Ik ben Nancy, en gebruik soms ook wel de schuilnaam NINI.
Ik ben een vrouw en woon in Vlaams - Brabant (Belgie) en mijn beroep is .
Ik ben geboren op 17/01/1968 en ben nu dus 57 jaar jong.
Mijn hobby's zijn: Koken,Lezen,allerlei dingen maken op pc.
Op 2 juli 2006 vertrok ik naar Charkov in Oekraine.
Een ongewone reis die een enorme inpakt op mijn leven heeft gehad.
Druk oponderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek
Mijn reis naar Oekraine
Een reis met een staartje
18-05-2007
Dirgachi,8 juli 2006
8.00 uur
Ik ben wakker. Vannacht is Marchek de poes bij me in bed gekropen en ligt nog steeds te ronken aan mijn voeten. Ik sta op en begeef me aan mijn dagelijks ritueel in de tuin. Eerst even naar die vieze beesten kijken, ondertussen sigaretje roken en dan plassen in de wc van de kampeerwagen. Ik fris me op en kleed me aan. In de keuken heerst al een gezellige drukte. Louba en Loeda dekken de tafel voor het ontbijt en ook Ira loopt van de ene hoek naar de andere. Na het ontbijt staan de drie vrouwen naast me in de keuken om te zien hoe ik spagettisaus klaarmaak want vandaag ben ik aan de kook. Louba noteert alles netjes op een stukje papier want ze wil dit later ook wel eens klaarmaken. Ik gebruik verse tomaten en ui uit de tuin ,de paprika's en de look kocht ik gisteren op de markt en de rest van de kruiden hebben we gewoon uit België mee. Rond 10 uur komt Sacha ons halen om naar het kerkhof te gaan. Hij heeft zes witte rozen mee, dit vind ik wat gammel om op het kerkhof te zetten en dus besluiten we maar eerst naar de stad te rijden om kransen te gaan halen. Aan de Warzalla(Het station) zijn enkele kiosken. We stappen en maar lukraak één binnen. Een vriendelijke dame begroet ons en laat zien wat ze zoal in haar kleine winkeltje heeft. Veel is het echter niet, en als we dan zeggen dat we alle kransen nemen( want ze had er maar zes) is ze ineens nog vriendelijker. Haar dag is goed, want ze is uitverkocht. Wat verderop is een kiosk met echte bloemen en ik besluit voor Tante Marousa een boeketje mee te nemen. Wellicht heeft het mens al in eeuwen geen echte bloemen meer gehad. Ik koop een mooie grote bos bloemen met Lelie's en rozen, ééntje met vrolijke kleuren. De vrouw in deze kiosk bekijkt me ook alsof ik van een andere planeet kom. Sacha besluit langs Zarina ( één van mijn jongste achternichtjes) te rijden. Onderweg stoppen we nog even bij een supermarkt om wat voor haar te gaan halen. Papa koopt voor 50 euro eten in blik en dingen die lang geconserveerd kunnen blijven, dan kan ze weer een paar maanden voort. We arriveren bij een gammel huisje, slecht onderhouden en vuil. Buiten zit een man. Sacha stapt uit en vraagt hem iets. Ik zie hem knikken en dan gaat hij binnen. Iets later komt de man weer buiten gevolgd door Zarina. Nu pas stappen ook wij uit de wagen. Ze komt op papa toe gelopen en valt hem huilend in de armen. Ik krijg het ook moeilijk en de tranen bengelen over mijn wangen. Als ze me omhelst kan ik het snikken niet onderdrukken. Ik huil zoals ik in mijn hele leven nog niet gehuild heb en hou haar vast alsof ik haar nooit meer wil lossen. Op dit moment weet ik echter nog niet dat als ik weer in België zal zijn ik nog dikwijls aan haar zal denken en huilen net als nu. Papa geeft haar de voedingswaren, en ze zou alles ineens opeten. Ira vraagt haar wanneer ze voor het laatst warm heeft gegeten, maar daar kan ze niet op antwoorden. Ik wist dat hier armoede was, maar dit overtreft wel alles. Kon ik maar iets voor haar doen, maar dat is bijna onmogelijk. Ik kan iets doen als ik naar hier kom en ik zweer dat ik terug kom want de band die ik heb met dit land is heel hecht. Zarina gaat met ons mee naar het kerkhof, en zit naast me in de kleine lada. Onderweg hou ik haar stevig vast en ookal spreek ik de taal niet perfect, als ik in haar ogen kijk en zij in de mijne, begrijpen we elkaar en hebben we geen woorden nodig. Op het kerkhof toont ze ons de graven van Nina, Wallah en Colli, hier leg ik een witte roos neer voorzien van een kus op elk graf en papa zet de krans. Aan de andere kant van het kerkhof ligt Babouschka ( de oma van mijn vader) , ook hier leg ik mijn witte roos neer en een krans. Sacha ziet dat ik wat aan het zoeken ben en weet perfect wat ik moet hebben. Hij geeft me een plastic zakje, hierin doe ik wat aarde van haar graf zodat ik straks thuis ook nog wat Oekraïne bij me heb. Helena, de jongere zus van Zarina zit op internaat in Charkov, maar er word ons gevraagt om haar niet te bezoeken. Ondertussen is de tijd gekomen om weer afscheid van Zarina te nemen. God, wat valt me dit zwaar. Ik huil, en huil, en huil en ik ben boos op mezelf omdat ik het niet kan stoppen. Dit heeft me gekraakt en het valt me zwaar haar weer achter te laten.
's Middags worden we in Charkov bij Wallah, een vriendin van Tanja verwacht. We hebben gevraagd om geen dinner te bereiden want we willen 's avonds met de hele familie samen eten.
Als we weer thuis komen, gaan we naar Tanja waar ik de spagetti kook. Als alles klaar is blijkt dat Sacha en Ira niet zullen komen, en ook Louba, Iwan,Louda en Micha niet. Hier scheelt iets maar wat weten we niet. We besluiten toch bij Tanja te blijven en maken er een gezellig onderonsje van. Tante Marousa is zeer slecht en heeft al drie dagen niets meer gegeten. Na wat aandringen wil ze wel van de spagetti proeven. Ik zit voor haar en geef haar lepeltje per lepeltje in kleine stukjes gesneden spagetti. Honderd keer zegt ze mijn naam, en dat ze van me houd en hoe mooi de bloemen zijn. Ik zie dat ze pijn heeft maar ze heeft geen pijnstillers. In mijn koffer steken dafalgans, die geef ik aan Tanja en leg haar uit dat ze er zo 2 maximaal 3 per dag mag geven. Ik beloof vanuit België een doos op te sturen als ze helpen tegen de pijn.
Na de koffie bij Tanja gaan we naar Sacha. Hier blijven we praten tot 00.30 uur en gaan dan slapen. Het was een emotionele, zware dag.