De Sint-Walburgakerk bezit een oude bouwgeschiedenis. De oorsprong ligt wellicht in de 9de eeuw, herbouwd in de 13de en 14de eeuw in gotische stijl. De dwarsbeuk werd voltooid in 1907 in neogotiek.
In de kerk is er een prachtig vroeggotisch koor met koorgestoelte, koorommegang en straalkapellen. Voor de kerk staat de onvoltooide gotische westertoren (14de eeuw).
Zoutenaaie was eeuwenlang het kleinste dorpje van België gebaseerd op het aantal inwoners. Reeds in 1111 was er sprake van "Saltanawa", een naam die later wijzigde tot Soutena (1228), Zoutena (1241), Soutena (1249), Zoutenay (1268),... De betekenis van deze naam zou zijn: een zoutwaterweide, waar lange tijd water op stond. In 1204 werd de onafhankelijke parochie opgericht. Er stond een kerk die toegewijd was aan Onze-Lieve-Vrouw-Hemelvaart, opgericht door Walther Zoutenay..Ze was 18 m lang en 6 m breed. De kerk werd verwoest tijdens de Franse Revolutie en de parochie hield op te bestaan in 1808. De bronzen klok van deze kerk hangt ter bezichtiging in de kerk te Eggewaartskapelle met ernaast een gebroken grafsteen opgegraven in 1962.
Een gedenkmonument is nu te bezichtigen in het centrum van Zoutenaaie(naast de parking van Restaurant Zoutenaaie).
De toren telt 4 gele-dingen en 3 hoeksteunberen. Op de vierde hoek rijst een driezijdig traptorentje, bekroond met bakstenen naaldspits. Delen van de vroegere Romaanse kerk vind je in de zijbeuken en het transept. Knus geborgen in het oksel van de Z.-W.-torengevel en de zuidelijke steunbeer ligt de klassieke roepsteen : de pastoor had zijn spreekgestoelte binnen, de leek buiten. Een haag omringt het kerkhof en knotlindes omzomen de toegangsweg naar de kerk.
Restauraties vonden onder meer plaats in 1960 en 1970 door architect O. Van Daele uit Lichtervelde. Het interieur van de kerk werd grotendeels overgebracht naar de kerk van Wulveringem, maar bevat nog het hoofdaltaar in laat-renaissancestijl van 1609 met het schilderij "De Verrijzenis" door Jan Janssens, van ca. 1635, de kansel door Jos Roose uit Sint-Winoksbergen, van 1753, het doksaal met ballustrade in rococostijl, van 1775, en het orgel door Pieter Loncke, van 1867. Er liggen enkele grafstenen uit de 18e-19e eeuw.
De kerk is nu buiten dienst. U kunt de kerk wel bezoeken tijdens tentoonstellingen.
Vinkem is een landbouw- en woondorp in de Westhoek (West-Vlaanderen) op de grens van de IJzerpolders en slechts enkele kilometers van Frans-Vlaanderen. Vinkem is een deelgemeente van Veurne. Vinkem heeft een oppervlakte van 5,27 km² en telt 360 inwoners (februari 2008). Vinkem was een zelfstandige gemeente tot 31 december1970, toen het samen met tweelinggemeente Wulveringem werd opgenomen in een nieuwe gemeente Beauvoorde, genoemd naar het gelijknamige waterkasteel. In 1977 werd Vinkem bij Veurne gevoegd.
In Vinkem vindt men nog enkele oude hoeven, zoals het Blauwhuis en de Torrelen. De Torreelhoeve heeft in de Tweede Wereldoorlog gediend als hospitaal voor de Engelse soldaten.
Vlakbij deze hoeve treft men een helden-huldekruis aan voor IJzersoldaat en kunstschilder Joe English die hier in 1918 stierf. Zijn graf bevindt zich echter in de crypte van de IJzertoren in Diksmuide (Kaaskerke).
