Een reis om nooit te vergeten! Reacties zijn altijd welkom en voor mij heel leuk om te lezen! Voor foto's: check mijn Instagram of Facebook pagina (Jens Willemse)
11-03-2017
Van Moussy tot Troyes: 5 dagen, 135,5km
Dag 14: Moussy-Baye: 29km
Om 7.45 ging de wekker en voelde me wonderbaarlijk goed. Helemaal in form begaf ik me naar de buffetontbijttafel waar ik me bewonderenswaardig goed kon volsteken. Chocoladebroodjes, fruit, yoghurt, sandwiches, kaas, hesp, choco maar ook natuurlijk veel confituur. Nam, nam, nam, lunchpakket maken en hop naar de kamer om alles bijeen te rapen want ik kon niet vlug genoeg vertrekken. Om 9.45 kon ik dan de baan op na afgerekend te hebben. De voormiddag was zalig. Een frisse bries, veel zon, prachtige uitzichten over de wijngaarden, geen macadam en ook niet super veel last meer van de schenen. Onderweg kwam de spoorwegen in mij toch ook weer naar boven. Gisterenavond had ik namelijk het facebookprofiel van Martine ontdekt en begon in de modder verse voetsporen en wandelstokafdrukken terug te vinden. Één van de dagen wacht maar af! Aan het meer of vijver Grande Folie at ik mijn lunchpakket op en voor ik het goed en wel besefte was ik om 13.30 al aangekomen in Montmort . Ik besloot dus een pintje te drinken in het plaatselijk café en even te bellen naar het thuisfront. Om 14.30 zette ik dan de laatste 12km in tot in Baye. De zon scheen -ik heb zelfs voor de eerste keer mijn zonnebril aangehad-, ik was aan het zingen en fluiten en voelde me helemaal nieuw. Maar pech is niet veraf. Dagen in de regen stappen en altijd droge voeten en nu de zon scheen uitgeschoven en met een stuk van mijn rechtervoet in een plas beland. Alle geluk niet helemaal ondergedompeld en kon dus de tocht verder zetten. Tussen de velden en smalle bossen kwam ik dan aan in Baye en ging op zoektocht naar een slaapplek. Het kon dan toch niet continu goed weer blijven en dus lieten de weergoden het nog even drashen. Maar bij het eerste huis, bam, direct prijs. Het was namelijk een kasteel waar een christelijke gemeenschap leeft die pelgrims een bed en voedsel aanbieden. Achteraf gezien stond het adres ook in de stapgids. Maar ik was ergens aangekomen en kon mezelf en de kleren een schrobbeurt geven. Om 18u nam ik dan deel aan een kleine mis voor het avondmaal. Het begon met een klein lied gevolgd door 45 minuten stilte. Dan begint u brein toch in werking te treden en ga je toch over vanalles en nog wat beginnen denken. Erna volgende nog 5 minuten gezang en konden we om 19u aanschuiven aan tafel. Witloof, brood, pizza, aspergesoep, kaas, yoghurt,... alles werd gewoon op tafel gezet en alles werd door iedereen door elkaar gegeten. De gesprekken waren nog vager. Iedereen was tegen elkaar bezig en ik moest maar luisteren naar iedereen tegelijk, maar tevergeefs. Ik wou gewoon wat eten en besloot dus in sommige gevallen te lachen, knikken en reageren zoals de andere dat deden. Na dit toch wel ongemakkelijk avondmaal hielp ik nog mee in de keuken en kroop tegen 21u mijn bedje in.
Dag 15: Baye-Vindey: 25,5km
Na een lange maar zalige nacht moest ik toch weeral om 7.45 opstaan. Ik werd namelijk om 8u aan de ontbijttafel verwacht. Kaas, fruit, brood maar weeral confituur in overvloed. Buikje vol eten, nog een laatste babbel slaan en zak inladen. Om 9.30 kon ik dan terug de baan op en ik had geluk. Het weer was zo zonnig als gisteren Haha NOT. Het was zo een leuke koude kletsnatte mieserende mistregen die ik in de voormiddag moest trotseren. In Soizy-aux-Bois besloot ik mezelf dan wat op te warmen met wat koekjes in het bushokje. Tevergeefs ik had wel terug energie om verder te gaan en de koud te trotseren. Op het stuk tot aan Lachy begon ik dan pelgrimssporen te ontdekken (als het effectief van een pelgrim zou zijn). Om dan toch met iets anders bezig te zijn dan met de regen begon ik me allerlei scenario's in te beelden voor mijn eerst ontmoeting met een andere pelgrim. Zou gewoon de coole mezelf blijven, overenthousiast worden of gewoon voorbij stappen. Dat laatste waarschijnlijk niet maar ik ben toch benieuwd. Ik hoop het over een paar dagen te weten. Toen het in de namiddag wat begon op te klaren besloot ik om een kilometer buiten Lachy mijn lunchpakket van brood, kaas en water op te eten. Een geweldig uitzicht over de velden en pure rust, zalig! Met nieuwe energie kon ik dan verder stappen tot in Sezanne waar bij een pelgrimswoning langs ging voor een tas thee. Echt deugd dat dat deed. Alleen vond ik het jammer dat het geen thee was. Ook geen warm water en ook niet binnen. Niemand had namelijk opengedaan dus moest ik maar water drinken uit mijn kamelenzak. Ik kon dan voldoende gehydrateerd de laatste 5km inzetten tot in Vindey. Bij het binnenkomen van het kleine dorpje was het dan zo ver. Ik ontmoette mijn eerste medepelgrims! Alleen hadden ze geen zin meer om te stappen. Het waren namelijk artistieke metaalgeplooide pelgrims. Met pijn in het hart vond ik bij een gepensioneerd koppel onderdak en spijs. Een cakeje en thee in combinatie met een warme douche en snelle handwash van de kleren zorgde ervoor dat ik nieuwe energie kreeg. Na een warm bord wortelsoep, een ¾ quiche en een lekker plattekaasdessert met koekjes en vers fruit kon ik me naar de kamer begeven en na het avondritueel in slaap vallen.
