Onze laatste dag in Vietnam is van start gegaan. Momenteel zitten we op de bus tussen de Halong baai en Hanoi waar we vanavond het vliegtuig nemen richting Parijs. Je acht het hier soms niet voor mogelijk, ze leven hier in de meeste streken nog zoals in de middeleeuwen maar wij zitten hier nu op de bus en beschikken over internetverbinding (wifi van de bus). Wel halen we maar een gemiddelde van 40 km/uur en zijn de wegen soms allesbehalve. Overal langs de baan zitten de mensen voor hun huis, nergens is verwarming en hun deuren staan dag en nacht open. Het is hier momenteel echter niet te warm doch zij schijnen zich daar niet aan te storen. Bij deze maken wij nog een paar foto's over, zo onder andere van rijstvelden. Vietnam is namelijk een van de grootste rijstexporteurs ter wereld. De teelt verschilt van streek tot streek. In de Mekongdelta, de rijstschuur van Vietnam, oogsten ze 3 maal per jaar, in het centrum 2 maal per jaar en in het Noorden slechts 1 maal.
Wat ons ook opvalt is dat iedereen hier de slanke lijn bewaard heeft. 't zal aan de voeding liggen waarschijnlijk: een Vietnamees eet alles wat poten en oren heeft. Ze eten ook alles op, niets gaat verloren. Wat het eten betreft dat we voorgeschoteld kregen, kan gezegd worden dat het zeker niet slecht was, altijd verzorgd was, en in kleine hoeveelheden maar tamelijk rap geserveerd werd. Iedere maaltijd bestond steeds uit een 7 à 8 gangen met steeds volgende ingredienten: garnaal, kip, varken, vis, groenten, fruit en dit geserveerd met typische sausen. Het mag echter gezegd: na 14 dagen is de behoefte aan dergelijke maaltijden niet meer echt groot.
Onze tweede nacht op de nachttrein is verlopen zoals de eerste: weinig plaats in de "kamer", weinig plaats in het toilet/wasplaats en weinig plaats in bed. Verder veel gewiebel, veel getoeter, veel gestop en kort van duur. We komen aan om 05.15 uur in Hanoi en worden voor het "débarqueren" eerst nog koffie/thee geserveerd met een croissant. Aan het station staat de bus ons reeds op te wachten om ons naar het "Nikko" hotel te brengen waar onze grote koffers achtergelaten werden. Wij krijgen er een stevig ontbijt geserveerd want er staat ons een verplaatsing te wachten van een dikke vier uur naar de Halong baai. Onderweg een paar "happy stops" (pisstops) onder andere in een plaatselijke oester-kunstmatige-inseminatie-fabriek. Na een bezoek aan de plaatselijke toiletten zijn wij getuige van het proces om jonge oesters kunstmatig te insemineren met een parel om die dan terug voor enkele jaren in zee te zetten. Het is preciesiewerk en zou voor ons zeker niet lukken zonder bril.
Tegen de middag komen wij aan in de Halong baai en gaan er aan boord van de "Paradise cruise*****" die ons voor de rest van de dag door de paradijselijke baai loodst. Een paar maal worden wij aan land gebracht met kleinere bootjes om enkele van de duizenden eilandjes te verkennen. We hebben geluk want de zon is van de partij wat een must is in deze wondermooie baai.
Vandaag is de dag van de grote cultuurschock. Wij hadden al redelijk wat gezien met betrekking tot de levensomstandigheden van de doorsnee Vietnamees, doch wat we vandaag voorgeschoteld kregen overtrof alles. Het was al redelijk fris om niet te zeggen koud in Sapa, doch toen wij deze morgen onze neus buiten staken regende het lichtjes en had het ook wat gesneeuwd. Onze lokale gids was in alle staten want hij had in jaren geen sneeuw meer gezien.
