Renaat Van Poelvoorde over de sociale en politieke actualiteit.
22-02-2008
De 'Vlaamse Sint' gaat heel wat deuren voorbij!
De Vlaamse regering heeft te veel inkomsten en te weinig uitgaven. Althans dat moet men afleiden uit de beslissing om nog dit jaar alle lage en middelgrote inkomens 200 euro korting op hun personenbelasting te geven. In plaats van het teveel aan inkomsten op te sparen voor de, als gevolg van de vergrijzing, komende slechte tijden, denkt zij er beter aan te doen om het geld gul in 't rond te strooien, in de hoop daar in 2009 ruim voor beloond te worden. Dat tien procent van de bevolking wegens een té laag inkomen helemaal geen belasting betaalt, en bijgevolg de 'Vlaamse Sint' hun deur zien voorbijgaan, is te verwaarlozen, gezien de electorale surplus die de actie ongetwijfeld zal opleveren. Dat daardoor ook de kloof tussen de onfortuinlijken en de betergegoeden, om de de rijken niet te noemen, nog maar eens verder in breedte toeneemt, moet men blijkbaar aanvaarden als een soort 'collateral damage'
Eens te meer gaan socialistische minister mee in de liberale theorie dat het verminderen van belastingen terugverdient wordt, en bijgevolg geen invloed heeft op de inkomsten voor de gemeenschap. Dat men op federaal vlak, waar men reeds twee jaar dit procedé toepast, in de praktijk daar vrijwel niets van merkt, wordt als 'voorbarig' afgedaan. De 'overschotten' op gewestelijk vlak zijn grotendeels het gevolg zijn van de overfinanciering van de gewesten, afgesproken bij de vorige staatshervorming. Dat dit mede met de belasting- en lastenverlagingen de budgettaire problemen op federaal vlak veroorzaken, doet er blijkbaar niet toe. Men lijkt er van uit te gaan dat het voor het gros van de bevolking toch veel te moeilijk is om dat te begrijpen. Dus hoeft men daar helemaal geen uitleg voor te verzinnen.
Dat de rekening voor dit neoliberaal beleid vandaag al wordt betaald door de gezinnen, alleenstaanden, en alleenstaande oudergezinnen, welke het met een inkomen onder de 1.200 euro moeten rooien, en zij daar in de toekomst nog meer dreigen voor op te draaien, is op zich al erg. Dat ook socialisten daar in meegaan is frustrerend voor al wie zich als ideelogische socialist binnen die partij bevind.
Maar dat dit mogelijk wordt gemaakt omdat het voor de overgrote meerderheid van de bevolking een zorg zal zijn, dat maakt mij wanhopig...
Volgens onze blauwe minister van binnenlandse zaken, Patrick Dewael, moet België vanaf volgend jaar zijn grenzen ook voor werknemers van buiten de Europese Unie opengooien wanneer het gaat om knelpuntberoepen. Door de toenemende vergrijzing van de arbeidsmarkt zou dat de enige oplossing zijn om onze sociale zekerheid betaalbaar te houden, aldus deze zichzelf tot econoom-socioloog uitroepende liberaal. Dat een VLD-politicus daarvoor het vrijwaren van de sociale zekerheid als zijn hoofdbekommernis stelt, kan moeilijk anders dan ongeloofwaardig overkomen.
Natuurlijk ontbreekt in zijn lijst van voorgestelde maatregelen het liberale stokpaardje zoals activering van de werklozen niet, zou die activering ook voor oudere werklozen, ja zelfs voor deeltijdsen en de leefloners moeten gelden. Bovendien zou men moeten snoeien in de mogelijkheden van de werklozen om een aangeboden job te weigeren. Zelfs het weigeren van werk wegens een lager inkomen hun uitkering zou uit den boze moeten zijn. Verder kan het voor de trouwe grootverdienerfan niet dat men raakt aan de wet op de notionele intrestaftrek, welke nu door heel wat bedrijven misbruikt wordt onder de vorm van fictieve investeringen. Ook moeten er volgend jaar de stilaan traditioneel wordende belastingsverlagingen zijn, en de korting op de bedrijfsvoorheffing voor onderzoekers moet opgetrokken worden tot 75 procent voor alle onderzoekers. Ten slotte zou het grootste deel van de (gesubsidieerde) banenplannen moeten worden geschrapt en het uitgespaarde geld besteed worden aan lastenverlagingen. Aan het feit dat die banenplannen bijna 40% van de nieuw bijgekomen jobs voor hun rekening nemen, wordt hier gemakshalve even aan voorbijgegaan, waarschijnlijk omdat de onkosten voor de gemeenschap groter zijn dan de opgeleverde baten...
Misschien zou men het 'opengooien van de grenzen' ook kunnen gebruiken om in landen buiten de EU op zoek te gaan naar politici die een echte oplossing voor de economische, sociale en milieuproblemen kunnen bedenken. Want, er mag dan een tekort zijn op de arbeidsmarkt, op de politieke markt is lijkt dat tekort zelfs schrijnender!
Staatshervorming: vragen van een ondeskundige bij een scheiding van tafel en bed. Maart 2008
Het ziet er naar uit dat de, in de jaren zeventig van de vorige eeuw begonnen staatshervorming, op termijn zal uitmonden in een soort confederale staatsstructuur. In functie van relatienormen omschreven komt dit neer op een feitelijke scheiding van tafel en bed. Voor de buitenwereld principieel nog samen, maar als het op geld, werk en persoonlijke relaties aankomt, gaat ieder zijn eigen weg.
Het gros van de Vlaamse politici doen hun best om met twee fundamentele argumenten de noodzaak van een dergelijke scheiding aan te tonen. Vooreerst zou onze luie partner (Wallonië) profiteren van ons (Vlaanderen) door hard werken, verdiende inkomen. En tweedes zouden wij, Vlamingen, als wij het op vrijwel alle vlakken alleen voor het zeggen hebben, het er nog beter, lees rijker van af brengen.
Alhoewel ik als man in de straat zowel politiek, economisch als sociaal, niet tot de zogenaamde deskundigen kan worden gerekend, stel ik mij daar toch de een aantal vragen bij:
Kunnen kleine, wereldwijd vrijwel onbekende regios zoals Vlaanderen en Wallonië, zelfs met het investeren van belastingsgelden in dure imagebuildingcampagnes, ooit het huidige economische imago van België met zijn hoofdstad Brussel, tevens de Europese hoofdstad evenaren, laat staan overschrijden?
Zal in de Europese Unie het belang van de som van drie afzonderlijk optredende regios (of vier, want men vergeet constant de Duitstalige) gelijkwaardig of groter zijn dan deze die het huidige België heeft? Kan men ontkennen dat België als één van de stichtende leden van de Europese Unie meer kan wegen in het Europese proces dan Vlaanderen of Wallonië dat zouden kunnen als een van de bijna driehonderd regio's die de Unie telt, zelfs als het een onafhankelijk land zou worden?
