Vorige post had ik het over zoeken. Bij dit 'zoeken' wil ik even wat meer uitgebreid stilstaan. Na enige overpijnzingen lijken veel mensen op zoek. Hierbij stelde ik me de vraag of we op de juiste plaats zoeken maar bij ander inzien is dit ook niet de goede vraag. Hiervoor zou moeten komen of het simpelweg zin heeft om te zoeken. Dus een beetje 'ik pleit voor een staakt het zoeken' scenario. Goed om duidelijk te erkennen wat we dan werkelijk zoeken. Op te splitsen in twee grote categorieën denk ik. Enerzijds lijken we iets te zoeken dat bevrediging moet brengen en deze zoektocht lijkt een eindeloze weg die ook continu veranderd. Het bevredigende lijkt hier de doorslaggevende factor. Het bevredigen van behoeften, de nood daartoe, lijkt dat we continu op zoek gaan naar de uitvoering ervan. zoals ik schreef, een nooit ophoudende tocht. Het is zeer menselijk om wanneer we onszelf bevredigen (niet te verstaan als seksuele bevrediging) door bv. te eten, we tijdens een maaltijd onszelf al zorgen kunnen maken of vragen stellen over wat we straks of morgen zullen eten. Mensen lijken zich daaronder te distantiëren van dieren. Een dier eet, punt. Een mens eet ook maar is in gedachten in staat om veel verder te gaan dan het louter eten. We weten als het ware niet dat we aan het eten zijn, en dit gebeurt dan ook niet met volle bewustzijn. Behoeften bevredigen als eerste categorie. Met de nadruk op de expliciete tijdelijkheid van het ervaren van ingevuld verlangen. Als we geluk nastreven door iets materieels te willen (verder dan basisbehoeften zoals eten, een dak boven ons hoofd,...) zal dit geluksgevoel, tevredenheidsgevoel... van erg tijdelijke aard zijn en snel plaats maken voor nieuwe wensen op ons verlanglijstje. Materieel bezit houdt ook het gevaar van hechting in zich. Als het kapot gaat, verloren raakt of verdwijnt, gestolen wordt, dan lijkt het alsof een stuk van onze persoonlijkheid mee verdwenen is en gaan we maar al te vaak lijden. Op dit principe van hechting wil ik graag later nog eens terugkomen. De tweede categorie is het zoeken naar een soort heelheid denk ik. Veel moeilijker te omschrijven. Een zoeken naar leven in harmonie met wie we echt zijn. En deze categorie is de meer essentiële, maar wordt onlosmakelijk (verkeerdelijk) verbonden met de eerste en zelfs overschaduwd door de eerste. Misschien heb ik al aangehaald maar onderzoek heeft uitgewezen dat wanneer we een bepaalde levensstandaard bereiken (die niet byzonder hoog is), het tevredenheids- of geluksgevoel niet meer stijgt, gekoppeld aan status, bezit,... Toch zit dit idee in de mensheid erg fel ingebakken. Het lijkt verlossend te zijn wanneer dit op termijn hersteld kan worden of meer mensen in zekere zin leren ontwaken uit deze zinsbechocheling. (Zelf trap ik er ook nog regelmatig in, het is immers op het eerste zicht makkelijker om tastbare zaken na te streven). Als ik maar die status bereik of dat zal hebben, dan zal ik zo gelukkig zijn, dan tel ik echt mee... is iets waaraan we allen vaak ten prooi vallen, al is het niet zo uitgesproken. Harmonie dus, met onszelf, ons echte zelf (niet de maakbare kant, ons ego) en met anderen. Daar gaat het essentiële zoeken meer en meer om denk ik. En datgene wat nodig is om daar toe te komen. Hoe wordt ik minder onderhevig aan de grillen van mijn eigen ego. Hoe kan ik herkennen dat ik streef naar een maakbare ego status? Hoe leer ik minder gehecht zijn aan denkbeelden. Hoe kan ik leren gelukkig zijn met wat is en wat ik heb, minder streven naar wat ik niet heb. Hoe vind ik een gezond evenwicht tussen de twee (hoofd) categorieën? Wie ben ik echt wanneer ik mijn ego schil kan afpellen. Kan gelukzaligheid die van meer blijvende aard is (en evengoed nog een momentopname) frequenter dichterbij komen als ik meer in vrede met mezelf leef? Heeft dit in vrede met mezelf leven (mildheid) een onlosmakelijke impact op de relaties die ik onderhoud? Is in vrede leven met mezelf een absolute vereiste om ook in vrede met anderen te leven? Vragen die het zoeken misschien een handje kunnen helpen. Er lijkt bij mezelf nog veel werk aan de winkel. Toch ben ik ook blij dat ik enkele momenten ken die me bewuster maken van deze mechanismen.
