De eerste maand van het schooljaar zit erop! Ik ben de afgelopen jaren wel gewend geraakt aan chaotische opstarten en moeilijkheden met het maken van afspraken, maar dit... Nog voor het schooljaar goed en wel gestart is, wordt de eerste leerkracht ontslagen wegens een gebrek aan pedagogische vaardigheden. Niet helemaal onterecht, maar aangezien er geen leerkrachten staan aan te schuiven om haar plaats in te nemen is het misschien wel wat ondoordacht en impulsief... Gelukkig krijg ik bijstand van Patricia, een collega-vrijwilligster die een maand lang elke dag mee naar school zal gaan. We proberen samen met Rose, de ervaren leerkracht van de andere klas, de boel recht te houden en de kinderen intussen ook nog wat bij te leren. Het is niet evident... De nieuwe lading leerlingen is tussen 5 en 9 jaar oud en ging nooit eerder naar school. Door hun doofheid is er weinig of geen communicatie met de familie mogelijk, met als gevolg dat de enige vorm van "opvoeding" die de meeste van deze kinderen krijgen bestaat uit slaan als ze niet gehoorzamen. Andere vormen van "straffen" hebben nog maar weinig effect, waardoor ik me de eerste weken in een kooi vol ongetemde dieren voel. De kinderen schreeuwen, slaan mekaar, gooien met materiaal in het rond, stelen als wat niet te zwaar of te groot is en zijn agressief naar mekaar toe. Als je hen wil straffen kijken ze je uitdagend aan en lopen ze weg : "pak me dan als je kan". Verschillende keren kom ik met barstende hoofdpijn thuis en neem ik mezelf voor 'als het morgen niet beter gaat stop ik ermee'. Gelukkig ben ik getraind in het opmerken van de kleinste stapjes voorwaarts, en stilaan leken de kinderen toch te wennen aan de gewoontes op school, de regels en afspraken. Vandaag zijn we zover dat ze zonder al te veel kabaal in de rij gaan staan als de bel gaat, dat ze op hun plaats blijven zitten in de klas en naar het bord kijken als hen dat gevraagd wordt, dat ze de potloden aan mekaar geven in plaats van ze naar mekaars hoofd te gooien en dat ze 'merci' en 'pardon' zeggen op de momenten dat het nodig is. Na een tweede catastrofale meester hebben we sinds twee weken ook iemand gevonden die de klas onder controle kan houden en sindsdien wordt er dan ook echt les gegeven. Door de verschillende leeftijden en niveaus in de klas is het moeilijk om iedereen constant te boeien, maar de kinderen zijn rustig en gehoorzamen hun meester. Oef!
Los van de school gaat mijn inburgering in het Senegalese leven verder Op 3 november wordt mijn tweede petekind geboren. Hij heeft een weelderige bos kroezelhaar en het verbaast me dat zijn handen en voeten bij de geboorte bleker zijn dan de mijne. Elke dag zie je hem donkerder worden. Na een week wordt hij 'gedoopt', wat hier betekent dat het hoofd met een giletmesje wordt kaalgeschoren en dat de "wijzen" van de moskee hem komen zegenen en voor hem bidden. Hij krijgt dan ook zijn naam : Cheikh Mohamed Diallo. Nog een week later volgt dan het officiële geboortefeest. Het is een drukte van jewelste! Iedereen loopt binnen en buiten, mensen zitten op banken, stoelen of op de grond en eten van de 3 geslachte schapen. Voor de uitgenodigde toebabs (blanken) is er een eretafel voorzien. Ik vind het vooral fijn om op die manier even te kunnen ontsnappen aan het oorverdovende getater van de honderden Senegalese vrouwen. Het Wolof, de taal die hier gesproken wordt, klinkt altijd nogal hard. Maar deze vrouwen spannen echt de kroon. Er wordt luid door mekaar geroepen, beurt afwachten hoeft hier niet, ze praten allemaal op hetzelfde moment en ik vraag me af wie er eigenlijk naar wie luistert. Na het eten ontsnappen we even onder het mom van hoofdpijn en zoeken de heerlijke rust op in de B&B. Het is ook het moment waarop we ons moeten omkleden voor het avondfeest. Van de man van Diara kregen Patricia en ik elk een op maat gemaakt feestkleed en dat moeten we nu gaan showen. 's Avonds is het zo mogelijk nog erger dan in de namiddag. Nu zijn er alleen maar vrouwen, iedereen zit in een grote kring en roept wat in het rond (of zo lijkt het toch ). Er zijn 2 griotten aanwezig, dit zijn vrouwen die voor je komen zingen en dansen en je een zegen geven in ruil voor 500 franc (0,75 eurocent). Daar kunnen we niet voor sukkelen, denk ik dan maar... Soms springen er plots vrouwen recht en beginnen als bezetenen te dansen, het publiek is door het dollen heen. Wanneer de eerste vrouw van Cheikh's vader binnenkomt (Diara is namelijk zijn tweede vrouw) gaat het dak er helemaal af! Vrouwen applaudisseren en dansen voor haar en ze krijgt een ereplaats in de kring. Dan is het de gewoonte dat Diara, de moeder van Cheikh, cadeautjes en geld uitdeelt aan de familie van haar man. Het zijn voornamelijk lappen stof waarbij ze dan extra geld geeft om er een kleed van te laten maken. Het ziet er naar uit dat dit uuuuuuren gaat duren en eigenlijk heb ik het na een uurtje echt wel gezien. Mariem, mijn nieuwe Afrikaanse "zus", lijkt me al goed te kennen en stelt voor om te vertrekken. Ze begrijpt blijkbaar wel dat dit voor ons niet echt feest is Ik ben blij als we thuis zijn en geniet nog twee dagen na met barstende hoofdpijn.
