We zaten nog steeds in de woonkamer van Isabelle. Ze had ondertussen een kopje thee en wat eten voor ons klaargemaakt, want na zo'n lange tijd niet te eten waren we uiteraard uitverhongerd. Isabelle bood ons een slaapplaats voor deze nacht aan, maar iets hield me tegen. Ik vind die Isabelle maar een rare meid. Hoor me eens praten. Wat erg, na alles wat Isabelle voor ons heeft gedaan. Alfredo had er volle vertrouwen in en vond dat we op het aanbod moesten ingaan. Aangezien dat we op dat moment geen andere keuze hadden stemde ik maar toe. Ze gaf ons een rondleiding door het huis en liet ons de logeerkamer zien. Al haar aandacht was gericht op Alfredo en dat vond ik maar niks.
Na nog even gebabbeld te hebben besloten we te gaan slapen. Alfredo was me voor en ging naar de logeerkamer terwijl ik nog even afruimde met Isabelle. Dat was het minste dat ik kon doen na al haar gastvrijheid. Op het moment dat we in de keuken waren en Alfredo ons niet meer hoorde begon Isabelle me plots te ondervragen. "En wie was dat nu werkelijk aan de telefoon?" vroeg ze, "Iemand die me een modeblad wilde verkopen zoals ik daarjuist al zei.". Ik ben niet van gisteren antwoordde ze daarop. Ja, dat had ik ook wel door maar er was iets dat me niet toeliet haar de waarheid te vertellen. Ik maakte me zo snel mogelijk uit de voeten en ging naar Alfredo die in bed lag. Op het moment dat ik erbij wou gaan liggen kreeg ik ineens steken in mijn buik. Ik kon de steken gewoonweg niet beschrijven. Ze deden immens veel pijn. Ik wou niet dat Alfredo het merkte maar de pijn hield maar niet op.
Toen ik zag dat het Luciano was die me probeerde te bellen, werd ik overdonderend door een gevoel van angst. Wat wilde hij? Zat hij ook in het complot waar ook ik en Alfredo zich in bevonden? Maar belangrijker nog: wat moest ik zeggen? Dat ik hem een ongelofelijke klootzak vond die ik graag zou willen neersteken met een botte en verroeste aardappelschiller. Neen, dat kon ik niet doen. Maar het was niet Luciano die belde en dat vond ik geruststellend. Het was een andere stem die door de telefoon klonk. Het was andere man die me belde. Hij bedreigde me door te zeggen dat het nog niet afgelopen was, en dat hij zou blijven zoeken tot hij me gevonden had.
Alfredo en Isabelle keken me aan na het telefoongesprek. Ik zei dat het iemand was die me modeboekjes wilde verkopen. Alfredo geloofde me meteen maar Isabelle keek me achterdochtig aan. Ik vertrouwde haar niet en zij vertrouwde mij niet, dat was duidelijk. Wat is dat toch met haar?
Toen we dichterbij kwamen merkten we een verborgen huis op. Er scheen een fel licht binnenin. Omdat het al donker begon te worden besloten we om toch te gaan aankloppen, want een slaapplaats hadden we niet voor het moment. Alfredo zamelde al zijn moed op en klopte op de deur. Tot onze grote verbazing opende een jonge vrouw van rond de 30 de deur. Ze straalde toen ze ons zag. Wat mij opviel was dat zij vooral met haar ogen op Alfredo gericht was. Een tikkeltje jaloezie kwam bij mij naar boven, maar dit liet ik natuurlijk niet merken. De jonge vrouw liet ons binnen en vroeg ons wat wij hier deden en ook of we van plan waren om te overnachten. We konden haar voorstel moeilijk weigeren. Dit ondanks het feit dat ik haar nog niet volledig vertrouwde.
We vertelden haar het hele verhaal en ze luisterde heel aandachtig. Uit het niets begon ze te huilen. Ik stond op en omhelsde haar. Tegelijkertijd vroeg ik haar wat er aan de hand was. Ze begon zo haar verhaal te vertellen. Ze woonde al 3 jaar in het dorp en had zich afgesloten van de buitenwereld. Ze vertelde dat de wereld haar veel te veel pijn had gedaan. Het leven beroofde haar alles: haar vader, haar moeder. Haar ouders zijn omgekomen tijdens de oorlog en zij bleef alleen achter. Waar haar grote broer Isaac verbleef is haar niet geweten. Hij was tijdens de oorlog gevlucht. Zij werd door haar oma (die van Belgische komaf is) meegenomen naar hier (België). De naam van deze jongedame was 'Isabelle'. Ze werd tijdens haar verblijf verkracht en mishandeld, waardoor ze uiteindelijk weg liep van thuis. Isabelle van Congolese/Belgische afkomst (haar moeder is een Belgische), is dus een halfbloedje. Ze was mooi slank en had van die mooie bruine ogen. Alfredo zei eigenlijk heel weinig. Dit vond ik natuurlijk bizar. Er was iets aan de hand met hem, maar wat?
