Wie mag bestijgen de berg van de Heer, wie mag staan in zijn heilig domein? Die rein is van handen en zuiver van hart, die zijn ziel aan valsheid niet bied. Van de Heer draagt de zegen hij mee, ontvangt recht van God die zijn heil is. Aldus het geslacht van wie vragen naar Hem, van wie zoeken naar uw aanschijn: zij, ... Jacob. Zo luidt de psalm van vandaag op het feest van alle heiligen, dat elk jaar gevierd word op 1 november, op de vooravond, van de dag, 2 november dat we alle overledenen herdenken. Feitelijk horen beiden bij elkaar. Want de overledenen hebben hu leven op aarde voltooid en mogen we zeker veronderstellen dat ook zij opgenomen zijn in de heiligheid en heerlijkheid van Gods koninkrijk. Zo lezen we vandaag in de prachtige openbaring hoofdstuk 7 vanaf vers 9 van Johannes. Hierna zag ik dit: een onafzienbare menigte, die niet te tellen was, uit alle landen en volken, van elke stam en taal. In het wit gekleed en met palmtakken in hun hand stonden ze voor de troon en voor het lam. Luid riepen ze: de redding komt van onze God die op de troon zit en van het lam. Een onafzienbare menigte. Niet alleen zij die heiligverklaard zijn en daarom vereerd worden, maar ook hen, die hun leven hebben voltooid in geloof en vertrouwen op de Heer Van hoog geleerde tot de eenvoudigsten, de rijken , maar ook de armen. Allen zijn opgenomen bij de heiligen en staan nu voor Gods troon. De heilig verklaarden zijn ons slechts aangewezen vanwege hun voorbeeld, voor wat ze voor de mensen deden, Denken we daarom speciaal aan pater Damiaan die zijn leven opgeofferd heeft bij de melaatsen en dag en nacht voor hun klaar stond, totdat hij zelf die ziekte kreeg en aan gestorven is. Hij die zijn leven geeft voor zijn vrienden .... Ook Jezus zelf liet duidelijk merken wie het koninkrijk Gods binnen gaan in de zaligsprekingen. Armen van geest(lees hier: die zich onthecht hebben van het aardse), treurenden, zachtmoedigen, mensen die hongeren en dorsten naar gerechtigheid: zij worden op dit feest van allerheiligen door Jezus naar voren gehaald en zalig geprezen. In de nieuwe vertaling wordt gesproken van gelukkig zij, maar in de oude vertaling zalig zij. Met hen wil God een nieuwe toekomst bouwen, want zij zijn in staat om Hem alle vertrouwen te geven. Met allen die vroeger en nu iets van zijn licht hebben laten schijnen, met alle heiligen die ons zijn voor gegaan met onze dierbare overledenen die we aan Hem hebben toevertrouwd, prijzen en danken wij vandaag de God van het leven en de toekomst. Matteüs 4:3-11. Gelukkig wie nederig van hart zijn, want voor hen is het koninkrijk van de hemel. Gelukkig de treurenden, want zij zullen getroost worden. Gelukkig de zachtmoedigen, want zij zullen het land bezitten. Gelukkig wie hongeren en dorsten naar gerechtigheid, want zij zullen verzadigd worden. Gelukkig de barmhartigen, want zij zullen barmhartigheid ondervinden. Gelukkig wie zuiver van hart zijn, want zij zullen God zien. Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden. Gelukkig wie vanwege de gerechtigheid vervolgd worden, want voor hen is het koninkrijk van de hemel. Dit is de blijde boodschap van Jezus, bijzonder voor hen die het in dit leven moeilijk hebben. Al die ellende waaronder ze gebukt gaan zal oplossen in het geluk en de heerlijkheid in het samenzijn van de Heer. Maar we moeten oppassen, dat we dan niet gaan zeggen tgen de hongerlijdenden en de dorstigen. jullie zijn gelukkig , want jullie komen in de hemel. Nee we zijn als Christenen verplicht deze mensen te helpen en trachten de honger op te lossen. Mensen die geen dak boven hun hoofd hebben , alle middelen gebruiken, die ons ter beschikking staan, hun weer een dak boven hun hoofd te geven, Zoals Jezus tegen de rijke jongeling zei, verkoopt alles wat ge bezit en geef het aan de aremen. Hij bedoelde natuurlijk niet letterlijk dat wij alles moeten verkopen, maar delen van onze overvloed met hen die niets hebben. Zalig zij die hongerigen spijzigen, de naakten kleden, de zieken bezoeken.
01-11-2009, 13:45 geschreven door Pelgrim 
|