Om 5u uit
de veren en om 6u zitten we al in Janis voor een lange rit naar Windhoek. We rijden wel eerst nog 4 uurtjes
door Etosha van Halali naar Namutoni.
Onderweg zien we het red hartebeest, blue wildebeest, neushoorns, giraffen,
zebras, struisvogels, gemsbokken, antilopen en last but not least .. een
luipaard. Hij ligt stilletjes in een boom en we denken dat hij zich klaarmaakt
voor een aanval, maar na 5 min. is hij het geklik van de cameras beu en houdt
hij het voor bekeken. (letterlijk en figuurlijk!)
Bij een
drinkplaats krijgen we nog eens een mooie verzameling te zien met drinkende
giraffen als extraatje en dan rijden we naar de pan. Dit is een enorme witte,
zoutvlakte van 165km op 35 km die af en toe nog onder water komt te staan. Wij
trekken onze haren uit ons hoofd omdat onze camera niet meer werkt en we hopen
vlug een oplossing te vinden. We trekken nog wat groepsfotos in de pan
(=zoutvlakte) en nemen afscheid van Etosha. Zeker de moeite waard om gezien te
hebben
Na de lunch
rijden we verder en het wordt, zoals voorspeld een lange eentonige dag. Hekken
hekken hekken. Zo ver het oog reikt, flankeren ze de rechte wegen waarop we
urenlang voortgaan. De afgelopen decennia zagen de Bosjesmannen hoe die duizenden
kilometers hekwerken werden geplaatst op hun vroegere jachtgronden, om het wild
van de wegen weg te houden.
Moe komen
we in hotel Safari in Windhoek aan. Windhoek is de hoofdstad
van de Republiek Namibië. De stad ligt in het midden van het land, op een
hoogte van circa 1650 meter en heeft een inwonertal van rond de 230.000 (2004).
Vlug een
douchke en dan rijden we met Janis naar een typisch Afrikaans restaurant waar
we een spies met krokodil, kudu, gemsbok, struisvogel en springbok eten. Het is
de laatste avond dat Krista en Eva (de Oostenrijkers) erbij zijn.
De fotos
hieronder zijn van Kasha (de Poolse) vermits ons toestel kuren heeft.
Accommodation:Two per Room: Hotel Safari
www.safarihotelsnamibia.com/home.html
Day 12/13
- vrijdag 16 en zaterdag 17 juli 2010Namibia -Etosha National Park
s Morgens vlug ontbijten en dan om 9u een
bezoek aan de nomadische stam van de
Himba (Ovahimba) De Himbas leven in het noordwestelijk deel van Namibia
in de regio Kunene.
Het is een droog en onherbergzaam gebied en is bovendien moeilijk toegankelijk.
Het aantal van de nog levende Himbas wordt
geschat op 15.000. Het is een volk van veehoeders. Zij zijn nauw verwant aan de
Ovazemba en de Herero
en hun taal Zemba gelijkt sterk op Otjiherero, de taal van de Herero.
De Himba zijn in feite afkomstig uit Botswana.
Die Himbas worden beschouwd als de voorouders van de Herero. Hun kleding
verschilt door de vele contacten die de Herero hadden met Europeanen. Begin
vorige eeuw al gingen de vrouwen zich in 'Victoriaanse look' en met veel
onderrokken kleden. (kijk naar de fotos van gisteren: die vrouwen met de rare
hoeden die kleurrijke poppetjes maakten).De Himba dames dragen alleen 'iets wat op een rok lijkt'
In tegenstelling tot de Herero hebben de Himba weinig gemerkt van koloniale
bezettingen.
Zij leven nog heel traditioneel en zijn amper gekleed maar zij lopen al wel op
sandalen die gemaakt worden uit autobanden. Nee, nee zij hebben het niet
gezien op een van die documentaires over Zuid-Afrika i.v.m. de wereldbeker!!
De vrouwen versieren zich met mengsels van kruiden, oker en vet, die hen een
roodbruine huid geven. Niet zozeer voor de schoonheid, maar vooral om zich te
beschermen tegen de warme zon. Zij besteden veel tijd aan het opsmukken van
elkanders haartooi. Mannen dragen meestal een zwarte doek rondom het hoofd.
Mannen mogen water gebruiken om zich te wassen, vrouwen niet.
De vrouwen en kinderen laten zich graag door ons fotograferen, in ruil voor wat
olie, bloem en suiker dat we kochten in een supermarkt. De kinderen zijn
dolgelukkig met de ballonnen en de snoepjes die we hen geven.
