Wat te doen als we verstrooid zijn bij het bidden? Maak je dan geen zorgen. God kent ons verlangen. Hij bemerkt beter dan wij zelf wat we eigenlijk bedoelen en wat er diep in ons hart leeft. Frère Roger.
Beoordeel dit blog
Geboorte en woonhuis van Pater karel, Andries Houben.
Moeder Theresa
Johannes Chrysotomos
Emmausgangers
Als u op de link klikt, zult u ontdekken wat een prachtig zendelingenwerk Heyboer verricht op Borneo. Zeker een keer kijken.
In de brief aan de Korintiërs zegt Paulus tegen hen, maar ook aan ons, dat er vele gaven zijn, maar dat er maar één Geest is en een Heer. Ieder krijgt gaven van de Heer, aan ieder een andere gave. Echter al deze gaven dienen er voor om als gemeenschap elkaar te helpen en aan te vullen en vormt daardoor tot één gemeenschap onder de hoede van de Heilige Geest. Ieder heeft deze gaven gekregen om er mee te werken tot heil en zegen voor de gehele gemeenschap. Er zijn verschillende gaven, maar er is één Geest, er zijn verschillende dienende taken, maar er is één Heer; er zijn verschillende uitingen van bijzondere kracht, maar het is één God die ze allemaal en bij iedereen teweeg brengt. in iedereen is de Geest zichtbaar aan het werk, ten bate van de gemeente. Verschillende dienemde taken. De een is leraar, de ander werkt voor de zieken in de verpleging, weer een ander is geloofsverkondiger en voorganger. Maar ook de heel eenvoudige dingen zijn zeer belangrijk, zoals de taak van de huisvrouw, de taak van een schoonmaker. of je nou politicus bent of gewoon een arbeider,alles is ten bate van de gemeenschap waar één Geest aanwezig is, de Geest van Liefde die vreugde schenkt aan ieder, die zijn taak goed volbrengt. Aan de een wordt door de Geest het verkondigen van wijsheid geschonken,aan de ander door diezelfde Geest het overdragen van kennis; de een ontvangt van de Geest een groot geloof, de ander de gave om te genezen. En weer anderen om wonderen te verrichten, om te profeteren, om te onderscheiden wat wel en wat niet van de Geest afkomstig is, om in klanktaal te spreken of om uit te leggen wat daar de betekenis van is. Al deze gaven worden geschonken door een en dezelfde Geest, die zo aan iedereen afzonderlijk toebedeelt zoals hij wil. En zo gaat Paulus verder en vergelijkt de gemeenschap als een lichaam, dat uit vele delen bestaat en zo zorgt dat het lichaam goed fuctioneert. Wij zijn allen gedoopt in één Geest en zijn daardoor één lichaam geworden, doordrenkt van de Heilige Geest.1Korintiërs 12:1-13 Als een deel van het lichaam niet goed functioneert, functioneert het gehele lichaam niet goed. En daar bedoelt Paulus mee. Als een deel van de gemeenschap niet goed functioneert, functioneert de hele gemeenschap niet goed. Iedere gave moet goed gebruikt worden ten bate van de gemeenschap. En zo zijn we tot steun van ieder, als alles goed functioneert; één gemeenschap; één lichaam; één en dezelfde Heilige Geest, de levensbron van liefde, vriendschap, éénheid en vrede.
Bent u kwaad omdat ik goed ben, is de kernvraag uit het evangelie van vandaag. En als waarschuwing, voor hen die vol jaloezie zitten, krijgen te horen: De eersten zullen de laatsten zijn en de laatsten de eersten. Hoe mooi is de parabel, die Jezus ons verteld naar aanleiding van de kritiek van de schriftgeleerden, dat de Heer de zondaars wil redden. Zij vinden het niet rechtvaardig, dat zij, die altijd de wet trouw hebben onderhouden, gelijk gesteld worden met hen die slechts ter elfde uur zich bekeren, zonder te kunnen spreken van enige verdienste. Echter, Gods wegen zijn geen mensen wegen. Gods gedachten zij niet de gedachten van mensen. Verwijzend naar Gods barmhartigheid, rechtvaardigt Jezus zijn optreden ten aanzien van de zondaars. Het is met het koninkrijk van de hemel als met een landheer die bij de ochtendgloren er op uittrok om dagloners voor zijn wijngaard te zoeken. Nadat hij met de arbeiders een dagloon van een denarie overeengekomen was, stuurde hij hen naar de wijngaard. Drie uur later trok hij er opnieuw op uit, en toen hij weer anderen werkloos op het markplein zag staan, zei hij ook tegen hen: Gaan jullie ook maar naar de wijngaard, de betaling zal rechtvaardig zijn. En ze gingen er heen. Rond het middaguur ging hij er nogmaals op uit, en drie uur later weer en handelde als tevoren. Toen hij tegen het elfde uur van de dag nog eens op weg ging, trof hij een groepje dat er nog steeds stond. Hij vroeg hun; waarom staan jullie hier de hele dag zonder werk? Niemand wil ons in dienst nemen, antwoordde ze. Hij zei hun: gaan jullie ook maar naar de wijngaard. Niemand wil ons in dienst nemen, zeiden ze. Hoe zeer is dit de harde waarheid ook in onze tijd. Mensen, die ontslagen worden, of dat het bedrijf faiiet gaat, of om andere reden, bij andere werkgevers niet meer terecht kunnen, gezien de leeftijd en dergelijke. Een les voor de werkgevers, die deze mensen weigeren, ze handelen niet uit naastenliefde, maar denken aan hun eigen belang of het belang van hun bedrijf, maar vergeten de mensen soms met gezinnen, die niet meer weten hoe nu de touwtjes aan elkaar te knopen. Deze mensen van het elfde uur smeken om werk en krijgen het niet. Voor de werkgevers is de landheer uit de parabel een goed voorbeeld, hoe het wel hoort. Want ook hen waren van harte welkom in de wijngaard. Toen de avond gevallen was, zei de heer van de wijngaard tegen zijn rentmeester: Roep de arbeiders bij je en betaal hun het loon uit. Begin daarbij met de laatsten en eindig met de eersten. En zij die er vanaf het elfde uur waren, kwamen naar voren en kregen ieder een denarie. En toen zij, die als eersten waren gekomen naar voren stapten, dachten ze dat zij wel meer zouden krijgen. Maar ook zij kregen ieder een denarie. Hoe groot moet hun teleurstelling wel niet geweest zijn, toen ze zagen dat ze evenveel kregen als de laatsten. Maar Jezus doelde daar nu juist op, dat iedereen recht heeft op evenveel, of je nu als laatsten het koninkrijk binnengaat of als eersten. Gods barmhartigheid geld voor iedereen en ieder heeft evenveel recht op zijn genade. Het is niet goed te mopperen op de gaven, die je krijgt. want:Toen ze die in handen hadden, gingen ze bij de landheer klagen. De laatsten hebben één uur gewerkt en u behandelt hen zoals u ons behandelt , terwijl wij het onder de brandende zon hebben volgehouden. Hij gaf een van hen ten antwoord: Beste man, ik behandel je toch niet onrechtvaardig? Je hebt toch ingestemd met het loon van één denarie? Neem dan wat je toekomt en ga. Ik wil aan die laatsten nu eenmaal hetzelfde betalen als aan jou. Of mag ik met mijn geld niet doen wat ik wil? Zet het kwaad bloed dat ik goed ben.? Zo zullen de laatsten de eersten zijn en de eersten de laatsten. De landheer wordt hier vergeleken met God, die aan iedereen evenveel wil geven. Of hij nu christen is van het eerste uur of christen is geworden in het laatste uur. Ieder krijgt vanuit zijn Liefde evenveel genade. Hoed u dus voor jaloezie, want dat is een zonde tegen de liefde.. In het dagelijks leven wordt dan niet jaloers, dat de een het verder geschopt heeft, als de ander. Want ieder krijgt zijn talenten; de een vijf, de ander twee, de ander 1. Er wordt niet gekeken hoeveel talenten je hebt, maar wat je er mee gedaan hebt in je leven.
Vredesweek 2008; 20 september - 28 september Hoe hard is het wel niet nodig, dat aan alle geweld op de hele aarde een einde komt. Nog steeds worden volkeren geteisterd door oorlogen, aanslagen en vernielzucht, van wat opgebouwd is. Maar zie ook in onze eigen omgeving, hoeveel zinloos geweld er heerst, dit alleen als gevolg van egoïsme. Hoe hard is het wel niet nodig , dat de mens zich er van bewust wordt, waar hij eigenlijk mee bezig is. Het egoïsme dat er nog steeds heerst moet overwonnen worden door de liefde en de vrede. Daarom dit jaar ook de keuze van het thema; kiezen voor vrede. Niet vrijblijvend, maar ieder mens moet zich daartoe verplicht voelen. 21 september is door de VN dan ook uitgeroepen tot internationale dag van de vrede. Je inzetten voor verzoening in eigen kring, in samenleving en wereldwijd. Openstellen voor de ander en je stem laten horen als die ander kwaad wordt aangedaan. Denken we aan de vraag aan Petrus aan Jezus: hoevelmaal moet ik mijn broeder vergeven, tot zeven maal toe? Maar Jezus antwoordde: niet zeven maal maar 70 maal 7 maal, dat betekent, altijd. Hoe lang zal het nog duren, dat de beantwoording van Petrus vraag zal doordringen. En elders zegt Jezus: heb elkander lief, zoals ik jullie heb liefgehad. En nog steeds, ook nu heeft Jezus alle mensen lief zonder uitzondering. Dat betekent als God ons zozeer liefheeft, hoe kunnen wij dan onze medemens haten? Dat is in strijd met zijn eeuwige Liefde voor ons allen. Gods liefde en vrede moet ons hele wezen doordringen en ons hart moet er van vervuld zijn, alleen dan kunnen we het uitdragen naar de ander, naar de omgeving, naar de hele wereld. Vrede in ons hart, vrede voor allen. Deze boodschap van de Heer moet over de hele aarde klinken. De strijdbijlen begraven en vrede sluiten is de opdracht aan alle volken. Het egoïsme moet verdwijnen en de liefde voor de naaste moet zich verspreiden. Verzoening en vrede. Op internet vond ik een prachtige tekst van Maria Muller. Vrede begint met het grote Vertrouwen, waardoor mensen in staat zijn samen te bouwen aan een heel nieuw leven wat momenteel aan een ieder wordt gegeven mits men dit wenst te beleven. Vrede ontstaat steeds meer in een omvattend Hart. Het brengt de mens in contact met Liefde en smart. Eveneens met een zeer liefdevolle Geest, waardoor niemand hoeft te veranderen in een beest. Die tijd is voorbij, dat is geweest. Vele mensen echter zijn het innerlijk Gij-weten vanwege gemis aan Liefde wel eens vergeten. Nooit en te nimmer kan men hiervoor vechten en/of voor welk gerecht dan ook beslechten. V-rede, vrijheid staat voor rede. Rede staat achter vrijheid. openhartigheid hieromtrent is de taal vanuit het hart. Innerlijke vrede verzacht, raakt nooit verhardt. Vaak echter komt de mens in contact met denkpatronen welke de medemens naar zichzelf wenst te klonen. Kan het geenszins zo zijn dat zijn Liefde momenteel veel openbaart wat ooit griefde en ieder mens wenst te ont-moeten zodat we mogen leren een ieder te begroeten? Het steeds meer omvattendde Leven is boeiend. Vastleggen in boeien is voor menigeen vermoeiend. Hoe hiermee, met name emoties, om te gaan? Kan mijn inziens enkel door Zijn Liefde worden verstaan. Hieruit is af te leiden, dat alleen door Gods Liefde ons eigen te maken, pas leren verstaan hoe er mee om te gaan. Vanuit Zijn Liefde alleen kunnen we vredestichters zijn. Moge in deze vredesweek wij ons bewust maken, dat we moeten streven in liefde streven naar verzoening en vrede.