Dag 16: Vindey-Méry-sur-Seine: 31km
Na misschien wel de beste nacht te hebben gehad tot nu toe, door het zalige zachte lichtverende nieuwe bed kon ik om 8u aanschuiven aan de niet zo mega rijkelijk gedekte tafel. 2 boterhammen met confituur en een klein gebakje vulden de maag voor een stuk dus besloot ik bij mijn vertrek om 9.30 nog een energiebar en stuk fruit naar binnen te spelen. Vandaag zag de dag er weer simpel uit. De oude sporen (die spekglad waren) volgen tot in Anglure om dan langs het kanaal verder te stappen. Het was ideaal weer om te vertrekken, een koel briesje en de zon die lichtjes probeerde te schijnen tussen de wolken maar toen ik aankwam bij Barbonne-Fayel zag ik over de heuvel een enorme mistbank naderen en voor ik het wist zat ik weer in een regenbui dit tot 13u zou duren. Onder een boom at ik mijn lunch op en besloot al snel verder te stappen. Al gauw begon het weer op te klaren en in Anglure werd ik dan uitgenodigd om een thee te komen drinken en hier maakte ik de ontdekking van de dag. Martine zou vanavond bij deze vrouw slapen. Ik had ze dus ergens gepasseerd, misschien met een rustdag in Troyes zou ik ze tegenkomen. Ik zette de laatste kilometers dan in richting Mery-sur-Seine waar ik bij de Marianistengemeenschap onderdak en voedsel kreeg. De 2 inwonenden moesten naar een vergadering en vertrouwde me hun huis toe. Na een douche, kledijwasserij en het eten van een zalige hutsepot, kon ik voldaan in mijn nest kruipen en toeleven naar de volgende dag.
Dag 17: Mery-sur-Seine-Troyes: 30km
Na een korte ochtendmis met de 2 marianisten, konden we samen iets eten. Vers brood, confituur, choco en appelcompote. Na nog wat administratief en materieel gerommel kon ik tegen 9.30 vertrekken richting Troyes. Vanaf het begin had ik het gevoel alsof ik op mijn tweede dag was (Hofstade-Heverlee). Eerst 5 minuten stappen naar het kanaal en dat blijven volgen tot de voorsteden van Troyes. Er waren echter wel enkele verschillen. Ik moest niet op de macadam lopen maar op een leuk lopend graspad. Het weer in de voormiddag was bewolkt maar na het middagmaal begon het op te klaren en moest ik in T-shirt en zonnebril verder. Echt een zaligheid. Op bepaalde stukken dwarrelden zelfs de vlinders rondom me en ritselden de salamanders tussen de verdorde afgevallen bladeren bij het aankomen van mij imposante gestalte -kuch kuch-. Om de voorsteden van Troyes te betreden moest ik nog wel eerst een stuk weg overwinnen dat ondergelopen was door de regen van de afgelopen dagen. Voorzichtig baadde ik me een weg door het water en voor ik het wist was ik in Troyes. Een enorm leuke en gezellige stad met een heel middeleeuwse uitstraling. Het bezoeken waard! Ergens in een steegje mijn lange strakke sexy thermische broek uitdoen omdat het gewoonweg te warm was en kon de "Running 3" winkel zoeken om een steunzool te kopen die me zou helpen met mijn scheenbeen. Whu knows Nog snel wat energiebarsin de rugzak laden, een stempel en bezoek brengen aan de kathedraal en mezelf aan den toog zetten met een halve liter bier gewoon perfect. Het weer was goed, ik had niet meer zoveel last van mijn scheenbeen maar kon wel pas om 18u binnen bij mijn adresje. Maar de tijd doodde ik graag met een Affligem au fut. Om 18 dan aankomen bij France-Odiel en haar man waar ik een tas thee en koekjes aangeboden kreeg en plots was er nog een tweede bezoeker. Iemand van de bloemenwinkel die aan de hand van het interieur, lichtinval, de ideale kamerplant wou verkopen voor op een kast. Anfin, na dit vage bezoek een snelle douche, was spinaziesoep en linzen eten en hop het bed in voor de usual stuff.
Dag 18: Troyes-Troyes: 10-20km
Om 8u ging de wekker op mijn eerste rustdag. Vandaag zou ik den toerist uithangen in Troyes. Maar dat kon niet zonder een stevig ontbijt. Maar toen gebeurde er iets uniek. Er belde niemand anders dan Martine. Zij wou vanavond bij dezelfde mensen slapen. Ik kreeg ze dan aan de lijn om alles wat uit te leggen omdat de communicatie wat moeilijk was tussen de Franse gastvrouw en de Nederlandse pelgrim. Ik kreeg ook ineens te horen dat ze liever alleen wou stappen en ze had ook andere plannen voor de komende dagen dus zou ik op zoek moeten gaan naar een andere meewandelende pelgrim. Het stadscentrum van Troyes kan ingedeeld worden in 2 delen: de kop van de champagnekurk en het lichaam van de kurk (je moet maar eens met Google maps fzo kijken om de vorm te zien, dan snap je het wel). Ik begon met een een bezoekje aan de markt Les Halles waar ze vanalles en nog wat verkochten. Vervolgens zette ik mijn toeristische tour met bijhorende foto's verder. In de voormiddag stonden volgende zaken op het programma:
Kathedraal
La Cité du Vitrail: een museum met kerkglaswerken
De decadent dure hotels La Maison de Rhodes(209-349 per nacht) en Le Champ des Oiseaux (199-389 per nacht). Beide een heel mooie middeleeuwse buitengevel. Maar voor mij het geld niet waard.
Museum van Moderne kunsten
Musée de Saint-Loup: het mooiste en leukste museum van de dag. Veel opgezette dieren, archeologie van de streek en het oude Egypte.
Om dan de voormiddag af te sluiten ging ik nog even langs de Fnac om een schrijfschriftje te kopen. Ook nog even naar de Carrefour om wat inkopen te doen voor de volgende dagen en deze middag waar ik wederom een vreselijke ontdekking deed. Ik wou wat kaas kopen voor op mijn baguette en het eerste pak kaas dat ik vast pakte was helemaal beschimmeld ik besloot dan maar wat droge worst te kopen om mogelijk dodelijke maaginfecties te ontlopen. In het verblijf ging ik dan snel middageten om mijn toeristische tour in Troyes af te ronden. In de namiddag stonden volgende zaken op het programma:
Rue Paillote de Montabert, Ruelle des Chats, Cour du Mortier dOr en rue Émile Zola. Allemaal kleine gezellige middeleeuwse straten.
Kerk Saint Pantaleon waar ik een kaarsje brandde voor het goed verloop van de tocht.