Steenkerke bezit een mooi kerkje gewijd aan Sint-Laurentius. Het kerkje bezit nog deels Romaanse gedeelten en spiegelt zich in de Steengracht. Links van de ingang bevindt zich een roepsteen met afdakje. Hier vonden ooit de bekendmakingen aan het publiek plaats. Op het eerdere vermelde oorlogskerkhof lag Joe English voor hij werd bijgezet in de crypte van de IJzertoren. In het grote huis rechtover de kerk woont Willem Vermandere, kunstenaar, zanger.
De Onze-Lieve-Vrouw-Hemevaartkerk dateert uit de 15e en 16e eeuw.
De O.L.V. Hemelvaartkerk.
Het is een gotische hallenkerk met westertoren.Er is ook een oudere Romaanse constructie aanwezig.Onder de aartshertogen werd de kerk hersteld.Ze is omringd met een kerkhof met bomen.Aan de rand van het kerkhof ligt het omwalde refugium met torentje.Het is gebouwd in gele baksteen in westhoekse renaissance door abt Chritiaan Druve en kwam in 1617 klaar.Dit vluchthuis van de St. Niklaas abdij kreeg de functie van pastorij.
Tijdens de slag bij Bulskamp op 26 augustus1297, een aanloop naar de Guldensporenslag, werd Walram, graaf van Gulik en oom van Willem van Gulik gedood, tegen alle toenmalige gedragscodes in. Later bleek dit feit een van de redenen te zijn waarom de Vlamingen tijdens de Guldensporenslag de levens van de Franse edellieden evenmin spaarden.
Bezienswaardigheden
Sint-Bertinuskerk
De Sint-Bertinuskerk is een neogotische kerk uit 1883. Een eerste kerk werd in 1297 reeds door een brand vernield. In de 15de eeuw werd een gotische kerk gebouwd met een bakstenen toren. De toren werd in 1876 gerestaureerd. Na een brand in 1882 werd de kerk heropgebouwd in 1883, op de toren na die was gespaard gebleven. De stenen spits werd tijdens de Tweede Wereldoorlog vernield, maar daarna in dezelfde vorm heropgebouwd.
Sint - Audomaruskerk (Booitshoeke deelgemeente van veurne)
Bezienswaardigheden
Sint-Audomaruskerk
De Sint-Audomaruskerk is een laat-gotisch zaalkerkje. In 1690 werd de toren heropgebouwd en werd de kerk met twee zijbeuken uitgebreid. Een nieuw portaal kwam er in 1735. Het kerkje werd gerestaureerd in 1923 en kreeg toen ook een kerkhofmuur en sacristie. Het is sinds 1971 als monument beschermd.
Booitshoeke was een parochie in 1190, nadat het vroeger bij die van Wulpen had gehoord. Een oude vermelding van de plaatsnaam gaat terug tot 1239, als Boidenkinshoucke'. Tot 1566 behoorde het tot het bisdom Terwaan, daarna tot het bisdom Ieper. Het dorp werd in 1659 door het Spaanse leger geplunderd.
In 1801 ging de parochie na het afschaffen van het bisdom Brugge naar het bisdom Gent, tot in 1807 de parochie werd afgeschaft en bij Avekapelle gevoegd werd. Na de heroprichting van het bisdom Brugge in 1834 werd in 1846 ook de parochie weer opgericht.
De laat-16e eeuwse Sint-Michielskerk werd in 1914-1918 volledig vernield en in 1922-1923 naar het oorspronkelijke patroon heropgebouwd onder leiding van architect J. Viérin uit Brugge. De kerk in baksteenarchitectuur bevat neogotisch meubilair en enkele schilderijen van de 18e eeuwse Vlaamse school, naast 18e eeuwse grafmonumenten en 17e eeuwse messingen altaarkandelaars. Buiten staan een 17e eeuws beeld van Onze-Lieve-Vrouw met Kind en een calvariegroep van 1749.
De holle, zevenarmige linde op het kerkhof zou ooit elf armen gehad hebben. Voor wie zich voor afmetingen interesseert : omtrek ca. 6 meter, hoogte 14,5 meter.