De HEER gaat zelf voor je uit, hij zal je bijstaan en geen moment van je zijde wijken. Wees niet bang en laat je door niets ontmoedigen. Deutronomium 31: 8 Deze woorden die Mozes tot Jozua sprak, toen hij zei, dat hij het volk Israël het land zal binnenleiden, dat de HEER onder ede had beloofd; deze woorden zijn ook voor ons bestemd. Als wij de Heer trouw blijven en hem blijven volgen, zal Hij ons leiden naar het beloofde land, naar het koninkrijk Gods, ons nieuwe vaderland, waar geen oorlog bestaat, maar alleen vrede, rust en liefde. Waar iedereen gelukkig zal zijn in de heerlijkheid Gods. Wat er ook gebeurt om je heen, laat je niets wijs maken, laat je je niet van het geloof afbrengen of je doen twijfelen, laat je door niets ontmoedigen, want de Heer gaat voor je uit, Hij zal je bijstaan en geen moment van je zijde wijken. Ook Jezus zelf heeft het ons beloofd. We hoeven ons geen zorgen te maken, ook als ons hart door schrik wordt bevangen, als we zien, wat er allemaal in de wereld gebeurt. Velen worden vervolgd, gemarteld en vermoord, maar daardoor is de kerk van Christus groot geworden, is gaan bloeien en wie zijn leven heeft gegeven en om wille van zijn naam geleden heeft, delen nu in de verheerlijking van Christus. Zoals ook Hij gezegd heeft: Ik zal met jullie zijn tot aan het einde der tijden en de poorten der hel zullen haar niet overweldigen. En we zien ook, dat in de loop der eeuwen de Kerk van Christus vele stormen heeft doorstaan, maar het was Jezus, die steeds de stormen wist te bedaren, zoals het scheepje van de Apostelen, die over het meer ging en de Apostelen in wanhoop riepen, Heer redt ons, want wij vergaan, en de Heer stond op sprak tegen het woeste water en de storm. Zo ook mogen ook wij vertrouwen, dat hij ons door de stormen en het wilde water ons veilig naar de haven zal brengen.
Op de laatste dag, het hoogtepunt van het feest, stond Jezus in de tempel, en hij riep: "Laat wie dorst heeft bij mij mij komen en drinken! Rivieren van levend water zullen stromen uit het hart van wie in mij gelooft,zo zegt de schrift." Joh. 7 :37 Alleen, als we naar Christus gaan zullen we leven. Hij is de bron van het eeuwig leven. Komt allen tot mij die belast en beladen zijt en ik zal u verkwikken. zegt Jezus. Hij voedt ons door zijn woorden, hij voedt ons door de Eucharistie, waarin wij gedenken zijn onuitsprekelijke liefde voor ons, dat hij voor ons geleden heeft en gestorven is. Maar ook, dat hij verrezen is en ons in zijn heerlijkheid wil laten delen. Door Hem en met Hem en in Hem zal uw naam geprezen zijn, Heer onze God, almachtige Vader, in de eenheid van de heilige Geest hier en nu en tot in eeuwigheid. Zo bidden wij aan het slot van het Eucharistisch gebed, waarin de woorden herhaald worden die Christus sprak toen hij het brood brak en doorgaf aan zijn leerlingen en de beker met wijn en daarbij tenslotte zei, doet dit tot mijn gedachtenis. Bron van levend water. Zo ook vinden we bij Johannes 4 het gesprek van Jezus met de Samaritaanse vrouw bij de put. Als u wist wat God wil geven, en wie het is die u om water vraagt, zou u hém erom vragen en dan zou hij u levend water geven. ------Iedereen die dit water drinkt zal weer dorst krijgen, zei Jezus, maar wie het water drinkt dat ik hem geef, zal nooit meer dorst krijgen. Het water dat ik geef, zal in hem een bron worden waaruit water opwelt dat eeuwig leven geeft. Jezus is de bron van eeuwig leven. Wie in Hem gelooft, zijn liefde aanvaard en zich door Hem laat voeden, zal verzadigd worden. En dat niet alleen. Hij zal dan kunnen delen met anderen. Want als gemeenschap van Christus dienen we elkaar te voeden, zijn naam te verkondigen en laten zien, dat hij alleen het is die ons kan redden van de dood, ons deelgenoot kan maken van het eeuwige geluk, bestemd voor hen die hem aanvaarden. Moge het ook zo bij ons zijn, zoals de Schrift zegt: Rivieren van levend water stromen uit het hart van wie in mij gelooft. Mogen wij voor elkaar een steun zijn in ons geloof in de Heer en elkaar bemoedigen en troosten.