Hun rustige levenswijze komt echter in het gedrang omdat de overheid ook de
infrastructuur in Kaokoland wil moderniseren en zij voorbereidingen treft voor
een nieuwe Epupa dam op de Kunene.Hierdoor
zouden historische plekken en begraafplaatsen van de Himba bedreigd worden.
Zelfs enkele dorpen zouden onder het water verdwijnen.
Vrouwen melken de dieren en zorgen voor de kinderen, brengen water naar het
dorp en bouwen de hutten. Een vrouw verzorgt ook de kinderen van andere moeders.
Als de Himba's ongeveer 10 jaar oud zijn worden de twee voortanden in de
onderkaak, eruit geslagen met een stok en een steen, dit is natuurlijk erg
pijnlijk, maar hoort bij hun tradities.
Jonge meisjes hebben hun haar in twee vlechten aan de voorkant van hun
gezicht, als de meisjes puberteit bereikt hebben, vlechten ze hun haar in
verschillende staartjes(erembe), die daarna ingesmeerd worden met het
geitenvet met oker. De vrouwen die getrouwd zijn, dragen ook nog een kleine
kroon van geitenvel op hun hoofd. De kleren worden onder andere gemaakt van de
verschillende huiden van de koeien en geiten, die geslacht zijn.
De besnijdenis is beperkt tot de jongens en
gebeurt voor het begin van de puberteitsjaren.
Sieraden, kleren en haardracht zijn erg belangrijk voor de himba's. Als
deel van traditie dragen ze de verschillende sieraden en kleren. Ook jonge
kinderen lopen al rond met verschillende sieraden. De verschillende sieraden
worden gemaakt van schelpen, leer en koper. De sieraden geven de positie in de
groep aan en ik welke fase van hun leven ze zijn. Het belangrijkste sieraad
voor de vrouwen is de Ohumba, een witte schelp die aan een ketting tussen hun
borsten hangt. Op het einde van onze toer door het dorp koop ik zo Ohumba. Dat
deze mensen nog zo kunnen leven is onvoorstelbaar.
Van hier rijden we door naar Etosha NP dat ruim 22000 km2 groot is. Ten tijde
van de oprichting (100 jaar geleden) was
Etosha bijna 5 keer zo groot en toen het grootste park ter wereld. In
1970 werden gebieden gecreëerd voor de verschillende bevolkingsstammen. Zo
ontstond o.a. het Ovamboland (het oude noordelijke deel van Etosha). Er
werd een lang hek gebouwd om de dieren binnen het park te houden. Hierdoor
werden bepaalde looproutes onderbroken, waardoor sommige diersoorten bij
droogte niet meer naar vochtigere gebieden konden trekken. Om het watertekort
op te vangen werden er drinkwaterplaatsen aangelegd.
Het
park bestaat voor bijna een kwart uit de Etoshapan. Dit is een grote, witte,
kale zoutvlakte die soms onder water komt te staan. De Etoshapan is niet
toegankelijk voor het publiek.
In
het park liggen drie restcamps. In het oosten ligt Camp Namutomi, in het midden
Camp Halali en wij slapen de eerste nacht in het zuidwesten in Camp Okaukuejo, dat
het grootste van de kampen is. De weg daar naartoe is al een gamedrive want onderweg
stoppen we om iedereen de kans te geven om fotos te nemen van: zebras, springbokken,
Black Backed Jackal, Bat Eared Fox en Damara Ground Squirrel Johannes stopt zelfs
voor vogels zoals: Secretarybird,Ovambo sparowhawk, Kori bustard,
Yellow-billed hornbill en een Marabou.Het is fantastisch om s avonds bij het camp
te genieten van de dieren bij de verlichte drinkwaterplaats. We moeten juist
voorzichtig zijn dat we geen jakhalzen op de tenen trappen, want die graven
onder de omheining door. De nachten zijn hier nog fris en de sterrenhemel is
zoals overal in Afrika AMAZING.