In de 17de-18de eeuw werd ongeveer een vierde van de hofsteden door oorlogsgeweld vernield en niet meer heropgebouwd. Dit tekort aan landbouwers leidde in de 18de eeuw tot verarming van de bevolking. De vooruitgang van de landbouwtechniek in de 19de eeuw kon deze verarming gedeeltelijk opvangen. Sinds het einde van de 19de eeuw daalt het bevolkingscijfer als gevolg van een toenemende mechanisatie in de landbouw.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd Avekapelle grotendeels verwoest. De kerkschatten waren evenwel in veiligheid gebracht in De Panne. Na de oorlog werd de gemeente heropgebouwd: de kerk en het gemeentehuis kwamen in 1924 gereed.
Met zijn 26 achterlenen was het Hof van Avekapelle het belangrijkste leen van de Burg van Veurne te Avekapelle. Tussen 1437 en 1731 was het in handen van de familie de Doys. Het wapen van deze familie werd in 1936 als het wapen van de gemeente erkend.
De Sint-Niklaaskerk is de kerk in het stadscentrum van Diksmuide. De gotische bevindt zich achter het stadhuis, vlakbij de grote markt. De kerk werd verwoest tijdens Eerste Wereldoorlog. Het originele en waardevolle kerkmeubilair ging mee verloren tijdens het oorlogsgeweld. De Eerste Wereldoorlog liet slechts een vormeloze hoop oorlogspuin over, met twee overeindgebleven traveeën die nog een lege spitsboog bevatten. Na de oorlog werd ze heropgebouwd naar een plan van de 14e-eeuwse vroeggotische versie. Ook aan de 18e-eeuwse torenspits werd de oorspronkelijke vorm teruggegeven. In mei 1940 kreeg de kerk door brand opnieuw een verwoesting. Het huidig gebouw vormt het resultaat van de restauratie in 1945 uitgevoerd. De Sint-Niklaaskerk bezit door de verschillende verwoestingen een sober, doch rijk interieur met recente werken die de oude in vorm en stijl respecteren.
De Sint-Niklaaskerk, achter het stadhuis, is een gotische kerk. Ze werd verwoest in de Eerste Wereldoorlog maar nadien naar een plan van de 14e-eeuwse vroeggotische versie heropgebouwd. Ook aan de 18e-eeuwse torenspits werd de oorspronkelijke vorm teruggegeven. Tijdens de Tweede Wereldoorlog liep de kerk eveneens schade op.
Diksmuide
Stad Diksmuide
ligging binnen het arrondissement Diksmuide in de provincie West-Vlaanderen
Diksmuide (Frans: Dixmude) is een stad en gemeente, gelegen aan de IJzer in de Westhoek in West-Vlaanderen in België. De stad telt ruim 15.500 inwoners. In de 7e eeuw lag Diksmuide nog aan de Noordzee. In de volksmond wordt van Smude gesproken.
Zicht op het stadscentrum van Diksmuide vanuit de IJzertoren
Diksmuide had zwaar te lijden tijdens de Eerste Wereldoorlog en moest volledig worden herbouwd. Een restant uit die periode is de beruchte Dodengang, een van de gevaarlijkste stellingen van het Belgisch leger. De IJzertoren, met zijn eigen bewogen geschiedenis, werd hier gebouwd als herinnering aan het leed van de Vlamingen tijdens die oorlog.
De stad Diksmuide bestaat uit 15 deelgemeenten en is daarmee in West-Vlaanderen de gemeente met de grootste oppervlakte. Nadat in 1924 de oppervlakte van Diksmuide reeds verdubbelde door de aanhechting van een deel van Esen, werden bij een eerste fusie in 1965 de gemeenten Kaaskerke en Esen bij Diksmuide-centrum gevoegd. De bebouwing van Kaaskerke en Diksmuide vormt een aangesloten geheel, en ook op het grondgebied van Esen spreidt de kern van Diksmuide zelf zich uit. Bij een fusiegolf in 1971 gingen er enkele fusies door in de omliggende gemeenten, die toen echter nog onafhankelijk bleven. Keiem werd bij Beerst gevoegd; Lampernisse, Oostkerke en Stuivekenskerke werden deel van Pervijze en uit Oudekapelle, Nieuwkapelle en Sint-Jacobskapelle werd een nieuwe gemeente met de naam Driekapellen gevormd. Woumen moest de parochieJonkershove afstaan aan Houthulst. In 1977 tenslotte werden zes tot dan toe onafhankelijke gemeenten opgeheven waarbij de deelgemeenten bij Diksmuide ondergebracht werden. Beerst, Driekapellen, Leke, Vladslo, Woumen en Pervijze werden (met hun deelgemeenten) zo deel van het uitgebreide Diksmuide.
