Met de fiets Ik ga op 1/9/2018 met de fiets naar Santiago de Compostela vertrekken via een grote omweg. Het Spaanse binnenland blijft me boeien, ik wil de 'Camino de Levante' opzoeken. Mijn eerste overnachting zal in Namen zijn, daarna Frankrijk in langs Givet, Charleville-Mezi�res, Verdun enz.. Dit prachtige land zal ik verlaten langs Beziers, Narbonne en Perpignan.
Dan volgt Girona in Spanje, verder zuidwaarts langs Morella, Teruel, Albaracin, de namen zullen bij velen vreemd in de oren klinken. Langs die laatste drie steden passeerde ik reeds met de fiets in 2013 op de Camino del Cid naar Valencia.
Wanneer ik Teruel zal doorfietsen op de nieuwe reis, dan zal mijn kilometerstand op 2178 staan. Wanneer ik een gemiddelde van 85km/dag zou kunnen doen zou dat op 25/9 kunnen zijn. Vandaar in Teruel heb ik nog 1176km af te leggen. Langs Cuenca, Mota del Cuervo, Toledo, Avila, Zamora, Ourence om op 8/10 Santiago te bereiken. Allemaal 'zal of zou', ik hoop heel erg dat het zo ongeveer zal verlopen. Het kan ook zijn dat het niet lukt en dat ik opgeef, maar het is dan maar zo.
Ongeveer half oktober zal ik terug thuis zijn.
24-09-2018
Dag 24 - 24 september 2018
Villafranca del Penedès - Poblet. Afstand: 79km; 12,8km/u gem. snelh.; 40km/u max. snelh.. Ik had een mooie kamer in Villafranca del Penedès, met een grote foto van een deur op een muur, ze leek precies echt. Een verkenning van de stad ga ik niet doen, ik ben gisteren te veel uit koers geslagen. Enkele foto's van het plein met het hotel en de mensen kan nog wel.
Heel wat kilometers fiets ik door een landschap dat me doet terugdenken aan de Provence in Frankrijk. Het is een streek met veel wijngaarden, wijnkastelen en wijncorporaties. Hellingen op en af, niet zwaar, het is aangenaam fietsen.
Dat mooie leventje blijft niet duren. Ik moet terug de meseta op. Dat is de Spaanse hoogvlakte die een gemiddelde hoogte heeft van 600m. De Coll de la Rubelia met zijn 340m hoogte is bijlange nog niet zo hoog maar ik heb toch 3km onafgebroken met 6% moeten klimmen om hier de top te bereiken. Het is ondertussen zeer warm.
Igualada is het stadje dat ik gisteren niet kon bereiken. In Cabrina del Camp ben ik terug op mijn geplande route. Een eenvoudig dorp, toch fotogeniek hier en daar.
Het stadje Montblanc doet sterk denken aan de hoogste berg van Europa, daardoor alleen al lijkt het me interessant. In het oude centrum geniet men volop van gewoon buiten te zijn. Ik heb de indruk dat het vooral bewoners van de stad zelf zijn, ik ben er zo wat de enige vreemdeling.
Wind op, berg op, al zwoegend bereik ik Poblet. Het monasterio van Poblet vind men ook in de werelderfgoed lijst van UNESCO. Ik zou er als pelgrim kunnen overnachten in het klooster, had men mij gezegd maar........
Enkele dagen geleden had ik mijn stempelboekje van het Vlaams Genootschap van Santiago de Compostela ergens verloren. In de abdij neemt men er vrede mee dat ik mijn geloofsbrief van het Genootschap kan tonen, die heb ik gelukkig nog.
Poblet - Miravet. Afgelegde weg: 97km; 13,9km/u gem. snelh.; 45,5km max. snelh..
Door mijn geloofsbrief van het Vlaamsgenootschap van Santiago de Compostela werd ik in het monasterio van Poblet ontvangen als pelgrim naar Santiago. Ik heb er avondeten gekregen in een middeleeuwse refter, er waren nog enkele monniken. De volledige maaltijd werd vóór mij neergezet zonder enige uitleg. Ik nam er een foto van zoals die voor mij stond. Het flitslicht was opgemerkt, men zei me op een strenge manier dat er niet mocht gefotografeerd worden. Er stond een kruik water en een fles rode wijn, ik had maar één beker of beter een kom om uit te drinken. Toen ik een beker of een glas bij vroeg werd dit geweigerd. Het water en de wijn stonden op een bepaalde plaats op mijn tafel. Toen ik wijn inschonk en de fles op een andere plaats zette, links van mij, werd die terug op de oorspronkelijke plaats gezet door een monnik die er toezicht had. Toen de laatste monniken gedaan hadden met eten werd er afgeruimd in volledige stilte, ik had dan nog niet gedaan, vervelend wel. De meeste monniken op enkele uitzonderingen na waren niet zo jong meer.
