Inhoud blog
  • Spaghetti in Moskou
  • Mijn boek
  • Bouw van de buggy
  • Silk Way Rally 2011
  • Marokko september 2010
  • Dakar 2007 - deel 2
  • Saddlesore
  • Marokko Oktober 2009
  • Dakar 2007 - deel 1
  • Return of the Dominator
    Links en mijn andere blogs
  • Roadbooks
  • Silk Way Rally
  • Films van onze rally's op you tube
  • Mijn andere blog op blogspot
  • Het hotel in Marokko
  • Wix site
  • Leuke dingen tijdens de rallys
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek.

    Laatste commentaren
    REISVERHALEN
    Verslagen van reizen en rally's. Klik op het symbool rechts boven (blokje met A )voor een grotere tekst op smartphone
    "Als u uw vooroordelen verliezen wilt, moet u reizen." (Marlene Dietrich)
    20-12-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Dakar 2007 - deel 2

    Dakar 2007 - deel 2

    FOTO'S

    maandag 15 januari 2007

     

    Om 5.30 uur word ik wakker van de plaatselijke pastoor die zijn gelovigen oproept. De tijd dat die mannen vanop de top van een minaret riepen is al lang voorbij, ze hebben nu gewoon een goede geluidsinstallatie. Heel lang duurt dit gelukkig niet, en ik blijf nog wat liggen.

    Langzaam wordt het licht, en zien we dat we toch niet op zo’n verlaten stuk grond staan als we dachten. Op een paar honderd meter van ons staat een gebouwtje dat me direct doet denken een de hoes van “ Hotel California” voor de jongeren; van The Eagles. Een enorm luxe gebouw, vlak naast de lemen gebouwtjes van het dorp. Als onze overlevingspakketjes worden geleegd, en, we stellen er een rijkelijk ontbijtbuffet van samen. Tonijnsalade met een pakje chips en smeerkaas, meer moet dat niet zijn. En de laatste  appelsienen  die we nog hebben van de Belgen uit Portugal smaken ook nog goed. Gelieve nieuwe te sturen, dank u.

    We ruimen het bivak op en vertrekken naar onze piste. De vooruitgang staat hier ook niet stil, en wat op de vijf jaar oude kaart nog als piste staat, is nu een kaarsrechte asfaltweg geworden. Weeral kaarsrechte asfaltweg. Die wordt gelukkig afgewisseld door kadavers van koeien die langs de weg zijn doodgereden, in alle mogelijke staten van ontbinding.Nog bloedend, al opgezwollen van de gisting in de darmen, opengescheurd en leeggegeten, enkel nog het vel, of een hagelwit skelet, je vind het hier allemaal. We vergapen ons ook aan de camions die we tegenkomen. Stuk voor stuk Mercedessen van begin jaren 60, enorm overladen, scheef hangend van gebroken bladveren, met de cabine onder hoek met de aanhanger wegens krom gereden assen, pick-up trucks met naar schatting een dertigtal mensen in de laadbak, en dat alles over wegen met gaten in waar gerust een emmer in past. ’s Middags stoppen we in een dorpje om te eten,, op aanwijzing van een agent het beste restaurant in de stad. Een zijstraatje in waar de truck nauwelijks doorkomt, de zandweg is zwart van de olie die er in getrokken is, een beetje vergelijkbaar met een autokerkhof een 20 tal jaar geleden bij ons. Autowrakken en onderdelen liggen langs de kant, en zoals altijd is de rommel hier alomtegenwoordig. We worden binnengeloodst in iets wat mij doet denken aan de schuur van de boer waar ik als kind naast woonde, vol met vliegen, maar met enkele tapijten op de grond. Er worden nog kussens gebracht, men wil het ons comfortabel maken. Stefan besteld eten, en in afwachting komt de “kelner” rond met een teil en een ketel water om onze handen te wassen, bestek is hier onbestaand natuurlijk. Het eten komt in een grote schotel, stukken gebakken vlees met brood, dat goed in de smaak valt, binnen geen tijd is de pan leeggegeten. En dan begint het grootste probleem hier, de rekening. Lachend wordt een rekening gepresenteerd van meer dan 100 euro, hier is dat meer dan een maandloon. Stefaan bied  20, en het spel van bieden en tegenbieden begint. Een half uur en veel geroep en gebaar later vertrekken we na betaling van 30 euro, nog veel te veel eigenlijk.

    We hebben nog een 400 km voor de boeg, nog steeds langs bijna kaarsrechte weg, met als grootste probleem niet in slaap te vallen van verveling. Een 100 km voor het bivak valt de motor van de buggy stil, mazouttanks leeg. Geen probleem, we pompen over van de truck. We staan echt langs een verlaten stuk weg, ver weg van alles, en toch staan er binnen de minuut een hoop volk naast ons. Van waar ze komen, ik weet het niet.