Is het niet zo dat bvb heel wat verschillen inzake het gebruik van de sociale zekerheid, groter is tussen Oostende en Antwerpen dan tussen Vlaanderen en Wallonië? En wat gezegd over de financiële transfers die van de provincie Waals-Brabant (de rijkste provincie) naar zes van de acht West-Vlaamse arrondissementen vloeien? Leveren de interregionale verschillen, die er uiteraard zijn, dan wel een voldoende argumentatie tot een verdere regionalisering van de bevoegdheden?
Zou men, gebruik makend van dezelfde transfermaatstaven, de verschillen tussen de arrondissementen, ja zelfs tussen de gemeenten, niet dezelfde motivering kunnen hanteren om bevoegdheden van zowel de federale staat, gewesten als provincies naar de arrondissementen en gemeenten over te dragen? Zouden wij dan volgens diezelfde denkpistes er beter aan toe zijn indien wij dit land opdelen in een honderdtal economische en sociale ministaatjes zoals Monaco en Andorra? (de rijkelui, Tom Bonnes en Justines Henins zouden er dan alvast niet moeten voor verkassen)
Is het gebruiken van de taal als één van de scheidingscriteriums niet een archaïsche maatschappijopvatting die uitgaat van de gedachte één volk, één natie, één taal? En hebben wij in het verleden; ja zelfs in de recente geschiedenis niet meegemaakt tot welke onmenselijke toestanden dat kan leiden?
Zou het niet kunnen zijn dat alle regio's, zowel Wallonië, Brussel en Vlaanderen, verarmd uit een verder doorgevoerde regionalisering komen? Zou, bij een regionalisering van bvb de personenbelasting de zogenaamde "winst uit transfers" niet geneutraliseerd worden door de 250.000 Vlamingen die in Brussel werken en als gevolg daarvan daar hun belastingen op hun looninkomen dienen te betalen?
Moeten wij in deze geglobaliseerde wereld het verschil in taal, zoals het verschil in culturen niet eerder als een verrijking zien, in plaats van de meertaligheid in ons land, als een overbodige luxe te bezien? En is de drang naar een verdere verzelfstandiging van zowel het culturele als sociale leven niet eerder gebaseerd op een gettobenadering?
Is het organiseren van een intense samenwerking tussen de regios niet veel gemakkelijker binnen centrale bevoegdheden dan tussen zelfstandige regios? Hoe denken wij het probleem Brussel of de verdeling van onze overheidsschuld aan te pakken bij het opsplitsen van de fiscaliteit?
Na zeven jaar Lambermontakkoorden zijn we er nog steeds niet in geslaagd de splitsing van de plantentuin van Meise uit te voeren. Als een akkoord over de splitsing van een plantentuin nog niet kunnen uitvoeren, hoe kan men dan stellen dat het regionaliseren van de fundamentele basisbevoegdheden van een staat, zoals justitie, arbeidsbeleid, laat staan sociale zekerheid, probleemloos zou kunnen worden uitgevoerd?
Zou het niet beter zijn dat de regios hun complementariteit meer gebruiken? Is een regeling, waardoor de werkloosheid in Brussel en in gedeelten van Wallonië de naar schatting 150.000 vacante betrekkingen in Vlaanderen opvullen echt zo moeilijk? Zouden daardoor niet heel wat van de transfers ongedaan worden gemaakt? Misschien zou men (eindelijk) eens de arbeidsreglementering (vooral onderdeel minimumlonen) kunnen aanpassen in de zin dat werken meer loont dan niet werken?
Is een voldoende draagvlak niet de basis voor het institutionaliseren van solidariteit binnen de sociale zekerheid? Dat solidariteit moet gekoppeld worden aan verantwoordelijkheid zal niemand ontkennen, maar is dat zon probleem om dat vanuit een centraal bestuur op te leggen aan de regios? Waar haalt men het om enerzijds in een klein land als België bestuursdaden te regionaliseren, terwijl men anderzijds ze op Europees vlak, omwille van de efficiëntie steeds meer wil centraliseren?
Op dit ogenblik vertegenwoordigt België ongeveer twee procent van het bruto binnenlands product van de Europese Unie. Bij een vrijwel volledige economische regionalisering zal het in drie delen hakken van die twee procent (1,1 voor Vlaanderen; 0,4 voor Brussel en 0,5 voor Wallonië) op europees vlak leiden tot economische versnippering. Wie durft te beweren dat dit bevorderlijk zal zijn voor onze welvaart?
Heeft de prakrijk niet bewezen dat bepaalde beleidsdomeinen efficiënter kunnen worden uitgevoerd op federaal niveau dan op regionaal niveau? Denken we maar aan de geluidsnormen van vliegtuigen, het openbaar vervoer (De Lijn, TEC, MNVB), en verkeer.
Gaat onze ziekelijke drang om vrijwel alles op economisch en sociaal vlak te regionaliseren niet in tegen de algemene tendens naar verdere europeanisering van de nationale van bevoegdheden? Zal achteraf niet blijken dat wij na nutteloos onze reglementeringen te hebben geregionaliseerd ze alsnog moeten harmoniseren op Europees niveau?
Door al deze vragen, opgeroepen bij een scheiding van tafel en bed, zoals ik de door rechts-Vlaanderen gewenste staatshervorming noem, is het voor een kritisch mens twijfelachtig of daardoor de Vlamingen, Brusselaars, laat staan de Walen, hun levenskwaliteit zouden zien stijgen.
Maar, zoals ik hier eerder stelde, zowel qua opleiding als sociale status kan ik niet tot de deskundigen worden gerekend. En misschien zijn mijn vraagstellingen en bedenkingen daar een weerspiegeling van.
Daarom dat een antwoord daarop van deskundigen waarschijnlijk niet te verwachten is
Eén van de huidige populaire begrippen in de politiek is lastenverlaging. De mate waarop het voorkomt in toespraken, debatten en artikels, vermeerdert al naargelang dat betrokkene zich in het centrum- tot meer rechts positioneert. Van Uiterst rechts tot sociaalliberaal (en in mindere mate zelfs centrumsociaal) stelt men het verminderen van de afdracht aan de gemeenschap als oplossing voor vrijwel al onze economische en financieel-maatschappelijke problemen. Vermindering van de bedrijfslasten geeft hogere winsten. Dus meer groei, dus meer werkgelegenheid. Vermindering van belasting op arbeid geeft hogere nettolonen. Tel daarbij ook nog dat vermindering van belasting op inkomen meer koopkracht teweegbrengt, wat meer omzet, dus weer groei voor de bedrijven betekent en de cirkel is rond!
Tot daar, eenvoudig uitgelegd, het ei van Columbus, waarmee de hedendaagse hooggekwalificeerde, en navenant betaalde liberale economen grote bijval kennen bij zowat iedereen die tegen beter weten in blijft zweren bij het voorbijgestreefd eendimensionaal economisch bestel met de daaraan verbonden macht en privilegies. Maar goed, dat even terzijde gelaten.