Musée de Vauluisant waar er vanalles te zien was over het lokale stoffenweven. Hier vervulde ik weer een goede daad door een oude vrouw van de scheve trap te helpen. Wat een held ben ik toch.
Tegen 15.30 kwam ik dan terug aan Hôtel de Volle waar ik genoot van een goei Chouffke. Het was namelijk zalig weer en dan ben je wel verplicht er ene te drinken op het terras. Tot aan het avondeten ging ik dan nog wat genieten van het straatfeest met Country, Afrohouse, R&B, Hip-Hop, Soul en Salsa muziek+dans en een Zuid-Amerikaanse cocktail Horchata om de Peruaanse herinneringen wat op te halen. Mijn dag kon echt niet meer stuk. Zo blij dat ik een dag pauze heb genomen. Tegen 17.30 kwam ik dan aan in mijn verblijf, nam een douche en leerde al gauw Martine in levende lijve kennen. Een sympathieke dame die net als iedereen op de Camino haar eigen verhaal heeft. Na een langdurendavondmaal met bloemkoolsoep, salade, yoghurt en ijs (met koffiesmaak, dus dat was een aangename verassing Not) nam ik afscheid van Martine omdat zij morgen zou uitslapen kon ik dan toch tegen 23u mijn bed inkruipen.
Om 7.45 ging de wekker, kon ik me omkleden en werd ik verwacht aan de ontbijttafel. Het enige probleem was dat mijn scheenbeen terug enorm veel pijn deed. Na een sober ontbijt met enkel confituur en brood (wat ook de lunch was) besloot ik dan nog even te liggen om mijn been laatste rust te gunnen voor ik ging stappen. Toch ook ineens de ideale moment om mijn guilty pleasure te bekijken online (temptation island). Na nog eens goed gelachen te hebben kon ik dan tegen 10u toch vertrekken richting Signy-lAbbaye. De voormiddag was vrij zwaar. Veel wind en de pijn in het been zorgde ervoor dat het lastig stappen was. Het was kop naar beneden, niet nadenken en gewoon gaan. Onderweg hiernaartoe merkte ik al gauw dat die adventure en decathlon winkels me hadden beetgenomen en voorgelogen. Ik mij goed ingepakt in mijn windstopper, maar tevergeefs, de wind was niet gestopt (haha). In LÉchelle besloot ik dan mijn boterhammen met confituur en confituur te benuttigen, uit de wind en in de zon uiteraard. Wonder boven wonder hadden al die confituurbokes een mirakel verricht na de middag. Ik kon ineens het prachtig glooiende landschap met opgeheven hoofd overvliegen en begon zelfs een nieuwe route te volgen -niet omdat ik het oorspronkelijke pad kwijt was hoor (kuch kuch)-. Uiteindelijk kwam ik dan aan de boerderij Faleul uit. Hier besloot ik dan aan te kloppen en mezelf vriendelijk uit te nodigen om iets te drinken. Al gauw besefte hoe klein de wereld eigenlijk is. De eigenaar was van Antwerpen en zijn kinderen waren op bezoek. Zij waren ,zoals ze bij ons zeggen, van achter den hoek, namelijk van Deurne. Met een warme thee in de maag zette ik dan de laatste 7km in. Ik had zoveel energie en voelde me zo goed dat ik letterlijk bijna over de heuvel liep. Aangekomen in Signy-lAbbaye ging ik een stempel zoeken voor in mijn stempelboekje en een plaats om te slapen. Al gauw kwam ik bij de B&B uit van madame Créquy. Hier nam ik dan een douche, waste ik mijn kleren en liep naar de winkel om te kunnen beginnen koken. Massa's wortelpuree, 2 spiegeleieren, 2 kalkoenschnitzels, een avocado, yoghurt en 2 croissants. Met een zeker voldane maag trok ik me terug in de kamer voor mijn vast avondritueel. Wat lezen in de stapgidsen, wat schrijven in mijn blog, iets laten weten aan het thuisfront, foto's selecteren en in juiste albums zetten, tandjes poetsen en slapen.
Dag 10: Signy-lAbbaye-Château-Porcien: 30km
Om 7.40 ging de wekker, rustig opstaan en om 8.15 stond de ontbijttafel netjes gedekt. Rarara met brood en confituur, wat ook het middageten zou worden. Ik begin de indruk te krijgen dat ze in Frankrijk veel confituur en brood eten. Het wandelen vandaag was niet echt spectaculair. Gewoon wat op en af, geen zon en geen regen. Tussen velden en bossen en dat was het eigenlijk. Hetgene wat me wel opviel is dat in elk dorpje waar ik passeerde een dode en stille sfeer hing. Geen kat die op straat liep, geen auto die over de baan reed en huizen waarvan je je afvraagt of ze bewoonbaar zijn of niet. Best raar. In Wasigny at ik mijn boterhammen met confituur op en kon ik verder stappen tot in Château-Porcien. Tegen Hauteville begon ik het wat moeilijk te krijgen. De pijn die ik voorheen had aan mijn rechterscheen had zich verplaatst naar de linkerkant. Misschien iets wat mijn twee schenen moeten doormaken om Compostella te bereiken. Het was toen nog maar 14u en besloot dus nog verder te stappen. Op de tanden bijten en geregeld vloeken zorgde ervoor dat ik de laatste 8km kon afronden tegen 15.30. Ik zocht naar het café dat mij de code gaf van de pelgrimskamer wat verderop. Een verschrikkelijk vuile en slechtliggende matras en vuile douche. Zeker weten, de slechtste verblijfplaats tot nu toe. MAAR ik was er aangekomenen waar het warm was en was een tevreden mens. Ik nam een douche, waste mijn kledij en besloot iets te gaan drinken in het café waar ik vanavond ineens zou gaan eten. De beleefdheid en vriendelijkheid dat de mensen hier hebben is niet zoals we bij ons kennen. Bij het binnenkomen geeft men iedereen een hand alsof men elkaar al jaren kent. Eén van die gekke dingen die je kan ontdekken op de camino. Na een lekker driegangenmenu:
Wortelsalade, half ei en gebak met kaassaus en hesp
Koeientong met pasta
Banaan, American cookies, chocoladesaus en slagroom
Was mijn maag lekker vol en kon ik tegen 20.30 gaan slapen.