Het stadscentrum van Diksmuide ligt centraal langs de IJzer en is de omvangrijkste kern in de gemeente. De andere dorpen liggen verspreid op het grote grondgebied. De grotere dorpen bestaan uit een kern langs de grootste invalswegen, met daarbij nog lintbebouwing. De kleinere dorpjes liggen midden in de velden en hebben weinig verbindingswegen. Tussen de dorpen in liggen dan nog hoeves verspreid over het vlakke landschap.
Bron:NIS - Opm:1806 t/m 1970=volkstellingen op 31 december; vanaf 1977= inwonertal per 1 januari
1924: aanhechting van een gebiedsdeel van Esen (+300 inwoners)
Fusie 1965: aanhechting van Esen en Kaaskerke (+2.423 inwoners)
Fusie 1977: aanhechting van Beerst, Driekapellen, Leke, Pervijze, Vladslo en Woumen; afstand van een gebiedsdeel van Woumen aan Houthulst (+8.625 inwoners)
Het stadhuis op de grote markt: de eerste steen van het stadhuis werd gelegd in 1428. Tussen 1567 en 1572 werden grote verbouwingen uitgevoerd. Op een schilderij van Hacke uit 1716 ziet men ook een binnenkoer en een kapeltorentje. De bouw van het derde neogotische stadhuis vond plaats tussen 1875 en 1880 naar plannen van de Brugse architect Louis de la Censerie, maar tijdens de wederopbouw (1923) na de Eerste Wereldoorlog grepen de architecten terug naar de bouwkundige elementen ontleend aan de regionale Vlaamse renaissancestijl. De nieuwe belforttoren (links op de foto) herrees op de binnenplaats als typisch Vlaams en middeleeuws symbool van de stedelijke vrijheid.
De Sint-Niklaaskerk, achter het stadhuis, is een gotische kerk. Ze werd verwoest in de Eerste Wereldoorlog maar nadien naar een plan van de 14e-eeuwse vroeggotische versie heropgebouwd. Ook aan de 18e-eeuwse torenspits werd de oorspronkelijke vorm teruggegeven. Tijdens de Tweede Wereldoorlog liep de kerk eveneens schade op.
De IJzertoren en de Dodengang zijn herinneringen aan het front tijdens de Eerste Wereldoorlog in Diksmuide. Beide bevinden zich in theorie wel op het grondgebied van de Diksmuidse deelgemeente Kaaskerke.
De gemeente Diksmuide ligt landschappelijk op een overgang van De Polders in het westen, en het Houtland in het oosten.
De Polders zijn een laag, uitgestrekt en op vlak gebied. Men treft er veengronden aan, laag gelegen vochtiger kleigronden en hogere gelegen droge, zanderige kreekruggen. De vallei van de rivier de IJzer ligt het laagst en zorgt dat de Polders hier iets verder in het binnenland doordringen. Daarnaast liggen in het landschap veel grachten voor de drainage van de grond. Deze laag gelegen polders overstroomden vroeger vaak, deze toestand is in het natuurgebied De Blankaart in Woumen nog enigszens bewaard. Omstreeks de 11de eeuw werd een zeedijk vanaf Oostduinkerke via Driekapellen gebouwd, getuige daarvan is de straat met naam Oude Zeedijk die door de polders loopt. Deze dijk zorgde dat het oostelijke gebied beschermd werd tegen overstremen, dit werden de Oudlandpolders. Het niet-beschermde gebied, de Middellandpolders overstroomden nogmaals, zodat er recentere kleilagen werden afgezet. De uitgestrekte polders worden vooral gebruikt voor graslanden en graangewassen.