Wijsheden genoeg maar er iets mee doen is een ander verhaal
Mensen lijken verstandige wezens. Daar ik soms wat weerstand voel bij veralgemeningen zal ik het bij deze maar over mezelf hebben. Ik denk dat ik een redelijk verstandig wezen ben. (voel de afzwakking!). Echter kom ik tot de constatatie dat het vaak bij verstand of het beschikken over wijsheid blijft. Dit vind ik enerzijds jammer en anderzijds ook opmerkelijk. Een voorbeeld om te duiden wat ik net bedoel. Ik sta mensen bij die vastlopen in het leven. Mijn moto is enigzins om zelf een voorbeeld te zijn van de zaken die ik pleit. Volgens mij is dit voor veel mensen herkenbaar. Als een medemens (in nood) ten rade komt bij ons, of mezelf (want 'k ging niet veralgemenen), heb ik vaak snel door waar hij of zij op vastloopt, wat valkuilen zijn, patronen die in iemands leven terugkeren etc. Zo ben ik eens in contact gekomen met iemand die alles op een erg negatieve manier bekijkt en interpreteert. Deze kijkwijze was zo gewoon geworden dat het eigenlijk een (valse) identiteit verleende aan wie die persoon was. Jarenlang door dezelfde (gekleurde) bril kijken vertekent niet alleen de realiteit (voor zover die al bestaat, want mijn realiteit schilt nog eens van die van anderen) maar het wordt ook onwennig om die bril na verloop van tijd nog af te zetten. Mijn ervaring zegt me dat het vaak zelfs weerstand oproept om eigen kijkwijze te veranderen. Crisis is een moment dat vaak uitnodigt om die bril even terzijde te leggen. Mensen in crisismomenten (al dan niet acuut) kom ik beroepshalve dus regelmatig tegen. Ik ben van mening dat ik best zo weinig mogelijk zaken verkondig die ik zelf niet kan toepassen of waarvan ik zelf gn ervaring in heb. Hierdoor projecteer ik vaak problemen van anderen op mezelf en stel ik bij mezelf de vraag of ik in mijn hoedanigheid in staat zou zijn om dezelfde veranderingen, vernieuwde kijk op de dingen toe te passen zoals ik ze verkondig. En het eerlijke antwoord daarop is ; vaak in zeer beperkte mate. Waarom is dit nu zo moeilijk? Zitten bepaalde schema's nu zo diep geworteld in onze persoonlijkheid zodat ze met de jaren enkel meer star en rigide kunnen worden? Terug naar de persoon die zich continu begeeft in negativiteit, kritiek en zelfkritiek. Mijn herhaaldelijke uitnodiging pleit om gevoelens te (h)erkennen, en de reactie van de eigen geest daarop te onderzoeken. Hopelijk met de conclusie dat de negatieve bijkleuring niet klopt. Dus als er iets gebeurt in het leven, om zich te focussen op wat gevoel daar bij komt kijken en er verder niets mee te doen (of dus negatief gaan denken, cerebrale verhalen verzinnen als het ware). Als die persoon in de spiegel keek, dan werd een systeem van zelfwalging in gang gezet. Jij bent lelijk, moddervet,... werd er over zichzelf gedacht. En zo werd alles gepercipieerd. Eigenlijk zou je dan willen zeggen, je bent toch oké zoals je bent, aanvaard jezelf toch, je bent helemaal niet lelijk, je beeld je wat in, je hebt een negatief zelfbeeld en verander dat nu toch... En dat bedoel ik met het goedbedoelde advies. We zouden deze wijsheden (die doorgaans ook kloppen) in overdosis adviseren aan een ander. Maar in welke mate zijn we zelf in staat om onszelf te aanvaarden, onszelf oké te vinden... Ik doorgaans dus niet. Of, dit is een puzzel die ik de laatste tijd bij mezelf tracht te ontrafelen. De wijsheden zijn er dus a volonté. De praktische uitvoering dus niet. Ik ben wie ik ben en dat is oké. En als het niet oké is, dan is dat ook oké. Ik ben oké en jij bent oké zou beter klinken als Ik ben niet oké en jij bent niet oké, en dat is oké. Er zullen altijd elementen zijn die we vinden over onszelf, waarmee we niet tevreden zijn. De eerste les lijkt een weg te zijn om die onder ogen te zien en ze toe te laten, erkennen dat ze