Zaterdag vertrekken we om 6:30 uur voor een gamedrive. Juist buiten het park staat er een olifant:
de eerste van vele. De bosjes hier zijn laag en de giraffen zie je dan ook al
van verre overal boven uit steken. We zien Jackhals en Blue Wildebeesten maar
we moeten rond 9u terug in het kamp zijn voor het ontbijt en om onze bagage op
te laden. Voor we instappen, wisselen we nog vlug van lens maar als ik ons
fototoestel wil opzetten, gebeurt er niets, zelfs niet na verschillende
pogingen. Een ramp: we kunnen nu nog enkel fotos trekken met een klein
toestelletje. Wat verder liggen onder de bomen achttien leeuwen. Een mannetje
met wat vrouwtjes en jongen. Ze liggen volgevreten te slapen in de schaduw en
soms wordt er eens een kop opgelicht om de hinderlijke toeristen in de gaten te
houden. En ik kan ze niet fotograferen . Kasha (de Poolse) heeft hetzelfde
toestel als wij en we geven haar onze lens in ruil voor de fotos die zij
maakt. Voor de rest zien we de gebruikelijke springbokken, gemsbokken,olifanten, zebras en ook kudus, impalas en
enkele warthogs.Rond 16u komen in Camp
Halifa aan waar we onmiddellijk lunchen. Voor de rest van de dag zijn we vrij
en Jean tracht op allerlei manieren om het fototoestel terug aan het werk te
krijgen maar alle pogingen mislukken. De teleurstelling is groot, want we
zullen het de volgende dagen zonder moeten stellen. Bij de waterplas aan het
Camp staan tien vrouwtjesolifanten waaronder een heel kleintje. Na het diner en de briefing wandelen we in het
donker nog eens tot aan de verlicht plas maar er niets te zien. Terwijl we nog even genieten van de
sterrenhemel voelt Jean gekriebel van vliegen, in zijn haar en nek. Iemand
neemt een grote wandelende tak uit zijn nek, een geluk dat het niet bij mij was
want ik zou het besterven. Nu vlug naar ons bed, want morgen moeten we al om 5u
opstaan.
Day 12- vrijdag 16 juli
Accommodation: Two per Room: Okaukuejowww.nwr.com.na/okaukuejo_camp.html
Facilities:
En-suites, bar, shop, swimming pool
Route:
Khorixas to Etosha National Park ±270 km
Travel
time: ±3-4 hrs
Day 13- zaterdag 17 juli
Accommodation: Two per Room:
Halaliwww.nwr.com.na/halali_camp.html
Day 11 - donderdag 15 juli 2010Namibia - Khorixas -Himba Tribe
Wij rijden om 7u30
bij Dunedin Star weg om langs de Skeleton Coast naar het Noorden te rijden. De
Skeleton Coast dankt zijn naam aan de vele schepen die er zijn vergaan. We
volgen de kust nog een klein stukje We zetten koers naar Uis. Op weg daar naar
toe zien wij de Brandberg. De hoogste berg van Namibie die zo heet omdat het
laatste puntje dat bij zonsondergang nog verlicht wordt er dan uitziet alsof
het in brand staat. Eenmaal in Uis blijkt dat wij niet zo heel veel kunnen doen
behalve wat water kopen in een supermarktje.
Langs de baan
staan mannen die bergkristallen verkopen en wat verder stoppen we bij een paar
kraampjes waar de Hereravrouwen hun spulletjes verkopen.Het zijn vooral heel kleurrijke poppetjes
waar ze veel Namibische dollars voor vragen. De dames zelf zien er ook leuk uit
en als ze naar de foto mogen kijken dan laten ze zich graag fotograferen.s Middags wordt de lunch in de schaduw van
een boom genuttigd en onmiddellijk komen er een paar zwartjes die wat verder
bij een kraampje zaten, een nieuw stalletjes opzetten, juist achter onze
eetplaats. Ze wachten geduldig tot we gedaan hebben met eten en proberen dan
hun prulletjes aan ons te verlappen. Jean en ik hebben tot nu toe nog geen geld
uitgegeven, want we zullen er anders nog lang moeten aan dragen. Om 16u komen
we aan in Khorixas. We krijgen elk een leuk huisje als verblijfplaats. De
anderen gaan aan t zwembad liggen, maar wij wandelen door de bedding van een droge
rivier. Veel leven is hier niet te zien. Na het avondeten mag de groep van 7
Spanjaarden en een Poolse die erbij gekomen zijn, zich voorstellen. Kascha (de
Poolse) heeft een Canon 50D bij en ik ben dus niet langer de enige fotograaf!!!
We trekken vroeg naar ons bed, want wij worden moe van al dat gehots in Janis.
Accommodation: Two per Room:www.nwr.com.na/khorixas_lodge.html
Day 9/10 - dinsdag 13 en woensdag 14 juli 2010Namibia - Swakopmund
Dinsdag vertrekken we om 7 uur richting Swakopmund.Het is nog zo koud buiten dat we ontbijt uit het vuistje krijgen in de kamer van Julie en Jolandy. Hoe ze t doen, weten we nog niet maar het is telkens een verrassing en lekker.
