Een reis om nooit te vergeten! Reacties zijn altijd welkom en voor mij heel leuk om te lezen! Voor foto's: check mijn Instagram of Facebook pagina (Jens Willemse)
15-03-2017
Van Troyes tot Vezelay: 4 dagen, 135km
Dag 19: Troyes-Forêt-Chenu: 27,5km
Om 8u ging de wekker zodat ik samen met Fanchic en France-Odile kon ontbijten. Ik vond het al jammer dat dit mijn laatste ontbijt hier was Na wat boterhammen met confituur, kon ik mijn zak maken en afscheid nemen van deze zalige mensen. Ik nam ook meteen afscheid van Martine die juist beneden was toen ik op punt stond te vertrekken. Met toch wel een beetje pijn in het hart stapte ik de zon tegemoet en wandelde het eerste half uur langs Voie verte de Viennes waar ik een ouder koppel leerde kennen die toch een half uur hebben meegestapt. Na het tweede afscheid van de dag kon ik dan in de blakke zon mijn tocht verder zetten. Tussen de velden deed ik al snel mijn vest uit om verder te wandelen in mijn T-shirt. Fluitend, zingend, met hippe zonnebril en genietend van de zon kwam ik tegen 12u aan in Laines-aux-Bois waar ik een plekje zocht om miijn gisteren klaargemaakte spaghetti op te warmen. Het eerste huis was meteen het goede. Corine, de gastvrouw schonk me een Leffe uit in afwachting van de opwarmprocedure van de spaghetti in de microgolfoven. Om 13u kon ik dan mijn tocht verder zetten. Na nog geen 5 minuten kreeg ik een lift aangeboden tot boven aan de heuvel. Ik vond het nogal nen louchen type en zou de zon en heuvel op eigen kracht overwinnen. Vooraleer ik de forêts communale de laines aux boix et de bouilly moest ik toch even genieten van het goede weer tijdens het eerste bostoilet van de tocht. Putje graven, boodschap doen, afdekken, steen en takken erover en klaar is kees. Een paar gram lichter kon ik het bos induiken voor de komende 10km. En wat voor een bos, och jongens wat een bos was dat, en in dat bos daar was veel mos, van dat prachtig mos dat alles bedekte. En op dat mos daar waren veel vlinders en vogels, och jongens wat een mooi en levendig bos was dat. De laatste 5km die ik dan moest afleggen was weer in de blakke zon en begon mijn rechter steunzool lastig te doen. Na een paar keer gestopt te hebben en proberen goed te steken kwam ik dan toch aan in Forêt-Chenu waar ik een klein eigen huisje kreeg toegewezen. Na een ijskoude douche (warm water werkte niet) besloot ik dan als een klein en eenzaam kind naar het huis te stappen om te vragen of ik misschien iets mocht drinken met hen omdat het maar saai was alleen in mijn klein huisje. Geen probleem natuurlijk en kreeg een lekker aperitiefje aangeboden. Na de groentesoep, aardappelomelet, kaas en yoghurt kon ik dan tegen 22u rustig mijn bed inkruipen en de rust verzorgen voor de volgende dag.