Dag 11: Château-Porcien-Pomacle: 28km
Na een wazige nacht van dromen:
Denken dat er een hond aan het blaffen is voor de deur en dat er iemand binnen wil komen en kei hard beginnen roepen (ben blij dat ik dus alleen in de kamer was);
Denken dat de politie de kamer binnenvalt;
Denken dat je nog helemaal niet op tocht bent naar Compostella;
besloot ik om 8.15 uit mijn bedje te kruipen, mijn zak in te laden en iets te eten. Ik was blij zelf eten te hebben voorzien want had niet veel zin in boterhammen met confituur. Op het menu, chocoladebroodjes, mmm Voor het vertrek nog rap iets schrijven in het gastenboek en daar deed ik een opmerkelijke ontdekking. De hollandse die ook in de B&B had geslapen in Rocroi, was gisterenochtend hier vertrokken. Dat wilde dus zeggen dat ik dichter en dichter in de buurt kwam van Martine Bakker. Nog een dag of 2 denk ik. Tegen 9.20 vertrok ik dan met mijn hebben en houwen richting Pomacle. De voormiddag was zalig. Niet te warm, wel wat regen, en enorm veel dieren gezien. Vogeltjes die vrolijk in het rond floten, tientallen reeën die over de weg en door de velden liepen, twee vossen die net hetzelfde deden en massas konijnen deelde die mening van de vossen en reeën. Onderweg dacht ik ook dat elke andere voetstap die ik tegenkwam of ze van Martine zou zijn of niet. Als een ware spoorzoeker kwam ik dan aan in LEcaille waar ik mijn overige chocoladebroodjes op at en stapte verder richting Bazancourt. Het weer begon wat op te klaren maar begon me te ergeren aan iets. Niet mijn schenen, niet mijn voeten, niet mijn rugzak, ook niet het weer, ook niet de temperatuur, MAAR de vogels. Voor twee uur lang waren er piepkleine vogels die een verschrikkelijk tshirpend geluid maakte. De eerste tien minuten is dit allemaal leuk en dan maakte ik er een spel van om de juiste tshirp bij de juiste vogel te plaatsen. Maar ze waren soms zo klein dat ik geen vogel zag en continu getshirp hoorde. Op een bepaald moment dacht ik zelf dat ik zot werd omdat ik geen vogels zag maar wel massas getshirp. Na dus twee uur in het getshirp, tshirp, tshirp, tshirp, tshirp, tshirp, tshirp, tshirp, (je hebt het misschien wel door hoe lastig dit nu was) te hebben gewandeld kwam ik aan in Bazancourt waar ik in de supermarkt een banaan, cola en nog chocoladebroodjes ging halen. Ik tankte dus een beetje bij voor de laatste 6 km en net toen ik vertrok begon het gigantisch hard te regenen en te waaien, maar die uitdaging ging ik met alle plezier aan. Om het natuurlijk nog wat harder te maken was de grond tussen de velden zo plakkerig geworden dat er denk ik aan elke schoen twee kilo was bij gekomen en dus ook compleet mijn grip verloor. Al schaatsend bereikte ik toch het kleine Pomacle waar ik vriendelijk ontvangen werd bij Joël, die zijn huis helemaal zelf gebouwd had. Na een theetje en een warme douche kon ik nog een beetje ontspannen. Tegen 18.30 kwam Patrice (vrouw) en twee kinderen thuis (Thibaut 6, Caroline 8). Tussen de drukte van de kinderen konden we met 3 toch goed aperitieven met een glas echte champagne van de streek. Het avondeten was als voorgerecht wortelsoep en als hoofdgerecht een lokaal gerecht (gemarineerd gehakt in bladerdeeg). Met een lekker glaasje wijn erbij en een goed intiem en open gesprek kroop iedereen tegen 23u -misschien een beetje licht beschonken- zijn eigen bedje in. Joël en Patricia, jullie zijn absoluut twee toppers en zal jullie niet snel vergeten!!!
Dag 12: Pomacle-Rilly-la-Montagne: 26,5km
Om 8u rustig wakker worden om dan tegen 8.30 rustig aan te schuiven aan de ontbijttafel. Boterhammen (eens geen rare baguette) met choco en confituur. Nog snel een foto met de kids en kon dan in mijn proper gewassen kleren om 10u de dag inzetten. De voormiddag was weer wat ploeteren door de klei maar al gauw begon ik in de verte de kathedraal van Reims zien. Nu ik mijn doel (voor de middag) in zicht was op het einde van een lange rechte weg werd het tempo wat verhoogt. Maar met een verhoging van tempo begon het ook meer te regenen. Toen ik de voorsteden bereikte van Reims was het gigantische hard aan het gieten. Met ijskoude handen probeerde ik de regen en verschrikkelijk koude wind te trotseren en had al spijt dat ik geen warmtezakjes had meegenomen. Nog voor Reims kwam ik en pannenkoekenkraam tegen waar ik me even ging opwarmen met een nutellapannenkoek en warme thee. Dat gaf me de energie om de laatste 4km naar de kathedraal te volbrengen. Bijna daar aangekomen stopte er ineens een auto voor mij die vanalles zei met Compostella en sécher en voor ik het wist was ik ingestapt en aangekomen in een klein maar gezellig appartementje dat op 200m van de route lag. Mijn spullen werden te drogen gelegd enkreeg een warme thee. Ik werd mee uitgenodigd om iets te eten met Mathias, Stephanie en de 2 kinderen. Na de kirr als apéritif mocht ik dan aan de tafel plaatsnemen. Respectvol als ik was wachtte ik met eten tot iedereen voedsel op zijn bord had en voor ik wist begonnen ze samen een eetgebed te zingen. Na dit muzikaal intermezzo kon ik dan in de sla, pasta, hertengebraad en platteland met framboos vliegen. Wat was me dat smullen. Ook hier snel wat contactgegevens uitwisselen, een foto trekken en kon dan om 15u het laatste stuk van de dag inzetten, en het was gestopt met regenen. Nog een stempel halen in de kathedraal en na 10minuten stappen had ik weer prijs. Het begon weer te regenen en deden beide schenen weer pijn. En om het dan nog wat erger te maken, begon het een half uur voor ik Rilly-La-Montagne bereikte te gieten. Het zicht dat zich eerst kilometers ver uitstrekte was nu maar een 100tal meter geworden. Zeiknat en ijskoud kwam ik dan bij de champagnemakers aan waar ik niet zo geweldig werd ontvangen door de vrouw des huizes. Ik was nat dus mocht niet binnen (de slaapplek was ergens anders in het dorp), en moest zelf vragen of ik in de garage mocht staan om toch even uit de koude te kunnen zijn. Uiteindelijk kwam ze dan toch zelf met de vraag of ik iets van thee of zo wou. Uiteraard! Maar dan moest ik snel de thee opdrinken omdat de man (die wel sympathiek overkwam) was aangekomen en ons met de auto een paar honderd meter verder afzette omdat zij niet door de regen wou stappen. In het huisje kreeg ik dan een snelle rondleiding en werden er concrete regels opgelegd.