Zowel in de voor- als de namiddag staat een wandeling op het programma die ons brengt tot in kleine dorpjes van traditionele bergstammen. Zij leven zonder verwarming en lopen meestal op teenslippers of blote voeten. Wat ze juist eten is nog steeds een raadsel maar in ieder geval geen spek voor onze bek. Naar het schijnt eten ze werkelijk alles op wat maar enigszins mogelijk is. De meesten zijn vuil en vies en hebben in weken waarschijnlijk geen water laat staan zeep gezien. Ze doen alles op de grond en hebben blijkbaar geen last van de kou, wat van ons niet kan gezegd worden. Overal trachten ze hun koopwaar aan de man te brengen. Zo zagen wij zelfs een plaatselijke beenhouwer die zijn vlees poogde te verkopen gewoon langs de weg tussen de gracht en de tarmac op de grond.
Na wat te zijn bekomen en nogmaals tot het besef gekomen zijn dat wij het in ons landje toch zo goed hebben, worden we tegen de avond terug naar het station van Loa Cai gebracht waar de nachttrein ons staat op te wachten om ons opnieuw naar Hanoi te sporen. We gaan aan boord om 20.00 uur en hopen van een goeie nachtrust te mogen genieten om fris en uitgerust de laatste etappe van onze reis aan te vatten.
De verplaatsing met de nachttrein is een ervaring op zich. Omstreeks 21.30 uur gaan wij aan boord om stipt te vertrekken om 21.50 uur. Achteraan het treinstel hangen een paar "luxewagons" van het "Victoriahotel" met een restauratiewagen, waar enkel iets kan gedronken worden. De slaapvertrekken zijn per 4 personen, 2 onder en 2 boven. De ruimte is redelijk krap zeker voor iemand van 1,88 m. Na een slaapmutsje gedronken te hebben in de restauratiewagen iedereen zijn bakje in en proberen de slaap te vatten. Uiteindelijk valt het nog mee, doch over één zaak zijn we het nu reeds roerend eens: de plannen om ooit eens de "Transsiberie Express" te nemen van Moskou tot Vladiwostok worden nu definitief opgeborgen en behoren tot het verre verleden.
Om 06.30 uur komen we aan in Loa Cai. Eerst wordt ons in de restauratiewagen nog koffie met een croissant geserveerd om vervolgens het busje in te stappen dat ons naar het "Victoriahotel brengt. Een tocht door de bergen die volledig in de mist zitten. Het is er koud en kil, niet abnormaal naar het schijnt voor de tijd van het jaar. In het hotel krijgen wij een stevig ontbijt en doen wij een truitje meer aan. Voor de rest van de voormiddag staat een wandeling op het programma door traditionele bergdorpjes, waar wij kennis maken met het leven van de plaatselijke bergstammen. Er leven hier twee stammen "de black H'Mong" en de "de red Dzao". Naar het schijnt spreken zij elk hun eigen taal en begrijpen ze elkaar zelfs niet (een beetje zoals de Vlamingen en de Walen denk ik). Wat zij wel gemeen hebben is de energie om hun plaatselijke waar aan de toeristen aan de man te brengen. Ze staan in grote groepen de toeristebussen op te wachten om hen dan aan deze vast te klampen om ook maar iets te kunnen verkopen. De wandeling is mooi doch de panoramische uitzichten van Sapa en omgeving zijn echter miniem gevolg van het mistige weer. In de namiddag staan nog een plaatselijke waterval op het programme en wat rondkuieren in de straatjes van Sapa.
Vandaag maken we met de bus een verplaatsing naar Hoa Lu een van de mooiste streken van Vietnam. Het is een tocht van een goeie 2 uur. Eerst een verplicht bezoek aan de tempels van de Dihndynastie, daarna een lunch in een plaatselijk restaurant, vervolgens een fietstocht om te eindigen met een mooie boottocht tussen de rotsen, rijstvelden en de rotsen.
Na de terugtocht naar Hanoi en het diner in het restaurant zitten we nu te wachten op de nachttrein naar Lao Cai.