    We rijden het bivak binnen,, en hier wordt goed gecontroleerd, zodat de Toyota ‘s jammer genoeg niet mee naar binnen kunnen. Geen probleem natuurlijk, de truck wordt weer even naar buiten gereden, zogezegd om te gaan tanken, de mensen opgepikt en in de laadruimte naar binnen gesmokkeld. Eens binnen is er geen controle meer, en blijven we samen. Aan de buggy is geen werk meer, en we lopen dus maar wat rond, even gaan kijken bij de andere teams. Ik hoop stiekem dat er ergens iemand problemen heeft, zodat we kunnen helpen, alles is beter dan hier te lopen. Als een godsgeschenk komt Stefaan plots af: iemand goesting in actie? Steve ( deelnemer uit Knokke en oude bekende van Dakar) is binnengekomen met het voorste differentieel kapot, en heeft hulp nodig. Chris haalt de truck zodat we alles bij hebben, en we beginnen te sleutelen, samen met de twee techniekers van Steve. Die heeft een reserve differentieel mee, maar dat blijkt een ander type te zijn, en een derde reserve, en dat is nog eens een ander type. Wat rondlopen en vragen in het bivak, en hij raakt aan het juiste model, dat we kunnen inbouwen. De ploeg van VTM komt Steve interviewen, en ik zie ze verwonder naar ons kijken, zo van zitten die gasten hier nu ook? Ondertussen helpen we nog een motorrijder die ernaast staat, iemand uit Manchester. Hij heeft wat materiaal te kort mee, en we lenen hem het onze en helpen wat terwijl we toch even tijd hebben. Om half twee komt Roland Hoebeke met zijn truck binnen met een gebroken bladveer, en vraagt ook hulp. We splitsen ons, en gaan ook daar helpen. Roland krijgt hulp van een officiële technieker van Renault, die als hoofdsponsor van Dakar een serviceteam mee heeft. Voor zover ik hem zie werken heeft die mens nog nooit een bladveer moeten vervangen, en mijn ervaring met mijn oude landrover komt mij hier van pas. Het wordt licht als het werk geklaard is, en Roland Hoebeke vraagt om ook nog een schokdemper te vervangen die lekt. Hoog tijd zo blijkt, het ding is totaal versleten. Om 9 uur is de truck van hem weer klaar voor de race, om 10 uur moet hij vertrekken. Voor hem is dit de tweede nacht zonder slaap, voor ons gewoon plezant om die mensen te kunnen helpen zodat ze erdoor komen. Ze beloven ons natuurlijk ook een pint in Dakar, als het zo verder gaat gaan we daar nog zat worden.

     

    Dinsdag 16 januari 2007

     

    Vandaag willen de meesten wel eens de auto’s in wedstrijd zien en gaan met de Toyota ‘s naar de start. Bedoeling is om ergens langs het parkoers te staan om ze te zien voorbij racen. Stefaan en ik blijven in het bivak om te controleren of de slaapzakken nog goed zijn. Ik zie dat Gregoire de Mevius zijn auto bij ons in het bivak heeft gezet, en zet mijn tentje er vlak achter, lekker in de schaduw, en val in slaap. Rond de middag word ik wakker, nat van het zweten. De Mevius is weg, en mijn tent staat recht onder de middagzon, niet te houden erbinnen. Onder de ruitenwisser van de voorruit vind ik een briefje van Walter Wauters van het Nieuwsblad, die wil Werner en Stefaan graag spreken, we zullen het doorgeven. Ik besluit te gaan douchen, en mijn overall te wassen, want die is ondertussen al meer dan geschikt voor een hoofdrol in een reclamespot van waspoeder, alleen vrees ik dat het niet zo moeiteloos zal gaan. En inderdaad, wassen met douchegel gaat dus niet. Zelf ben ik opgefrist, en verbrand ook, want de douche’s zijn van boven open je staat dus ook onder diezelfde zon, die hier in januari al verdomd hard haar best doet. Walter Wauters komt nog eens langs, en ik maak Stefaan wakker zodat die mens ook zijn interview heeft. Wat gaan eten, ondertussen komen de eerste motoren al weer het bivak binnen, luchtfilters van de truck kuisen, wat rondlopen, en dan komen de anderen terug het bivak binnen. Ze hebben de hele dag rondgereden, en niks van de race gezien, onmogelijk er bij te komen naar het schijnt. Jammer natuurlijk, want daarvoor komen we toch. Bij het avondeten komt Freddy Loix nog bij ons zitten om wat te praten. Hij doet het heel goed, maar heeft jammer genoeg al af te rekenen gehad met enkele technische storingen als kapotte benzinepomp en koppeling. Ook het Amerikaanse team met de Hummer komt ter sprake. Zoals het Amerikanen past willen zij vooral de show stelen met de grootste en de sterkste, en dat lukt ze wel. Op de piste misbruiken ze dat ook, want er hebben al 5 rijders klacht ingediend dat de Hummer hen gewoon langs achter aanrijd om ze van weg te drummen. Koen Wauters heeft zo 5 uur stilgestaan na een aanrijding. Enige sanctie van de organisatie was een boete van 1000 eurovoor de Hummer, belachelijk weinig natuurlijk voor die mannen. Maar ja, ze zorgen voor televisie en show, dus laat de organisatie hen maar doen, de ene mag hier duidelijk meer dan de ander. We lopen nog even het bivak rond, want alle teams zijn nu aan de auto’s aan het werk. Ideaal voor ons dus om met de ogen wat te gaan stelen, hoe zij de dingen hebben opgelost. Zo kunnen we tegen verwachting in heel makkelijk de ophanging van de VW buggy van Lagos gaan bekijken. Mooi, maar voor ons wat te hoog gegrepen, denk ik, ons budget is iets beperkter. Dan bed in, morgen vertrekken we voor een relatief korte verbindingsrit naar Aouin.

