Tijdens deze
les hebben we vooral de kinderdansen die we de voorbije jaren gehad hebben
herhaalt. Het waren drie dansen die we konden gebruiken tijdens onze muzische
weekstage.
1.Bal del
truc.
Het is werd gedanst op een AB melodie. Eerst moesten
we 2x8 tellen rond huppelen in de zaal en wanneer het gezegd werd draaien naar
de andere kant. Op het refrein, moesten we gaan zitten en dan 3x stampen met
onze voeten, 3x klappen in onze handen, dit mag niet, dat mag niet (wijzen met
de vinger) en draaien in een rondje.
De les werd opgebouwd dat we telkens vlugger moesten
zijn en ook leerden luisteren naar de muziek. We moesten allerlei opdrachten
doen, eerst alleen en dan per 2 tot we uiteindelijk tot de kinderdans kwamen.
Het was de bedoeling dat we per 2 tegenover elkaar
gingen staan en met elkaar de dans deden. Eerst moet ene 8tellen huppelen en
buigen. Hij moest er dan ook wel voor zorgen dat hij op 8tellen terug op zijn
plaats was. De andere moest 8tellen heen huppelen, buigen en de hand nemen en
meenemen naar het midden.
Daar moesten ze het refrein opnieuw samen dansen, maar
uiteindelijk maar een halve draai maken zodat ze allemaal op tijd terug op hun
plaats waren om opnieuw te beginnen.
2. Sasa
nukuteau
Deze dans werd ingeleid als vrouwen die zaten te wachten op hun mannen
tot ze terug waren van vissen. Het was voor de vrouwen een bezigheid.
We moesten ervoor in kleermakerszit gaan zitten. Er werd geen muziek
voor gebruikt maar deze is er wel. Dat maakt het iets gemakkelijker om het
ritme bij te houden, want het gaat steeds sneller en sneller.
We moesten eerst 1 klap aan de rechter oor, linker oor boven het hoofd
en voor de knieën geven. Dan moest er met alles 3 keer geklapt worden en dan
opnieuw 1 keer. Als dat gedaan was moesten we 4tellen onze poep omhoog doen en
ondertussen ronddraaien, zodat we naar een andere hoek in de zaal keken.
Het wordt ook wel de goudmijn dans genoemd. Deze dans gebruikte vroeger
de mensen in Afrika die in de goudmijnen moesten werken als middel om met
elkaar te communiceren. Ze mochten tijdens de werkuren niet met elkaar praten
dus moesten ze iets anders vinden om te communiceren. Ik vond een heel
moeilijke maar leuke dans. De vorige 2 dansen zijn goed met kleuters te doen
maar deze zeker niet, toch niet aan dit tempo.
We begonnen simpel met een mambo. Dan moesten we terwijl we die mambo
aan het doen waren nog van alle dingen bij gaan doen. Eerst alleen onze rechter
kuit tikken, daarna onze rechterkuit en onze linkervoet langs achter. Als
laatste moesten we onze rechterkuit, linkervoet en rechterkuit allemaal
aantikken in de tijden dat we de mambo deden. Het was geen simpele opdracht en
het was letterlijk om over u eigen voeten te vallen.
ZELFVERWERKINGSOPDRACHT
//
Reflectie
Ervaring :
Zoek minimaal vijf woorden om deze opdracht te typeren.
Wat heb je onthouden? Wat is je bijgebleven?
·Moeilijk
·Snel
·Ritme
·Inlevingsvermogen
·concentratie
Wat heb je als plus- en minpunten ervaren ?
(moeilijk/makkelijk)
Pluspunten (makkelijk):
·De eerste twee kinderdansen vond ik gemakkelijk omdat dit
een herhaling was van de kinderdansen die we de voorbije jaren al eens hebben
gedaan tijdens de bewegingslessen van mevrouw Joosen.
Minpunten
(moeilijk):
·Ik vond de dans van de gumboots enorm moeilijk. Dit
kwam omdat ik het tempo va de anderen niet kon volgen en omdat ik de bewegingen
niet onder de knie had.
Hoe heb je zelf gefunctioneerd tijdens het
werkproces/deze activiteit?