er zijn. De persoon waarover ik sprak heeft geleerd om te presteren, de lat hoog te leggen, zichzelf vooral geen schouderklopjes te geven. In de plek daarvan is er een absolute fixatie ontstaan op alle mogelijke (en denkbeeldige) tekortkomingen. Niets mildheid, niets tevredenheid... uiteindelijk zelfs angst daarvoor. Wie ben ik tegenover deze lijdende mens als ik mijn eigen kleine kanten niet in de ogen kan zien, ze kan aanvaarden en erkennen alvorens nog maar te denken om ze te veranderen. Ik zou iets pleiten waartoe ik zelf niet in staat ben. En ook daar gaat mijn zoektocht over. Mezelf zien zoals het is. En daarbij mijn eigen gehechtheden en weerstanden onder de loep nemen. Dit ben ik verschuldigd aan alle mensen die me raad komen vragen. Omdat het antwoord dat ik hen geef best een echt antwoord is. En omdat ik zelf de weg wil kennen die ik hen aanwijs. Ik weet dat een gezonde slaaphygiëne belangrijk is. Toch kan ik het soms niet nalaten om mezelf voor de televisie te deponeren en er niet achteruitt e komen tot een bepaalde film of programma afgelopen is. Ik beschik over de wijsheid dat voldoende slaap belangrijk is voor mijn psychisch en fysisch functioneren en toch... Op dat moment blijk ik erg gehecht aan het plezier dat ik ondervind en wil dit toch kunnen vasthouden of laten voortduren. Hoe vaak zeg ik tegen mensen dat het mag om boos te zijn, of dat kritiek terecht is. Maar hoe moeilijk is het om zelf echt kwaad te zijn en dit te uiten. Onmacht, nog zo eentje. Erg moeilijk om toe te laten. Vanalles doen om er zo snel mogelijk vanaf te zijn. Ook hier betrap ik mezelf wel eens op... Kortom ik verkondig weleens dingen die ik zelf niet kan toepassen (nog niet, of niet volledig, of tijdelijk) en ik vraag me dan af of dit eerlijk is, en of dit wel echt is. Hoe komt het dat ik (hoe overtuigd dan ook) zo moeilijk kom tot het in praktijk zetten van alle wijsheden waarover ik beschik? Ik denk omdat ook ik te gehecht ben aan de denkbeeldige uitkomst van situaties, te gehecht kan zijn aan plezierige gevoelens (hoe tijdelijk en vergankelijk dan ook)... Ik hoorde ooit iemand zeggen "mochten we alles in praktijk omzetten dat we ooit in (persoonsvormende) cursussen of boeken geleerd hebben, dan zouden we supermensen zijn". Dat vond ik treffende woorden. Een mens blijft op de één of andere manier zoeken maar lijkt 'hét' maar niet te vinden. Is hét dan niet te vinden of zoeken we op de foute plaats? Wat zoek ik eigenlijk (nu wordt het interessant)? Een vorm van verlichting als je het mij vraagt. Bon, het is nu echt goed geweest. Waar haal ik toch al die woorden vandaan. In dialoog met jezelf, het heeft iets.
Er zit zware ego psychologie achter de teller van dit BLOG of paranoia?
Bekijk dit blog... na hierop geklikt te hebben zag ik dat de teller op 92 stond. Straf, daarnet was het nog 88. Proefondervindelijk nog eens een poging gewaagd. Netjes naar 93. Klopt dus. Natuurlijk kan ik het niet nalaten de test nog een keertje te herhalen en hop, getal 95 verschijnt. Een vreemde gewaarwording moet ik zeggen. Vraag mezelf af of deze tellers gemanipuleerd zijn. Oh kijk, verschillende mensen lezen wat ik schrijf want de bezoeken die de teller aangeeft knallen met een snelheid omhoog... niet te geloven. Dit zet natuurlijk aan om meer te schrijven want mensen vinden wat ik schrijf interessant. En zo ontstaat het zelfvoedende systeem van bloggen en de tellermanipulatie. Ik zie wat ik wil zien misschien. Of kan ik het feit niet toelaten dat er daadwerkelijk mensen lezen wat er hier staat? Hoe dan ook, om 1.30u 's nachts lijkt het me toch een beetje vreemd om bij een paar klikken de teller zo te zien 'aandikken'. Paranoia van mijnentwege of regelrechte tellermanipulatie met egostrelende doelstellingen. Ik zal het in het midden laten, het is wat het is.