Voor ik vertrek poetsen.
Stempelboekje afgeven in ruil voor de sleutel.
Morgen zeker voor 9u de sleutel afgeven.
Niet aan de verwarming komen.
Ik was wel blij weer binnen te zijn en voor ditmaal een badje te kunnen pakken. Lekker wat ravioli opwarmen en hop om 21u bedje in want de regen had me serieus moe gemaakt. Ook wilde ik mijn lichaam voldoende rust geven, met die stomme schenen van me.
Dag 13: Rilly-La-Montagne-Moussy: 26km
Om 7.30 ging de wekker al omdat ik op tijd de sleutel moest brengen. Zak inladen, een beetje oprommelen en de nieuwe dag op mij laten afkomen. Ik had eerst besloten om maar 12 km te stappen tot in Champillon en daar een slaapplek te zoeken. Om 8.45 kon ik de goed en wel op een rustig tempo vertrekken. Het enige wat ik kan zeggen van de voormiddag is dat ik heel hard genoot van de geur van omgezaagde en geschilde dennenbomen. In Champillon zocht ik dan het adres waar ik zou kunnen overnachten. Niemand thuis en ook nergens iemand in de buurt. Ik besloot dus om wat verder te stappen op een heel rustig tempo verder te stappen. Tussen de wijngaarden die allemaal op eenzelfde manier georiënteerd waren, zette ik mijn tocht verder. Het had wel iets speciaal. De champagneboeren die hun struiken zorgvuldig bijknipten en overige takken verbrandde zorgde ervoor dat je in de hele omgeving kleine rookpluimpjes zag en de geur van brand in het dal bleef hangen -Mmm kampgeur-. Maar losstaand van die paar dingen lukte het toch heel moeilijk om te genieten. Ik moest me focussen om rustig te stappen en de twijfel of ik het allemaal wel zou kunnen begon ook weer op te spelen. Maar ik hield me voor het dag per dag te bezien en energie te halen uit mijn overnachting. Uiteindelijk kwam ik dan aan in Moussy waar ik dan in het hotel een douche kon pakken en even te ontspannen. Tegen 19u kon ik dan moederziel alleen de menu van de dag verorberen: risotto, lasagne en taart. Met het buikje vol en het avondritueel afgerond kon ik als gelukkig mens gaan slapen.
Na een zalige nacht te hebben gehad deed ik om 8u de gordijnen open, genoot van het uitzicht en pakte mijn zak bijeen. De ontbijttafel stond rijkelijk bedekt met brood, kazen en zelfgemaakte confituur.Heerlijk om de dag zo te beginnen. Boterhammen smeren voor de lunch en afscheid nemen van de geweldige gastvrouw Annemarie. Deze keer zou ik me niet laten vangen door de koude, dus kleedde me zeer stijlvol aan, een thermische strakke zwarte pantie, een korte groene broek erover en de sokken over de pantie getrokken. Jani, zou er niet mee kunnen lachen, maar ik zou de koude bestrijden. Eenmaal op weg was het simpel, gewoon de Maas volgen tot in Dinant. Het tempo zat er goed in en voor ik het wist zat ik na 2u al in Profondeville. Boterhammen opeten en verder stappen. Even verderop kon ik dan mijn goede daad van de dag als scout en pelgrim volbrengen. De ketting van iemands fiets er weer opleggen. Wat een helden toch die pelgrims. Stap, stap stap, brug over en hop ik was al om 14.30 in Dinant. Snel de abdij zoeken mezelf installeren, douchen en even genieten van een chocolaatje en fruitthé. Voor de mis besloot ik dan nog wel een café te vinden om een leffe te drinken. Dat moet toch gebeuren als je in de abdij van Leffe mag slapen. Om 18.30 nam ik dan deel aan de mis (vêpres). Wederom een magisch moment. De lage stemmen van de 7 priesters galmden door de kerk en raakte elk haartje in mijn lichaam dat vervolgens rechtsprong. Echt een kiekenvelmoment. Op een bepaald moment heerste er ongeveer een minuut stilte die doorbroken werd door de typische geluiden van de orgel. Een bekend en mooi lied (waarvan de naam me tot op heden nog onbekend blijft) maakte me ook van binnen helemaal stil. Na de mis kon ik dan aanschuiven aan mijn eenzame tafel in de pelgrimskamer. Ik wist niet waar eerst te kijken:
Brood, sandwiches en pistolets
4 soorten kaas
4 soorten vlees
Een grote kom soep
Een ovenschotel met aardappelen en gehakt
Koud slaatje
Ananas
Chocolade
Yoghurt
Pudding
Fruit
Het was gewoon teveel om op te eten. Met een foodcoma besloot ik me dan terug te trekken in de kamer, even op bed te gaan liggen en voor ik het wist waren mijn oogleden toe gevallen en was ik in dromenwereld.