Op de foto lijkt mijn bord te zweven, eigenaardig want heb geen kennis van levitatie fotografie. Levitatie is een op paranormale wijze tot stand komende opheffing van een persoon of voorwerp. Ik geloof er wel niet in maar door de vreemde sfeer in dit eeuwenoude klooster zou men het onmogelijke geloven.
Na het avondmaal gisteren werd ik naar een bijgebouw gebracht waar enkele bedden stonden, de verantwoordelijke monnik gaf me een volledige uitleg. De poort zou hij om tien uur komen sluiten. s Morgens, vandaag dus, zou hij ze om zeven uur open maken zodat ik kon vertrekken wanneer ik wou. Ontbijten zou niet gaan in het klooster. Bij de vraag wat ik moest betalen zei hij tien of vijftien euro. Ik gaf twintig euro en hij leek net zo tevreden als ik. Ik was zeker dankbaar voor hun gastvrijheid maar de vreemde sfeer was toch wat beklemmend. Ik moest terug denken aan het boek en de film De Naam van de Roos. In het hotel vlak bij de abdij heb ik genoten van een heerlijk ontbijtbuffet.
Poblet ligt aan de rand van het gebergte Montañas de Prades waar ik vandaag door moet tot in Prades al zeker. Hoeveel er nu eigenlijk te klimmen valt weet ik niet zo goed. De baan blijft maar verder de hoogte in kronkelen, er lijkt geen einde aan te komen.
Na de klim, het zeer afgelegen stadje Prades is zeer mooi. Ik zie er twee Belgische mountainbikers, twee broers waarvan de ene in Bonheiden woont. Ze zijn met hun familie aan de kust, hier ongeveer 45km vandaan.
Miravet, een mooi gelegen dorp met een kasteel. Ik wil er overnachten in een casa rural. Er zijn er minstens drie in het dorp, zo begreep ik toch van de mensen die buiten aan een bar zaten te genieten van de zachte avond. Een vond ik veel te duur, 90 Euro. Een ander bleef potdicht. De laatste kans was ongeveer een kilometer buiten het dorp. Daar heb ik nog meer dan een half uur gezocht naar de eigenares. Ten slotte kan ik er overnachten dank zij haar zoon die in de buurt woont. Ik mocht zelf de kamer kiezen en bij mijn vertrek moet ik de sleutel op de deur laten steken. Ik krijg het huis voor mij alleen maar moet vooraf betalen.
Miravet - Monroyo. Afstand: 80km; 10,9km/u gem. snelh.; 49km/u max. snelh.. Ik heb goed geslapen in 'mijn' huis. Zonder te eten begin ik best niet aan de rit. Daarom wil ik het centrum van het dorp nogmaals opzoeken om er te ontbijten. Ik neem mijn fiets in de garage ....de band van het voorste wiel staat plat. Ik weet direct wat te doen, beter hier plat vallen dan onderweg ergens. Indien dit zou voorvallen op het einde van een rit wanneer men aan het uitkijken is voor overnachting zou erger zijn.
Ik heb juist het ontbijt genomen op het plein in de bar Mariola, gisterenavond had ik er al van een goede maaltijd kunnen genieten. In het huis waar ik overnachtte was er geen wifi, ook niet daar in die bar. Volgens de uitbaatster was er op een plaats ergens op het plein wel wifi. Ik probeer op de aangewezen plaats en het werkte, zo kon ik er mijn blog bijwerken. Ik bekijk in het dorp nogmaals de casa rural van 90 Euro, het huis valt op door de blauwe muren.
Miravet ligt op de oever van de Ebro, het zou zonde zijn om het dorp te verlaten zonder een foto van deze stroom te nemen. Links op de foto kan men iets opmerken van een aanlegsteiger voor een primitieve veerdienst voor personen en auto's. Het speciale ervan is dat het eigenlijk een vlot is op twee boten.
Wie tijd heeft kan op onderstaande video zien hoe dit vlot de stroom oversteekt. De video is 18 minuten lang en ingeleid door een Spaans sprekend koppel, er kunnen Spaanse onderschriften ingesteld worden. Men ziet daarna de zeer vriendelijke señora door de straten wandelen, naar het kasteel en tenslotte naar de veerdienst. De voor mij te dure casa rural met de blauwe muren komt ook in beeld. Aan het kasteel boven en aan de kerk ben ik niet geweest, de veerdienst heb ik ook niet zien werken. Door deze goed gemaakte video besef ik wat ik allemaal gemist heb.