Tijdens de kinderdansen van bal del truc en sasa
nukuteau heb ik goed gefunctioneerd. Tijdens de dans van de gumboots heb ik
niet goed gefuntioneerd. Dit kwam doordat ik de passen niet onder de knie had
en ik niet kon volgen aan het tempo van de anderen. Ik heb ook geen goed ritme
gevoel en hierdoor was deze dans een probleem voor mij.
Essentiële aspecten
Wat was je voorkennis ?
De bewegingslessen lessen van mevrouw Joosen in de
voorbije 2 jaren kleuteronderwijs.
Welke inzichten heb je (extra) verworven ? Wat heb je
geleerd?
Ik heb geleerd
dat het heel belangrijk is om een goed ritmegevoel te hebben als je een dans
wilt doen zoals de gumboots en je moet snel weg zijn met de pasjes want anders
kan je niet mee.
Vervolg
Waar hou je rekening mee voor een volgende gelijkaardige
opdracht (aandachtspunten)?
·Luisteren naar de muziek
·Dansen op het ritme van de muziek
·Altijd tellen tijdens gestructureerde kinderdansen.
Materiaal : stoel, pastic bekertjes,
kleine balletjes, 1 grote fitbal, krant, handdoek, 2 dozen, 1 trui,
elastiekjes,
AANBEVOLEN :LITERATUUR : //
Werkvorm :dansexpressie
Opdrachtomschrijving
LESINHOUD
De opdrachten:
1.zoek uit:
De bew.
Woorden van het materiaal; werkwoorden
Wat kan
je ermee doen; opdrachten
2. associëren;
Lijkt
op,
Materiaal
een ander naam geven, belevingswereld
Kwaliteiten;
bewegen zoals,
3.Bewegingskader;
T,K,R,L
De
beweger dans zoals het materiaal
Vb. de
bal zweeft in de lucht zoals, (een luchtballon)
Zeer
traag omdat,
Tegen de
wind in,
Zeer hoog
en laag met de wind mee,
Met heel
ons lichaam, en soms alleen onze Armen wanneer de wind met cirkeltjes blaast.
4.Dansen met materialen; T,K,R,L
ZELFVERWERKINGSOPDRACHT
Aan de hand van de les moesten we
in groep samen een opdracht maken. Waarvan er 1 hoofdopdracht of subopdracht
mag gebruikt gemaakt worden van de materialen.
Onze groep heeft gekozen voor een
verhaal over dromen te maken.
Over een jongen die droomt en de
wildste avonturen meemaakt. Hij vind een vliegend tapijt, daarna een
luchtballon en dan wordt hij gevangen. Hoe het afloopt met onze jongen is een
verassing tot in de les.
Reflectie
Ervaring :
Zoek minimaal vijf woorden om deze opdracht te typeren.
Wat heb je onthouden? Wat is je bijgebleven?
·Creatief
·Concentratie
·Grappig
·Fantasierijk
·inlevingsvermogen
Wat heb je als plus- en minpunten ervaren ?
(moeilijk/makkelijk)
Pluspunten (makkelijk):
·Wat ik als een pluspunt ervaren heb aan deze les was dat
je je eigen creativiteit en fantasie kon gebruiken. Deze had je nodig voor het
associëren. Het associëren hield in dat je een naam moest geven aan je voorwerp
en dat je je voorwerp kwaliteiten mocht geven.
Minpunten
(moeilijk):
·Wat ik als moeilijk ervaren heb tijdens deze les was het
bewegingskader toe te passen op het materiaal.
Hoe heb je zelf gefunctioneerd tijdens het
werkproces/deze activiteit?
Tijdens deze bewegingsles heb ik goed gefunctioneerd. Dit
kwam doordat ik mijn eigen creativiteit en fantasie kon gebruiken. Je mocht
zelf bewegingen/opdrachten verzinnen bij je voorwerp en je mocht hem zelf een naam
geven. Dit ging mij goed af en ik kon goed functioneren tijdens deze
activiteit.
Essentiële aspecten
Wat was je voorkennis ?
De bewegingslessen lessen van mevrouw Joosen in de
voorbije 2 jaren kleuteronderwijs.
Welke inzichten heb je (extra) verworven ? Wat heb je
geleerd?
Tijdens deze les heb ik geleerd dat het belangrijk is om
je eigen creativiteit en fantasie te gebruiken.