Het zal wel met mijn gebrek aan universitaire scholing liggen, en niet minder mijn argwanend karakter, dat ik daar toch een aantal vragen bij heb, die, voor zover zij ooit al zouden beantwoord zijn, nog meer vragen oproepen.
Ofwel lijdt de politiek, en hun economische goeroes, aan de voor hen goed uitkomende ziekte van selectieve dementie, ofwel waren de vorige generaties van s land leiders uilskuikens. De huidige problematiek van slechte concurrentiepositie, dalende koopkracht, werkloosheid of tekort aan arbeidspotentieel is geen gegeven dat onlangs is opgedoken. Naar mijn weten heeft deze economische werkelijkheid zich sinds de industriële revolutie steeds in golfbewegingen voorgedaan. Belastingen onder welke vorm ook, zijn niet enkel verhoogd in de vette jaren om zodoende de uitbouw van de sociale zekerheid te financieren, maar ook in tijden van economische crisis, werden vooral de sociale lasten verhoogd om tegemoet te komen aan de stijgende kosten van werkloosheid e.d. Dat daardoor de staatschuld alsmaar groeide, beschouwde men toentertijd als een noodzakelijk kwaad.
Dat een dergelijke manier van werken uiteindelijk onhoudbaar wordt zal men ook toen wel geweten hebben. Vraag is waarom toen de zowel de industrie als de financiële sector naarstig aan dit systeem hebben meegewerkt, en er zich zelfs aan tegoed hebben gedaan. Misschien moet men zich eens afvragen welk verschil er is tussen de miljardensteun die men in de jaren zeventig aan bvb de noodleidende textiel- en staalindustrie gaf, en de lastenverlagingen die men nu propageert. In beide gevallen draait de gemeenschap er voor op, ofwel door meer uitgaven, ofwel door minder inkomsten.
Het verschil met toen ligt in wie er de directe factuur betaalt. Vroeger voorkwam men de directe factuur bij middel van staatsleningen. Dat heeft uiteindelijk voor de huidige grote staatschuld gezorgd, welke nu via sluitende begrotingen dient afbetaald te worden. Men kan zijn vragen hebben bij het doorschuiven naar de volgende generaties, maar dat systeem heeft toch in ruime mate bijgedragen tot de huidige grote, benijdenswaardige levenstandaard en sociale zekerheid.
Wat de promotors van de responsabilisering en indiv idualisering met hun lastenverlaging willen bereiken is niet alleen het ondersteunen van ons economisch systeem, maar tegelijkertijd voorkomen dat de gemeenschap in zijn geheel, en naar draagkracht er toe bijdraagt. Door de minderinkomsten, als gevolg van lastenverlaging aan de bedrijven en de verlaging van de personenbelasting, te compenseren met verschuivingen naar lineaire en consumptielasten wordt de rekening, omgekeerd evenredig naar draagkracht, aan de bevolking gepresenteerd.
Ons huidig systeem van inkomstbelasting en sociale lasten zorgt er voor dat, voor zover het inkomen gekend is, de sterkste schouders de zwaarste lasten dragen en de allerzwaksten daar van gevrijwaard blijven. Bij de door rechts gewenste hervorming worden de lasten van de sterken, inkomens-procentsgewijs meer verminderd dan deze van de minder sterken. Onder een bepaald inkomensniveau heeft dit het gevolg dat men, ondanks de lagere personenbelasting, globaal meer belastingen gaat betalen dan voorheen. Bovendien is het ultiem-pervese gevolg van dit systeem dat diegenen die tegen en onder de armoedegrens zitten, en daarom worden gevrijwaard van inkomensbelasting, niet enkel verstoken blijven van de koopkrachtvrijwaring of vermeerdering die de belastingsvermindering met zich zou brengen, maar daarenboven via de verhoging van taksen, heffingen en consumptiebelastingen, meer dan voorheen van hun karig inkomen gaan bijdragen aan de gemeenschap.
Niemand kan tegen een betere beloning van de zogenaamde hardwerkende Vlaming zijn. Maar, voor zover die beloning er is of komt, mag en kan zelfs de grootste egocentrische individualistische rechtse liberaal toch niet aanvaarden dat daarvoor ook de minder bedeelden worden aangesproken die verstoken blijven van de vruchten die het walhalla van het kapitalisme heeft te bieden.
Dat enerzijds de factuur aan de welstellenden wordt verminderd en anderzijds deze aan de behoeftige wordt vermeerderd, kan toch niet de bedoeling zijn van mensen die hun partij ook als sociaal betitelen? In feiten gaat het hier om een omgekeerde solidariteit. Men vraagt niet min of meer dat de armen uit solidariteit met de rijken gaan inleveren!
Misschien heeft het antwoord op mijn vraag, waarom men in de jaren zeventig geen heil zag in de huidig gangbare remedie voor het welvaartsbehoud, daar wat mee te maken. Misschien was de tijd daar toen nog niet rijp voor. Misschien was de druk vanuit het oosten, om het begrip solidariteit van rijk naar arm te handhaven, nog te groot.
Misschien is het antwoord op mijn vraag , waarom men sinds het einde van de jaren negentig, solidariteit is gaan beschouwen als iets wat men moet verdienen, te zoeken in het verdwijnen van de roede achter de deur. De tot dan gevreesde roede die er onder de vorm van het communisme, de vorige vijftig jaar steeds was geweest . De triomfantelijke verkondiging van het faillissement van het links socialisme en het idee dat daarmee ook de socialistische gedachte zijn onwerkbaarheid had bewezen, hebben begrippen zoals gelijkwaardigheid, solidariteit, hulpvaardigheid en menselijkheid, alsook sociaal en gemeenschapszin een nieuwe, aan het kapitalisme aangepaste dimensie gegeven .
Dat de feitelijke responsabilisering van de armoede niet méér sociaalvoelenden in deze maatschappij in het harnas en op de barricaden jaagt, stemt tot nadenken. Dat steeds meer mensen onder de armoedegrens duiken, terwijl men bij hoog en bij laag beweert de laagste inkomens te verbeteren, en het gros van de bevolking daar ook nog intrapt, wekt mijn grote ergernis. Dat men blijft beweren dat werken de beste remedie is tegen armoede, zou ik lachwekkend kunnen vinden, als de intrieste werkelijkheid er niet zou zijn, dat heel wat alleenstaande werkenden het met een netto-maandinkomen van 1050 euro moeten stellen. Met de huidige huurprijzen van om en bij de 400 euro voor een klein appartementje, hoef je niet bepaald een levensgenieter te zijn om in de financiële moeilijkheden te verzeilen.
Dat men zelfs in socialistische middens de lastenverlagingen, zowel qua bedrijfslasten als voor personenbelasting, en de verschuivingen naar consumptiebelasting, niet bij voorbaat afwijst, bewijst dat ook bij de nieuwe, andere of alternatieve socialisten, (wat die a in Sp.a ook moge betekenen) de leer van de nieuwe God, de kapitalistische marktwerking, stilaan ingang weet te vinden.