Het landschap oostelijke deel van de gemeente Diksmuide daarentegen ziet er anders uit. Het land ligt er iets hoger, boven de 5 meter-lijn, en het reliëf is er minder vlak. In tegenstelling tot de polders zijn hier minder grachten te vinden. Dit oostelijk deel van de gemeente wordt nog in twee verdeeld door de Handzamevaart. Het noordelijk deel, met Leke, Keiem, Beerst en Vladslo, dat tot 20 meter hoogt reikt, ligt in de Vlaamse Zandstreek. Het zuidelijke deel tot 35 meter in de Zandleemstreek. Door de hogere ligging overstroomden deze gebieden niet, zodat de bodem er ouder is. De bodem is er zanderig. Deze bodem was geschikt voor bebossing, maar die is doorheen de eeuwen verdwenen en het land werd in cultuur gebracht. Ook hier komen weides voor, maar worden andere gewassen, zoals maïs geteeld.
Sint- Niklaaskerk van Leke (deelgemeente van Diksmuide)
De neogotische Sint-Nicolaaskerk (1855) is een driebeukige hallenkerk die tijdens de eerste wereldoorlog werd vernield. De kerk werd in 1922 hersteld. Neogotisch meubilair, behalve arduinen doopvont (ca. 1500). Beeld van Jezus aan het Kruis (18e eeuw).
In het centrum van Beerst staat de Sint-Wandregesiluskerk, een driebeukige hallenkerk. Ze werd in 1924 wederopgebouwd onder leiding van architect De Backere (Gistel) naar het model van het vorige bedehuis (1e helft 17e eeuw), met zuidelijke zijbeuk uit 1867. Het bedehuis werd in 1915 door oorlog en brand vernield.
Sint Jacobskapelle. (deelgemeente van Diksmuide west - vl)
Sint-Jacobskapelle `Sint-Jacobskapelle` is een landelijk polderdorp in de Belgische provincie West-Vlaanderen en een deelgemeente van de stad Diksmuide. In 1971 werd Driekapellen gevormd uit Sint-Jacobskapelle, Nieuwkapelle en Oudekapelle en in 1977 werd Driekapellen zelf bij Diksmuide ingelijfd. Het is een klein dorpje met een oppervlakte van 3,25 kmò en slechts ongeveer 100 inwoners. Het heeft een kleine dorpskern rond de kerk en landbouwbedrijven verspreid over ... Gevonden op http://nl.wikipedia.org/wiki/Sint-Jacobs
Kerk van Oudekapelle (deelgemeente van Diksmuide west - vl)
Wie na de ontdekking van dat stemmige plekje van Veurne-Ambacht nog wat tijd neemt om te genieten van een heerlijke natuur, trekt naar Diksmuide of Nieuwpoort terug via smalle landwegen die leiden naar de andere twee dorpjes van Driekapelle: Oudekapelle en Nieuwkapelle. In het weidse landbouwgebied is de stilte hoorbaar te beleven.
Het eenbeukige Sint-Jan-Baptistkerkje van de 14de eeuw werd tijdens de oorlog verwoest. In 1922-1923 werd de huidige neogotische hallenkerk gebouwd, wat op de foto duidelijk te merken is: drie beuken met dezelfde breedte en hoogte.
Naast de permanente fototentoonstelling over de kerk voor en na de brand... zijn sinds kort ook een aantal stukken die uit de brand gered zijn tentoongesteld. Op de foto merk je onder andere de gerestaureerde tabernakeldeuren van de vorige kerk.