Jezus zei tegen de Kanaänitische vrouw: "Vrouw, ge hebt een groot geloof." Tijdens een tocht in Libanon wordt Jezus aangesproken door een heidense vrouw in nood. Hij voelde in haar herhaald verzoek een groot vertrouwen in zijn persoon en Hij zag in haar houding een teken van echt geloof. Daarom heeft Hij haar geholpen. In eerste instantie wilde Hij haar niet helpen, omdat ze geen Joodse is maar een heidense. En de Joden keken op hen met minachting neer, en Jezus was alleen gekomen voor de verloren schapen van Israël, wat hij haar ook duidelijk maakte. Ik ben alleen gezonden naar de verloren schapen van het volk van Israël. Maar zij liet zich niet uit het veld slaan. Zelfs niet toen de leerlingen tegen Jezus zeiden: "Stuur haar toch weg, anders blijft ze maar achter ons aan schreeuwen. Waarom was zij eigenlijk naar Jezus gekomen? Omdat haar dochter bezeten was door de duivel. En wat heeft de moeder er al niet voor over, om genezing van haar dochter te krijgen. Plotseling klonk de roep van een Kanaänitische vrouw die uit die streek afkomstig was: "Heb medelijden met mij, Heer, Zoon van David! Mijn dochter wordt vreselijk gekweld door een demon"Maar hij keurde haar geen woord waardig. Joden hebben immers geen omgang met heidenen. Joden zagen hen zelfs als honden, om dat zij geen geloof hadden, zoals zij. Maar hier kwam snel verandering in. Maar zij kwam dichterbij, wierp zich voor hem neer en zei"Heer, help mij!"Hij antwoordde: "Het is niet goed om de kinderen hun brood af te nemen en het aan de honden te voeren."Ze zei: "Zeker, Heer, maar de honden eten toch de kruimels op die van de tafel van hun baas vallen. Hier zal Jezus zeker van geschrokken zijn. Zij ving hem met zijn eigen woorden. Hij werd diep geraakt door zo'n geloof van die vrouw. Zij wist dat de Joden hen als honden zagen en ving hem daarmee. Want de honden eten toch de kruimels die van de tafel van de baas vallen. En haar volharding en geloof werd dan ook beloond. Toen antwoordde Jezus haar: "U hebt een groot geloof! Wat u verlangt, zal ook gebeuren."En vanaf dat moment was haar dochter genezen. De vrouw toonde haar groot geloof in hem en liet zich niet vangen, door, wat er allemaal tegen haar gezegd werd. Hoe zit dat met ons? Hoe groot is ons geloof in de Heer? Laten ook wij ons niet afschrikken, door alles wat er tegen ons gezegd wordt, die ons in twijfels willen brengen, omtrent ons geloof? Paulus zou zeggen: Laat je niet ontmoedigen. Houd vast aan het geloof en blijf Hem trouw door dik en dun. Laat je niet van de wijs brengen. Wat er ook gebeurt, houd vol in uw geloof en trouw aan de Heer.
Meteen daarna ( Na de broodvermenigvuldiging)gelastte hij de leerlingen in de boot te stappen en alvast vooruit te gaan naar de overkant, hij zou ook komen nadat hij de mensen had weggestuurd. Toen hij hen weggestuurd had ging hij de berg op om er in afzondering te bidden. De nacht viel, en hij was daar helemaal alleen. Een duidelijke aanwijzing, wat de Heer ons leert om af en toe ons drukke leven even in de steek te laten en ons in rust en stilte terug te trekken, om ons even met de Heer bezig te houden in gebed en het luisteren naar zijn stem. Te luisteren wat eigenlijk het belangrijkste in ons leven is. Niet het aardse, maar het hemelse is belangrijk, zijn weg te volgen in volgzaamheid en trouw. Zijn woord ons eigen maken en er naar te leven. Maar de Heer was zijn leerlingen niet vergeten. De boot was intussen al vele stadiën van de vaste oever verwijderd en werd, als gevolg van de tegenwind door de golven geteisterd. tegen het einde van de nacht kwam hij naar hen toe, lopen over het meer. Toen de leerlingen hem op het meer zagen lopen, raakten ze in paniek. Ze riepen: "Een spook!: en schreeuwden het uit van angst. Begrijpelijk van de leerlingen als je in het duister van de nacht ineens iets over het water ziet komen en in hun gedachten kon dat geen mens zijn, die zo maar over het water loopt. Ik denk als wij zoiets zagen, ook gelijk in paniek zouden uitschreeuwen. Ze haden nog niet in de gaten dat het de Heer zelf was, die over het water naar hen toekwam, daarom stelde hij hen gelijk gerust. Meteen sprak Jezus hen aan : "Blijf kalm! Ik ben het, wees niet bang. Petrus antwoordde: "Heer als u het bent, zeg me dan dat ik over het water naar u toe moet komen."Hij zei: "Kom!"Petrus stapte uit de boot en liep over het water naar Jezus toe. Maar toen hij voelde hoe sterk de wind was, werd hij bang. Hij begon te zinken en schreeuwde het uit: : Heer, red me!"Meteen strekte Jezus zijn hand uit, hij greep hem vast en zei: "Kleingelovige, waarom heb je getwijfeld?" Toen ze in de boot stapten, ging de wind liggen. In de boot bogen de anderen zich voor hem neer en zeiden: "U bent werkelijk Gos Zoon!" Petrus, die in zijn overmoedigheid dacht, als de Heer beveelt, dan kan ik ook over het water lopen, naar hem toe. Maar al heel gauw was deze overmoed weg en maakte paats voor angst, De angst voor de stormwind deed hem het vertrouwen verliezen niet alleen in zichzelf, maar ook in Jezus en begon hij te zinken. Toen Jezus zijn hand vastpakte, kwam het vertrouwen weer terug en belijd hij met zijn medeleerlingen zijn geloof in Jezus Christus, de Zoon van God. Zo zien we weer, het vertrouwen in Jezus kan redding brengen. Zie we dit ook niet in ons eigen leven, dat het tegen kan zitten, zo erg, dat ook wij moeten uitroepen, Heer, red me, ik ga ten onder. Dan zal hij ook zijn hand naar ons toereiken en misschien ook zeggen; kleingelovige, was je je vertrouwen in mij kwijt? Je weet toch dat ik altijd bij je ben, ook al zie je me niet en voel je mijn aanwezigheid niet, maar ik ben er wel. Natuurlijk zal het vertrouwen wel eens flink door elkaar geschut worden. Echter, niet verliezen, zorg dat het zich volledig hersteld. Wie zijn ogen voortdurend op de Heer gericht houdt en zijn volle vertouwen blijft stellen in hem, hoeft niet bang te zijn, want hij is bij je.