Een korte binnenvlucht van Vietnam airlines brengt ons vandaag van Hué naar Hanoi. Op de luchthaven ontmoeten wij een oude bekende van Vietnam airlines, die gewillig met mij op de foto gaat.
Aangekomen in Hanoi voelt het heel wat frisser aan (14 °C) en is het bewolkt maar droog. Na de lunch te hebben genomen in ons hotel (Nikko Hanoi) en de koffers te hebben afgezet volgt een namiddag Ho Chi Minh, de grote leider van het Communistische Vietnam, overleden in 1969. Wij bezoeken het mausoleum met er voor het indrukwekkend grote plein die een communistische indruk verwekt. Daarna het gebouw waar hij alle grote wereldleiders ontving en vervolgens zijn eigen verblijfplaatsen gelegen in de onmiddellijke omgeving. Na de grote Ho Chi Minh show nog een tempel om vervolgens een korte wandeling te doen bij valavond door Hanoi. Wij worden er terug geconfronteerd met het dagelijkse leven in de straat, waar alles in feite op het voetpad en in de straat gebeurt. De laatste activiteit betreft het bezoek aan het waterpoppentheater. Deze meer dan 1000 jaar oude traditie betreft een poppenspel op het water met figuren uit Vietnamese fabels (vuurspuwende draken, acrobatische boeren en dansende maagden) en dit alles begeleid met live muziek. Mooi om te zien, alleen spijtig dat men de taal niet begrijpt. Na avondeten in een plaatselijk restaurant volgt de verrassing van de dag: een supermoderne WC-pot op de kamer (zie foto) met allerhande snufjes zoals verwarmde bril, spoeling voor- en/of achteraan, droger en dit alles met regelbare standen. Naar het schijnt is dit afkomstig uit Japan.
Vandaag staat er heel wat geschiedenis en cultuur op het programma. Eerst een rondvaart op de Song Huong rivier (vertaling = de geparfumeerde rivier), waar de lokale schippersvrouw van de gelegenheid gebruik maakt om ons wat kledij en souveniers aan de prijzen. De rivier werd zo genoemd omdat in de herfst de bloemen van de fruitbomen de rivier parfumeerden. Daarvan is nu echter niets te zien of te ruiken of we zijn het verkeerde seizoen. We worden terug aan land gezet ter hoogte van de een of andere tempel om daarna met de bus tot aan de oude citadel van Hué gebracht te worden. Dit complex, bestaande uit tempels, paleizen en vestigingsmuren, werd ontworpen door Vauban, die ook de vestingen in Ieper ontworp. Het is geïnspireerd op "De verboden stad" in Peking, die naar het schijnt vele malen groter is. Vervolgens nog vlug de paatselijke markt bezocht om te gaan lunchen in een restaurant in het oude centrum. Na de middag staan nog twee mausoleums op het programma, het eerste van de keizer Tu Duc en het tweede van de keizer Minh Mang, beiden naar het schijnt van de Nguyen dynastie, ons ook niet bekend voor we naar Vietnam kwamen.
We zijn al een week op stap en gaan deze morgen de ruïnes van "Het heilige land" van de Cham beschaving bezoeken. Het betreft een tempelcomplex dat tijdens de Cham-dynastie een keizerlijke stad was en die voor de volgelingen van nu hetzelfde is als Mekka voor de Islamieten. In 1999 werd het heiligdom opgenomen in de werelderfgoed lijst van UNESCO. Tijdens de Vietnamoorlog dacht de Vietcong dat de Amerikanen hen daar niet zou zoeken, doch spijtig voor hen en voor de tempels werden deze met bommen bestookt zodat er heel wat vernield werd. De lunch werd genomen restaurant "Tam tam" in Hoi An en bestaat zoals dagelijks uit een achttal gangen van Vietnamese specialiteiten, gelukkig allemaal beperkt in omvang. Na de lunch maken wij de verplaatsing naar Hué via de Wolkenpas, waarbij wij de voormalige grens tussen Zuid- en Noord-Vietnam oversteken. Tijdens de rit zijn er talrijke mooie vergezichten, glooiende landschappen en massa's groene rijstvelden. Wij overnachten in "Pelgrimage Village". Bij onze aankomst in het hotel worden wij getrakteerd op de eerste regen.