Johannes zegt dat deze rit tot Walvisbay over grindwegen zal gaan. Net alsof dit nieuws is! We rijden al dagen voor het grootste deel over dit soort wegen.We zien de rode duinen nog in de verte liggen en rijden terug door het Namib Naukluft NP.
In the middle of nowhere van de oudste woestijn ter wereld ligt Solitaire, een gehucht van niks. Daar zijn ze; de benzinepomp, de dode boom, het restaurant met de open ramen en de hooggeplaatste watertanks. Dit is een ooit van-God-verlaten oord maar sinds de Lonely Planet de apfelstrudel van de restauranthouder roemt (the best in Africa, dont just take our word for it), is Solitaire Solitaire niet meer. Het wemelt er van de landrovers en safaribussen. En een kakofonie van stemmen verjaagt de stilte. We genieten van de apfelstrudel en lokken de wevers en andere vogeltjes met onze kruimels. Wat verder kruisen we de Steenbokskeerskring (the Tropic of Capricorn) waar we natuurlijk stoppen om fotos te nemen.
We trekken verder richting kust en Namib Desert.Deze woestijn ligt tussen de Kuiseb en de Swakop rivier en bestaat overwegend uit een grote gravel vlakte. In dit gebied zijn vegetatie en leven schaars, maar we zien wel struisvogels, springbokken, gemsbokken en een aantal grootoorvossen (bat eared foxes).
De Welwitschia Drive ligt in het noorden van de woestijn en brengt je langs tal van welwitschia planten. Deze plant groeit in de dorre gravel vlakten van de woestijn. Vroeger dacht men dat deze plant wortels had die tot honderd meter diep in de grond op zoek gingen naar water, maar nu blijkt dat de wortels van deze plant zelden dieper dan drie meter steken. Zijn vocht haalt hij vooral uit de morgendauw die op zijn bladeren blijft liggen. De plant heeft maar twee lange bladeren die na verloop van jaren door de wind worden verscheurd. De plant groeit zeer traag en kan wel tweeduizend jaar oud worden, vandaar zijn Afrikaanse benaming tweeblaarkanniedood. Net voor we de Namibische woestijn inrijden, komen we aanMoon Landscape. Deze heuvels die sterk onder de erosie lijden, doen denken aan een maanlandschap.
Vanuit de Namib Dessert rijden we zonder overgang Walvis Bay in.Deze stad ten zuiden van Swakopmund is vooral een havenstad die minder in trek is bij toeristen. Maar voor de kust komen tal van watervogels waaronder honderden flamingos en pelikanen samen. Net buiten de stad op weg naar Swakopmund ligt Dune 7. Deze zandduin wordt vaak gebruikt om te sandboarden. Jan en Elke zullen hier vorig jaar zeker hun hartje opgehaald hebben. Swakopmund is in trek zowel bij buitenlanders als inwoners van Namibië die uit het drukke Windhoek hier hun weekend of vakantie doorbrengen. Veel is hier niet te beleven. Je kan wandelen langs de kust en genieten van het lekkere seafood dat hier wordt geserveerd. Baden in de Atlantische Oceaan is niet echt aangeraden, want het water is hier koud en onstuimig. s Avonds gaan we uit eten in een restaurant. Ze hebben lekkere visschotels, maar die moet je met twee nemen en Jean zijn oogjes blinken als hij de kudu op het menu ziet staan. Mijn beurt komt nog wel. Na het eten nemen Julie en Jolandy ons mee naar een bar waar gedanst wordt. We drinken het nationaal dranken (iets in de zin van Bailies) en betalen maar 4 euro. Jean kijkt hoe wij dansen en na een uurtje laten we rijk maar aan de jongen en gaan in ons kamertje nog wat aan onze blog schrijven.
Woensdag morgen worden we samen met Eva en Christa opgepikt in ons Guesthouse Dunedin Star om 2 uur te gaan Quad biken. Jan zijn raad bleek een goede te zijn: het was SCHITTEREND. De duinen, de snelheid, het zicht,.... Nu vlug gaan eten en dan trekken we onder ons tweetje het stad in op zoek naar internet.
Jan ..... Als jij in Maleisie een blog bijhoudt, laat me dan weten waar ik hem kan vinden.
Accommodation: Two per room: Either: Villa Wiese Guesthouse www.villawiese.com or
Dunedin Star Guesthouse www.dunedinstar.com
Facilities: En suite, hot showers, drinkable water, cash bar, laundry service.