Voorafgaand aan zijn lijden en kruisdood, mochten drie van zijn leerlingen getuigen zijn van zijn verheerlijking op de berg Tabor, waar hij gezelschap kreeg van Mozes en Elia. Veertig dagen voor het feest van de kruisverheffing(14 september) herinnert de feestelijke viering van de gedaantverandering van de Heer eraan hoe Christus zijn leerlingen wilde voorbereiden op zijn dood aan het kruis. Zijn verheerlijking op de berg is niet alleen een voorspel op de verrijzenis, maar ook een aankondiging van onze aanname tot kinderen van God, en van de heerlijkheid die eens het hele lichaam van Christus ten deel zal vallen. Zes dagen later nam Jezus Petrus, Jacobus en diens broer Johannes met zich mee een hoge berg op, waar ze alleen waren. Voor hun ogen verandere hij van gedaante, zijn gezicht straalde als de zon en zijn kleren werden wit als het licht. Plotseling verschenen aan hen Mozes en Elia, die met Jezus in gesprek waren. Petrus nam het woord en zei tegen Jezus: "Heer, het is goed dat wij hier zijn. Als u wilt zal ik hier drie tenten opslaan, een voor u, een voor Mozes en een voor Elia." Petrus wist niet wat hij zei. Hij dacht, dit te kunnen vasthouden en voor altijd op deze berg te kunnen blijven in de heerlijkheid van de Heer. Maar dat was niet de bedoeling. Het was bedoelt om als een moment te laten zijn, om hen te versterken in het geloof. Hebben wij dat soms ook niet? Een moment, dat ons het gevoel van een geluk bekruipt, en dit vast willen houden? Maar we moeten terug naar de harde werkelijkheid. De wereld waarin we leven is hard en het moment dat we even Godsliefde voor ons hebben mogen voelen, moet in de harde werkelijkheid een steun, een rots voor ons zijn, waar ons geloof op gegrondvest is. Zijn wil is, dat wij naar Gods stem blijven luisteren en zijn naam aan de wereld bekend maken. Hij( Petrus) was nog niet uitgesproken, of de schaduw van een stralende wolk gleed over hen heen, en uit de wolk klonk een stem: "Dit is mijn geliefde Zoon, in hem vind ik mijn vreugde. Luister naar hem. Luister naar hem. Hij is het, die ons leert, hoe wij zijn leerlingen kunnen zijn. De weg van hem volgen. Hoe die weg ook zal zijn. De weg met vele hindernissen, teleurstellingen die ook Jezus heeft ondervonden. Als wij de evangeliën lezen, kunnen we zien welke teleurstellingen hij heeft moeten verwerken. Maar hij gaf het niet op, ondanks de tegenwerkingen van hen, die juist een voorbeeld hadden moeten zijn en het gewone volk, dat een heel andere verwachting hadden van de Messias. De verwachting kwam duidelijk tot uitspraak, toen hij voor Pilatus stond en zei : Mijn rijk is niet van deze wereld. Het volk dacht, dat hij hun van de bezetting van de Romeinen zou bevrijden en Israël weer tot een groot koninkrijk zou maken. Maar dat was het niet. Jezus bracht een nieuw koninkrijk; het koninkrijk des hemels, waar ieder toe uitgenodigd wordt. Dat was de opdracht van zijn hemelse Vader. Een koninkrijk, dat als een mosterdzaadje gezaaid is en uit moet groeien over de hele aarde. Aleen door lijden om Jezus naam en vervolgingen is het uitgegroeid. Voor ons betekent dat, dat we veel moeten doorstaan, om te laten zien wat Gods liefde voor alle mensen betekent. En helaas zijn er nog steeds velen, die niet willen horen en liever de geneugten van het aardse leven willen hebben, dat echter vergankelijk is. Alleen de geneugten van het hemels koninkrijk zijn onvergankelijk en blijft eeuwig bestaan. Zoals Petrus in zijn 2de brief zegt: Want hij heeft van God de Vader eer en verheerlijking ontvangen toe door de verheven Majesteit dit woord tot Hem gericht werd: "Deze is mijn welbeminde zoon in wie ik mijn welbehagen heb." En deze stem hebben wij zelf uit de hemel horen klinken toen wij met Hem waren op de heilige berg. Hierdoor kreeg voor ons het woord van de profeten nog meer gezag. ook gij doet er wel aan daarop acht te geven: het is de lamp die licht verspreidt in een donkere ruimte tot het ogenblik dat de dag aanbreekt en de morgenster opgaat in uw hart. De donkere ruimte van ons leven, waarin Christus verheerlijking als een lamp in ons leven moet schijnen, om ons geheel open te stellen voor Hem.
Wij mensen zijn zoekende op onze levensweg naar vrede en geluk. Deze is alleen te vinden in Christus, die op aarde kwam om ons de weg te wijzen. Als we de bijbel lezen, zien we wat Christus ons te vertellen heeft. Wie hem zoekt zal hem zeker vinden. Niet in het lawaai en rumoer om ons heen , maar in de stilte en de rust. Daarvoor dienen we ons terug te trekken, alle onrustige gedachten, die ons overmannen, te verwijderen. In gebed en meditatie, zullen we zeker zijn stem horen en aangeven, wat we moeten doen. Als we hem in ons binnenste laten spreken, zal ons dat zeker een weldadige rust geven. Als we naar de website van Taize kijken, vinden we daar genoeg adviezen. om onze innerlijke rust terug te vinden. Dagelijkse bijbelteksten, maar ook de gedachten van vandaag, geven genoeg stof ter overdenking. Samen als pelgrims de pelgrimagetocht volgen, die ons zeker zal brengen naar Hem, die ons allen liefheeft en ons het Leven wil schenken. De pelgrimage moet dan ook zijn, samen de weg bewandelen van vrede, verzoening en liefde. Ik weet zeker, als we het hem vragen, dat Frère Roger ons vanuit de hemel ons zeker zal willen helpen, deze weg te blijven bewandelen. Hij was hier op aarde een waarlijk voorbeeld voor ons allen en als we maar geloven, kunnen we er van overtuigd zijn, dat hij nu nog beter ons kan bijstaan de weg naar Christus te vinden, hoe groot ook de stormen van onrust in ons leven ook moge zijn.Moge onze hemelse moeder, Maria, die door Christus aan ons geschonken is als onze moeder, samen met Frère Roger ons begeleiden op onze pelgrimage weg naar onze Heer Jezus Christus, onze verlosser en onze redder, die ons zijn weg aan ons gewezen heeft.