     

    woensdag 17 januari 2007

     

    Het stuift enorm, het bivak lijkt in de mist gehuld door het stof. Alle assistentie vertrekt vroeg vandaag, en dat doet letterlijk stof opwaaien. We zijn het ondertussen al gewend dat zelfs de koffie kraakt tussen je tanden tijdens het ontbijt. Velen lopen ook gewoon rond met een stofbril op. Nog even naar het toilet, ik begin al enige handigheid te krijgen in het type “franse wc”, alles went, dus ook dit. Alleen staat er nu een stevige wind, en daar de hokjes samengetimmerd zijn uit lichte panelen heeft het iets weg van mikken op bewegend doelwit.

    We gooien eerst nog de tanks vol in een naburig dorpje, Anne moet op het dak van de truck kruipen om de electriciteits leidingen op te heffen, anders kunnen we er niet onder.

    We rijden nog een 200 km verder tot aan het bivak, een korte etappe vandaag wegens de aflasting van de rit naar Timbouctou. Het bivak is zoals steeds bij een vliegveld en de toegangsweg naar dit vliegveld is een piste op zich, een zandweg waar we de truck in vierwielaandrijving moeten zetten om erdoor te komen. Onvoorstelbaar dit land. Iemand in het bivak vertelt me dat de Fransen hier nog alles in goede banen proberen te houden, maar dat  moesten ze vertrekken de bevolking hier binnen de 5 jaar weer in de bomen woont, en ik kan hem volgen hierin. Naast het vliegveld staat een nieuwe Renault truck, geschonken door ontwikkelingshulp voor distributie van drinkwater, maar de wielen ervan zijn gestolen. Waterbedeling gebeurt nu dus weer met tonnen op een ezelkarretje. Niemand maakt er hier een punt van blijkbaar.


    In het bivak brengen we de tijd door met kleine herstellingen: airco van de truck,een band van de Toyota wordt gestopt, alles in de laadruimte van de truck wordt weer netjes vastgelegd, de buggy wordt gewassen, ophanging wat bijgeregeld. Twee Japanners van Mitsubishi komen van dichtbij foto’s nemen van onze buggy, ik zeg ze al lachend: “don’t sell them to Mitsubishi!” Vriendelijk lachend en knikkend gaan ze weg, maar 10 minuten later zijn ze er weer om foto’s te nemen. Benieuwd met wat Mitsubishi volgend jaar in de wedstrijd verschijnt. Hier laten we ook al onze paspoorten afstempelen bij het douanekantoor aan het vliegveld om morgen Mauritanië te verlaten. We lopen wat rond tussen de vliegtuigen, en iemand vraagt of we belangstelling hebben om eens de cockpit te zien. Tuurlijk, wat een vraag. Het toestel is een oude Russische Antonov, onverslijtbare dingen naar het schijnt. Dat moet ook wel, want de cockpit doet mij sterk denken aan wat ik al gezien heb van bommenwerpers uit WO 2. De navigator zit in een kleine glazen koepel in de neus, en ik kan mij voorstellen dat dit in de woestijn niet altijd aangenaam is. Er hangen dan ook een paar doeken tegen de ruitjes geplakt om voor wat schaduw te zorgen. Alle schakelaars en knopjes zijn nog in bakeliet, de elektriciteitsdraden zijn nog met textiel omwonden, dit is echt een stuk antiek. Na de cockpit is een kleine wasruimte met lavabo, al de rest is laadruimte, 20 ton kan dit toestel vervoeren. We gaan verder door het kamp, en vinden zelfs een rokersruimte, een voorbeeld van doorgedreven regelgeving. Midden in de woestijn staat een bordje: “smoking area”, met eronder, jawel, een ton met zand gevuld om de peuken in te gooien, absurd gewoon!