En dan krijg ik alweer bezoek! Lieve komt een weekje meegenieten van de zon, de rust en de Senegalese teranga (gastvrijheid). Het wordt een leuke mix van rust, natuur, avontuur en cultuur. We maken een boottripje door het natuurreservaat in Somonne, genieten van een luie dag op het strand van Saly, rijden met quads een stukje van de route van Parijs-Dakar en bezoeken het slaveneiland. Dit had ik zelf nog niet eerder bezocht en aangezien het vermeld staat op de werelderfgoedlijst van Unesco leek het ons wel de moeite om dit te zien. Het eiland zelf is mooi en gezellig, het doet denken aan een oud dorpje in Zuid-Europa met duidelijke Portugese invloeden. Het waren immers de Portugezen die in 1444 het eiland ontdekten en inzagen hoe strategisch gelegen (tussen Afrika, Europa en Amerika) en hoe makkelijk verdedigbaar het was. Van op dit eiland vertrokken ongeveer 33.000 slaven voor hun 'voyage sans retour'. Als we het enige overgebleven en gerestaureerde slavenhuis binnenstappen krijg ik direct een benauwd gevoel. Nog voor de gids begint uit te leggen hoe de mensen hier behandeld werden voel ik een knoop in mijn maag en tranen in mijn ogen. Er zijn 4 afzonderlijke ruimtes : 1 voor de mannen, 1 voor de vrouwen, 1 voor de jonge meisjes (want die waren duurder dan vrouwen) en 1 voor de kinderen. De gids legt uit dat iedereen slechts 1 keer per dag uit het hok mocht om naar het toilet te gaan, enkel de jonge meisjes waren geprivilegieerd en hadden een toilet in hun hok dat ze de hele dag door konden gebruiken. Mannen die minder dan 60 kg wogen werden in een apart hok gestopt en kregen extra veel eten. Als ze hier niet voldoende bijkwamen werden ze in de zee geworpen, mannen van minder dan 60 kg konden immers niet verkocht worden. Ook wie ziek was of te veel last verkocht, eindigde met een metalen bol aan het been in de zee. Kinderen worden verkocht (of eigenlijk geruild) voor een spiegel, vrouwen voor een pakje tabak en sterke mannen voor een wapen. Tussen de verschillenden ruimtes door loopt een gang die leidt naar de 'door of no return'. Een deur die rechtstreeks uitgeeft op zee, waar de schepen aanlegden om slaven op te halen. 30% van de mensen stierf tijdens de overtocht, dus de boten werden systematisch met 30% overladen om toch een maximaal aantal slaven te kunnen afleveren in Amerika. Op de bovenverdieping bezoeken we de woonvertrekken van de blanke slavenhandelaars. Het contrast is enorm en ik voel me op een of andere manier schuldig omdat 'wij blanken' gedurende 350 jaar zoveel leed hebben veroorzaakt. Ik vind het ook moeilijk te vatten dat dit alles amper 200 jaar geleden tot een einde is gekomen, dat is toch nog niet zo verschrikkelijk lang geleden... Zwaar onder de indruk verlaten we het eiland en gaan we Lieve afzetten aan de luchthaven. Ik slaap de hele weg terug, heb immers mijn siësta gerateerd vandaag ;-)
Nu terug twee weken alleen, tijd om goed uit te rusten zodat de batterijen opgeladen zijn tegen 21 december. Want dan arriveert het bezoek waar ik toch het meest naar uitkijk... Spannend