Laten we niet meer zoveel energie verliezen aan de tegenstellingen tussen christenen, soms zelfs tot binnen onze eigen gezindte toe! Laten we elkaar weer vaker vinden door samen te zijn in de aanwezigheid van God, in het luisteren naar het Woord, in de stilte en de lofprijzing.
Verscheidenheid draagt een belofte in zich van wederzijdse verrijking en vreugde en hoeft zeker niet perse te leiden tot scheiding of rivaliteit.( Frère Alois, Brief uit Cochagamba.)
Christus is onze vrede, hij die met zijn dood de twee werelden één heeft gemaakt, de muur van vijandschap ertussen heeft afgebroken (...) om uit die twee in zichzelf één nieuwe mens te scheppen. Zo bracht hij vrede en verzoende hij door het kruis beide in één lichaam met God, door in zijn lichaam de vijandschap te doden. Vrede kwam hij verkondigen aan u die ver weg was en vrede aan hen die dichtbij waren: dankzij hem hebben wij allen door één Geest toegang tot de Vader. Zo bent u dus geen vreemdelingen of gasten meer, maar burgers, net als de heiligen, en huisgenoten van God. ( Efesiërs 2:14-19)
Naar aanleiding van deEuropese ontmoeting van de jongeren in Brussel van 29 december 2008 - 1 januari 2009 in de geest van Taize vond ik ter voorbereiding hiervan deze tekst, die ik zo mooi vond, dat ik deze ook hier wilde plaatsen en zeker voor hen, die zich voorgenomen hebben dit jaar naar Brussel te gaan
De dood is niet het einde, maar door Jezus weten we, dat we eeuwig zullen voortleven in zijn heerlijkheid. God is niet een God van doden, maar van levenden. In het verhaal van Lucas zien we dat de Saduceeën, die de verrijzenis ontkennen, Hem op de proef willen stellen over de zeven broers die huwden met dezelfde vrouw, en een voor een dood gingen. voor wie dan die vrouw zou zijn. Jezus gaf hen daar een heel duidelijk antwoord in: Wie waardig bevonden is deel te krijgen aan de komende wereld en aan de opstanding van de doden, huwt niet en wordt niet uitgehuwelijkt. Zij kunnen ook niet meer sterven, want ze zijn als engelen en ze zijn kinderen van God omdat ze deel hebben aan de opstanding. Het huwelijk hier op aarde is noodzakelijk, opdat de mensheid niet zou uitsterven. Maar in het hemelrijk is dat niet meer nodig, want de dood is dan zijn macht kwijt en allen zijn onsterfelijk en zijn als engelen; als kinderen van God. Jezus gaat verder: Dat de doden opgewekt worden, dat heeft ook Mozes al duidelijk gemaakt in de tekst over de doornstruik, waar hij spreekt over de Heer als de God van Abraham en de God van Isaak en de God van Jacob. Hij is geen God van de doden, maar van levenden, want voor hem zijn allen in leven. God is een God van levenden, zegt Jezus dus. Ook Jezus zelf is gestorven, maar de derde dag verrezen. Voor het christendom is juist Jezus verrijzenis het fundament van Christus kerk. Elders in debijbel zegt de Heer; Wie in mij gelooft zal leven, ook al is hij gestorven.---wie in mij gelooft zal niet sterven.. ook al blijft het lichaam achter, je zal leven in eeuwigheid en eens op de jongste dag zal geest en lichaam herenigd worden, zoals ook Christus uit de dood is opgestaan. Ook Paulus in zijn brief aan de Tessalonicensen getuigt over de verrijzenis en zegt dan aan slot: troost elkander dan met deze woorden. Bij de begravenis tekent de priester, wanneer de kist is neergedaald in het graf, met het kruis een kruis over de kist, met als getuigenis; zoals je gestorven bent in Christus, zo zul je ook verrijzen in Christus. God is een God van levenden en in zijn liefde mogen we blijven voortleven als zijn kinderen.