Dag 20: Forêt-Chenu-Roffey: 32km
Na een niet zo schitterende nacht stond ik om 8u op om iets te eten en klaar te maken voor de middag. Na het inladen van de zak, het afscheid nemen van de gastvrouw kon ik tegen 9.15 vertrekken. Het beloofde weer een speciale dag te worden. Na nog geen 5 minuten stappen sprongen er vrolijk 3 reeën over de weg (geen 10 meter van me vandaan). Na een uurtje gestapt te hebben begon ik het al aardig warm te krijgen en de zon deed daar ook geen goed aan. Softgel uitdoen en zalig in de T-shirt verder wandelen. Het was een enorm mooi en afwisselend parcours. Gewone bossen, bossen met een grastapijt en witte bloemen (geen mei-of sneeuwklokjes), weilanden, macadam, dorpen, stijgen, dalen, plat,... hielden het wandelen boeiend. Drie kilometer voor Ervy-le-Châtel stond ik oog in oog met een woest en wild dier. Een moordlustige wolf stond tussen mij en de weg, maar ik moest verder gaan. Veilig achter mijn stokken dreef ik de hond terug op zijn domein. Oké, ik heb misschien een beetje overdreven maar het was wel een vrij agressief blaffende Duitse Herder. Ik ben wel blij dat hij niet op me afkwam, maar had mijn stokken toch veilig voor me uitgestoken. Eerlijk gezegd had ik er wel wat bang van, maar niet doorvertellen hé! Aja, dit is een openbare blog Aan iedereen dus: ik was wat bang op die moment. Een honderdtal meter erna besloot ik dan in een gite even uit te puffen en mezelf uit te nodigen. Een thee en 3 krokante grannykoekjes gaven me de energie om verder te gaan tot in Ervy-le-Châtel. Hier ging ik dan op zoek naar de supermarkt om zonnecreme en een stuk fruit te kopen. Eerst even een ¾ stokbrood met hesp en een chocoladebroodje binnenspelen en dan in de Atac supermarkt nog 2 ronde rozijnenkoffiekoeken en 2 bananen aankopen om mijn lunch te vervolledigen en maag te vullen. Ik moet wel eerlijk toegeven dat ik het een rare naam vind voor een supermarkt, maar ik zou al snel te weten komen waarom deze zo heet. Bij het verorberen van mijn koffiekoeken was ik under attack... Een wilde dingo had geroken dat ik aan het eten was en begon rond me heen te cirkelen. Hij was niet zo eng als de wolf van voorheen maar kon toch niet op mijn gemak eten. Ook hem, trouwens gewoon een middelgrote witte hond van kweetniwelkras, kon ik verdrijven met mijn stokken. Even ter zijde voor de hondenliefhebbers onder jullie. Ik heb de honden nooit aangeraakt of pijn gedaan. Ik heb op de grond voor hen liggen tikken zodat ze naar achter gingen. Eenmaal de hond verdreven was, kon ik me snel even insmeren met zonnecreme en terug de weg vervolgen naar Roffey. Wederom een heel afwisselend landschap en was blij af en toe tussen de bossen te lopen omdat de zon toch vrij fel aan het schijnen was. Wat hier wel enorm leuk was, was de aanwezigheid van de vele dieren. Kikkers die in de plassen. wegsprongen, spechten die de bomen als trommels gebruikten, vlinders die weer fladderend meezweefden maar het strafste bleven de 6 gigantische buizerds. Op het moment dat ik even moest toegeven aan mijn blaas, hoorde ik een krijs boven me. Ik keek naar de plek van het geluid en zag 6 buizerds als aasgieren boven me rondcirkelen. Ik was allegeluk nog springlevend dus aan mijn karkas konden ze nog niet beginnen. Vlak voor La Chapelle Vieille Forêt was mijn derde ontmoeting met een duivelshond en dacht dat de buizerds misschien nu wel meer geluk zouden hebben. De hond sprong over zijn hek (en dat is geen mop) en probeerde me terug te drijven. Ik liep rond hem heen, probeerde het niet in mijn broek te doen en klopte met mijn stokken op de grond en had op deze manier de derde hindernis van de dag overwonnen. Nog een uurtje langs het kanaal wandelen en kon dan om 17u eindelijk aankomen in Roffey. Een zalige douche bracht me er weer helemaal bovenop en kwam ineens tot het besef dat geen van mijn schenen zeer deden of lastig hadden gedaan vandaag. Maar ik weet al te goed dat ik best kan afwachten tot morgen. Ik kreeg dan een tas soep (die niet super lekker was) voorgeschoteld en mocht daarna eindelijk mijn ravioli opeten. Ik had namelijk in Reims een pot van 800 gram gekocht en was zo blij deze eindelijk te kunnen opeten. Met een volle maag schreef ik dan rustig deze blog bij, ordende mijn foto's en ging om 21u slapen omdat het morgen weer een lange dag zou worden.