    Om een uur of 8 gaan we om een Ricard bij Georges van de bar ( hij kent ons al een  beetje nu) en gaan eten. Walter Wauters en fotograaf komt nog wat bij ons zitten babbelen, en daarna zitten we nog wat buiten voor de truck met 1 pintje. Om 10 uur gaan slapen, want morgen opstaan om 6.30 uur, en om 8 uur te vertrekken

     

     

    Donderdag 18 januari 2007

     

    Vroeg er uit vandaag, we hebben een lange etappe voor de boeg, met waarschijnlijk een stuk piste erin. Krijgen we dan toch nog wat afwisseling. Ook gaan we vandaag de grens met Mali over. Aan de uitgang van het bivak staat een tiental motoren te wachten, het zijn Engelse toeristen die de race gewoon volgen. Onderweg steken ze ons voorbij, het begint serieus te kriebelen bij mij. Maar Dakar op de motor? Ik denk het niet, ik heb geen cross ervaring. Nochtans zijn er een stuk of 5 vrouwen die als motard in wedstrijd de Dakar rijden, we komen ze dikwijls tegen in het bivak. Algemene opmerking is dat ze heel goed in hun race overall passen, blijkbaar is dit beter dan gaan fitnessen. Dus dames, je weet wat jullie te doen staat!

    De vooruitgang gaat zelfs in Afrika soms vooruit, en wat we dachten dat een piste was zijn ze  nu aan het asfalteren. Het roadbook is dus weer een  eentonig “tout droite”, kilometers aan een stuk. Het landschap wordt wel mooier als we de grens met  Mali oversteken, hier is duidelijk meer groen, zij het dan nog van een vale soort. Na dagen woestijn is zelfs een geelachtig blad aan een struik een verademing. We zoeken nog een plaats om te tanken, daar we de vorige keer de tanks niet volledig hebben kunnen volgooien. In het eerste tankstation willen ze niks van hun prijs af doen, want zelfs daarover moet je hier eerst uren discussiëren voor je kan beginnen tanken. Een kilometer verderop zijn ze 20 cent per liter goedkoper, wat heel wat verschil maakt als je weet dat wij per tankbeurt zeker een 1000 liter nodig hebben. Terwijl we tanken, komen er venters met appelsienen, lotjes, etenswaren en prullaria langs die allemaal hun slag proberen te slaan, zonder succes. Het valt hier op dat de mensen wat vriendelijker zijn, minder opdringerig. En dat de vrouwen mooier worden, maar dit geheel terzijde.Het feit dat we al bijna 3 weken van huis weg zijn kan hier ook iets mee te maken hebben.

    ‘s Middags stoppen we langs de weg onder een grote Boabab boom om onze lunchpakketten op te eten. Geheel volgens traditie zijn we binnen de kortste keren omringd door een bende kinderen die willen meedelen. We geven ze wat uit onze pakketten, en weldra zitten ze bijna in onze nek om meer te krijgen. Niks geven is eigenlijk de enige goede oplossing, hoe hard het ook klinkt, anders krijg je ze nooit meer van rond je. Er passeert een ossenkar met een paar kinderen, die stopt, een heel jonge moeder met zogende baby, die ook stopt, het lijkt of ze mekaar verwittigen dat er wat te halen valt. En dat zou ook wel eens zo kunnen zijn, want ze mogen in wat voor lompen ook rondlopen, een GSM hebben ze steevast op zak.

    Nog een paar uur bollen, en we bereiken het bivak voor vanavond. We staan gewoontegetrouw ergens achteraan in een hoekje, wat verderop staat de VW buggy’s van Henrard. Dadelijk komt Brigitte Beque naar ons toegelopen: ze vind onze TT de mooiste auto, en wil hem van dichtbij bekijken. Een ritje ermee slaat ze af, maar ze wil er wel eens in zitten, en vind hem gelijk ruimer dan de hare. We hebben nog een gezellige babbel met haar, maar ze word terug naar haar team geroepen voor de briefing. We kunnen hier ook de watertank van de truck opvullen, voor veel te veel geld want die zwartjes weten van doorrekenen. Nu kunnen we toch weer een douche nemen, niet slecht. We gaan eten, en laten weer de paspoorten afstempelen voor de doortocht naar Senegal morgen. De douanebeambten doen ook hier weer wat gewichtig, maar alles wordt vlot afgehandeld.

    Om 9 uur is er zoals steeds briefing in het bivak voor alle deelnemers, en die volgen we met wat meer belangstelling dan anders; Walter Wauters heeft me een tip gegeven dat we in de prijzen zouden vallen. En ja, de directeur van TotalFina roept team 444 op het podium, we krijgen de fair play prijs voor ons nachtje sleutelen bij andere teams. Hebben we geen podiumplaats, dit is toch ook mooi. We kruipen rond half elf in de slaapzak, want morgen moeten we om 5 uur het kamp uit zijn, daar de assistentie moet weg zijn voor de eerste motards vertrekken.

