
Jeugdboekenweek 2011
De Jeugdboekenweek 2011 vindt plaats tussen 19 maart en 3 april en gaat over geheimen. Hier lees je er meer over.
Boekentips baby's en peuters
Wat is Boekbaby's?
Sinds 2005 coördineert Stichting Lezen Vlaanderen Boekbaby's. Het project moedigt ouders aan om samen met hun kleine kinderen te genieten van boeken.
In alle consultatiebureaus van Kind en Gezin krijgen ouders met een baby van 6 maanden oud, een mooie geïllustreerde brochure met informatie en boekentips. In 20 gemeenten loopt een intensief Boekbabys-project. Hier krijgen de babys en hun ouders in het consultatiebureau niet alleen de brochure maar ook 2 boekjes, een postkaart en een Boekbabys-draagtas. Wanneer diezelfde kinderen 15 maanden oud zijn krijgen ze een uitnodiging om in de plaatselijke bibliotheek een tweede boekenpakket af te halen. Het project loopt in samenwerking met Locus en Kind en Gezin.
We dromen ervan om in de toekomst alle kinderen in Vlaanderen op verschillende momenten tijdens de voorschoolse periode boeken te schenken
Doelgroep
Stichting Lezen richt zich in de eerste plaats tot de ouders van baby's en peuters. Stichting Lezen ondersteunt verder bibliotheekmedewerkers om een beleid voor jonge kinderen in de bibliotheek uit te werken. DoelstellingenBoekbaby's wil ouders samen met hun kleine kinderen laten genieten van boeken.
BOEKENTIPS: KLEUTERS

|
Bijna jarig Imme Dros en Harrie Geelen (ill.) Querido, 2005
|
|
Ella ziet per ongeluk iets wat ze niet had mogen zien en daar voelt ze zich vreselijk schuldig om.Ze verjaart binnenkort en ziet, terwijl ze samen met haar vriendinnetje stiekem op de ladder van de timmerman kruipt, haar cadeau op zolder staan. Een dubbel geheim, want ze mocht helemaal niet op zolder en de ladder van de timmerman opklimmen is iets wat eigenlijk ook niet mag
|
|
|
 |
Het circusschip Chris Van Dusen Gottmer, 2009
Het circusschip is een nieuw prentenboek dat eruitziet als een oud: de prenten hebben een glimmende, gedetailleerde retrolook. Het verhaal is eenvoudig en klassiek, met een twist: humoristisch berijmd, met grappige, karikaturale personages en een leuke vondst in de climax. Het circusschip vaart op een klip, strandt en de bemanning de circusdieren komt aan in een vredig dorp, waar aanvankelijk niemand op de drenkelingen zit te wachten. Na verloop van tijd en een reddingsactie van de tijger raken de dieren echter volop geïntegreerd in het dorp en willen ze voor geen geld nog terug op het schip. Een ziedende circusdirecteur komt dan ook van een kale reis terug als de driemaster gerepareerd is en hij zijn beestige personeel opdraagt weer in te schepen. Een heerlijk boek voor de oudste kleuters.
|
|
|
 |
Mijn oma is een superster Carl Norac en Ingrid Godon (ill.) Leopold, 2008
Mijn oma is een superster is een prentenboek in een reeks van (voorlopig) vier: samen met Mijn papa is een reus, Mijn mama kan toveren en Mijn opa is een kampioen. Een jongetje beschrijft in enkele rake zinnen zijn oma: ze is een ster, een raket die door de supermarkt vliegt, een clown die kunstjes met kussens kan, een geheim agent en een koningin. De innemende tekeningen van Ingrid Godon en de sobere tekst van Norac zorgen opnieuw voor een herkenbaar boek, waaraan elk kind zijn eigen ervaringen en belevingen kan haken om er verder over te vertellen, samen met mama, opa, juf of klasgenoten. Voor oudere kleuters.
|
|
|
 |
Pas op voor de Gnaskop! Shel Silverstein Mozaïek, 2008
Pas op voor de Gnaskop! is een lijvige bundel met hilarische versjes over lekker vergezochte monsters en griezels met onmogelijke namen: de Grote Blauwe Kneuzegrauw, de Gumpelguts en de Groelt om er maar drie te noemen. Ze worden stuk voor stuk raak getypeerd, met veel gevoel voor humor en absurdisme, voor muzikaliteit en klankspel, voor teugelloze fantasie. Virtuoos vertaald door Rikkert Zuidervelt (die van Elly en Rikkert). Een boek voor vijf- tot zesjarigen en ouder.
|
|
|
 |
Wat het lieveheersbeestje hoorde Julia Donaldson en Lydia Monks (ill.) Gottmer, 2010
De boer uit Wat het lieveheersbeestje hoorde heeft een prijskoe waar hij uiteraard dol op is. Voor de rest wonen er op de hoeve een varken, een schaap, een paard, een eend, een gans, twee katten een hond, een kip en
een lieveheersbeestje. Twee dieven zijn onderweg om Koe te stelen, maar het anders zo zwijgzame beestje weet de andere dieren te waarschuwen. Samen bedenken ze een ingenieus plan en zetten ze het geboefte op een dwaalspoor. Het verhaal is dynamisch geïllustreerd en de tekst is op rijm. Op elke pagina staat het lieveheersbeestje afgebeeld, wat nog leuk zoeken kan worden in de boekenhoek, of als je het verhaal met een groepje kleuters herneemt. Een amusant boek voor vier- en vijfjarige kleuters.
|
|
|
 |
Zeg, wie zit er in de heg? Milja Praagman Lannoo, 2009
Met Zeg, wie zit er in de heg? heb je een echt peuterboek in handen en voor de allerkleinsten zijn goede prentenboeken heel zeldzaam. Het verhaal is erg eenvoudig: de peuter mag raden van wie de oogjes zijn die we in de uitsparingen in elke kartonpagina zien. De ik van wie de ogen zijn, geeft telkens een tip: hij weet heel veel, wordt graag vies, is erg lief
Vervolgens kunnen de peuters raden: een lammetje is heel lief, een biggetje wordt graag vies, een muisje houdt van verstoppertje
Tot iedereen op het eind kan zien wie die ik is: een peuter!
|
|