Miravet, Tarragona Pueblo y Pas de la Barca, Beautiful villages of Catalonia,DJI PHANTOM 4 PRO. - YouTube
Prachtige landschappen. Slechts enkele dorpen, dat ben ik ondertussen gewoon. Maar één stad, een kleine dan nog, later op de dag: Valderrobres. Ik had weinig eten en drank, druiven van enkele grote wijnvelden hebben mij recht gehouden.
Monroyo - Cantavieja. Afstand: 71km; 11km gem. snelh.; 52km/u max. snelh.. Ik heb de gewoonte van een foto te nemen van elk hotel of ander gebouw waarin ik overnacht. Van het kleurrijke hotel Guadalupe doe ik het zeker want fietsers hebben hier een reductie op de prijs van de kamer.
Benieuwd hoe ver ik vandaag zal geraken, ik zie uit naar het Morella, een stadje dat ik vroeger reeds bezocht. Ondertussen geniet ik van de mooie landschappen, wel minder van de 1.024m hoge Puerto de Torre Miró.
Vandaag geen bevoorradingsproblemen, het stadje heeft alles wat men kan wensen. Hier zou men gemakkelijk heel de dag kunnen rondhangen. Dat ziet men ook aan de mensen. Gewoon rustig wat eten en drinken, internetten, de krant lezen. Twee honden genieten mee terwijl het kasteel daarboven de eeuwen verder trotseert.
Ik ben vandaag en gisteren ook al in een regio waar de autonome deelstaten Catalonië, Valencia en Aragón ongeveer samenkomen. De streek hier heeft ook nog een oude naam, El Maestrazgo. De naam is afkomstig van de orde van deTempeliers. Toen de orde nog niet verboden was werden ze hier de maestros genoemd, de meesters. Deze monikken-soldaten hadden hier toen bijna al de macht in handen om te besturen. Ze hielpen mee om te beletten dat de moslims in de 12-de eeuw opnieuw noordwaarts zouden oprukken. Het dorp Mirabel bestond reeds in die tijd, het is zelfs nog veel ouder.
Mirambel, het dorp dat ooit beschouwd werd als een stad, lijkt te slapen. Er is een deel van de stadsmuur met enkele poorten bewaard gebleven. De Portal de las Monjas is versierd met eenvoudige maar fijne motieven.
Cantavieja, waar ik vandaag wil overnachten zie ik van heel ver liggen boven op een berg. Het zal niet gemakkelijk zal zijn. Aan de voet moet ik 4 km klimmen om de andere kant van de top van de bergkam te bereiken. Het is gelukt.
Cantavieja - Teruel. Afstand: 94km; 12,6km/u gem. snelh.; 56,5 km/u max. snelh.. Gisterenavond het eerste het beste hotel genomen. Hotel Balfagon is misschien wel het beste ook. In de kamer ligt er een tijdschrift met daarop Los Amantes van Teruel, wijd en zijd bekend. Teruel ligt vandaag in mijn bereik, op voorwaarde dat ik een aantal bergen zal kunnen verzetten.
De weg van Cantavieja naar Teruel gaat over bergpassen van 1657m, 1700m, 1507m, 1600m hoogte. Tussen de toppen daalt men telkens 200 tot 300m. Het klimpercentage gaat tot 8%, ook de afdalingen. In Cantavieja begon ik op 1300m, de aankomst in Teruel ligt op 900m. Ik had dit traject in 2013 reeds afgelegd, in de andere richting toen ik de Camino del Cid naar Valencia deed. Ik heb Cantavieja nog lang achter mij zien liggen.
De Puerto de Villarryo met zijn 1700m is zowat het hoogste punt van mijn reis. Het uitzicht is onbeschrijflijk prachtig. Het dorp Villarroyo ligt daar beneden, een afdaling van 8km.
De Puerto de Sollavientos , er blijft nog 48km te doen tot in Teruel. De volgende top is de Puerto de Cabigordo. Van daar volgt een zeer lange afdaling van bijna 20km tot op enkele kilometers vóór Teruel.
Teruel - Frias de Albaracin. Afstand: 69km; 12km/u gem. snelh. ; 52,5km/u max. snelh..
Tot 11u30 in Teruel gebleven. De stad telt heel wat mudéjar gebouwen, waaronder indrukwekkende torens in metselwerk met kenmerkende patronen. In deze stijl begon men meteen te bouwen na de herovering op de Moren, rond het jaar 1200.