Dat alles maakt mij bang. Bang, dat er een tijd komt, dat men ook van het zo geroemde solidariteitsprincipe waarop ons inkomstenbelastingsysteem en onze sociale zekerheid zijn gestoeld, zal zeggen dat het zijn failliet heeft bewezen.
Hopelijk zal men dat later gewoon als één van de golfbewegingen in onze sociaal- en maatschappelijke evolutie beschouwen. Maar, al is hoop positief, het is er bij gebrek aan geloof
"De koopkracht is helemaal niet gedaald!" Met deze toch wel merkwaardige uitspraak stelde vorige week UNIZO-voorzitter Karel Van Eetvelt de meestal goed in het financiële vet zittende Trends-lezers gerust. (voor zover dezen zich daar zorgen over maakten)Volgens deze selfmade economische goeroe valt het allemaal nog wel mee en is het allemaal een kwestie van "pure perceptie". Of wat had je verwacht van iemand die gezien zijn positie, mandaten en bijgevolg niet onaardig inkomen, de brandstof-, energie- en voedselprijzen een minder belangrijk deel van zijn uitgaven uitmaken.
Volgens deze steeds sympathiek ogende kop met minder sympathieke inhoud, hebben de recente loonstijgingen en de indexaanpassingen heel wat van de recente prijsstijgingen gecompenseerd en is de koopkracht vrijwel gehandhaafd.. Wie zoals ik, niet in de automobielsector is tewerkgesteld, en dat zijn er heel wat, heeft niets van loonstijgingen gemerkt. En de twee procent indexaanpassing, mag gezien de hoogte van zijn mandaatvergoedingen voor Van Eetvelt wel een aardig bedrag betekenen, voor nettolonen van 1000 -1500 euro is het effect heel wat minder denderend.
Probleem in deze maatschappij is dat wij geregeerd, bestuurd, tewerkgesteld en zelfs vertegenwoordigd worden door een allegaartje van omhooggevallen yuppies die geen flauw benul hebben van wat de koopkracht, levensomstandigheden, middelen en mogelijkheden zijn van de minder- en modaal gegoeden. Met universitaire studies en duur betaalde onderzoeken kan men, naargelang de doelstelling, veel bewijzen. Maar als het over koopkracht gaat is alleen de maandelijkse rondgang in de supermarkt, gekoppeld aan de afrekeningfacturen van water, gas, elektriciteit en stookolie, afgewogen tegen het loon- pensioen- of uitkeringsstrookje, de enige reële barometer.
Wat mij, afgezien van de uitspraak zelf, nog het meest ergerde was dat ik na het verschijnen ervan in het voornoemde weekblad, in vrijwel geen enkele krant daarover wat te lezen was. Als hoofdredacteur van een krant had ik op de voorpagina geblokletterd: "Van Eetvelt noemt Testaankoop en vrijwel de hele media leugenaars, en de rest van de Vlamingen dommeriken". Of was zijn uitspraak alleen maar voor zijn 'soortgenoten' bedoeld?...
In Afghanistan, het thuisland van het moslim -terrorisme -fundamentalisme, proberen sinds enkelen jaren ongeveer 40 landen met bijna 42.000 militairen, waaronder een kleine 400 Belgen onder UNO-mandaat de resten van het door de Amerikanen verdreven Talibanregime op te ruimen en het land te heropbouwen. Die officiële versie mag dan de enige of voornaamste reden zijn, dat neemt niet weg dat het resultaat ervan te wensen over laat. Dat zelfs tot de tanden gewapende conventionele legers niet opgewassen zijn tegen niets ontziende guerrillastrijders met de Koran in de hand, is doorheen de geschiedenis zonder uitzondering gebleken. Ook het zo gevreesde Russische Rode Leger heeft er jarenlang zijn tanden op stukgebeten en heeft het uiteindelijk moeten opgeven. Na Bosnië, Kosovo, Tsjetsjenië, wordt vandaag zowel in Afghanistan als in Irak bewezen dat men, om welke reden ook, geen lessen trekt uit de geschiedenis.
Naar eigen zeggen stuurt onze regering extra manschappen en materiaal enkel en alleen om de Afghaanse bevolking te helpen in de wederopbouw van hun land. Vraag is hoe Belgische troepen met een honderdtal soldaten meer, plus 4 bovenop hun reeds 6 aanwezige F16-oorlogsvliegtuigen kunnen meewerken aan het 'wederopbouwen' van terwijl die tuigen juist bedoeld zijn om de dingen kapot te schieten? Zoals in Irak, heeft men ook in Afghanistan, na het verdrijven van het regime en haar 'regulier' leger, nagelaten om onmiddellijk te zorgen voor een massale aanwezigheid van troepen die de nog her en der overblijvende smeulende vuren konden opsporen en doven. Bij gebrek aan voorafgaandelijke planning en organisatie is men onmachtig geweest om op korte termijn de ontredderde of totaal vernielde basisvoorzieningen zoals water, energievoorziening en werkgelegenheid terug op te starten. Men voert nog steeds oorlog zoals in de negentiende eeuw: men doet heelkundige ingrepen, infecteert bij het toenaaien het lichaam en negeert bovendien de nazorg.
Men hoeft niet echt een strateeg te zijn om deze bedenking te maken. Tenzij men politicus is, natuurlijk.
Een tot de meerderheid behorende politicus moet een regeringsbeslissing positief uitleggen, nietwaar Bart Tommelijn?; Daarentegen kan je als oppositielid mijn hierboven aangehaalde bedenking hanteren, nietwaar Dirk Van der Malen?
Maar...drie jaar geleden keurde de Sp.a het sturen van zes F16 vliegtuigen naar Afghanistan toch goed...?
Ons land kan en mag geen wapens of onderdelen van wapens leveren aan regimes die de mensenrechten schenden. Dat is zowat het principe dat de regeringspartijen (en de linkse oppositie) 'hoog in hun vaandel voeren'. Maar wat blijkt? Als die levering voor andere landen is bestemd, waar men met de onderdelen wapens samenstelt en verder verkoopt aan de bedoelde regimes, is er (wettelijk) niets aan de hand. Juridisch noemt men dergelijke handelingen 'medewerking verlenen aan...' of ' het mogelijk maken dat...'. Maar in de politiek is jurisdictie een heel breed interpreteerbaar begrip. Zodoende...
Even in herinnering brengen dat enkele jaren geleden, al wie enigszins tegen de oorlog in Irak was, de barricaden opklom om de doorvoer van Amerikaans legermateriaal te verhinderen, want dat noemde men 'steun verlenen aan'. Alhoewel daar 'wettelijk' ook niets aan de hand was, kwam dat de toenmalige regering niet goed uit, maar toch...