Dag 6: Dinant-Givet: 24km
Heerlijk geslapen. Maar iets baarde me zorgen. Een trekkende pijn aan mijn rechter onderscheen maar er was niets te zien dus ging ik als een flinke jongen om 8u naar de ontbijttafel. In mijn eenzame kamer lag er brood en beleg om te verorberen en om te smeren als lunch. Ik dacht ook eens een tasje koffie te drinken maar tevergeefs. Ik kreeg het niet binnen. Ik probeerde verschillende manier door aan te lengen met suiker en melk, maar niets hielp. Gewoon een glas water dan maar en naar de kamer om alles klaar te nemen voor de 6e dag. Die zag er heel rustig uit, 24km langs de Maas wandelen. Eenmaal Dinant uit was het prachtig. Vlak langs het water op een klein smal bospad deed me al mijn zorgen vergeten en begon al te denken: Dit pad kan ik wel kilometers volgen zonder het beu te zijn. Ik passeerde een aantal rotswanden die ongetwijfeld bij warmer weer beklommen zouden worden. Aan de overkant van Waulsort at ik mijn lunch op maar wou al gauw verder stappen. Maar eenmaal Hastière uit begon mijn stemming wat om te slaan. Het was allemaal niet meer zo mooi als de kikkers ervoor en de pijn aan mijn voet begon terug op te spelen. Ik werd er kwaad van op mezelf. Die massa's kilometer zouden voor een andere keer zijn. Aan een slenterend tempo ging ik dan de laatste 6 in. Om het kwartier toch even zitten of uitrusten en zo kwam ik dan toch in Givet. Ik heb gevloekt op mezelf, mezelf moed ingepraat en was blij eindelijk te zijn aangekomen. Ik moest dan nog een klein uurtje wachten tot ik ergens warm kon binnen zitten. Uiteindelijk kon ik dan om 15.45 toch binnen en rusten. Toch nog snel even naar de Carrefour om iets te halen om te eten en ik kon na een warme lange douche met de benen omhoog even ontspannen. En dan begon de eerste mentale krakjes zich te vormen. Bang hebben dat je fysiek je in de steek zal laten Een telefoontje naar het huisfront gaf me terug wat energie. Een beetje proberen eten en in bed gaan liggen met een boekje en wat verkoelende middelen op de voet. Dan om 20u alle lichten uit en wat proberen slapen. Laat het maar snel morgen zijn.
Dag 7: Givet-Olloy-sur-Viroin: 29km
Na een uitputtende 6e dag stond ik om 8u op met nieuwe energie. Rap 2 yoghurtjes binnenwerken, zak inladen, me weer stijlvol kleden en kon dan om 9u de weg verder zetten naar Compostella. Die nieuwe energie waar ik mee opstond werd in de voormiddag alleen maar bevestigd en vergroot. Na de afgelopen 6 dagen bijna alleen maar macadam gezien te hebben, was ik blij eindelijk op gras of bospaden te wandelen. Eenmaal Hierges voorbij begon ik dan helemaal op te fleuren. Een heuvel over via een modderig bospad. De Ardennen waar ik zo van hou. Eenmaal boven speelde ik wat met de Frans-Belgische grens en kon ik genieten van het zalige uitzichten. In Mazée besloot ik dan ergens een microgolf te zoeken voor mijn resterende pasta van gisteren op te warmen. Zo kwam ik terecht bij een alleenstaande man van 35 waar ik nog een knapperig gebakken boerenworst voorgeschoteld kreeg en een koekje meekreeg. Vol energie zette ik dan de laatste kilometers in naar Olloy-sur-Viroin. Na een half uurtje stappen begon het te regenen en dat zou de komende 2,5u niet veranderen. Maar al dat nats kon me weinig doen want was zo blij met het wandelen in de bossen dat ik de regen zelfs niet merkte. Tegen 15.15 kwam ik dan toch kletsnat aan in Olloy-sur-Viroin waar ik nog 1,5u moest wachten om het Europees centrum in te mogen. Tegen 17u kon ik me dan zoals de afgelopen 6dagen installeren en ging ik met een mislukt bord zelfgemaakte spaghetti met pepersaus -wat uiteindelijk wel smaakte- voor de tv zitten om het nieuws en dergelijke te zien. Ik besloot ook iedereen nog eens op te bellen vooraleer ik morgen de Franse grens zou oversteken. Na wat te bellen, wat tv, een chips en een cola kon ik dan tegen 22u in mijn bedje kruipen. Au revoir Belgique!
Dag 8: Olloy-sur-Viroin-Rocroi: 26km
Om 7.45 opstaan, wat zaken regelen met telefonie Enzo en kon mijn zak inladen. Om 9.15 was ik dan de baan op en kon de eerste kilometers inzetten richting Oignies-en-Thiérache. De route was prachtig. Door de modder en onder water gelopen paden en dankzij de constante regen werd dit ook alleen maar erger, maar dat maakte het zelfs zo leuk dat ik met bokkesprongen en bijna al lopend op sommige stukken mezelf voortbewoog. Zalig gewoon. Het was ook de eerste keer dat ik de natuur niet zag maar hem beleefde. De heldergroene kleuren van het mos kleurde de bodem tussen de bomen, de gegroepeerde meiklokjes die helderwit afschenen op het groene tapijt. En de kleurrijke elfenhuisjes die op de berkenstammen waren vastgegroeid. Het had echt iets magisch. Eenmaal het sprookjesbos uit moest ik wederom op zoek gaan naar een microgolfoven om mijn pasta op te warmen en iets te eten. Bij het eerste huis waar ik aanbelde kon ik meteen binnen en kreeg ik er nog een cola bij. Vol energie kon ik dan het volgende bosstuk volgen tot in Rocroi. Maar net zoals het vorige bos merkte ik de kleinste dingen op. Dit keer geen kleuren maar een verscheidenheid aan dieren. Mierenhopen van een meter hoog, buizerds die over de weilanden geruisloos rond zweefden op zoek naar een prooi, een babyree en moeder die verschoten kleinste geluid dat ik onbewust maakte, de everzwijnenpoelen die een hun typische geur verspreidde maar het mooiste van al bleven de wel bijna honderd -en dan overdrijf ik niet- koolmeesjes die bij mijn aankomst opstegen en vrolijk in de buurt bleven ronddwarrelen. Dit geweldig stukje bos liep dan uit op de eerste bewoning dat zou aanhouden tot in Rocroi. Nog even langs de Carrefour passeren, de stapgidsen en ander materiaal dat ik niet meer nodig had opsturen naar huis met een begeleidende brief en kon dan tegen 16u aankomen bij mijn chambre dhôte Pernelet-Jaschinski. Een uniek stukje gezelligheid. Een aanrader maar je moet er wel voor zijn! In de veranda waar alles een beetje schots en scheef stond en versierd met allerlei kaarten, maskers, doeken en andere unieke zaken, kreeg ik dan een lekkere muntthe die me al gauw deed opwarmen. Het had namelijk van 9u tot het slapengaan gegoten. Ik kreeg dan mijn kamer toegewezen die eenzelfde rustieke unieke sfeer uitstraalde. Ik kon me dan gaan douchen in de badkamer waar honderden lege potjes parfum uitgestald waren en die de geur, in combinatie met het oude interieur, van de kamer bepaalde. Het was een te unieke ervaring om te kunnen beschrijven. Je zou hier zelf eens een nacht moeten verblijven. Tegen 18u ging ik dan naar beneden om wat te praten en al gauw kwam ik te weten dat er een pelgrim een paar dagen geleden hier had overnacht die richting Vezelay ging. Dus met wat geluk zou ik ze kunnen inhalen en zou ik niet alleen zijn op de route. On vera! Na wat quiche, bloemkool met sla en patatten, kaastafel, pudding en een banaan ging ik dan naar boven om nog wat te lezen en te ontspannen om dan tegen 23u in slaap te vallen. Laat Frankrijk maar komen!!! Je suis prêt.