De wederopbouw
Nadat de kerk in de late avond van 23 februari 1985 door brand werd geteisterd, behield men bij de wederopbouw in grote lijnen het vroegere silhouet. Toch topte men de gevelpunten van de drie beuken enigszins af. Door middel van reusachtige stalen gebinten bracht men de ganse overspanning onder één dak. Ook de twee puntgevels van de kruisbeuk werden verwijderd. Een kleinere puntgevel bouwde men in de noordervleugel op en dit ter hoogte van de plaats waar zich nu het altaar bevindt. Binnenin verwijderde men de pilaren zodat een meer eigentijdse liturgische vormgeving mogelijk werd gemaakt. De heropbouw werd uitgevoerd door de firma Vandekerckhove uit Ingelmunster en dit naar het ontwerp van de Woumense Ir. architect Willy Devriendt die samen met dorpsgenoot architect Luc Deburghgraeve toezicht hield op de uitvoering.
De glasramen
De ontwerper (Domonique Van de Walle) schrijft :
"Woumen, een dorp in het vlakke land, met zijn weidse akkers - waar de natuur nog vrij spel heeft - met zijn natuurdomein, een kerkdorp. De brandglasramen geven een weerspiegeling van die natuur. Vogels, duiven, het zinnebeeld van de Heilige Geest, van Vrede en Liefde, zij die soms even zichtbaar zonder geruchten of de route voorbijvliegen als een teken van Leven. Het kleurenpalet is enerzijds zacht en rustig, anderzijds een explosie van kleur. Bij deze glasramen moet men kunnen dromen, van de huid van het glas weg naar de ziel van licht dat er doorheen valt en daar op een verheven manier ontmoeten wat ons omringt"
Kunst in de kerk
Sinds november 2001 is de kerk in het bezit van een Christus Pantokrator icoon van de hand van de plaatselijke iconenschilder Roger Vercruysse.
Het orgel
Opgebouwd als volledig mechanisch orgel. Het geheel bevat 1072 orgelpijpen met vier registers of spelen op pedaal, negen registers op groot orgel en acht registers op bovenwerk. Volledig eikenhouten kunstmeubel. Uitvoering : firma Loncke, Zarren
De klokken van de kerk
De Sint-Andreaskerk te Woumen telt drie klokken.
De klokkentoren kan je bereiken via een trap aan de buitenzijde.
Om de klokken zelf naar boven te hijsen, zijn er speciale klokkengaten voorzien in de toren.
Eenmaal boven, kan je genieten van prachtige panorama's over het dorp.
Nog een trapje hoger via de elektrische kasten ...
Eindelijk zien we de drie klokken.
Het gewicht van deze klokken : 2047 kg, 1145 kg en 863 kg.
Ze werden plechtig ingezegend op 10 oktober 1951.
In het voorjaar van 2002 vonden extra verstevigingswerken plaats aan de door roest aangetaste steunbalken van de klokkenstoel. Klik hier voor meer info.
Korte historiek van de kerk
De oudste bronnen spreken van een Romaanse kerk te Woumen rond de jaren 1200.
Via de opgravingen in de ruïnes van de uitgebrande kerk ontdekte de archeologische kring van West-Vlaanderen dat die eerste, houten kerk mogelijk rond 1100 - zelfs 900 - reeds aanwezig was.
3 juli 1583 : de kerk werd "gedestrueert ende verbrandt ..." vertellen ons de kronieken
Omstreeks 1600 is de kerk volledig heropgebouwd.
1914 : de toren werd stukgeschoten. Tijdens de oorlog verwoesten beschietingen en verwaarlozingen de kerk volledig.
1925 : St.-Andreaskerk heropgebouwd
1930 : ingewijd door Mgr. Lamiroy
28 oktober 1943 : de bezetter haalt de klokken uit de toren weg
1945 : een ontploffing in het munitiedepot van Houthulst vernielde de glasramen
10 oktober 1951 : drie nieuwe klokken : 2047 kg, 1145 kg en 863 kg
1952 : de firma Loncke plaatst een nieuw orgel
23 februari 1985 : brand vernielt de kerk
25 oktober 1986 : start van de wederopbouw
4 september 1988 : Mgr. E. Laridon huldigt de nieuwe kerk in.
Kerkdeur Woumen steeds open voor bezoekers, zowel voor individueel bezoek als in groep.
