Na mijn verblijf in Brisbane ben ik naar Noosa gegaan. Tijdens de busrit begon het alleen maar harder en harder te regenen, tegen dat ik in het hostel was - midden in een sjieke villawijk, zeer vreemd - was ik door en door zeiknat! De komende paar dagen zou die toestand zowat de norm worden. Na een zeer gezellig avondje in het hostel vertrok ik naar de Everglades naar Gagaju bushcamp.
Dit bleek een permanente campsite te zijn met een behoorlijk hoog sloppenwijkgehalte. De gids wist ons dingen aan te wijzen zoals kangeroes, het plaatselijke winkeltje, en de "fucking pikies".
Het bushcamp was best verschrikkellijk. Naast het slechte weer was de groep helemaal niet sociaal, het was dus 3 dagen en 2 nachten wegkwijnen geblazen. De natuur was gelukkig wel zeker en vast de moeite waard! Maar natuurlijk, als je in een kano zit met twee duitsers en het regent pijpenstelen ontgaat die schoonheid je wel enigszins.
Na bushcamp ben ik enigszins getraumatiseerd weer naar men hostel in Noosa getrokken, en de fijne avond beleefd die ik zo enorm nodig had! Ik was men boek er vergeten, helaas heb ik het er niet meer terug kunnen vinden..
De volgend ochtend was het weer op naar de volgende stop, Hervey Bay, om me klaar te maken voor 3 dagen 4x4 op Fraser. Olly, onze gids, gaf ons nog de waterdichte levenswijsheid mee, betreffende de fauna op het eiland: "If you don't know it, don't fucking poke it!"
Ik was de main driver dus ik moest de kolos van een auto van het hostel naar de ferry rijden, aan de linkerkant! Dat was... interessant! Het schakelen en het pinken is anders, in het begin reed ik dus meermaals met loeiende motor en zwiepende ruitenwissers door de straten van Hervey Bay, wereldberoemd als recordhouder van de langste stoet van elektrische rolstoelen en bijgenaamd heavens waiting room. Ik heb vermoedelijk wel enkele tsk-tsk-tsk'jes en "de jeugd van tegenwoordig toch"-jes losgeweekt bij de lokale senioren.
Hoedanook, ik had het rijden redelijk snel onder de knie, en eens op Fraser ging het supervlot! Ik had niet gedacht dat het zo enorm leuk zou zijn om met de jeep offroad te gaan! Plus het eiland is echt wondermooi! Prachtige helderblauwe meren en ongetemde wouden alom. En natuurlijk dingos, wilde honden. Cheeky bastards! De dingos hingen zowat overal rond waar een gemakkelijk maal te scoren valt, dus ook bij de campsites. Sommigen zijn zo slim dat ze de ritsen van de tenten openkrijgen! Anderen vinden dat dan weer iets te veel moeite en bijten domweg door de wand heen. Ze zijn verlekkerd op schoenen, portefeuilles, make-up en alles wat dierlijke bestanddelen bevat.
Naast irritant zijn ze toch best gevaarlijk. Het veraderlijkste is hun aaibare voorkomen,omdat ze zo op hun tamme neefjes lijken. De beste manier om met ze om te gaan als ze te dichtbij komen is om te stoppen met hetgene waar je mee bezig bent en ze strak aankijken. Weglopen garandeert een aanval, en agressief wegjagen kan je midden in een terretoriumstrijd brengen als het toevallig het alfamannetje was. Een keer had ik toch prijs en was er eentje bijzonder geinteresseerd in mijn doen en laten. Mijn coolste blik was voldoende om hem af te schrikken maar men hart ging toch net dat slagje sneller hoor!
Het gaat echt hard nu, vanavond vertrek ik alweer naar Airlie Beach voor men cruise op Whitsunday. Da's een busrit van 13 uur, verschrikkelijk! Ik had beter nog een tussenstop ingelast, maar da's nu te laat natuurlijk.