Dag 21: Roffey-Cravant: 42,5km
Pff, om 7u ging de wekker omdat ik een lange dag voor de boeg had. Ik hees mezelf uit bed om tegen 7.30 te kunnen ontbijten, wat me trouwens beter en beter lukt (3 chocoladebroodjes, een croissant, een banaan en een mandarin). Om 8.45 kon ik de mist trotseren om de eerste kilometers in te zetten. De voormiddag verliep moeizaam. Ik kon me niet goed oriënteren en al gauw liep het op de 21e dag mis(t). De eerste 6 kilometer werden er al rap 9 en na Vézannes juist vant zelfde. Een verkeerde weg ingeslagen en weer een kilometer erbij. Bunkerend dwars door de omgeploegde velden kwam ik dan terug op de route uit. Tegen 12u kwam ik dan aan in Chablis waar ik wat inkopen deed en mijn maag goed vulde met een megabroodje kaas ham. Hier begin ik ook al eens te kijken waar ik zou gaan slapen. De zon was erdoor gekomen en besloot daarom wat kilometers te maken. Nog ongeveer 20 kilometer tot in Cravant had ik me voorgenomen. Het eerste stuk zag er wel veelbelovend uit op de kaart. Heel veel bos was het verdict. Maar al gauw zou ik iets heel anders ondervinden. Het waren wijngaarden dus er was nergens beschutting voor de opkomende felle en brandende zon. Er toch van genieten en onderweg eens bellen naar het gemeentehuis van Cravant om eens te horen voor een slaapplek. Geen priester of parochie in de stad, geen particulieren maar wel een goedkoop hotelletje. Ik besloot dat dan maar vast te leggen. Na 42km te stappen mag ik mezelf al eens belonen. Tussen de wijngaarden, op en af in de blakke zon kwam ik in Saint-Cyr-Les-Colons aan waar ik me toch in de schaduw van de kerk zette om wat af te koelen en een koekje te eten. Om 15u kon ik mijn tocht dan verder zetten richting Cravant. De hitte was een beetje gaan liggen, maar het zonnetje deed nog steeds zijn werk. Uiteindelijk kwam ik dan toch tegen 16.45 aan in een verlaten hotel. Niemand aanwezig, alle deuren toe en alles zag er een beetje krakkemikkig uit. Na 45min te liggen rondzoeken naar de eigenares of een gsm-nummer kwam er dan toch iemand aan en werd ik het precies vervallen hotel rondgeleid. Ik kreeg mijn toch wel chique kamer toegewezen waar zelfs de kleine zoon van de eigenares naar de wc wou gaan. Juist op tijd kon ze hem tegen houden en kon ik een douche nemen en al mijn kleren eens wassen. Rap een 2e groot broodje van de dag naar binnen spelen en wat skypen met het thuisfront. De blog wat bijwerken, foto's ordenen en dan tegen 23u bedje in. Even een kort intermezzo, vandaag voor de eerste keer in mijn leven een marathon gelopen/gewandeld. Ben er wel trots op en nog iets wat op mijn bucketlist kan schrappen. Nu nog skydiven, Mongolië, IJsland en Nieuw-Zeeland bezoeken.