Day 8 - maandag 12 juli 2010Namibia - Namib-Naukluft National Park
Het wordt hier met de dag gekker. De wekker loopt af om 4u45. We krijgen een ontbijtpakket, hijsen ons en in Janis en draaien ons in de dekens die we meepikten uit ons guesthouse. Mannen, het vriest hier echt! We rijden door het donker om om 6u aan de gate te staan. Het waait zo hard dat we geen hand voor ogen zien. De parking is het uiterste punt dat bereikbaar is met een niet-4x4 wagen. Nu is het nog 4 kilometers door diep zand tot aan de Sossusvlei. We worden overgeladen in een 4X4 en een paar km verder gaan we te voet verder.
Een grappige bushman neemt ons mee op een tocht door de rode duinen. De cameras raken hier oververmoeid, want de duinen kleuren van abrikoos tot fel oranje en dieprood. De warme tinten van het zand, variërend van abrikoos tot oranje, rood en kastanjebruin, zijn een levendig contrast met de staalblauwe hemel.
Sossus staat voor 'blinde vloed' in Nama-taal. Vlei is het Afrikaans voor een vallei die (in dit geval: 'af en toe') water bevat. De Sossusvlei ligt aan het einde van de droge Tsauchab rivier. Hoewel het landschap dit niet doet vermoeden, gebeurt het dat de Tsauchab rivier het volledige gebied onder water zet. De Sossusvlei is het uiterste punt tot waar het water van de rivier kan komen. Hier vind je de laatste bomen en struiken in een immens grote zandwoestijn van 32 duizend vierkante kilometer groot. Ooit zal ook deze vegetatie aan de droogte ten onder gaan want de duinen aan de linker- en rechterzijde van de Tsauchab komen steeds dichter naar elkaar toe waardoor bij een volgende overstroming het water misschien niet meer tot aan de Sossusvlei zal kunnen komen.
Verscholen achter een zee van duinen ligt Death Vlei, een tot op het bot uitgedroogde vallei witte klei vlakte waar gemummificeerde boomstammen van oude kameel-doorn bomen, met koolstof gedateerd tussen de 500 en 600 jaar oud, hun zwartgeblakerde takken wanhopig naar de hemel heffen, als om zich te verweren tegen de brandende zon. De lucht is polaroidblauw, de zandduinen rondom schitterend terracotta, de bodem gebarsten en gespleten een ultiem surrealistisch decor voor reclamespots en bioscoopfilms en wij durvzen onze camera met moeite te gebruiken omwille van het opwaaiende zand. Voor ons is dit één van de mooiste plaatsen van Namibië die we tot nu toe zagen. Op een bepaald ogenblik staan we boven op zon hoge duin en onze gids zegt ons naar beneden te lopen op de manier die we zelf willen. Hij springt als een echte berggeit en Jean gaat er direct achteraan. Ik kan het niet laten en leg mij op mijn zij om eraf te rollen. Enig probleem: ik kan onderweg niet even stoppen en rol dus helemaal tot beneden. Dit is voor herhaling vatbaar, alleen spijtig dat je dan eerst terug tot helemaal boven moet klauteren. Onze bushman gids bedankt ons met veel geklik met zijn tong en vingers, en heupwiegen dat die man kan. Hij zet ons terug af bij Janis en we rijden naar de befaamde Dune 45
Dit is niet de grootste duin, maar het is misschien wel een van de bekendste duinen in dit gebied. Duin 45 is erg fotogeniek en het is een van de eerste grote duinen waar je langs komt op de weg naar Sossusvlei. Jean is dapper genoeg om de felle wind te trotseren en geraakt tot helemaal boven. Het zicht is niet zo spectaculair omdat hij zijn ogen bijna niet kan open houden van het zand dat opwaait.
Op de teugweg naar onze verblijfplaats brengt Janis ons naar de Sesriem Canyon. Volgens de legende waren er zes riemen van ossenhuid nodig om met een emmer water uit de kloof te halen, vandaar de naam Sesriem. Deze canyonligt op 4 kilometer van Sesriem en is ongeveer 1 kilometer lang en 30 meter diep. We dalen af in de kloof. Na een tijdje door de kloof gelopen te hebben, gaan we naar boven en lopen langs de rand van de kloof terug naar de truck.
Terug in Hammerstein gaan we naar de Caracals en de Cheetas kijken en ik mag er zelfs een aaien.
s Avonds eten we in de eetzaal lekkere vis met aardappelpure en een soort advocado gevuld met gesmolten kaas. Baye lekker .. (of zoiets).
Accommodation: Two per room: Hammerstein Lodge www.hammerstein.com.na