Soms is een probleem oplossen verbluffend simpel. Zo moest ik met Jongste een aantal woordpaketten oefenen voor een toets dictee, dat de juf één dezer dagen zal afnemen. Ik had het de avond tevoren al gedaan, de woordjes één voor één voorgelezen zodat hij ze kon opschrijven. Nu, aan woordjes dicteren heb ik een bloedhekel. Telkens een woord zeggen en dan wachten tot hij het opgeschreven heeft. Zijn tussendoors getater trotseren. Hem telkens aanmanen om door te werken. Woorden dicteren als ik aan de computer zit te werken of aan het strijken ben is al helemaal niet te doen. Bij elk woord moet je dan met je blik het blad overscannen om te zien waar je alweer gebleven was. Maar ineens flitste het idee: een dictafoon! Had ik vroeger ook wel eens boven gehaald als de groten Franse woorden moesten oefenen. Dat exemplaar had de tijd niet overleefd. Maar had ik er onlangs, op vraag van Dochter, geen nieuwe gekocht? Ik spoorde het ding op en maakte het met behulp van Oudste Zoon gebruiksklaar. Dan las ik traag alle woordjes in. Daarna nam Jongste het dictafoontje bij zich. Zette het op, luisterde naar een woord, en drukte dan op de stopknop, waarna hij het woordje opschreef. Zo woord per woord. En aangezien ik uit de buurt bleef, was er niemand in de nabijheid om zijn tijd mee te verbabbelen. En ik bleef uit de buurt, werkte lekker ongestoord aan de computer. Jongste was vlugger klaar dan anders. En ik was er mooi vanaf! Voilà!
|