Om 10.05 verlaten wij Ho Chi Minhcity om met een binnenlandse vlucht naar Danang in centraal-Vietnam te vliegen. Het is een korte vlucht van ongeveer 1 uur. Alles loopt gesmeerd met uitzondering van de landing, waarbij wij bijna van de piste geraken omdat het vliegtuig niet recht op de wielen aan de grond werd gezet. Iedereen was wat geschrokken en voor ons was het ook wel de slechtste landing die we ooit hebben meegemaakt. Op de luchthaven staat de plaatselijke gids ons al op de wachten. Na een korte verwelkoming brengt hij ons naar het museum van de Cham-dynastie, aan het aantal toeristenbussen te zien blijkbaar een verplicht nummertje in Danang. Na volledig te zijn ingewijd in de geheimen van de Cham-dynastie brengt men ons naar Hoi An, een pittoresk havenstadje met goed bewaarde handelshuizen, een overdekte Japanse brug en een Chinese tempel. Het is er een gezellige bedoening, met vele lantaarnateliers en vele, vele,vele toeristen, vooral Aziaten, van alle slag en soort. Naar het schijn hebben we geluk omdat het volle maan is, want naar aanleiding van de maanstand doen ze er tussen 18.30 en 21.00 uur de verlichting in de straten uit. Er is dan enkel verlichting van de duizenden lampions die branden en overal opgehangen worden.
Na het avondeten zijn we opnieuw het stadje ingetrokken en er hingen inderdaad duizenden lampions in allerhande vormen en kleuren die een formidabel spektakel vormden.
De laatste overnachting op de boot is goed verlopen. We worden gewekt met de gong (3 X = wekken, 2 X = eten en vele malen na elkaar is alarm - gelukkig niet meegemaakt) om 06.30 uur want om 07.30 uur dienen wij te vertrekken met de sampan naar de drijvende markt. Zo gezegd zo gedaan, na een kwartiertje varen komen wij aan de drijvende markt waar de plaatselijke marktkramers (marktboters) hun waar pogen te verkopen aan de lokale bevolking. Van de gids vernemen wij dat het geen grote markt betreft gezien het juist na Nieuwjaar is en de meeste mensen hun inkopen nog maar onlangs zouden gedaan hebben. 't is, beter gezegd, nu de soldenperiode. Na de markt doorvaren te hebben, gaan wij aan wal en neemt de gids ons mee naar een plaatselijke artisanale voedingsfabriek waar tal van verschillende voedingswaren met de hand vervaardigd worden, zoals snoepgoed, rijstpapier, rijstkoeken, en een plaatselijke lokale geneeskrachtige drank zoals je op de foto kan zien. Het betreft een aftreksel van een kudde slangen die op alcohol gezet worden gedurende enkele maanden en die een heilzame werking zou hebben tegen reuma en artrose. Wij hebben er enkel naar gekeken en niet geproefd (het was nog te vroeg in de dag). Over de middag een echte Vietnamese maaltijd genomen in een plaatselijk restaurant en dan ingecheckt in het hotel "Renaissance" waar onze koffers ons nog stonden op de wachten. Nog wat rondgetoert in Saigon-city om tegen zonsondergang een aperitiefje te gaan drinken op het terras van het prestigieuse Rex hotel, dat tijdens de Vietnamoorlog de uitvalsbasis was voor de internationale pers. s'Avonds nog een diner in het restaurant "Indochine" genoemd naar de bekende film met Catherine Deneuve en daarna vlug onder de dekens want morgen is het valiezenkoers en staat ons een binnenvlucht te wachten naar Danang (Vietnam - centrum).