Hoe dan ook, als voorbeeld van hypocrisie kan dat tellen. Want indien wij alle handel met-, en alle economische- en ontwikkelingsteun aan landen en regimes die de mensenrechten schenden zouden stopzetten, zou dat een meer dan onprettig gevolg hebben voor onze economie. Daarom dat wij ter meerdere glorie en rijkdom van een vadsige middeleeuwse koningsfamilie, Saudi-Arabië helpen voorzien van boor- en kunstmatige toeristeneilanden. Dat Belgische bedrijven bovendien meewerken aan de bouw van hospitalen waar kleine meisjes seksueel verminkt worden (besneden), is een wetenswaardigheid waar wij na elke televisiereportage hoogstens 'verbolgen' over kunnen zijn. Er is daar trouwens veel Olie...
Maar wapens leveren? Neen toch! Het regime zou die wel eens kunnen gebruiken tegen moslimextremisten, en dat kan natuurlijk niet...
Eén van de favoriete liberale stokpaartjes, zijn de knelpuntberoepen. Beroepen waar de mensen niet staan voor te springen, niet enkel omdat de arbeidsomstandigheden niet bepaald dàt zijn, maar vooral omdat de verloning in verhouding tot de prestatie op zijn minst ondermaats mag genoemd worden.
Men zou denken dat ons zo aanbeden vrije-marktsysteem daar vlug een mouw zou weten aan te passen door het vraag- en aanbodprincipe te laten spelen. Maar in de arbeidsmarkt is de waardering van prestaties eerder op theoretische competenties en toegevoegde winstwaarden afgestemd. Daarom kan het uurloon van bvb een reisbusbestuurder nooit meer dan een paar eurocent boven het minimumloon uitstijgen. Dat een busbestuurder niet alleen de directe verantwoordelijkheid heeft over het leven van vijftig tot tachtig passagiers, maar ook over de weggebruikers die in zijn verkeersomgeving vertoeven, speelt daar blijkbaar geen enkele rol in.n zeggen als minister nu eenmaal de wet moest uitvoeren
Als die luie werklozen en bruggepensioneerden niet willen werken in die lage loon-knelpuntberoepen, dan moeten wij de illegalen die dat wel willen maar legaliseren, heeft de minister bedacht. Dus gaat hij dat nu aanpraten bij zijn collegas in de deelregeringen. Analoog aan hun migratiestandpunt is het liberale vreemdelingenbeleid nu ook aangepast aan het het principe: wie wij kunnen gebruiken mag er in of mag blijven, wie wij niet nodig hebben, blijft buiten of vliegt er uit Dat doet men in een bedrijf ook, en volgens de liberale visie moet een gemeenschap gerund worden zoals een bedrijf!
Dat ook de niet bruikbare of onnodige Vlamingen daar eens goed over nadenken
Als gevolg van een BBC-reportage, daterend van november vorig jaar, over de toestanden in het Bulgaarse Mogilino-weeshuis, wil TV-maker Chris Dusauchoit een solidariteitsactie opstarten voor de weeshuizen in dat land. Dat 17 jaar nadat de Roemeense weeshuizen in het nieuws kwamen, dan nog in een lidstaat van de EU, dit nog kan bestaan, geeft aan hoe het is gesteld met de normen die men hanteert om tot de Euro-'club' te behoren.
Dat een televisiemaker nodig is om dit probleem in de belangstelling te brengen, ook al was het binnen de media blijkbaar al enkele maanden bekend, is niet goed te praten. Onze minister van Buitenlandse Zaken, Karel de Gucht zegt het probleem bij zijn Bulgaarse collega te zullen "aankaarten" om samen te werken en zo de toestand in die weeshuizen te verbeteren. Naar zijn zeggen zou de tv-reportage ook hem met verstomming hebben geslagen.
Bij dergelijke verklaringen rijst mij het weinige haar waarover ik nog beschik ten berge. Wie verantwoordt dat anno 2008, binnen het de muren van de Europese Unie die zich voordoet als het walhalla van welvaart en welzijn, dergelijke toestanden kunnen bestaan zonder dat dit geldverslindend monsterapparaat van die organisatie daar op de hoogte van is, laat staan dat ze er wat aan doet.
In plaats van onmiddellijk de nodige stappen te doen, van de verantwoordelijken in dat land te eisen dat er 'onverwijld' wat aan gedaan wordt, en daar ook de nodige middelen ter beschikking voor te stellen, gaat onze buitenlandminister "het probleem bij zijn Bulgaarse collega's aankaarten". En dan maar leuteren over 'de rechten van de mens' en 'de rechten van de kinderen'. Staat er in al die verdragen dan niets over 'de plichten van de bestuurders'?
En wij ondertussen maar zuchten en kreunen over de staatshervorming, de stijgende energieprijzen, de dalende Beurzen...
Volgensde VOKA-voorzitter, Urbain Vandeurzen, zouden de Vlaamse partijen uit de regering moeten stappen indien er tegen Pasen geen uitzicht is op een (voor Vlaanderen) goede staatshervorming. Zodoende komen wij, zoals hij het noemt in een communautaire windhoos terecht. Alsof dat het probleem dichter bij een oplossing zou brengen. Als zelfuitgeroepen politiek strateeg zou deze vetbetaalde CEO toch moeten weten dat de natte droom van een volledig autonoom Vlaanderen waar 'rechts' het voor het zeggen heeft, alleen realiseerbaar is met de medewerking van de Franstaligen?
De stilaan afgezaagde en ergerlijke onzin, dat Wallonië ons verhinderd om het (nog) beter te hebben en teert op onze gulle geldstromen, is uiteraard conform de menselijke individualistische ingesteldheid, en kan daarom op veel aanhang rekenen.
Eén van de rijkste regio's in Europa dat steen en been klaagt omdat één van de armste regios als blok aan haar been voorkomt dat het nog rijker wordt! Een angstwekkend voorbeeld van wat de minder gegoeden en hulpbehoevenden in Vlaanderen te wachten staat als mensen zoals de VOKA-voorzitter het hier volledig voor het zeggen krijgen. Want analoog aan dergelijke stelling verhinderen gepensioneerden, zieken, werklozen, al diegenen die om één of andere reden afhankelijk zijn van de bijdrage die de anderen aan de gemeenschap leveren, ook, dat wij het beter hebben. Dus de spaarrekeningen en aandelenkorven van de gegoede Vlamingen zouden er beter bij varen als ook die blokken kunne afgeschud worden! Ja toch?
Zou het kunnen, mijnheer Vandeurzen, dat de Franstalige (linkse) partijen tè veel de belangen van dié blokken aan het been dienen, en U daarom van ze af wil?...
Beter het geklungel dan dat CD&V en Open VLD hun zin krijgen.
In tegenstelling tot de Vlaamse partijen zijn, op uitzondering van de MR, de franstalige partijen niet te spreken over de nota-Verhofstadt welke als basis zou moeten dienen voor de gesprekken over de staatshervorming. Nogal wiedes zou ik zeggen. Vrijwel alle Vlaamse eisen zijn er in opgenomen,sommige weliswaar in sterk gereduceerde vorm, maar de belangrijkste Franstalige verzuchtingen worden er ofwel niet in vermeld (uitbreiding van het Brussels gewest) of zijn tot een eerder symbolische blauwdruk herleid (federale kieskring). Enerzijds zijn de Vlaamse taboes er vakkundig uit geweerd terwijl anderzijds de Waalse taboes gewoonweg genegeerd worden. Tussen de regels van wat Leterme, De Wever, Somers en Van Deurzen te zeggen hebben hoor je dat de Franstaligen geen andere keuze hebben dan toegeven aan de Vlaamse eisen. Denken dat men op die wijze tot een vergelijk zal komen is op zijn zachts gezegd ronduit hautain te noemen.