     

     

    Vrijdag 19 januari 2007

     

    Om half 5 uit de slaapzak, ontbijt gaan halen en dan vlug de auto’s in, zo ziet onze morgen er uit. In het donker gaan we op weg naar Tambacounda, in Senegal, laatste land in het rijtje dat de Dakar aandoet. Op weg naar daar komen we voor het eerst sinds lang weer een rivier tegen, en enkele kleine meertjes. De dorpen worden daarentegen weer armetieriger, met ronde lemen hutten met strooien daken, zoals we ze kennen van de prentjes. Ik had nooit gedacht dat we dit nog zou bestaan, maar hier worden we er echt mee geconfronteerd. De mensen die erbij horen steken dan weer af, met moderne kleren, auto, en de GSM in de broekzak.

    Het is een korte verbindingsetappe voor ons, en om 9 uur arriveren we al in het bivak. Bedoeling vandaag is naar de aankomst van de special te gaan kijken, zodat we eindelijk zelf ook eens iets zien, wat tot nu toe nog niet het geval is geweest. Daar de buggy en truck niet op het wedstrijdparcours mogen komen gaan we met de Toyota’s en een taxi op pad. Die laatste rekent eerst 200 euro om ons naar daar te brengen, maar doet later zijn prijs toch zakken naar een meer acceptabele 25 euro. We rijden naar de start en instaleren ons op een heuveltop vanwaar we een goed overzicht hebben. Na een half uur wachten komt de eerste motard voorbij, wat later gevolgd door de tweede. Steeds dichter op elkaar volgend passeren de deelnemers ons, de stofwolken die ze opgooien steeds groter wordend. Dan komt er plots een heel ander geluid op ons af, totaal verschillend van het gedonder van de eencilinders van de motoren. Wat later scheurt de bolide van Carlos Sainz langs onze voeten, met een snelheid die we niet voor mogelijk houden op deze wegen, de stofwolk is navenant. Met die wolken zullen we de eerste uren moeten kunnen leven, want soms moeten de deelnemers gewoon stoppen op het parcours omdat ze niet meer zien waar ze moeten rijden. Ook de zon komt nu heel hoog aan de hemel, en brand keihard ondanks dat het nog maar januari is. Voor mij komt mijn zonnecrème met factor 50+ goed van pas, Katrien en Marc vinden het gewoon goed op het dak van de Toyota. Unterschied muss sein. Ondertussen zijn ook al de eerste racetrucks gepasseerd, en wie denkt dat het nu wat langzamer gaat is er aan voor de moeite, die dingen gaan het hardst van allemaal hier. In de bocht waar wij staan lichten ze allemaal minstens één wiel van de grond, dit is spektakel van de bovenste plank. Als iedereen gepasseerd is rijden we terug naar het bivak. Hier staan geen taxi’s te wachten, dus plooien we ons allemaal in de twee Toyota ’s. We hebben nu wel al wat gezien van die afrikanen hoe je veel volk in weinig auto’s kunt krijgen en passen hetzelfde systeem toe.

    Eerst een douche in het bivak om het stof af te spoelen, en dan gaan we het lokale marktje bezoeken dat opgesteld is op het bivak. Het is een quasi onmogelijke opgave, want bij iedere stap die je verzet klampen een paar verkopers je aan. Het is vooral houtsnijwerk en bijouterie die wordt aangeboden, en tamtams, blijkbaar ook nog altijd populair. Veel afdingen nog meer uit je ogen kijken is de boodschap stellen sommigen door scha en schande vast. Dan liever het kleine cafeetje, bestaande uit een grote frigobox, wat stoelen en een zwarte schone met benen van minstens anderhalve meter, of zo lijkt het toch. Maman zit er ook bij om de boel te regelen, en dat doet ze volgens Afrikaanse principes: misrekenen is steevast in hun voordeel, en nog niet te weinig ook. In plaats van in het bivak te eten wordt gekozen om naar de stad te gaan, en daar wat te zoeken. Ik blijf ter plaatse, ik ben al dat gedoe en getrek al meer dan zat, geef mij maar de rust van het bivak. In de mediatent raak ik via via aan de foto’s die gisteravond aan het podium zijn gemaakt, mooie herinnering. Dan wat eten, voor de sfeer zorgt de lokale tam tam band. Iedereen is het erover eens, de danseresjes mogen blijven, die herrie mag stoppen. Ik breng nog een bezoekje aan Koen Verburgh, die als motorrijder hier alleen zit en het goed doet rond de 50ste plaats.Als ik terugkeer naar de tent is er nog niemand, eigenlijk zoals verwacht. Morgen om 5 uur moeten we weer vertrekken, benieuwd of dat gaat lukken.