Terwijl wij vorige week hoorde over de zaaier, die zaaide en de betekenissen van het zaad dat niet in goede grond viel en wat wel in goede grond viel, gaat Matheüs vandaag verder met een ander parabel die Jezus vertelde en nu, dat tussen het jonge gewas onkruid opschoot en wat daarmee gebeuren moet.Dat is het verschil van Marcus, die van de tevreden boer laat volgen. Hij heeft zijn werk gedaan-hij heeft gezaaid- en mag nu met een gerust hart het vervolg aan God overlaten. Die zal er voor zorgen dat de oogst overvloedig wordt. En hij zij: "Het is met het koninkrijk van God als met een mens die zaad uitstrooide op de aarde: hij slaapt en staat weer op, dag in dag uit, terwijl het zaad uitkiemt en opschiet, ook al weet hij niet hoe. De aarde brengt uit zichzelf vrucht voort; eerst de halm, dan de aar en dan het rijpe graan in de aar. Marcus 4: 26 Hier wordt helemaal niet over onkruid gesproken. de boer wacht rustig af tot het graan gerijpt is. Om dan te gaan oogsten. Bij Matheüs echter wel. Matheüs kijkt naar zijn mensen-en denkt bij zichzelf: hier lopen toch een aantal boeren rond die niet met een gerust gemoed de oogst kunnen afwachten. Want in hun harten is niet enkel goed, maar ook kwaad. Bijgevolg vragen heel veel van zijn gelovigen zich af; zou het niet beter zijn dat er eens een grondige zuivering kwam? zo in de stijl van: de kwaden buiten! Laat ons er korte metten mee maken! En dan beginnen we opnieuw met een schone lei.... Maar Jezus denkt er daar heel anders over. Ieder verdient een eerlijke kans. Dat is het wat hij in zijn volgende parabelvertelling ons duidelijk wil maken. Het is met het koninkrijk van de hemel als met een mens die goed zaad op zijn akker uitzaaide. Terwijl de mensen sliepen, kwam zijn vijand onkruid tussen het graan zaaien en vertrok weer. Toen het jonge gewas opschoot en vrucht begon te dragen, kwam ook het onkruid te voorschijn. De knechten kwamen de heer des huizes vragen: "Heer hebt u soms geen goed zaad op uw akker gezaaid? waar komt dat onkruid dan vandaan?" Hij antwoordde: "Dat is het werk van de vijand."De knechten zeiden tegen hem: "Wilt u dat wij er het onkruid tussenuit wieden?"Hij antwoordde: "Nee, want dan zouden jullie met het onkruid ook het graan lostrekken. Laat beide samen opgroeien tot aan de oogst. Matheüs 13:24-31 Het goede zaad is het zaad van het koninkrijk en het onkruid, het kwaad is door de vijand, de duivel, er tussen gezaaid. Wat Jezus hier bedoelt, is gebruik geen geweld, ieder moet een eerlijke kans krijgen, om alsnog het goede zaad in zijn hart te ontvangen, dan gaat met het rijpen van Gods woord in zijn hart, waarschijnlijk toch het onkruid, het kwaad verdwijnen. Tegen de oogstijd, het einde der tijde zal de Heer het kaf van het koren scheiden en zijn rechtvaardig oordeel uitspreken. Wij kunnen niet oordelen over wie is kwaad, en wie is goed? Wij weten allen dat goed en kwaad binnen in ons verstrengeld zijn Hoe ga je dat scheiden? Terecht beveelt de landeigenaar zijn knechten om onkruid en tarwe samen te laten opgroeien, wanneer je niet het risico wilt lopen om alles te vernietigen. Binnen in de mens is er goed en kwaad; accoord. Maar geef iedereen een eerlijke kans, om het goede te leren kennen en merkend alleen, dat ze dan pas gelukkig kunen zijn. Zorg dat de omgevende omstandigheden in het voordeel van een positieve ontwikkeling werken. Dan worden de kinderen van het kwaad, de duivel een halt toegeroepen. Is dat niet wat we allemaal willen? Laten we ons allemaal inzetten niet door opdringerigheid, wat averechts kan werken, maar door bescheidenheid en nederigheid het woord van de Heer te verspreiden door ons voorbeeld en het laten uitstralen van Gods liefde en vergevingsgezindheid.
Het zaad dat in goede aarde viel, droeg rijkelijk vrucht.
Zowel de profeet Jesaja, als Matheüs, zo ook de psalm65 vandaag op deze zondag spreken over de zaaier, die het zaad uitstrooit, als gelijkenis met het woord dat God tot ons spreekt. Iemand ging eens naar zijn land om te zaaien. een deel vielop de weg, en er kwamen vogels die het opaten. een ander deel viel op rotsachtige grond, waar maar weinig aarde was, en het schoot meteen op omdat het niet diep in de grond kon doordringen. toen de zon opkwam verschroeide het en omdat het geen wordtel had, droogde het uit. Weer een ander deel viel tussen de distels, en toen die opschoten verstikten ze het zaaigoed. Maar er viel ook wat zaad in goede grond, en dat bracht vrucht voort, deels honderdvoudig, deels zestigvoudig, deels dertigvoudig. Laat wie oren heeft goed luisteren. Waarom zei Jezus deze laatste zin? De Heer vertelt niet zomaar een leuk verhaaltje, maar hij bedoelde daar iets mee. Dat kunnen we duidelijk lezen in de uitleg, die hij aan de leerlingen geeft: Bij ieder die het woord van het koninkrijk hoort, maar het niet begrijpt, komt hij die het kwaad zelf is en rooft wat hun in het hart is gezaaid; bij hen is op de weg gezaaid. Het zaad dat op rotsachtig bodem is gezaaid, dat zijn zij die het woord horen en het meteen met vreugde in zich opnemen. Het schiet echter geen wortel in hen, oppervlakkig als ze zijn. Worden ze vanwege het woord beproefd of vervolgd, dan houden ze geen ogenblik stand. Het zaad dat tussen de distels is gezaaid, dat zijn zij die het woord horen maar bij wie de zorg om het dagelijks bestaan en de verleiding van de rijkdom het woord verstikken, zodat het zonde vrucht blijft. het zaad dat in goede grond is gezaaid, dat zijn zij die het woord horen en begrijpen. Zij dragen dan ook rijkelijk vrucht, deels honderdvoudig, deels zestigvoudig, deels dertigvoudig. Het zaad van het Woord kan in slechte of goede aarde vallen. Het rijk der hemelen begint klein als een mosterdzaadje, maar zal een grote boom worden. Het is meer waard dan alles wat je kunt verwerven. uiteindelijk zal Gods oordeel het goede van het kwade scheiden. Door de aard van de bodem gaat heel wat zaad verloren, maar met het beeld van de ongelooflijke opbrengst van een deel van het zaad, verwijst Jeus naar de triomf van zijn Koninkrijk, ondanks de tegenstand die Hij zelf en zijn leerlingen voortdurend ervaren. Ook in deze tijd ondervind het Koninkrijk Gods veel tegenstand en staat voortdurend bloot aan vervolgingen. Maar ondanks dat zal de Heer tenslotte zegevieren, het kwaad zal overwonnen worden door het goede. Wat de kwade machten ook proberen, het zal hen niet lukken, ze zullen toch het onderspit derven.