Op de vooravond van Pasen zal blijken in hoeverre de pseudostaatsmannen (en vrouwen) die nu de twijfelachtige eer genieten om dit land te 'hertekenen', gehecht zijn aan hun postje en de daarbij horende macht en status. Samen met de herdenking van Christus verrijzenis komt er misschien wel een volwaardige regering, maar wie hoopt op een duidelijke, evenwichtige en duurzame regeling zal er hoogstwaarschijnlijk aan zijn voor de moeite.
Hoe dan ook, voor het gros van de Belgen, Vlamingen, welen en zeker voor de minder fortuinlijken van beide landsdelen zal zelfs het groots mogelijk geklungel nog altijd beter zijn dan dat de rechts-vlaamse CD&V-NVA-OpenVLDclan haar zin zou krijgen.
Jean-Marie Dedecker, een light-editie van Pim Fortuin?
Sommigen zien in de 'afvallige' liberaal, Jean-Marie Dedecker, een light-editie van Pim Fortuin. Mij doet hij eerder aan een afgestroopte Jean-Pierre Van Rossem denken. De flair en het charisma van de overleden politiek-flamboyante Nederlander behoren niet bepaald Jean-Maries sterkste kwaliteiten. Daartegenover verstaat hij de kunst om zijn populistische en dikwijls onzinnige voorstellen te naperen met een dosis flink tegen het establishment aanschoppen. Iets wat altijd goed ligt bij de gemiddelde Vlaming die toch meestal niet begrijpt waar het over gaat.
Het onderzoeksbureau TNS Media wist al in juni vorig jaar te vertellen dat maar liefst 20 procent van de Vlamingen er sterk aan denkt om bij de komende gewestverkiezingen op de lijst Dedecker te stemmen. Dat de ex-judokacoach een groot deel van zijn stemmen bij voormalige VB-kiezers haalde, zal niemand verbazen, en dat heel wat gefrustreerde liberalen voor de donkerblauwe strandjutter kozen, heeft de links-liberale Verhofstadclan lijdzaam moeten ondergaan.
Verder wijst het onderzoek uit wat een simpele geest zoals ik al eerder aangaf; namelijk dat in tegenstelling tot wat men steevast vooropstelt, de Vlamingen in het stemhokje eerder aan de sociale zekerheid, gezondheidszorg en pensioenen dachten, dan aan een staatshervorming.
Bedenkende wat er de komende maanden nog allemaal te gebeuren staat, of er met Pasen een definitieve regering komt, en zo ja welke, en wat die in het licht van de komende gewestverkiezingen allemaal wel en niet zal presteren, houdt schrijver dezes 'zijn hart vast'.
Eén ding is zeker: voor wie het moeilijk heeft zijn levenssteil op een redelijk aanvaarbaar niveau te houden, zijn de vooruitzichten niet veelbelovend. Mèt of zonder een verder geregionaliseerd België...
Democratische voorverkiezingen: Hillary Cinton of een Republikein
In de Verenigde staten wordt einde dit jaar een nieuwe president gekozen. Tot vandaag twijfelden weinigen er aan dat na acht jaar Bush, de volgende president(e) een Democraat zou zijn. En Hillary Clinton zou, uiteraard met de steun van haar immens populaire echtgenoot Bill ,de race naar het Witte Huis op haar kousenvoeten winnen. Hillary, die tijdens de bewindsperiode van haar man, zich als een gemoderniseerde versie van Evita Peron ontpopte, zou als Amerikaanse presidente, voor de minderbedeelde Amerikanen, uitzicht op een beter leven betekenen. Maar als de trend die zich aftekent bij het begin der voorverkiezingen van de Democratische partij zich voortzet, ziet het er niet zo goed uit voor de deze partij. Clintons's belangrijkste partijopponent, de zwarte Barack Obama, zou tegen alle verwachtingen in, wel eens de democratische presidentskandidaat kunnen worden. Natuurlijk zou een zwarte Amerikaanse president al even verfrissend zijn als een vrouwelijke Amerikaanse president. Wie echter gelooft dat de meerderheid van het Amerikaanse volk rijp is om zicht door een zwarte de les te laten spellen, dwaalt, om niet te zeggen: hallucineert. Een democratische zwarte presidentskandidaat leidt (vooralsnog) met zekerheid tot een Republikeinse President!
Waar de voorverkiezingen bij de Democraten in feiten nu over gaan, is niet zozeer het kiezen van een presidentskandidaat. In de praktijk kiezen de Democraten nu al voor een Democraat, of een republikein als president: Als zij voor Hillary Clinton kiezen, wint zij de presidentverkiezingen, en komt er dus een Democraat in het Witte huis. Als zij voor Barack Obama kiezen, verliest hij de presidentsverkiezingen en wordt opnieuw een republikein president. Zo eenvoudig is dat.
Hopelijk is er in de Verenigde Staten ook iemand die dat inziet, en kan hij dat de voor Obama stemmende democratische luchtfietsers aan het verstand brengen...
In een regionale editie van een bekende krant (ik zal beleefdheidsgewis de naam niet noemen) verscheen op 5 januari het bericht dat een ruime meerderheid van de burgemeesters in de provincie Antwerpen voorstander is om de de euromuntjes (1 en 2 eurocent) af te schaffen. Volgens UNIZO zouden ook heel wat winkeliers willen overgaan tot het "afschaffen" van de twee kleinste munten.
Als voorbeeld van desinformatie kan dat tellen. Alsof winkeliers, of zelfs burgemeesters de bevoegdheid hebben om dat te beslissen. Zelfs de Belgische regering heeft daar de bevoegdheid niet toe. Het eventueel afschaffen (dus het niet meer gebruiken als betaalmiddel) van bepaalde euromunten is de exclusieve bevoegdheid van de Europese Nationale Bank.
Uiteraard is het iedereen die handel drijft of betalende diensten verleent, toegelaten om zijn prijzen steeds op vijf- of een veelvoud van vijf eurocent te laten uitkomen. Maar door het begrip 'afschaffen' te hanteren geeft men de indruk dat de consument de muntjes van 1 en 2 cent dan niet meer zou mogen gebruiken. En hier gaat men zijn boekje natuurlijk te buiten. Zoals men een artikel van één euro met tien muntjes van tien eurocent mag betalen, zal ik bij prijzen afgerond op vijf eurocent of een veelvoud ervan, onverminderd de laatste vijf eurocent mogen blijven voldoen met muntjes van één of twee eurocent.