Vervolg
Waar hou je rekening mee voor een volgende gelijkaardige
opdracht (aandachtspunten)?
presentatie enkele houdingen en testen dat ze stevig staan.
·Muziek
op; idem snel verplaatsen
·Muziek af: stevige houding maar knieën buigen
Idem 3de X maar met hand(en) op de knie(ën)
Per twee:
De eerste geeft de wegen aan en de tweede volgt deze
Zonder muziek: de tweede zoekt contact met de eerste om een stevige
houding te maken, leunen en steunen
En omwisselen
Zoek nu ook andere steunpunten, per twee, stevigheid
Probeer te balanceren, per twee, zonder muziek
Opdracht
2
Muziek: kriskras verplaatsen. Dynamisch, over elkaar heen, onder elkaar
door
Muziek
af:
·1 lichaamsdeel op de grond dat ik benoem op de grond
·1
lichaamsdeel tegen elkaar aan
·2
lichaamsdelen tegen elkaar aan
trage muziek: dans tegen elkaar aan, stevige beginhouding,
evenwichtsverlies creatieve oplossingen voor zoeken, steeds tot andere grillige
vormen komen en even vasthouden
Opdracht
3
drift van de continenten
voeten samen, A(n) tegen je lichaam, kronkelende bewegingen in allerlei
richtingen uit balans proberen te geraken, vorm maken en vasthouden, droom,
fantasie, verschillende vormen maken,
ook eens naar elkaar kijken
combinatie van vloeiend naar afbrokkelend breken en overhellen
per twee; samenkomen en wegdrijven
vanuit balansen verlies naar nieuwe vormen
leermoment
durven evenwicht te verliezen en verschillende aanzetten zoeken om tot
nieuwe vormen te komen.
Niet mentaal sturen, maar vanuit gevoel laten leiden.
ZELFVERWERKINGSOPDRACHT
Per twee moesten we drie posities
bedenken die voor ons het leukste of het grappigste waren en daar werden fotos
van gemaakt.
Nadien moesten we in een groep een
les opstellen waarin de elementen die we tijdens deze les gezien hebben aanbod
kwamen.
Reflectie
Ervaring :
Zoek minimaal vijf woorden om deze opdracht te typeren.
Wat heb je onthouden? Wat is je bijgebleven?
·Grappig
·Concentratie
·kracht
·vertrouwen
·moeilijk
Wat heb je als plus- en minpunten ervaren ?
(moeilijk/makkelijk)
Pluspunten (makkelijk):
·De eerst opdracht die we per twee moeten doen vond ik wel
een gemakkelijke opdracht. Op de muziek moest de eerst de wegen aangeven
terwijl de tweede deze volgt. Zonder muziek moest de tweede contact zoeken met
de eerste en een stevige houding maken door te leunen en steunen.
Minpunten
(moeilijk):
·Ik vond het moeilijk om telkens opnieuw een stevige
houding uit te beelden met twee andere lichaamsdelen.
·Wat ik ook als moeilijk ervaren heb was het moment dat je
bij je medestudenten de stevige houdingen moest gaan uittesten.
·Wat ik persoonlijk ook moeilijk vond waren de drie
verschillende houdingen die we per twee moesten uitvoeren omdat je elkaar moet
vertrouwen want de ene persoon moet balanceren op de andere persoon terwijl de
onderste persoon een krachtige houding moet uitbeelden.
Hoe heb je zelf gefunctioneerd tijdens het
werkproces/deze activiteit?
Toen we individueel de opdrachten moesten uitvoeren
functioneerde ik goed. Maar toen ik hoorde dat we per twee opdrachten moesten
doen was ik eerst onzeker en durfde ik niet met een tweede persoon de opdracht
uit te voeren. Dit kwam doordat ik niet aan een medestudent durfde te vragen om
samen de opdracht uit te voeren. Maar toen ik een danspartner had waar ik de
opdrachten mee kon uitvoeren heb ik wel goed gefunctioneerd.
Essentiële aspecten
Wat was je voorkennis ?
De bewegingslessen lessen van mevrouw Joosen in de
voorbije 2 jaren kleuteronderwijs.