Ik schrok mij dood toen mijn gsm op tafel trilde. Ik keek naar het scherm en las de naam "Luciano". Waarom belde hij mij verdomme?! Ik twijfelde om op te nemen of niet?
Ik werd wakker doorvreselijk geschreeuw Alfredo! Wat deden ze allemaal met je?Ik weet dat dit misschien verkeerd klinkt, maar ik was blij om Alfredo te horen roepen. Zo wist ik dat hij nog leefde. Ik huilde. Alles werd wazig rondom mij door de tranen in mijn ogen. Opeens zag ik een figuur staan in de deuropening ik liep naar de hoek van de kamer en ging zitten. Daar zat ik dan huilend af te wachten tot ze mij meenamen en gingen martelen zoals ze dat waarschijnlijk bij Alfredo hebben gedaan.
Ik veegde mijn tranen weg en zag dat het Alfredo was. Alfredo stond in de deuropening! Hij bloedde hevig, maar zonder vragen te stellen liepen we weg. We liepen toevallig naar een garage die verbonden was met het gebouw waarin we werden vastgehouden. We konden een auto starten. We lachten en we reden wegin een ferrari, de droomwagen van Alfredo. Natuurlijk werden we achtervolgd door Adriana en haar slaven, maar na verloop van tijd verdwenen ze in de verte.
We hebben een hele tijd gesproken tijdens de rit net zoals vroeger, alsof er nooit iets was gebeurd. Ik zweeg over mijn mogelijke zwangerschap. Op dat moment kon het mij eigenlijk ook niet schelen! We bleven rijden en rijden tot de benzine op was. Waar we ons bevonden wisten we niet, maar we waren samen! Plots merkte Alfredo in de verte een soort van verlichting op. We besloten er naartoe te gaan, klaar voor een nieuw avontuur...
We zijn intussen weer een paar dagen verder. Ik en Alfredo zitten nog steeds vast in het gebouw maar niet meer bij elkaar. Alfredo had het 'geweldige' plan om de bewaker een kopstoot te geven. Zoals wel heel duidelijk is, heeft dit niet gewerkt, integendeel. We zitten nu verder van elkaar en we krijgen geen eten meer, ik allesinds toch niet. Ik weet niet of ik het nog langer kan uithouden. Ik leef nu al bijna twee dagen op water, moest ik zwanger zijn, zou dit het kind geen goed doen.
Ik heb veel tijd gehad om na te denken in dit kruiphol. Alfredo weet nog niet dat ik mogelijk zwanger ben en dit wil ik zo houden, tot dat ik er zeker van ben wie de vader is. Moest Luciano de vader zijn, zou ik het kind niet willen dragen, dan pleeg ik abortus. Ik weet dat dit tegen alle regels van mijn geloof is, maar ik kan zijn kind niet opvoeden. Ik wil niet in de ogen van het kind kijken en moeten denken aan de gebeurtenissen van de afgelopen dagen.
Ik hoop dat ik straks wakker word en merk dat dit allemaal maar een slechte droom was.. maar ik vrees ervoor.
Het is nu ochtend, ik denk rond een uur of zeven. Deze nacht verliep niet zoals ik had verwacht.Alfredo was bij mij. Maar toch voelde het raar aan. Ondanks al mijn stommiteiten was hij er toch om mij te troosten. Ik verschoot. Ik, die een einde aan deze relatie wou maken, en dit allemaal door die sukkel.
Ik begon aan vroeger te denken. Hoe het allemaal begon tussen ons. Mooie tijden. Tijden van liefde, tijden van verdriet, maar toch wel tijden met een GLIMLACH OP ONS GEZICHT! Ik begon te denken: 'zou hij mij nooit alleen laten?' Hij lag met wijde ogen naast me en keek naar de grond. Hij durfde net als mij zijn ogen niet meer sluiten. De angst was in onze ogen te lezen. Wat wel begrijpelijk was, na al hetgeen dat er was gebeurd. Dit hadden wij nooit verwacht! Hij leek in gedachten weg te zijn en nooit meer terug te komen. Daar stonden wij dan met z'n twee.
Enkele uren later hoorden Alfredo en ik enkele stappen onze richting uitkomen. We kropen meteen de hoek in. Niet wetende wat ons te wachten stond. Het was de bodyguard die ons eten kwam brengen. Hij kwam de ruimte binnen en gooide het gewoon voor ons. We leken wel honden te zijn in zijn ogen. Zo schandalig was het! Ik en Alfredo namen enkele happen, veel honger hadden we niet.
Later op die avond begonnen Alfredo en ik te praten. Hij kwam dichter bij me aanzitten en gaf mij een zoen op de wang. Even later fluisterde hij dat hij het erg vond wat er was gebeurd. We lieten mekaar vallen, en dit allemaal door één grote fout. Een fout die ons nu samen bijeen heeft gebracht. Na veel praten kreeg ik de vraag in mijn hoofd:'Is hij echt met Adriana in bed geweest?'. Ik kon het niet laten dan hem deze vraag te stellen. Hij stond er gewoon te kijken. Zijn gelaat gaf me niet veel indrukken. Ik maakte mij zorgen. Was het nu echt of niet ? Uiteindelijk gaf hij toe dat het niet waar was. Amai dat was me een opluchting.