     

    Zaterdag 20 januari 2007

     

    Om halfvijf er uit, en zoals verwacht ben ik de enige, ik krijg ze trouwens met geen stokken wakker ook. Dan maar alleen gaan eten en afwachten. Om 9 uur wordt de eerste beweging merkbaar, de oogjes zijn klein. Pas als alle deelnemers vertrokken zijn, mogen wij ook de weg op. Het laatste stuk kan beginnen, nu gaan we naar Dakar. ’s Middags eten we weer langs de weg ons lunchpakket op, onder grote belangstelling van de lokale jeugd. Anne controleert nog even de truck, en ziet dat de kapotte wegen van deze morgen hun tol hebben geëist: de dieseltank met 1000 liter in, is 20 cm opgeschoven in zijn beugels, die nochtans goed vast stonden. Deze wegen zijn echt niet voor normale voertuigen, al doen ze het hier wel. Bijna iedere truck die we tegenkomen heeft een as geplooid of wielen krom, waardoor de aanhanger naast de trekker gaat rijden. Verwrongen chassis zijn hier ook normaal, als het maar rijd is het goed.

    Na nog een kleine tussenstop bereiken we Dakar, of toch tenminste al de voorsteden ervan. Van hieraf loopt een dubbele weg tot in de hoofdstad. Die dubbele weg word als drievaksbaan gebruikt waar mogelijk, auto’s en brommer wringen zich door ieder gaatje om een beetje vooruit te geraken, het verkeer zit hier hopeloos in de knoei. Langs de weg zijn wegenwerken, want men wil de hoofdstad vlotter bereikbaar maken. Maar als ze zo verder doen dan staat volgend jaar het verkeer gewoon over 5 vakken stil, verkeersregels kennen ze hier toch niet, gewoon claxonneren en langs om het even waar voorbijvliegen. Bij ieder verkeerslicht staan venters met sierraden, t shirts, fruit, noten (0.75 cent voor een zakje Cashew noten ter info, maar ze kraken wel van het zand ertussen). Kraampjes staan overal, halve schapen hangen geslacht vlak naast de weg, er staat wel iemand bij met een palmblad om de vliegen weg te jagen. De chaos hier is zo mogelijk nog groter dan wat we al tegengekomen zijn. Dakar een moderne stad? Vergeet het, ze zouden wel willen, en er staan ook enkele supermoderne gebouwen door westerlingen gezet, maar ze hebben nog een paar honderd jaar te gaan voor ze zover zijn. Na twee uur aanschuiven bereiken we Le Meridien, een prachtig  en uiterst luxueus beach hotel waar het parc fermé is. Hier vinden we ook de familieleden terug die zijn overgevlogen om ons te bezoeken. Zij hebben ook een hele lange trip achter de rug in een busje, 500 km van Gambia naar hier. De buggy laten we hier achter, en we rijden met zijn allen naar het Lac Rose om daar te kamperen. Er is geen plaats genoeg voor iedereen in de auto’s, dus doen we het maar op de Afrikaans manier: in de truck, en ook op het dak van de truck is er plaats zat. Wat ons wel niet op voorhand verteld is, is dat het nog anderhalf uur rijden is naar daar. Leuk is anders, als je een over de straat gespannen elektriciteitskabel net raakt, onder een brug amper enkele centimeters over hebt en takken afkraken tegen de truck zonder dat de chauffeur ook maar iets inhoud. Na ook nog even de truck vast te rijden op een lokaal zanderig dorpspleintje komen we toch nog bij het strand aan, waar we kunnen eten. Of toch niet, want ze hebben daar nog maar voor 9 mensen eten, en wij zijn met teveel. Ook dit is Afrika. In een nabijgelegen zaak kunnen we wel terecht voor een lekkere maaltijd, trouwens, niet alleen de maaltijd was lekker, de bediening mocht er ook zijn!

    In het stikdonker zetten we de tenten op op het strand, het lijkt hier meer op een zee dan een meer, zo groot is het. Morgen hebben we alvast het beste zicht op de passerende auto’s.

     

    Zondag 21 januari 2007

     

    Als we wakker worden is men al druk in de weer met alle voorbereidingen: terreinwagens voeren eten en gasten aan, de leurders komen in grote getale het strand al op. In tenten die op het strand staan opgesteld wordt een decadent ontbijt geserveerd voor de grote teams, en hun VIP sponsors die hier tegen dikke betaling een dagje “echte” Dakar sfeer kunnen proeven.

    Constant moet je tegen leurders zeggen dat je niks nodig hebt, dat je geen cadeaus geeft, dat geen honger hebt, en opletten dat ze ondertussen niks van je jatten. Dat gebeurt ondanks alle aandacht jammer genoeg wel bij familie van Anne, die hun tas met paspoorten in gestolen wordt. Politie te paard gaat nog op zoek, maar zonder resultaat.

    Langzaam komt er nu beweging op het strand, de eerste motards komen langs gestoven. Deze etappe is eigenlijk meer een show onderdeel, dus echt gestreden wordt er niet meer. Vooral de trucks komen hier op volle snelheid voorbijgestoven, luid toeterend. Mooi voor de foto’s, iedereen geniet er wel van. Behalve de rijders dan, want voor deze showrit van amper een paar kilometers moeten ze wel twee keer van Dakar naar hier rijden, een rit van dik 3 uur in deze heksenketel.

