In april is mijn grootvader overleden, hij was
de laatste. 10 jaar eerder was mijn andere grootvader als eerste gestorven,
gevolgd door zijn vrouw slechts enkele maanden later.
Hoewel ik aan mijn beide grootvaders goede
herinneringen heb, zijn het toch de grootmoeders die mij het meeste hebben
nagelaten. Als enige kleindochter is het misschien wel normaal dat ik met hen
een goede band had.
Ze waren ontzettend verschillend, mijn 2
grootmoeders. De ene werelds, mondain, intellectueel en altijd om door een
ringetje te halen. Met haar ging ik naar balletvoorstellingen (ook naar die van
mezelf trouwens), naar theater, musea en ook naar Désirée de Lille
Ze was een
echte boekenwurm, met haar leesbril op het puntje van haar neus, en met haar
lippen getuit als ze geconcentreerd was (net zoals ik soms ook doe, en mijn
dochter ook). Een pruilmondje noemde mijn beste vriendin het. Ze was ook niet
vies van een frisse pint, of nee, doe maar een Bolleke Koninck J en ze
was een bekend gezicht in de Antwerpse horeca. Ook de liefde voor het café heb
ik van haar geërfd. Maar gewerkt heeft ze nooit, nee. Ze was de mooie vrouw van
de vrederechter, graag gezien en gelukkig in haar rol. Enfin, dat denk ik toch.
Ik kan niet geloven dat ze er al 10 jaar niet meer is
Mijn andere grootmoeder was een Duitse deerne die
tijdens de oorlog verliefd geworden was op mijn grootvader en na veel over en
weer geschrijf eindelijk naar België kon komen (vluchten eigenlijk). Op zich
vind ik dat al ontzettend fascinerend en ook wel romantisch, dat een koppel 2
jaar lang brieven moet schrijven vooraleer ze samen kunnen zijn. Ik heb sommige
van die brieven nu in mijn bezit. Zij was echt een kind van de oorlog, ze was
het gewend om met weinig rond te komen en dat zag je dan ook. Alles in huis was
uiterst degelijk en functioneel, kleding werd zelf gemaakt, groenten en fruit
kwamen uit de tuin. In Duitsland had ze gewerkt als technisch tekenares, maar
in België was ze fulltime moeder en ik denk dat dat haar gefrustreerd heeft,
ambitieus als ze eigenlijk was. Heel haar volwassen leven zette ze zich in voor
wie het niet voor zichzelf kon opnemen, ze had een grote mond en voerde zo o.a.
het woord voor een opvangtehuis voor (mishandelde) vrouwen, ze was een
overtuigd feministe.
Ze leerde op latere leeftijd autorijden en
begon plots een eigen zaak als pedicure, wat ze tot haar pensioen gedaan heeft.
Verder was ze ook ontzettend creatief, ze schreef, schilderde en tekende dat
het een lieve lust was. Mijn grootvader noemde haar: mijn vrouw, de
kunstenares J Hij aanbad de grond waarop ze liep, al was ze geen makkelijke tante
Zo verschillend als hun achtergrond was, toch
hadden deze vrouwen een aantal dingen gemeen: het waren allebei straffe
madammen om maar al iets te zeggen. Maar ook: mijn wereldse grootmoeder naaide
de meest fashionable outfits voor mijn Barbies in elkaar (onvoorstelbaar
priegelwerk!!), en mijn Duitse grootmoeder bouwde samen met mijn grootvader voor
mij een houten poppenhuis met meubels en alles erop en eraan (zelfs
verlichting!) voor diezelfde Barbies. Bovendien, bij welke grootmoeder ik ook
kwam, ik wist dat het smullen geblazen was, want ze konden allebei heerlijk
koken. Bij de ene balletjes in witte saus met puree en vanillepudding, bij de
andere Brusselse wafels of zelfs een volledig zelf gemaakt peperkoeken huisje
in Sinterklaastijd. Het was bij allebei gezellig thuiskomen.
En het zijn die laatste kleine dingetjes die
mij nu nog altijd het meest zijn bijgebleven, die typische dingen die je met
een oma associeert en dan denk ik: als ik later kleinkinderen heb, wil ik dan
niet ook zo herinnerd worden? Awel, ja, eigenlijk wel. Maar dan moet je die
dingen natuurlijk ook wel kunnen, en alle feminisme ten spijt, is dat hetgeen
wat ik nu dus wil inhalen: terug leren koken zoals het moet, en niet zo rap
mogelijk iets op tafel zetten, terug leren creatief te zijn en samen met de
kinderen dingen maken, in plaats van ze rommel uit de Fun te kopen.
En dat mag voor sommige mensen dan misschien
dom en zinloos lijken, of niet soms? Voor mij is het nieuw en verrijkend en ik voel
nu al dat ik hiermee voor mezelf op het rechte pad zit. En weet je? Ik ben niet
de enige. Vrouwen van mijn leeftijd hebben die traditionele dingen vaak niet meer
meegekregen van thuis uit, en dat voelt voor sommigen van ons als een gemis
(opgelet: ik beschuldig onze eigen moeders nergens van hoor, die dachten
natuurlijk dat ze ons een plezier deden door ons ver van de naaimachine te
houden, logisch ook). Maar je moet er blijkbaar eerst de 30 voor passeren om
dat gemis te voelen, so be it.
Dus Bon en Bonneke, ik heb de naaimachine (die
nog van de grootmoeder van M was, zo is de cirkel rond) laten herstellen en zal
het glas op jullie heffen wanneer ik ze volgende week voor het eerst ga kunnen
gebruiken.
Schol!
28-09-2012 om 13:34
geschreven door Barbara Dora 
|