Er is iets dat ik nog niemand heb verteld, zelfs niet aan Alfredo. De laatste tijd voel ik me nogal slapjes en ben deze maand niet ongesteld geweest. Ik begin mij zorgen te maken. Ben ik misschien zwanger? Moet ik Alfredo hierover vertellen? Oh mijn GOD, wie is de vader van het kind dan ?
Ik dacht eindelijk veilig te zijn, maar wat ik weet over italianen is dat we nooit opgeven tot de klus geklaard is. Ik voelde me veilig in het ziekenhuis maar ik was nog steeds op mijn hoede. En terecht want daar was Adriana weer. Voor ik kon gillen zag ik dat Alfredo bij haar was. Ze had een revolver in zijn rug en kwam zo mijn kamer binnen. Ik kon niets doen want ik wist dat het dan het einde zou zijn van Alfredo. Toen ik opgenomen werd in het ziekenhuis vroegen ze me hoe ik aan men verwondingen kwam. Ik kon de waarheid niet zeggen want dan gingen ze achter Alfredo aan, wat nu toch al gebeurd is. Mijn verwondingen waren niet zo erg vandaar dat ik het ziekenhuis mocht verlaten. Adriana gaf aan dat ze mijn zus was en mocht me dus naar huis brengen. Ik was stil en stribbelde niet tegen aangezien het leven van Alfredo nu ook op het spel stond. We werden deze keer naar een leegstaand gebouw gebracht in the middle of nowhere! Ik en Alfredo werden samen in een kamertje gezet. Het leek op een verlaten oorlogsbasis. Het enige goede aan deze hele gebeurtenis is het feit dat ik nu met Alfredo ben en we eens goed kunnen praten.
Zou ik gebruik kunnen maken van de omstandigheden en Alfredo terug voor mij kunnen winnen?
Gregory Bordui- En toen keerden de rollen om........!
Wat Adriana zei, kon ik niet laten passeren. Deze keer zou ik mij niet laten doen. Het begon zwart voor mijn ogen te worden en mijn lichaam vulde zich met blinde haat. Ik voelde mij op dat moment zeer sterk en dat speelde ik uit. Ik liep met volle vaart richting Adriana en gaf haar een vuistslag vol in het gezicht. Ze viel achterover waardoor ze met haar hoofd tegen de muur botste. Ze lag bewusteloos op de grond. De bodyguard zag dit en probeerde mij aan te vallen. Ik dacht bij mezelf "Niet nog eens", en ik ontweek zijn slag. Voor hij goed en wel besefte wat er gebeurde, had ik hem een welgemikte kniestoot gegeven op een edele plaats. Mannen zijn toch zo kwetsbaar! Toen hij neerzakte op zijn knieën, gaf ik hem een staalharde slag in de nek en ook hij ging bewusteloos neer. Nu was het de bedoeling veilig weg zien te komen. Ik rende de cel uit en zag dat er een raam open stond. Ik klom eruit en rende de straat op. Aan de eerste voorbijganger smeekte ik om de weg naar het ziekenhuis uit te leggen, maar hij negeerde me. Ik zou snel genoeg in het ziekenhuis komen want ik werd aangereden door een vrachtwagen dat medisch materiaal vervoerde. En nu lig ik hier op kamer 2348 met een gebroken been. Maar hier ben ik veilig, tenminste, dat denk ik toch.
Na dat voorval met de bodyguard werd ik in een kamer geplaats waar totaal geen licht binnenkwam. Ik werd er gek van. Ondertussen zat ik ook met barstende hoofdpijn omdat die dikke bodyguard mij bij m'n haar pakte en eraan had getrokken. Een harde en luidde kreet gaf ik toen . Nooit had ik gedacht dat ik zo zou eindigen. Nu ik hier vast zat haalde ik alle herinneringen op. Ik herinneder me de eerste kus, de eerste aanraking en de eerste woorden van Alfredo nog. Maar wat was ik toch een onnozele trut geweest! Ik vertrouwde zomaar een man die ik amper kende. Ik bedroog en beloog. Plots hoorde ik voetstappen mijn richting uitkomen. En daar had je Adriana weer. Dit keer met een boze blik. Zij begon meteen met de essentie van de zaak: "Raak mij nog een keer aan en je gaat eraan gekke! En moest je de waarheid willen weten achter dit, wel je krijgt het! Het zit zo dat je mijn man hebt afgepakt en op mijn beurt heb ik jou hetzelfde aangedaan wat je mij aandeed.. Ik begrijp niet waarom je achter mijn man aanzat want je rustig mannetje Alfredo is nochtans goed in bed."
En daar stond ik vol ongeloof, haat, verdriet en de tranen liepen alsof ze geroepen werden. Het enige wat ik kon uitbrengen was: "Alfredo zou mij nooit bedriegen!"