"Misschien woont ze daar wel, in dat taartentorentje!" "Bent u de Knuffelkoningin?" vraagt de prinses. "Neen, mijn soesje, ik ben de Koekjeskoningin! Als je wil, zal ik je leren hoe je koekjes bakt." De prinses heeft het heel erg naar haar zin, maar na een tijdje moet ze er weer vandoor. De koningin geeft haar nog een doos koekjes mee voor mama. De prinses klimt weer aan boord van het vliegtuigje en ziet een boom vol poezen. "Laat ik daar maar een kijkje nemen..."
Ondertussen zit Koningin mama in haar paleis. Ze is uitgeput. Wat waren die bezoekers vermoeiend.
"Goedemiddag, mevrouw, bent u de Knuffelkoningin?" vraagt de prinses. "Neen, mijn prinsesje, ik ben de Poezenkoningin." antwoordt de vrouw. "Alle verdwaalde poesjes zijn hier welkom. Ik geef ze aan de kinderen die zich eenzaam voelen." Na een tijdje moet de prinses er weer vandoor. De koningin geeft haar een schattig poesje mee om haar gezelschap te houden.




|