Zelfs al bepalen alle handelaars, privé- en overheidsdiensten hun te betalen bedragen zodanig dat ze steeds zonder de twee kleinste muntjes te voldoen zijn, toch blijven de één en twee eurocentmunten een wettelijk betaalmiddel, en kan men ze niet weigeren.
Er is dus helemaal geen sprake van "afschaffen", maar van een prijsafronding!
Elk jaar, rond deze tijd, krijgen wij zowel op radio, televisie, als in de kranten en weekbladen een overzicht van wat de mediagoeroes ons de afgelopen twaalf maanden aan 'nieuws' hebben gebracht. Van spectaculaire rampen, waarvan wij ons nooit afvragen wat daar twaalf maanden later nog de gevolgen van zijn, tot de 'heroïsche' prestaties van sporttalenten zoals Boonen en Hinin ,die wars van enige burgerzin in Monaco gaan 'wonen' om geen eurocent hoeven bij te dragen aan de gemeenschappelijke kosten en sociale zekerheid van het hen op handen dragend gepeupel. Om kijkcijferreden zal men in het overzicht ook niet onze nieuwe miss België vergeten, al was het maar omdat zij met haar gebrek aan kennis van het Nederlands nog wat meer spreekwoordelijke olie op het communautaire vuur giet.
Ondertussen overladen wij onze dierbaren met overbodige geschenken, en wensen wij iedereen het beste voor 2008, in de hoop dat vooral wij daar beter van worden.
Wij prijzen ons gelukkig omdat wij nu ook een soort 'depanageregering' hebben die datgene gaat doen wat al lang moest gedaan zijn, en tegen de tijd dat het is uitgevoerd, geen effect meer zal hebben.
Maar geen nood, binnen drie dagen lachen wij ons krom met de show van de stand-up comedians, proppen ons vol met allerlei cholesterolverhogende gerechten, drinken ons lazarus met al dan niet chemisch bewerkte wijnen, en gaan slapen met het idee dat de dag nadien alles beter wordt, hetzelfde blijft, of slechter gaat zijn...
Herwig Van Hove, je weet wel, die ietwat arrogante dikbuikige professor die jarenlang het scherm van de Vlaamse Televisie ontsierde met zijn soms wel ludieke kookshows, noemde onlangs de horecasector, meer bepaald de restaurants, een verzameling bandieten en onbekwame dommerikken. Hij heeft het dan vooral over de bedragen waaraan zij hun wijn verkopen. Het zal de lezer dezes die, ter gelegenheid van wat dan ook, af en toe een gezellig restaurantje aandoet, al zijn opgevallen dat men op de wijnkaart nogal wat wijnen aan het vijfvoudige of meer ziet geprijsd staan dan dat dit bvb in de Delhaize het geval is. Dat mag dan wel volkomen legaal zijn, maar dat neemt niet weg dat het gewoonweg oplichting is.
Specialisten ter zake zullen je vertellen dat wijn iets is zoals kunst. De waarde (prijs) wordt niet zozeer door de kwaliteit, dan wel door de appreciatie van de liefhebber bepaald. Eén en ander heeft natuurlijk te maken met de 'cultuur' waarvan heel wat aspecten worden misbruikt om de sociale status, opleiding, en milieu van de 'liefhebber' of 'kenner' aan te geven. Wie dan over prijzen valt is gewoonweg een proletarische nietsnut.
Het gezegde "het volk verdient de..." kan men voor heel wat vlakken gebruiken. Zo ook verdient het volk de horeca die het heeft. Want het zijn niet alleen diegenen die zich als wijnliefhebbers op restaurant menen te moeten manifesteren die zich laten ringen; Ook jij en ik die ons in een dagdagelijkse herberg of koffiehuis aan een (niet altijd) lekker bakje koffie te goed doen, betalen voor wat ons wordt voorgezet, zonder morren soms tot meer dan het tienvoudige van de productiekostprijs.
Uit ervaring één en ander wetende over kostprijsberekening, weet ik ook wel dat heel wat meer dan alleen de grondstof- of aankoopprijs deel uitmakt van de totale kostprijs. Maar dat doet niets af aan het feit dat de prijs die de horecaconsument betaalt aan wijnen, likeuren, koffie, thee , water e.d., steeds minder te maken heeft met de kwaliteit of waarde van het product zelf.
Maar zoals ik al zegde, daar vallen enkel proletarische nietsnutten, zoals ik, over..
Hoera! driewerf hoera!, wij hebben nu eindelijk eenregering, al is ze maar 'tussentijds'. De NVA heeft onder druk van haar kartelpartner CD&V haar "vette vis" voorlopig ingeslikt, en het veto van de MR tegen regeringsdeelname van de CDH blijkt achteraf maar show te zijn geweest. Zoals ik vorige woensdag al poneerde: uitspraken van politici zijn even geloofwaardig als het geloof dat de volgende Amerikaanse president een zwarte huidskleur zal hebben.
Hoe dan ook, er gebeuren rare dingen in dit land: Voor het eerst in de geschiedenis worden in een federale regering de sociaal links voelende Belgen enkel door Franstalige partijen vertegenwoordigd. Een regering waartegen Vlaamstalig links (socialisten en Groen) oppositie gaan voeren. Een regering met langs Vlaamse kant, partijen die een centrumrechts- en recht beleid voorstaan, en die langs Waalse kant gedomineerd wordt door sociaal links. Een perfecte weerspiegeling dus van de Belgische deelstaten: een rechts Vlaanderen en een links Wallonië. Een regering, in feiten bestaande uit twee deelregeringen die niet alleen communautair, maar ook sociaaleconomisch nogal wat te bekvechten zullen hebben.
Hopelijk gaat nu het spreekwoordelijke licht branden voor al wie in zich Vlaanderen tot sociaal links rekent (sociaal rechts bestaat uiteraard niet), en toch voorstander is van een grotere regionalisering van de macht. Hoe meer bevoegdheden (macht) van het federale naar het regionale niveau worden overgeheveld, hoe slechter het er uit zal zien voor dat deel van de Vlamingen die grotendeels afhankelijk zijn van een goede sociale zekerheid. Rechts heeft het namelijk meer voor private verzekeringen waarvoor iedereen zelf opdraait dan voor een solidaire en sociale verzekeringen waar iedereen naar vermogen zijn steentje voor bijdraagt.
Laten we hopen dat de komende staatshervorming op zijn minst een federale kieskring inhoudt. Dan zal ik tenminste kunnen stemmen op de (linkse) partijen waar ik nu zal door 'geregeerd' worden...