Dag 22: Cravant-Vezelay: 33km
De dag begon voor mij om 8u met wederom dezelfde rituelen; wc, eten, zak inladen en mezelf het goede pad opsturen. Om 9.20 verliet ik het hotel en kon al gauw beginnen zweten. Recht de heuvel op, zonder enig bochtenwerk. Erna recht de heuvel af. Ik was blij dat dit maar een 4 kilometer was, anders zouden ze mij kunnen uitwringen. Het volgende stuk tot in Saint-Moré was prachtig. In een groot bos langs de rivier kronkelen over helling van de heuvel. In Saint-Moré at ik dan mijn koude pot ravioli op, allée, hetgeen wat er in zat (de pot gooide ik in de vuilbak). Een paar prinsenkoeken als dessert en kon vertrekken richting Vezelay. Gewoon wat door de bossen en tussen de velden, niets speciaal op zich, maar vanaf Les Herodats gebeurde er iets magisch. In de verte zag ik een kerk staan op een eenzame heuvel. Neen, het was niet Erebor of The Lonely Mountain, maar het was de kathedraal van Vezelay. Ik wist niet wat er gebeurde, ik liet mijn stembanden eens goed gaan en begon te juichen alsof mijn toch erop zat. Misschien komt dit omdat ik mijn tocht in 3 grote stukken had verdeeld (tot Vezelay, tot Saint-Jean-Pied-du-Port en tot Compostella). Het volgende stuk ging stijl naar beneden via een pad van veel losliggende keien, maar dat hield me niet tegen. Ik liep, of beter gezegd stortte me naar beneden met een gigantische glimlach op mijn gezicht. Eenmaal beneden bleef ik dan lopen tot ik opeens in de verte 2 rugzakken zag stappen. Ik besloot dan terug op staptempo verder te gaan en haalde ze al gauw in. Het waren 2 oude pelgrims die van Parijs naar Vezelay stapten. Ik had de indruk dat ze de laatste kilometers op zichzelf wilden stappen, dus na een korte babbel liet ik er achter me. Achter elke bocht, boom en huis werd de kathedraal van Vezelay groter en groter tot ik aan de voet van de heuvel stond en enkel het bospad kon zien dat richting de top leidde. Ik vloog, alle stapte heel snel, als een razende naar de top en kwam om 15.30 aan op het plein voor de kathedraal. Er verscheen een glimlach op mijn gezicht en kon enkel vol bewondering naar de kathedraal kijken. Ik zette me op een bankje en al gauw kwam ik in contact met enkele toeristen. Even een kijkje nemen in de kathedraal en dan toch maar zoeken naar een slaapplek. Zo kwam ik dan terecht in nonnencentrum Saint Madeleine. Een grote slaapzaal, op het tweede verdiep met een ouderwetse draaitrap, met 11 bedden, 1 douche en 1 wc, helemaal voor mij alleen. Lekker ontspannen, douchen en kleren wassen en kon iets gaan zoeken om te eten. In het lokale supermarktje kocht ik wat groenten en andere spullen en zette deze af in het centrum. Voor ik om 18u zou deelnemen aan de liederen en mis zette ik me voor de kathedraal in de ondergaande zon om wat persoonlijke ervaringen neer te pennen. Maar toen een paf van op het plein achter een auto en vlak voor mijn neus viel er een duif dood op de grond. Noch ik, noch de andere toeristen snapte wat er gebeurde maar al gauw werd het duidelijk dat hij van de ongediertebestreiding was en het recht had duiven neer te schieten die de kathedraal -sorry voor volgende woordkeuze- willen onderschijten. Tegen 18u ging ik dan naar de mis waar ik vanalles voelde dat ik amper kan beschrijven. Ik kan alleen maar zeggen dat ik tijdens de waanzinnig mooie liederen die de broeders en zusters zongen een paar tranen moest laten. De reden hiervoor weet ik niet, het waren geen tranen van geluk, geen tranen van verdriet, maar misschien tranen van onverklaarbare afkomst. Misschien wel de mooiste van allemaal. Na een mis van 1u15 kon ik dan toch beginnen koken. Pasta, eieren, 2 tomaten, een courgette en tonijn allemaal bijeen gekapt en smullen maar. Niet meteen haute culinaire, maar het vulde mijn maag. Tijdens het eten kwam er een oude man binnen, Jacques, een praatje slaan. Hij was al 4 keer naar Compostella gewandeld, een keer van Bretagne naar Istanbul, tochten in Korea, China en Japan en ging morgen beginnen aan een volgende tocht richting Lourdes. Chapeau! Tegen 21u besloot ik mijn kamer dan op te zoeken en na het avondritueel te gaan slapen. Hopelijk zou de nacht even magisch worden als de dag.