Een engel, een stier, een ster, ze komen alle drie voor in de ontstaansgeschiedenis van Teruel. Op talloze kunstwerken in de stad kan men ze aantreffen.
Ik ben in Teruel 3 dagen later dan gepland aangekomen, dit ondanks de 2622km die ik tot nu heb afgelegd. Ik deed 444km meer dan ik voorzien had tot hier. Er zullen in mijn vooropgesteld traject fouten zitten. Wegvergissingen, aanpassingen en rondrijden voor overnachting te zoeken zijn ook de oorzaken van die meer kilometers. Ik hoop dat de resterende afstand ongeveer juist is en dat het minder zwaar wordt.
Aan Los Amantes kan men niet ontsnappen in de stad. Diego mocht niet trouwen met Isabella omdat hij niet genoeg aanzien had bij haar familie, of niet rijk genoeg was. Wanneer hij dat na 5 jaar toch was, was het te laat. Het liep heel slecht af. Hun praalgraven kan men vinden in een kerk. Reeds tweemaal had ik ze vroeger gezien, dus nu niet.
Langs grillige rotspartijen richting Albaracin. Een kleine baan met ook al weer nijdige hellingen, niet erg want ze zijn niet lang. In 2013 fietste ik hier ook, in tegengestelde richting.
Al van ver zie ik de verdedigingsmuur van een kasteel boven Albaracin.
Albaracin is een uniek en zeer mooi gelegen stadje. Ik bezocht het vroeger op mijn weg naar Valencia, de Camino del Cid. Toen overnachtte ik er. Het was ooit de hoofdstad van een kleine Moorse taifa die zich in de 11-de eeuw nog kon handhaven toen El Cid Valencia bestuurde. Tot in de 13-de eeuw bleef het zelfstandig bestaan, ondertussen was het een Christelijk koninkrijk geworden.
Nu neem ik alleen wat fotos van beneden op de baan die zich wat verder door een enorme rots boort.
Door de tunnel en dan verder langs een klein riviertje. Ik wil nog tot Frias de Albaracin. Het landschap is al heel de dag indrukwekkend. Ik stap nog even af aan een kleine waterval, daarna volgt er een flinke beklimming.
Frias de Albaracin - Cuenca. Afstand: 95km; 15km/u gem. snelh. ; 50km/u max. snelh..
Gisterenavond terwijl ik het avondmaal gebruikte in het hotel was men een voetbalwedstrijd tussen Real Madrid en Atletico Madrid aan het volgen. Bij Real stond niemand minder dan onze landgenoot Courtois in het doel. Bij mijn vraag dat hij een aanwinst was voor Real was het antwoord ja. Ik zei dan maar dat ik ook Belg was. Het dorp zelf is niet zo denderend, er is geen mens te zien. Misschien omdat het zondag is. Voor mij is elke dag gelijk, de baan op, vooral klimmen nu.
Rechts niet ver van de baan staan enkele autos geparkeerd, ik kom aan de bron van de Taag. De Tajo in het Spaans, een stroom die ik binnen kort hopelijk zal terug zien in Toledo. Er staat een groot beeld omringt door enkele kleinere. Het water van de bron loopt in een vijver. Uit die vijver kan het water weglopen in de Taag, dat gebeurd niet. De bedding is droog, het water in de vijver staat te laag.
De Taag ontspringt op een hoogte van 1593m. De Peurta de El Cubillo is de bekroning van ongeveer 20km klimmen, vanaf Frias de Albaracin ging het in trappen hoger. De afdaling is korter, de eerste 5km gaan steil naar beneden.
Daarna kom ik in de vallei van de Rio Júcar, de rivier is in de omgeving van het dorp La Toba afgedamd en vormt er een groot meer. Rechts van de baan zijn er enorme rotspartijen met vreemde vormen. Ik ben in een vreemde wereld.
Langs dezelfde rivier is er een plaats die El Ventano del Diablo genoemd wordt. Het is een plaats van waar men de rivier zich een weg ziet zoeken door de rotsen in een ijzingwekkende diepte.
In Cuenca logeer ik in een hostal met zeer vriendelijke uitbaters. Het logement valt heel goed mee ondanks dat er enkel alleen een ontbijt kan voorzien worden, dus geen avondmaal. Dat is niet erg want ik wil toch naar het historisch stadcentrum om er de 'Casas Colgadas' te zien, de hangende huizen op de rand van de afgrond. Door te douchen en te wassen was ik te laat vertrokken. Het wordt al donker op de weg naar het oude centrum boven in de stad. Tenslotte heb ik niet gevonden wat ik zocht, ook het avondmaal viel tegen, jammer toch wel.