    Als de parade voorbij is, neem ik afscheid van de groep, want ik kan met vrienden van Anne terugkeren naar Dakar met hun taxi. Geen taxi als bij ons natuurlijk, de voorruit wordt met tape samengehouden, de zetels zijn gescheurd en er liggen kussens op om toch wat comfortabel te zitten. De deurbekledingen zijn ook niet echt belangrijk, en ook het dashboard mist een paar stukken. Maar dankzij een uitstekende claxon en veel lef komen we wel vlot in Dakar, waar de man mij terug afzet bij Le Meridien. Dit is zoals gezegd echt een superluxe hotel, met enorme tuin, en volledig afgezet om de meeste lokalen wat buiten te houden. Ik ontmoet er nog enkele Belgen en een Duits koppel dat de Dakar gevolgd heeft. Ik ga nog wat eten in het buffet, heel sjiek, en best lekker met kompleet dessertbuffet. Even verwennen mag toch, ja?

    Als ik terug naar de bar loop, komt er een wel heel vriendelijke en knappe dame naast me lopen en vraagt of ik even wil praten. Waarover heb ik maar niet gevraagd, het zal wel over de prijs geweest zijn zeker? In de bar lopen er nog veel van die, op zoek naar mannen die 3 weken alleen in de woestijn gezeten hebben. Ik schat dat er geen enkele boven de 16 is; de jongste kan amper 13 jaar geweest zijn, veel succes hebben ze hier niet.

    Om 1 uur besluit ik maar te vertrekken naar het vliegveld, en kan een taxi delen met een Amerikaanse deelnemer die ook naar huis vertrekt. We spreken de prijs af, 5 euro voor de rit. Halverwege begint de chauffeur moeilijk te doen, en we zijn bereid hem 10 euro te betalen. Bij de luchthaven echter komen er direct een paar van zijn vrienden bij de taxi staan, type kleerkast. Nu eist hij 60 euro, anders gaat de koffer met onze bagage er in niet open. We betalen het hem maar, er is weinig keuze. De Amerikaan slaat de nagel op de kop als hij zegt: I don’t give a shit, I just want to leave this rotten country. Bij de douane gaat alles vlot volgens hun normen, wat geharrewar en drukdoenerij met stempels en nutteloze papieren niet te na gesproken. Met bijna een uur vertraging vertrekt de vlucht, waardoor ik echt moet sprinten bij de tussenlanding in Casablanca om mijn aansluiting te halen, gelukkig wacht het vliegtuig op me. Ik er op, deur toe en vertrekken, da’s echt nipt.

    Bij landing in Zaventem wacht een aangename verassing, bijna mijn hele familie komt me afhalen. En als je na drie weken weg te zijn, terug vrouw en kind in de armen kan nemen, dan is dat toch wel de mooiste afsluiter van het hele verhaal.

    20-12-2020 om 00:00 geschreven door Roland Vanwolleghem  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    21-12-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Marokko september 2010

    Marokko september 2010

     FOTO'S

     

    Donderdag   16 september 2010

    Proloog

     

    Met moeite manoeuvreert de Ginaf door het hek de straat op, de lange aanhanger en een nogal nipt geparkeerde auto maken het niet gemakkelijk. Het is na twaalven, de buggy is net hersteld van een klein ongelukje maar de motor loopt nog niet echt goed, de belading heeft wat langer geduurd, de zetel van de Ginaf paste niet rond de chauffeur en de afgelopen dagen en weken zijn lang geweest. Dus zijn we al lang blij dat we met amper 6 uur vertraging  de auto's zien vertrekken. 

    Een telefoontje op zaterdagavond geeft ons de nieuwste stand in de strijd : de mens staat op 500 km van de ferry, de techniek heeft 8 lekke banden en 1 kapotte batterij buitgemaakt. Echt geruststellend zoals altijd als we eens weggaan, we zijn het gewend ondertussen.

    Rendez-vous maandagmorgen in Fez, Marokko. Inch Allah 

     

    Maandag  20 september

     

                    Terwijl we ontiegelijk vroeg inchecken in Charleroi krijg ik telefoon van Werner: ze zijn net aangekomen in Fez met nog 1 lekke band extra, en heel de nacht hebben ze regen gehad. 