Deze woorden sprak de blindgeborene, toen hij door Jezus genezen was. Deze man had Jezus nog niet gezien, maar hij werd door de Farizeeën er uit gegooid omdat hij een prachtige getuigenis had afgelegd. De man antwoordde: "wat vreemd dat u niet begrijpt waar hij vandaan komt, terwijl hij mijn ogen geopend heeft. we weten dat God niet naar zondaars luistert, maar wel naar iemand die vroom is en zijn wil doet. Dat de ogen van iemand die blind geboren is geopend worden- dat is nog nooit vertoond! Als die man niet van God kwam, zou hij dit toch niet hebben kunnen doen?" Toen riepen ze : "Jij, sinds je geboorte een en al zonde, wil jij ons de les lezen?"En ze joegen hem weg. Jezus hoorde dat en zocht hem op. Hij vroeg: "Gelooft u in de mensenzoon?" "Als ik wist wie het was, heer, zou ik in hem geloven,"zei hij. "U kijkt naar hem en u spreekt met hem,"zei Jezus. Toe zei de man: "Ik geloof , Heer," en hij boog zich voor Jezus neer. Johannes 9:30 Hij had de Heer nog niet gezien, daar Jezus hem stuurde naar het badhuis Silowam om daar zich te wassen. Maar hij geloofde, dat de man, die hem genas, van God gekomen moest zijn. En nu hij hem zag, sprak hij vanuit heel zijn hart zijn geloof in hem uit. Hoe zijn wij? Wij zien zoveel kwaad in de wereld, dat wij misschien twijfelaars worden? Zien we niet, dat er ook goede dingen in de wereld aanwezig zijn, die ons laten zien, dat de Heer duidelijk aanwezig is? Wat er ook gebeurt, God zal alles ten goede keren. In de loop der eeuwen werden hen die in Christus geloofden, vervolgd en velen vluchten. Maar daardoor werd de Naam van de Heer ook elders bekend gemaakt. Daaraan hebben we te danken, dat ook aan ons zijn naam bekend werd. Bij de grote natuurrampen, waar velen leed en pijn te verduren had, begint het hart te spreken en interationaal wordt er hulp aangeboden, om te trachten het leed te verzachten. Zelfs de kleinste dingen om ons heen getuigen van Gods voortdurende scheppende hand en zijn liefde voor ons. Blijven we twijfelen of kunnen ook wij als de genezen blindgeborene zeggen en ons voor hem neerbuigen: Ik geloof, Heer. Geloof en ge zult gered worden. Wie in Mij gelooft, zal gered worden. En als er twijfels in ons opkomen, bidden we dan met Thomas: Heer, ik geloof, kom mijn ongeloof te hulp. Blijf vertrouwen op de Heer en hij zal je zeker helpen om zijn voortdurende aanwezigheid bij ons te kunnen zien.
Wanneer de messiaanse koning komt, roept hij mensen die leven zoals Hij. Nederigen en zachtmoedigen, zoals bij Sirach geschreven staat: Kom naar mij toe, onwetenden, en vestig je in mijn leerhuis. Waarom lijden jullie nog gebrek en is jullie geest zo dorstig? Ik roep jullie op: Verwerf wijsheid, kosteloos. Leg haar juk op je nek, laat je geest onderichten. De wijsheid is vlakbij. Het gaat er dus om niet om de machtigen en de wijzen, mar om de eenvoudigen, die nederig en zachmoedig van hart zijn.Aan hen openbaart Hij de geheimen van de Vader. Hij bevrijdt hen van de drukkende juk van schijnheilige observanties. Zij krijgen een nieuwe geest. De wet die in hun hart geschreven staat is maar een lichte last, want zij wordt door liefde gedragen. Het wordt aan de machtigen en de wijzen verborgen gehouden, maar aan de eenvoudigen geopenbaard. In die tijd sprak Jezus: "Ik prijs u Vader, Heer van hemel en aarde, omdat gij deze dingen verborgen hebt gehouden voor wijzen en verstandigen, maar ze aan eenvoudige mensen hebt onthuld. Ja, Vader, zo hebt u het u gewild. Alles is Mij toevertrouwd door mijn Vader en niemand dan de Vader weet wie de Zoon is, en wie de Vader is, dat weet alleen de Zoon , en iedereen aan wie de Zoon het wil openbaren. Kom naar mij, jullie die vermoeid zijn en onder lasten gebukt gaan, dan zal ik jullie rust geven. Neem mijn juk op je en leer van mij, want ik ben zachtmoedig en nederig van hart. Dan zullen jullie werkelijk rust vinden, want mijn juk is zacht en mijn last is licht. Duidelijke taal is het voor hen, die begrijpen, wat de Heer ons duidelijk wil maken. Het leven van eenvoud en werken zal op lange termijn meer invloed hebben op de omgeving, dan dat van de machtigen. Het koninkrijk van Christus, het rijk van liefde, eenvoud, gerechtigheid, nederigheid en zachtmoedigheid zal op de duur overwinnen, van hen, die denken alles te weten en niets meer hoeven te leren, en trachten dit aan anderen op te leggen helaas soms met geweld. Zoals ook in de bergrede vermeld wordt; Gelukkig de zachtmoedigen, want hen behoort het rijk der hemelen. Gelukkig de vredestichters, want zij zullen kinderen van God genoemd worden. Gelukkig wie zuiver van hart zijn, want zij zullen God zien. Laten we zo de pelgrimsweg bewandelen in eenvoud, zachtmoedigheid, vergevings gezindheid en liefde voor elkaar. Laten we de oproep van Sirach beantwoorden, de woorden die ook Christus tot ons spreekt: Komt allen naar Mij toe en laat je geest onderichten.De wijsheid is vlakbij.
Verenigd rondom het kruis willen we nadenken en mediteren over het Paasmysterie, over het lijden, sterven en de opstanding van Christus onze Verlosser en Heiland.
Frère Roge, stichter van Taize.
Samen verenigd in gebed en bezinning
Heer wees Gij mijn licht op de weg naar U, opdat ik anderen op de schitterend lichte weg naar U kan begeleiden. Zonder U kan ik niets, met U alles. Karl Leisner.