Welke inzichten heb je (extra) verworven ? Wat heb je
geleerd?
Ik heb geleerd dat het belangrijk is om uw danspartner te
vertrouwen als je per twee drie posities moet uitvoeren waarbij kracht en
evenwicht belangrijk zijn.
Vervolg
Waar hou je rekening mee voor een volgende gelijkaardige
opdracht (aandachtspunten)?
·Meer initiatief nemen
·Creatief nadenken over houdingen met twee steunpunten
1.samenwerking: bewegingsspel per 2, gelijke
bewegingen, tegengesteld bewegingen, en bewegingsherhalingen.
2.Tijd, Kracht, Ruimte en lichaam -exploratie
3.Bewegingen en bewegingskwaliteiten
ontdekken vanuit een thema
4. Ruimtelijke beperking, en beperkingen door
anderen opgelegd, leiden tot dansimprovisatie
5.Zelf grenzen en mogelijkheden aangeven in
dansimprovisaties.
Plaats : In de ritmiekzaal
Materiaal :
-Handtrom
-Sjaaltjes
-Stok
1.Moloko-statues Cannot contain this
2.Zapp cro magnon Juppy Juppy
3.Zapp cro magnon Sahib
4.Dueling Banjos Deliverance Pony express
5.Springbonen - pollepeldans
6Art of noise Below the waste - Back to
back
7.Implant self inflicted Denoizer
8.Implant self inflicted 4 is Dying
AANBEVOLEN :LITERATUUR : //
Werkvorm : Dansexpressie/opdrachtvorm
Opdrachtomschrijving
LESINHOUD
Inleiding
1.M:Moloko - statues Cannot contain this
Lkr:bevelvorm/streng:
Loop
kriskras door de zaal, strakke wegen, rechte lijnen
Loop op het
tempo van de muziek, ver weg van elkaar
Loop in de
tegengestelde richting, achterwaarts
Hink op 1 B
en draai rondjes.
Kruip op
H(n) en vt(n)
Stap met
stijve B(n)
Maak grote
sprongen met beide Vt(n) samen, ver en hoog
Stap door de
zaal, met de H(n) aan de enkels vast.
voorwaarts
in buiklig, met de H(n) op de rug jezelf verplaatsen
Per 2:1 pers. Geeft bevel, de andere moet
uitvoeren. (wissel om)
Kern
2.M: Zapp
cro magnon Juppy Juppy
Lkr: geeft
ruimte aan, groot naar klein
Dlns: Vrijheidsbewegingen:
huppelen, lopen, draaien, zwaaien met A(n), springen,
Behouden van eigenheid
en intensiteit, ook al wordt de ruimte verkleind.
Evaluatie: Het bewegingsveld wordt kleiner; Hoe ga je nu
bewegen?Wat voel je daarbij?Wat zal er gebeuren als je nog dichter bij elkaar
bent?
Zo dicht
mogelijk tegen de muur, bouw de spanning op.
a.Verwerking: spelen met veel ruimte
of weinig ruimte, zelf de begrenzing opzoeken
b.M: Zapp
cro magnon Sahib
wegonderbrekers (de weg versperren):
groep 1: ( sjaaltjes)
voor iemands voeten lopen, plots stilstaan, dwars voor
iemand
groep
2:
ontwijken, vrije plekken lopen, kronkelweggetjes
maken, onder de A(n)
Evaluatie:Het bewegingsveld wordt kleiner; Hoe ga je nu
bewegen?Wat voel je daarbij?Wat zal er gebeuren als je nog dichter bij elkaar
bent?
3.M: .
Lkr:kringleider
en 1 pers. In het midden van de kring plaatsen
Opdracht: kringleider demonstreert de bewegingen, en de anderen van de
kring
Imiteren de
kringleider.
De ruimte geven
of beperken van de middelste beweger
De middelste
beweger, blijft zo groot en zo vrij mogelijk, bewegen.
Variatie:Wisselen van kringleider en middelste, en
meerdere kleine kringetjes verspreiden
.
4.Schrijven /associëren
Adv kranten, knipsels,
groepsgesprekken, vanuit de kleine kringetjes.