Om 7.30 eindelijk was het zover. Gordijnen open het eerste wat opvalt: nat nat nat maar toch kijk ik hier al 2 jaar naar uit en de toch kan eindelijk beginnen. Ontbijten ging nog wel wat moeizaam, maar zal dit gaandeweg wel leren. Yannick, Faya, Sam, Lenderd, Ralph, Dirk, Pat en mama stonden klaar voor een laatste knuffel of kus. Samen met Lenderd kon ik dan de eerste kilometers inzetten. Door het mieserende weer kwamen we aan de vlieghaven van Deurne de eerste persoon die riep Buen Camino!. Met een glimlach op ons gezicht volgde we de fietsostrade van Mortsel tot in Duffel. Een eerste foto bij de eerste kapel, en voor we het wisten waren we in Duffel. Hier ontmoette we dan Julie en wandelden we samen met haar tot aan het Fort van Duffel waar ik getrakteerd werd op een zalige kip met frieten en appelmoes, echte boerenkost. Hierna trokken Lenderd en ik vrolijk verder richting Mechelen. Aan het Compostellagenootschap nam ik afscheid van Lenderd en kreeg ik mijn eerste stempel. Ik werd ook voor de eerste keer uitgenodigd om iets te komen drinken bij het genootschap. Alle geluk ging ik op dit aanbod in want het zou me een goede slaapplek voor de volgende dag bieden (aangeboden door Dees van het genootschap). Hierna was het nog een uurtje doorbijten tot in Hofstade waar bij de zus Trui een warme douche, bed en pastagehaktovenschotel op mij stonden te wachten. Nog snel even de guilty pleasure Temptation Island meegepikt voor het slapen en kroop tegen 23u mijn bedje in (wat eens deugd deed omdat ik de laatste nacht maar 4u geslapen had). Een leuke en geslaagde eerste dag.
Dag 2: Hofstade-Heverlee: 28km
Verdomme, geslapen tot 16u althans dat dacht ik toch want dromenwereld had me wederom eens beetgenomen. Toch om 7.30 al uit bed gekropen om de zak in te laden en proberen te ontbijten. Ondertussen maakte Trui voor mij een lunchpakketje klaar, bokes met ei. Om 8.45 poseerde ik nog snel voor een foto en kon terug vertrekken. De dag zag er heel simpel uit. Zolang ik aan het kanaal (Dijle) bleef zou ik in Leuven uitkomen. Ik zette me in de buurt van Tildonk even op de grond om rond 11.30 mijn lunch te verorberen. Allegeluk had ik goed gekeken want was bijna in de hondenpoep gaan zitten (mensen zouden dit echt wat beter moeten opruimen). Losstaand van dit iets of wat wansmakelijk feit moet ik wel zeggen dat dit misschien wel de beste bokes met ei waren die ik ooit had gegeten -merci Trui-. Het enige wat tussen Tildonk en Leuven een probleem vormde was de continu draaiende wind die me af en toe wel eens van mijn wandellijn blies. Bij het binnenkomen van Leuven moesten de weergoden me nog even plagen door eens goed met de wind te draaien terwijl het goed doorgoot. Even de weg vinden in Leuven en kon even uitpuffen in de Sint Pieterskerk. Om 15u zette ik mijn laatste trek door tot in Heverlee waar ik bij het Don Bosco huis de nacht zou spenderen. Hier werd ik ontvangen door de directeur van het huis en kreeg door Dees (die al 2 keer in Compostella was geweest met de fiets) mijn kamer toegewezen. Even installeren, douchen, kleren wassen en drogen en voor het avondmaal nog een praatje slaan met Dees. Samen met hem dekten we de tafel voor de 6 andere broeders, waaronder 4 internationalen (vooral Azië). Ik mocht me hier goed laten gaan en had na een boterham met kipcurry, 2 tassen soep, 2 borden spaghetti, 2 pannenkoeken, een zoetje en een peer toch voldoende gegeten. Samen afruimen en afwassen en werd dan uitgenodigd om het avondgebed bij te wonen. De liederen en toonaard van de samen opgezegde gebeden straalde iets rustiek uit waar ik toch van kon genieten. Erna werd er dan gekeken naar het nieuws van 19u en deelde Dees en ik nog wat verhalen en ervaringen bij het eerste pintje van de tocht. Erna trok ik me terug in mijn kamer om de route voor morgen voor te bereiden en kon ik gerust mijn oogjes toe doen. Dag 2 was ook een succes (als het zo blijft gaan, zullen de komende weken voorbij vliegen, maar ik zal hier maar niet vanuit gaan).
