ook Allen kennen, een boekhouder die in Puerto Cabezas woont, maar in een klein dorpje werkt. Hij wijst me op de heuvels, waar enkel kale bomen op staan, het resultaat van Orkaan Felix die hier bijna exact een jaar geleden passeerde. Allen lijkt me een sympatieke vent, zeker wanneer hij me bij aankomst (17u) uitnodigd om bij hem te komen logeren, wat ik als gierige rugzak-zwerver zeker weet te apprecieren. Mijn gastheer komt vandaag thuis, na een maand weg te zijn geweest naar zijn werk; donderdag vertrekt hij terug voor een maand... en dat terwijl hij een vrouw (Anielka) en kind van 10maanden heeft!
ps: na een busrit van 14uur, en nog een busrit van 12,5u, heb je toch wel het gevoel dat je alles aankan qua transport, zeker als ooit op een bus van hier gezeten hebt, en dan nog op niet verharde wegen, in de zon!
Rond 9u zit ik eindelijk op de bus richting Boaco. Daar aangekomen koop ik een hangmat voor 55cordobas, die nog goed van pas zal komen, alvorens op de bus richting Rio Blanco te stappen (jaja, ik passeerde Matiguas). Vanuit Rio Blanco spring ik dan op de bus richting Siuna, waar ik tegen 23u aankom. Gierig en avontuurlijk als ik ben, besluit mijn hangmat tussen een bende zielsgenoten op te hangen, in de busterminal, het is uiteindelijk toch maar voor een nachtje. De voeding vandaag was alles behalve, een droog broodje met water hier, een stukje watermeloen daar, en als avondeten een blikje "tonijn met groenten", lelijk, maar het stilt te honger!
Siuna ligt trouwens in "Las Minas", volgens mijn reisgids het wilde westen van Nicaragua, met guerilleros die overvallen doen op alles dat passeerd. Hier lig ik dan, in een hangmat, op een busterminal, in oorlogsgebied. Gelukkig is mijn boek gepubliceerd in 2001, en is alles hier momenteel terug rustig, 15 jaar geleden, werd in deze streek de revolutie stevig uitgevochten, waardoor de stad Puerto Cabezas van 5000 inwoners steeg tot 30.000, mijn doel voor morgen...