Onderdrukker (macht)/ onderdrukte(onmacht)
5.Stokkendans
M: Springbonen - pollepeldans
Dansen zoals een stok;
stokstijf, tikken van de stok op de grond, draaien en wiegen
Om de as, staan dof
liggend, hellen vw. En aw., vallen en rechtstaan?
Strak en
krachtig
6.M: Art of noise Below the waste - Back to
back
a.Zelf de dans uitvoeren, de weerstand en de
kracht van de stok in jezelf, laat zelf
De stok nu dansen, jij kan zelf de dansbewegingen
bepalen, stijf, strak, houterig.
b.De weerstand van buiten, drukt op je lichaam. Verplaats van de
ene kant
van de zaal naar de
overzijde, recht naar een punt toe, maar met
veel weerstand,
druk van buiten. Dit kost moeite en kracht.
c.Per 2: Een beweger zoekt stevige steunpunten op, en de andere
gaat de kracht
of de weerstand met
het lichaam geven, de onderdrukte mag niet omver vallen.
Van de ene vorm
naar de andere, rustig en krachtig.
7.M:Implant self inflicted Denoizer
a.De onderdrukte beweger: wankel, evenwicht
zoekend, herhaalde bewegingen uitvoeren, mechanisch, gelaten. (gedwongen werk
zoals kappen, ophangen, stapelen, )
Ruimte:
dicht bij elkaar/ hoekje/laag bij de grond
Evaluatie:
Welke bewegingen?Gedachten?Gevoelens?
b.Uitdieping:
plots een harde stoot of klap: dmv bewegingsaanzet, je
door de ruimte laten slingeren(sch., dij, hfd, rug)
De ongecontroleerde beweging laten uitlopen totdat je
erbij stilligt.
Langzaam rechtop staan
Herbegin, wegslingeren/opstaan/herh,
Nu als je rechtstaat: grote weidse bewegingen en weer
wegslingeren.
c.Per 3: 1 voordoener, en 2 imitators. Het effect van onmacht
uitvergroten!
Slot
8.verwerkingsopdracht: maak in kleine groepjes
een presentatiestukje met de ingrediënten van de les.
M:Implant self inflicted 4 is Dying
Wisselen van macht en onmacht
Start je met macht of onmacht?
Manipuleren, volgen en niet
volgen,dwingen en onderdrukken of onderdrukt worden
Danswegen versperren of ontwijken
Ruimte kleiner maken
Geven van veel of weinig ruimte
Krachtig zoals de stok
Bewegingsherhalingen (gelatenheid)
Wegslingeren groot en vrijdag
ZELFVERWERKINGSOPDRACHT
We kregen de opdracht om ons voor
te stellen dat we werken in een fabriek werkten en bandwerk moesten doen. We
moesten voor onszelf vijf bewegingen uitzoeken die we uitvoerden in het
frabiek. Hiervoor krijgen we de opdracht om alle elementen van tijd, kracht,
ruimte en lichaam in deze bewegingen te stoppen.
Reflectie
Ervaring :
Zoek minimaal vijf woorden om deze opdracht te typeren.
Wat heb je onthouden? Wat is je bijgebleven?
·Creativiteit
·inlevingsvermogen
·Concentratie
·Grappig
·leuk
Wat heb je als plus- en minpunten ervaren ?
(moeilijk/makkelijk)
Pluspunten (makkelijk):
Minpunten
(moeilijk):
Hoe heb je zelf gefunctioneerd tijdens het
werkproces/deze activiteit?
Ik heb zelf goed gefunctioneerd in deze activiteit. Ik
deed niet altijd even goed mee en ik kwam niet op creatieve activiteiten maar
dit kwam doordat ik gesloten ben en ik geen bewegingen durften te maken. Bang
voor de reacties van mijn medestudenten. Maar ik heb toch geprobeerd om mijn
best hiervoor te doen.
Essentiële aspecten
Wat was je voorkennis ?
De bewegingslessen lessen van mevrouw Joosen in de
voorbije 2 jaren kleuteronderwijs.
Welke inzichten heb je (extra) verworven ? Wat heb je
geleerd?
Als je bewegingen moet verzinnen dan moet je creatief
nadenken en niet verlegen zijn om te durven bewegen.
Vervolg
Waar hou je rekening mee voor een volgende gelijkaardige
opdracht (aandachtspunten)?