De Sint - Pieterskerk van Stuivekenskerke (deelgemeente van Diksmuide)
Sint-Pieterskerk
Tussen 1866 en 1870 bouwde Jean-Baptiste-Capriste de Grave, eigenaar van de Vicogne en burgemeester dicht bij het goed een nieuwe kerk, gelijk aan de oude. Die kerk stond op de plaats die nu Oud-Stuivekenskerke wordt genoemd. Bij de afbraak bleef de toren van 1572 behouden.
Tijdens de Eerste Wereldoorlog werd de nieuwe kerk verwoest en nadien terug opgebouwd. Zij bestaat uit een ruim middenschip met twee zijbeuken onder één groot zadeldak.
De hoge toren wordt tot boven gesteund door trapsgewijze opgebouwde steunberen die uitlopen op hoektorentjes, en is bekroond met een bakstenen spits.
Alhoewel de middenbeuk geen bovenlichten heeft, valt een rijk licht binnen door het grote raam in het koor en de ramen in de zijbeuken. De witstenen zuilen dragen bakstenen gotische bogen. Het middenschip wordt overwelfd door een houten gotisch zadeldak en de zijbeuken door een houten lessenaarsdak.
De pastorie,de woonhuizen en het dorpsplein werden gebouwd en aangelegd begin de jaren 20,na de de volledige verwoesting van Oostkerke in de eerste wereldoorlog.Ze vormen een beschermd dorpsgezicht.
Kerk van de Heilige Kruisverheffing. In Lampernisse. ( deelgemeente van Diksmuide ).
De kerk van de H. Kruisverheffing werd vernield in de eerste wereldoorlog,toen het dorp trouwens grotendeels werd verwoest. De kerk werd in 1922-1923 naar haar vroeger uitzicht wederopgebouwd,namelijk met de zware westertoren (begin 13e eeuw),klein schip met drie lage beuken onder één gemeenschappelijk dak (einde 13e eeuw) en een drieledig koor( 1e helft 14e eeuw).
In de kerk vind je een kruisbeeld uit de eerste helft van de 17e eeuw,toegeschreven aan Hëronymus Duquesnoy de Jonge. Schilderijen onder andere;
* "Verrijzenis van Jezus" (17e eeuw) * "Laatste avondmaal" (17e eeuw) * "Calarie" (18e eeuw) * "Piëta met schenker(1752) deerMatthias de Visch (Reninge).
Ook zijn er meer recente schilderijen aanwezig. Hieronder één van de vijf monumentale werken van kunstenaar Jos Speybrouck (1891-1956).Hij maakte talrijke tekeningen voor bidprentjes,illustreede vele werken ondermeer van Fr.B. Boschvogel, A.Blommaert, G.Dyckhof Ceunen, E. Van Hemeldonck en vele andere.
Gedenkplaat aan de kerk.
Niklaas Zannekin van Lampernisse,voerde de troepen van het Westland aan in de sociaal economische strijd van de Vlamingen tegen de hoge adel en de Franse koning.Samen met honderden'kerels'sneuvelde hij in de slag bij Cassel (1328). Sommigen spreken van 6.000 doden.
De Sint - Niklaas en de Sint - Katharianakerk. Previjze (deelgemeente van Diksmuide)
Pervijzee was zo gedurende eeuwen in twee gesplitst: de ammanie van Pervijze,een onderdeel van Veurne-Ambacht en de heerlijkheid van Berkel met een eigen bestuur.Ieder deel van Pervijze was een afzonderlijke parochie en bezat een eigen kerk.Zo waren er gedurende vele eeuwen twee parochies en twee kerken: Pervijze- kerk en St.- Catharinacapelle. Het is dus binnen het gebied van de ammanie en de parochie van Pervijze dat we de paats moeten zoeken die de naam Pervijze droeg.
De Sint-Wandregesiluskerk. Van Beerst (deelgemeente van Diksmuide.)
De Sint-Wandregesiluskerk een driebeukige hallenkerk die gebouwd was in negotische stijl;werd net na de eerste wereldoorlog heropgebouwd volgens het model van de kerk die in 1915 volledig werd afgebrand. De kerk voor 1915 stamde af uit de 17de eeuw. De architect van deze kerk was De Backere (Gistel)