Dag 3: Heverlee-Gérompont: 36km
Om 7u ging de wekker na een zalige nachtrust te hebben gehad in het huis van Don Bosco te Heverlee. Ik moest -het was uiteraard een eigen keuze- namelijk om 7.30 deelnemen aan de ochtendmis waar ik een pelgrimszegen ontving. Het deed wel iets met me, 10 mensen die samen voor mij aan het bidden waren. Erna konden we meteen aanschuiven aan de ontbijttafel waar de charcuterie en spek me egg rijkelijk aanwezig waren. Nog een beetje bijbabbelen, lunchpakket maken en de zak inladen. Nadat Dees me dan de weg had gewezen naar de Compostellasticker namen we afscheid en kon om 9.30 de tocht richting geplande Jodoigne ingezet worden. De zon straalde, ik had tonnen energie en was al tegen mezelf bezig dat ik de wereld aankon. Tussen de velden en beboste hoge bermen kwam ik dan aan in Meldert waar ik aan de kerk mijn bokes opat. Na een half uur gezeten te hebben sprong ik recht en zette ik de tocht verder naar Jodoigne. Eenmaal Hoegaarden gepasseerd kon ik de Ravel helemaal volgen tot in Jodoigne. Een ideale route om toch een een tijdritje te houden. 47 minuten voor 5 km, een goede 6,5 km/h. Om 14.30 kwam ik dan aan in Jodoigne en besloot dan toch nog wat verder te stappen omdat ik het te vroeg vond om een slaapplek te zoeken. Hop de Ravel terug op en na een half uur stappen begon de vermoeidheid toch in de benen te kruipen. Terugkeren ging niet want de broer had gezegd nooit terugkeren, altijd vooruit gaan. Na dan nog 1,5u gestapt te hebben besloot ik dan toch een slaapplek te zoeken. Verder ging echt niet meer. Het eerste geschenk van de camino -quote Dees- was toegekomen. Tis niet dat je je goed voelt dat niet onvermoeibaar bent. In Gérompont besloot ik dan everzwijnentochtstyle een slaapplek te vinden. Snel naar de kerk, even uitpuffen en dan elke deur afgaan. Deur 1, geen optie tot slapen of eten, deur 2 optie tot slapen en eten maar ze vertrok om 18u op reis, deur 3 deden niet open, deur 4 verwees me door naar iemand die de gsm nummer van de priester had. Dus hop naar deur 5 waar niemand open deed. Ik belde nog eens en plots riep er iemand aan de overkant van straat die vroeg wat ik nodig had. Ik heel mijn uitleg gedaan van slapen en eten en hij nam me mee naar deur 6. De man die me verder hielp bracht me dan terug naar deur 5, ging met zijn sleutel binnen en stelde me voor aan de ouders die blijkbaar net waren aangekomen. Ik kreeg echter wel geen nummer van de priester maar wel een warm bed, douche, toilet, drinken, taart en patatten met erwtjes/wortelen/bonen en 2 in sappig spek gewikkelde hamburgers. Ik werd hier op een enorme gastvrije vriendelijke maar toch wel luide manier ontvangen, uniek! Die avond keek ik wat tv met de man des huizes terwijl de vrouw naar de mis ging. We praatte wat over hoe technologie onze wereld overneemt en dat we niet genoeg met elkaar meer praten maar constant op de gsm of tablet bezig zijn en dat de mensen wat meer gewoon samen moeten komen. Het vreemste was wel het programma op La Une waar ze de duurste restaurants en hotels van de wereld lieten zien. Duurste hotel: New York, $75.000/nacht en duurste restaurant: Ibiza, 12 plaatsen, gemiddeld 1.750/pp. Swat toen de vrouw des huizes terug kwam, kookte ze wat voor mij, mocht ik nog even naar het thuisfront bellen en ging ik na een laatste babbel naar boven om de volgende dag voor te bereiden en te slapen. Ik wil nog wel snel zeggen dat ik ondervonden heb dat mensen je rap toch wel persoonlijke dingen meedelen zoals familiale situaties en dergelijke. Dag 3 was hard maar we leven nog.
Dag 4: Gérompont-Namen: 27km
I sing a little prayer om 7.30 dat je rustig wakker maakt, heerlijk gewoon. Wel geen goede super nacht gehad, maar dat vrolijkte me wel op. Om 8u kwam ik dan aan de ontbijttafel en kreeg meteen een warme chocolademelk voorgeschoteld. Snel wat half oud dik wit brood met smeerkaas en confituur eten en een lunchpakket maken. Op mijn tupperwarepot kreeg ik nog wat fruit gelegd en uit klungeligheid en hoeveelheid liet ik de appel toch wel vallen zeker. Nog even een foto en kon dan om 9u mijn tocht inzetten richting Namen. De weg was simpel, 25 km langs de Ravel. Een betonnen fiets/wandelweg. Gewoon macadam knallen. Het had vannacht gevroren want de plassen waren bedekt met een flinterdun laagje ijs, de omgewoelde velden waren steenhard en de zon schitterde op de bevroren dauw op de weilanden. De koude zou zeker een rol gaan spelen vandaag, dat merkte ik maar al te snel. Buff over de oren en kin, pet over de oren, kap over de pet en rits helemaal toe. Aan mijn hoofd kon niets meer aankomen. Enkel de loopneus die werd veroorzaakt door die snedige wind. Maar scouts als ik ben kon het dan toch niet laten om in korte broek te wandelen. De ijskoude wind gierde langs mijn benen en knieën en voelde het kleinste haartje recht op staan. Bijna bevroren, maar telkens de volle zon op me scheen ontdooide ze wat. Stoppen zat er voorlopig niet in. Onderweg kwamen de eerste succeswensingen van fietsers als wandelaars als joggers. Toen de wind wat was gaan liggen besloot ik snel op een bankje in de zon wat boterhammen te eten maar van zodra de wind terug wat kwam opsteken ging de rugzak op de rug en ging ik in één trek door tot in Namen. Ik kwam er dan al aan om 13.30 en kon pas bij mijn gastvrouw binnen om 16u. Ik besloot dan maar en stempel te halen in de kerk, even te bezinnen in de kathedraal en besloot dan om even te gaan schuilen van de schrille koude en mezelf te trakteren op een 2e hot chocolat van de dag. Om 15.30 vertrok ik dan naar mijn pelgrimshuis. Onderweg naar boven zag ik op de richel een huis staan en dacht bij mezelf hoe graaf zou da ni zijn als ge daar zou wonen. En wonder boven wonder, dat huis was het huis waar ik zou eten en slapen. Annemarie deed de deur open, kreeg meteen een koek en warme thee voorgeschoteld en werd vervolgens naar mijn kamer en privébadkamer gewezen. Kleren wassen, mezelf wassen en eens goed genieten van het uitzicht, prachtig. Tegen 19 u begonnen de 3 gangen menu:
Pompoensoep
Spek met bonen en puree à la Annemarie (dit recept zet ik op het einde van deze dag omdat ik dit echt wel goed vond)
Pudding
The
Samen de tafel afruimen en hop bedje in om nog even te skypen met het vriendinnetje en den broer. Tandjes poetsen en slapekes doen.
Recept puree à la Annemarie:
⅓ pompoen
⅓ aardappel
⅓ wortel
Dit alles samen koken (mag niet te plat zijn!)
Alles kruiden en samen pureren met paar eieren en mogelijk room