Er is geen zak veranderd en ik spreek bijna wartaal
Enige tijd terug had ik een schrijfsel neergepoot over het begrip scheet. Ik had er plezier aan beleefd en heb getracht om op een niet wetenschappelijke analytische manier mijn eigen betekenisverlening aan de flatus weer te geven. Wanneer ik deze overpeinzingen wilde opslaan gebeurde natuurlijk net datgene waar ik soms bang voor ben. Helemaal weg. Wel, de zin is nu over en ik laat het maar voor wat het is. Het lijkt alsof wanneer ik terug ga schrijven over de scheterij, ik het warm water ga heruitvinden. Voorlopig maar niet dus. Wel heeft het nog tot een verdere ontwikkeling geleid omdat ik met m'n partner over dit schetengebeuren een gesprek heb gehad. Ik ben weer wat wijzer geworden in het gedrag van mijn naaste omgeving. Tja, hoe de zaken soms kunnen lopen. Intussen lijkt het al een kleine twee maand geleden dat ik hier geschreven heb en voila, plots ben ik terug. Het is andermaal nacht, stilletjes en ik moet mezelf wakker houden met ditjes en datjes. Het ideale moment om dus te constateren dat er sinds 2 maand terug niets veranderd is. Een beetje dubbel eigenlijk want in principe is alles veranderd en niets hetzelfde. Voor het menselijke oog is het moeilijk waarneembaar maar alles ontstaat en vergaat continu. Onze eigen lichaamscellen zijn onderhevig aan continu verandering en alle subatomaire deeltjes van de tafel waar ik nu achter zit trillen er heerlijk op los. Ik zie deze tafel als hetzelfde als een kleine twee maand geleden. Ze verandert dus niet. Foutje... Ik bekijk de tafel op een termijn die te kort is om het te kunnen waarnemen of met het blote oog, dat dan te weinig kan waarnemen. Als ik binnen 500 jaar terug kom kijken dan staat deze tafel in deze staat er niet meer denk ik. Zelfs al zou ze onaangeroerd zijn. Vergankelijk dus, zoals alles. Alleen zien we het niet direct, en vrees ik dat we het ook soms niet willen zien of erkennen. Veel mensen willen iets betekenen zodat op de een of andere manier hun naam de geschiedenis ingaat. Echter is dat gegeven voor erg weinig mensen weggelegd. Namen als Mozart, Hitler,... zullen de tand des tijds wel overleven. Maar ook dat voor beperkte duur. In ons brein is een paar honderd jaar dan weer erg lang. Maar op planetair niveau is dat een mm op meters. Zonder hier negatief over te zijn, is ook de aarde maar een beperkt leven geschonken. Vroeger heb 'k me laten vertellen dat de zon niet eeuwig zal branden, en zelfs voor het uitdoven zal uitzetten en daarbij de aarde mee verbranden. Als dat scenario niet definitief bepalend is voor het toekomst van de aarde, dan zijn de mensen er ook nog. Tegen 2050 zouden er 9 miljard monden te vullen zijn. Tenzij het menselijk ras evolueert naar beperking, evenwicht en bewustzijn lijkt het alsof we eigen bronnen ooit zullen opgebruiken. Ook al regenereert de natuur nog zo snel of makkelijk. Andermaal wil ik geen doemscenario's pleiten. Wat ik wel wil duiden is de vergankelijkheid en daarbij de relativiteit van het vasthouden, voor eeuwig zien, niet veranderbare... Slotconclusie, alles verandert continu en ook alles is eindig. Ook al lijken we erg gehecht te zijn aan vast houden... We willen niet graag ouder worden en gebruiken zelfs allerhande middeltjes en crème's, operaties,... om het tegen te gaan. Het laat zien hoe ingebakken onze weerstand is tegen het moeten loslaten, tegen het tijdelijk zijn (leven). Bon, ik vind dat ik wat teveel zaagachtig klink en als 'k het zelf al vind zal het extra erg zijn. Het onderwerp klopt dus niet. Alles is veranderd (ook al zie ik het niet), (zonder verandering geen tijd trouwens, tot die conclusie kwam ik vroeger eens), en wat de wartaal betreft. Dat was zelfkritiek op een voorgaand bericht. Moest er zelf mee lachen. Schitterend toch! Trouwens, mocht de aarde trager draaien, welk maf effect zou dat hebben op onze tijdsindeling. Een dag duurt dan enkele uren meer. En stel dat onze cyclus rond de zon veel sneller zou verlopen... Snellere opeenvolging van seizoenen met langere dagen en langere nachten. Ongeacht in verhouding evenveel tijd die 'passeert' als nu. Slaapwel.