Ken je het? Een drukke dag op het werk, thuiskomen, theetje zetten, heerlijk douchen met een weldadig schuimende douchegel, heerlijk voedende bodycreme, lekker zittende homewear aan, en heerlijk relaxed zijn tegen dat het bedtijd is... Als je een winkel binnenkomt, overvalt je een gevoel van weldadigheid, zachte muziek, heerlijk kopje thee aangeboden door een perfect opgemaakte jongedame. Geen verkooppraatjes, maar welgemeend advies van wat je wel moet gebruiken om je dagelijkse routines om te zetten in rituelen... Ik heb voor dit merk gewerkt, met enorm veel plezier, met enorm veel enthousiasme. Als shopmanager, leidinggevende functie. Een merk, dat mij nauw aan het hart lag, omdat ik mezelf erin herken, omdat mijn uiterlijk het merk vertegenwoordigde... Elke dag opgemaakt, alsof ik een galabal had, nageltjes perfect gemanicuurd, haren mooi opgestoken. Omdat ik van het merk houd, maar ook omdat het bij de voorwaarden van je contract hoort. Voor deze functie heb ik een kinderopvang gesloten, voor deze functie hebben wij een vierde kind uitgesloten voor deze functie leefde ik dag en nacht. Ik niet alleen, samen met mij, vele andere collega's die andere winkels leiden. Collegialiteit was er met hopen, voorstellingen van nieuwe producten werd steeds opnieuw een feestje om naar uit te kijken. Maar plots wordt een klein merk groot, gaat het snel, misschien wel te snel. Voorwaarden worden eisen, eisen worden waarschuwingen. Collegialiteit was er nog steeds, maar het aangename tetterke werd af en toe een klaaguurtje. Soms was het moeilijk, voldoen aan de nieuwe eisen. Maar je doet het, omdat je van je job houdt, omdat je je job niet als job beschouwt, maar als een kindje, waarin je al je energie steekt. Nieuwe eisen, strengere eisen, hogere targets, aan alles voldeden we... We, omdat je dat niet alleen doet, je bent een team, assistent manager, salesmanagers, regioverantwoordelijken. Hogere bonbedragen, hogere verkoop, meer klanten trekken, goede mysteryshopresultaten, meer eisen van hoe je de klanten benadert, hoe je ze overtuigt, en hoe je ze behandelt. Elke zin die je zegt, hoort bij het verplichte scenario, en steeds meer ben je het ideale uithangbord, steeds minder ben je jezelf... Je gaat ervoor, je leeft ervoor, je offert er alles voor op. Je doet je administratie van thuis uit, zodat je meer in de winkel staat, bij je team, bij de klanten, die je ondertussen kent van gezicht, waarvan je weet welke geuren zij graag hebben, zodat je perfect inspeelt op hun behoeftes, terwijl je minder tijd aan hen besteedt, waardoor je weer meer tijd hebt om andere mensen in de winkel te krijgen, die dan op hun beurt weer klanten zullen worden... Je gaat ervoor, en elke dag wordt je wat meer vermoeid, heb je wat meer moeite met kleine dagdagelijkse dingen. En toen kwamen er geruchten, en roddels, niet van de collega's, wel van mensen die bij je in de winkel staan, die je vertrouwt, die bij je team horen... Tot op een dag, dan rijd je naar huis en vraag je je af, als ik met deze snelheid tegen die boom / paal / andere auto rijd, ben ik dan dood? Diezelfde rit, bel je naar je partner, die op dat moment in de volle avondspits thuis bezig is, (kinderen eten geven, wassen, huiswerk begeleiden) en kan je enkel huilen. Niet meer kunnen slapen, niet meer uit je bed kunnen. Huilen omdat je geen kleingeld hebt voor de parkeermeter, huilen voor alles. Naar de dokter gaan, omdat je denkt dat je een ijzertekort hebt, want je bent moe, moe, moe. De dokter schrijft je rust voor, 2 maanden en vermeld voorzichtig "burn-out". Je wilt lachen en zeggen, "dat is niet voor mij hoor!" maar het enige dat je kan, is huilen. Dus huil je... Twee maanden later, ga je werken, niet omdat je er klaar voor bent, want dat was je nog niet... Je gaat werken, en verbijt de tranen, want dat is het enige dat je die 2 maand hebt gedaan. Je gaat werken, want je krijgt telefoon van je hoofdkantoor: "je winkel gaat achteruit, dat is jouw verantwoordelijkheid" "je bent geen goede shopmanager, want bij een goede shopmanager loopt alles perfect, ook al ben je niet aanwezig" "je bent geen goede shopmanager, want je laat je eigen team in de steek" Je gaat werken, want je houdt van je job, en je wilt niemand in de steek laten. Je gaat werken, omdat er geruchten zijn dat iemand, die je vertrouwt, op je postje aast. Je gaat werken, omdat je wilt bewijzen dat je wel goed bent in je job. Je gaat werken, hoewel je er niet klaar voor bent. Na twee weken komen opeens de mensen van je hoofdkantoor in je winkel binnen en krijg je je ontslag. Omdat je ergens een fout hebt gemaakt, omdat je niet meer voldoet aan de lange waslijst van eisen. Mensen die je vertrouwt, in je eigen team krijgen promotie en steken je het mes in de rug. De job die je zo graag doet, wordt ineens de aftrap naar een zwart gat. Een gat, dat zo diep is, dat je het daglicht niet meer ziet. Een gat, dat aan je zelfvertrouwen knaagt, aan je vertrouwen in de mensheid.