Prijsstijgingen en het ware gelaat van het liberalisme
In januari zullen de uitkeringen en lonen, als gevolg van het overschrijden van de spilindex, met 2% worden verhoogd. Theoretisch zou daarmee de stijging van de levensduurte min of meer gecompenseerd moeten zijn. De realiteit is echter anders. Want ondanks de voedingsmiddelen met gemiddeld 8% zijn gestegen, om nog niet te spreken over de heel wat meer stijgende energieprijzen, hebben die door de sterke prijsdaling van de elektronicagoederen eerder een beperkte invloed op de gezondheidsindex. Voor diegenen die het zich kunnen permitteren om mee te varen in het hypewater van de communicatie- informatica- en media-apparaatconsumptie, valt het allemaal nog mee. Bij hen compenseert de aanzienlijke besparing op het ene, grotendeels de meeruitgave aan het andere. En, laten wij eerlijk zijn, het toch wel redelijk te noemen inkomen van deze consumentengroep kan best tegen een 'prijsstootje'
In de 'indexkorf' worden de uitgaven voor voedingsmiddelen en dranken voor een kleine 20% meegeteld. Volgens het meest recente huishoudbudgetonderzoek (2005) schijnen de Belgen gemiddeld zelfs maar 16% van hun uitgaven aan voedingsmiddelen te besteden. Maar niets is statistisch gezien bedrieglijker dan 'gemiddelden'. Voor alleenstaanden en gezinnen die het moeten rooien met een netto maandloon of uitkering van om en bij de 1000 euro of lager, en dat is toch meer dan 15% van de bevolking, ligt de verhouding enigszins anders.
Zo blijkt dat bij de laagste inkomens, de voedingsmiddelen 37%, en elektriciteit- en verwarmingskosten 16%, dus in het totaal 54% van hun uitgavenbudget vertegenwoordigen. Enkele uitzonderingen niet te na gesproken heeft, bij gebrek aan middelen, deze groep minder mogelijkheden om te profiteren van de sterk gedaalde prijzen van onze luxe-maatschappij zoals bvb plasmaschermen. Voor hen is de totale levensduurte niet met 2%, maar zo maar eventjes met7% gestegen. En...laten wij wel wezen, in tegenstelling tot de meesten onder ons, hebben zij het wel wat moeilijker om dat op te vangen door bvb de restaurantbezoekjes en het jaarlijks reisbudget wat in te perken...
En dan durft een zogenaamd 'sociaalvoelende' liberaal zoals een Bart Somers, zonder enige schaamte zeggen dat voorstellen zoals maximum energieprijzen, een prijzencontrole, inperking van de ziektekosten en verhoging van de lage pensioenen, lijnrecht ingaan tegenover wat de liberalen willen!
Zo af en toe, in een onbewaakt moment, komt het ware gelaat van het 'liberalisme ' toch te voorschijn...
De Vlaamse liberalen willen hun acht jaar lang loyale coalitiepartner, Sp.a, niet in de nieuwe regering. Hun Waalse 'broederpartij' wil de PS enkel gedogen omdat het niet anders kan. En dan nog, alleen als het zonder de (nog linksere) CDH van Milleqeut is. Want anders komt er té veel rood is in het blauwe bestuur die de 'nieuwe baronie' van Vlaams en Waals rechts voor ogen heeft. De Franstalige socialisten willen het dan weer niet doen zonder Joelle Millequet. Zonder de Waalse reïncarnatie van Jeanne D'Arc zou het namelijk moeilijk boksen worden tegen de 'rechtse' overmacht. En de innerlijk verdeelde Vlaamse socialisten zouden wel willen meedoen, ook al wordt hen dat niet gevraagd. En dat laatste wordt alleen maar bestendigd door de ongeloofwaardige eisen die ze stellen. Eigenlijk is het zielig om nu aan de kant staan te roepen dat de pensioenen en het kindergeld te laag zijn, en de ziekenhuisfactuur en de hospitalisatieverzekering te hoog is, terwijl je de afgelopen twintig jaar daar zelf mee het beleid hebt kunnen voor bepalen.
Na zes maand en drie dagen is het nog steeds niet duidelijk wanneer wij een nieuwe en volwaardige regering zullen hebben. Wel is duidelijk dat het een regering 'van nationale verdeeldheid' zal zijn en daar niet veel moet van verwacht worden. Dat de nieuwe ministers na hun aantreden, het anderhalf jaar dat hen scheidt van de gewestverkiezingen, in feiten zullen fungeren als regionale 'schijnministers', kan hen niet eens kwalijk worden genomen.
En daar zullen zowel Vlamingen en Walen hen in 2009, spijtig genoeg, voor belonen.
Dat de als zonnegod aanbeden Tom Boonen in Monaco woont, is de meeste Vlaamse wielerliefhebbers bekend. Dat hij in dat belastingsparadijs is 'gedomicilieerd' om op die wijze niets te hoeven afstaan van zijn riant inkomen aan de (Belgische) gemeenschap, is minder geweten. Dat men hem, wegens het ontvluchten van zijn burgerlijke solidariteitsplicht, ethisch gezien, bezwaarlijk nog als 'landgenoot', laat staan volksgenoot kan beschouwen, is iets waar enkel zeurpieten zoals ik om malen. Maar dat de man sinds kort een 'prille' relatie met een, zij het Hollands, zestienjarig, meisje heeft, werd pas bekend toen een journaliste van het Laatste nieuws dat 'wereldkundig' maakte. Over de minderjarigheid van het meisje, gezien mijn breeddenkendheid geen verkeerd woord van mij. Ook niet over het gegeven dat er, naar zijn eigen zeggen, reeds bij hun eerste ontmoeting, twee jaar geleden, toen ze dus nog maar 14 was, "al elektriciteit in de lucht hing"
De, mij eigen zijnde, ergernis over wat er in nieuwsuitzendingen en dagbladen soms als 'hoofdpunten' vooraan komt te staan, scheerde gisteren weerom hoge toppen. Bleek namelijk dat het amoureuze nieuws van 'onze' wielergod het meest aangeklikte item was op de nieuws-webpagina's. Op dergelijke ogenblikken schieten mij allerlei niet alledaagse bedenkingen door het hoofd. Blijkbaar wordt er in mijn hersenen bij alles wat ik waarneem, een verbinding gelegd naar het sociaal-politieke. Want ineens bedacht ik dat het aantal mensen die de voornaam van Boonen's nieuw liefje kennen, wellicht niet in verhouding zal staan met het aantal dat enig begrip heeft over wat een staatshervorming zoal kan inhouden. Dergelijke dingen doen mij dan lusteloos worden.
Uitspraken zoals daar zijn: "de kiezer heeft voor een oranje-blauwe regering gekozen" of "de Vlaamse kiezer heeft voor een grote staatshervorming gekozen", flitsen dan willekeurig door mijn hoofd. Belachelijke statements, uitgesproken door mensen die (van ons) het aureool van belangrijkheid hebben gekregen. Uitspraken van personen aan wie wij de leiding van onze gemeenschap overlaten. In eerste instantie zou je aan hun competentie beginnen twijfelen. Maar gezien het prioritairebelang dat 'wij' blijkbaar hechten aan het privé-doen en -laten van een (buitenlandse?) werknemer in een door doping commercieel gestuurde 'bedrijfstak' welke men nog steeds 'sport' durft te noemen, kan het dàt natuurlijk niet zijn.
Misschien hebben Nederlanders dan toch nog gelijk, en zijn de Belgen, ze bedoelen natuurlijk Vlamingen, inderdaad dom...