In een vroeger leven was ik verkoopsingenieur bij Jumo meet en regeltechniek , waar ik veel bijgeleerd heb aangaande luchtvochtigheid en dan vooral het meten , regelen en registreren ervan. Welk belang heeft de luchtvochtigheid nu in onze kweekhokken ? Een te lage of te hoge luchtvochtigheid kan de kiem van het ei of het nog niet uitgekomen jong doen afsterven. De luchtvochtigheid dient steeds ergens tussen de 70 a 80 % te liggen tijdens de kweek.Veel kwekers meten en regelen draadwerkelijk de luchtvochtigheid naar die waardes toe , maar net daar wringt het schoentje.Er zijn verschillende meetmethode's die nog al eens verschillende waardes teruggeven. De meest gebruikte meetmethode bij de liefhebbers is de digitale , omdat die het eenvoudigst te vinden is in de handel en ook het meest geschikt voor de portemonnee (voor de NL-bezoekers : de geldbeugel). Deze digitale meter is afhankelijk van verschillende parameters om een waarde te kunnen weergeven , de twee belangrijkste parameters zijn de vochtigheid en de temperatuur. Als je dan weet dat deze digitale meter afgeijkt is op kamertemperatuur , dwz 22 à 25 graden , dan zul je ook niet verschieten dat bepaalde vochtmetingen soms tot 20 % verschillend (afhankelijk van de temperatuur , omgeving) worden weergegeven. Met andere woorden afhankelijk van de plaats waar je meet (tocht), afhankelijk van de temperatuur krijg je bv op je uitlezing 71 % te zien wat perfect is. In werkelijkheid zou het kunnen dat je slechts 53 % vochtigheid in je ruimtes hebt , wat dan weer nefast is voor de eieren e.d..
Als je nu weet dat bv na een vorstperiode de vochtigheid kan dalen tot minder dan 50 % moet je niet verschieten dat bij sommige liefhebbers de eerste ronde hier onder te lijden heeft a) door de snelle negatieve verandering en b) door de verkeerde meting/regeling.
Conclusie : Het niet uitkomen van bevruchte eieren is meestal te wijten aan een verkeerde luchtvochtigheid (te hoog of te laag)
Voor de bezoekers die wat dieper technisch willen gaan hieronder nog een beschrijving tussen verschillende meetmethode's ;
Lucht kan een bepaalde hoeveelheid waterdamp bevatten. Koude lucht kan minder water bevatten dan warme lucht. De relatieve luchtvochtigheid , een percentage waterdamp in lucht, is dan ook sterk temperatuurafhankelijk. Het belang van de relatieve luchtvochtigheid is erg groot. Verzadigde lucht (dit is lucht die geen waterdamp meer kan opnemen) is dodelijk voor het ongeboren jong.
Voor de meting van de luchtvochtigheid zijn we afhankelijk van een voornamelijk een drietal meetmethodes.
Natte en droge bol thermometer.
Deze meting berust op het feit dat verdamping koelte te weeg brengt. Door het aflezen van de omgevingstemperatuur (droge bol) en de temperatuur bij verdamping (natte bol) kan door middel van een tabel de luchtvochtigheid worden vastgesteld. Dit is een zeer nauwkeurige meting die bij elke temperatuur werkt.
Haarhygrometer
Indien met een paardehaar dan is deze vorm van meting vrij betrouwbaar , nadeel is dat deze temperatuursafhankelijk is.
Digitale luchtvochtigheidsmeters.
Deze meetmethode maakt gebruik van het feit dat bepaalde materialen uitzetten of krimpen bij een bepaalde luchtvochtigheid. Een groot nadeel bij deze vorm van vochtigheidsmeters is dat zij temperatuurafhankelijk zijn. Deze meters worden meestal ge- ijkt op kamertemperatuur. Als deze meters gebruikt worden bij afwijkende temperaturen geven zij dan ook geheel foutieve uitkomsten weer.
28-02-2010 om 20:22
geschreven door Frank
|