                    Wij komen daar aan op een comfortabeler manier. Fred, Katrien en Werner hebben woord gehouden en staan op de parking op ons te wachten dus kan iedereen zijn voertuig oppikken, en na een uitgebreide tankbeurt voor mens en machine kunnen we op weg onder een bewolkte hemel.  Na enkele uren rijden valt ons eerste slachtoffer: een Toyota kan enkel nog op stationair rijden; voorlopige diagnose is een defecte inspuitpomp De auto gaat op de aanhanger, die onderzoeken we morgen wel.  Wat later komt ook nog de eerste regenbui op ons af, gelukkig van korte duur, en aangezien het wel warm is ben ik rap terug opgedroogd.  Daar we wat achter lopen (mijn reserve jerrycan benzine is ondertussen ook al van mijn motor gedonderd en afgeschreven) rijden we door en wordt de late lunchpauze in Midelt afgelast.  Mijn GPS heeft het nu ook voor bekeken gehouden door de trillingen op de motor, en wat later breekt ook de steun af. Het is dus zaak om de anderen te volgen, want mijn enige kaart heb ik in een bui van menslievendheid aan Anne meegegeven. En dan valt de motor nog op reserve ook. Veel gas geven om de anderen in te halen is geen optie meer met de schaarse benzinestations hier, en aan 50 per uur sukkel ik verder. Voor Er Rachidia is een auto van de weg gereden, gelukkig voor hem is de berm hier maar een meter of 4 diep en langzaam aflopend. Door de vele grote rotsblokken echter is de auto total loss. De bestuurder, die ons voordien al verschillende keren voorbijgestoken was in duidelijk euforische toestand, zit er gelukkig zo goed als ongedeerd bij. Als ik dichter kom om te zien of ik kan helpen ruik ik de drankadem al, duidelijk geen goede moslim deze man!

                    Na nog 20 angstige kilometers van bergaf de motor uitzetten en uitbollen kom ik toch aan in Er Rachidia, en nog belangrijker op dat moment: de eerste benzinepomp. Wat verder in de stad zit de rest op een terras te eten, en ik sluit me graag bij hen aan. Weeral krijgt de lucht een vervaarlijke tint purper, en net als uit de luidsprekers op de minaret het �Allahah Akbar� klinkt schiet de eerste bliksemschicht door de lucht. Gelijk stopt het valse gezang, een straf van Allah?

     

                    Als de ergste regen over is beginnen we aan de laatste 150 km in het donker. Voor mij letterlijk want de koplamp van de Yamaha wil niet meer meespelen. Dus hang ik mij tussen 2 auto�s in om wat zekerheid en verlichting te hebben. Ondertussen is de zachte regen een hoosbui geworden, en telkenmale als ik een auto passeer door de vele diepe plassen voel ik de regen langs mijn helm binnenlopen tot aan mijn onderbroek, leuk. Gelukkig zijn mijn nieuwe crossbotten perfect waterdicht: het water dat er in loopt stroomt er niet weer uit. In januari ben ik hier ei zo na ondergesneeuwd, nu bijna verdronken. Dan gaat een mens al eens naar de woestijn.

                    Het is tegen 22 uur als we het hotel binnenlopen, met hulp weliswaar van de toevallig passerende eigenaar,want alleen hadden we het niet gevonden in het stikdonker zonder GPS.  Na een half uurtje komt ook de Ginaf en Toyota binnen, en eten we nog iets. Tegen twaalven wordt het dan toch stilaan tijd om een eind te maken aan onze eerste lange dag en trekken we naar onze airconditioned kamers. Luxe, maar wel leuk want het is hier niet bepaald frisjes met een temperatuur van rond de 30 graden. Maar hoor je ons klagen, nee toch?

     

    Dinsdag 21 september

     

                Om 6 uur ben ik al weer wakker, en de zon schijnt de kamer in. Blijven liggen lukt niet want ik wil zeker nog wat foto�s maken in het ochtendlicht. En mijn kamergenoot is nog een dikke eik aan het 

    doorzagen. Ook enkele anderen zijn al wakker en maken al een ochtendwandelingetje voor het ontbijt. Tijdens dat ontbijt worden we door Mike gebrieft over wat ons te wachten staat vandaag. Of althans wat de planning is, want deze 2 dingen kunnen verschillen van elkaar hier. Werner  en Hans gaan de injectiepomp van de Toyota demonteren en vertrekken dan naar Risani op zoek naar onderdelen.

                    Wij maken eerst nog een en ander in orde in de buggy waarvoor we thuis geen tijd meer gehad hebben en rond 10 uur gaan onze wedstrijdwagens de duinen in. Met schrik zie ik dat Anne als eerste binnenkomt na amper een dik half uur, maar hij steekt de duimen op.  De buggy rijd gewoon goed en dat mag ook wel eens na 5 jaar sleutelen en aanpassen. Ans heeft haar vuurdoop als navigator gehad en vind dat dit voldoende was voor vandaag. Een van de RAV�s doet het minder goed en staat met een verbrande koppeling ergens vast, maar wordt meegesleept door een Toyota. Het duurt lang voor ze binnenkomen, en dan kunnen hun mechaniekers beginnen met de versnellingsbak te demonteren. Het voelt wat vreemd aan, de eerste keer dat wij niet hoeven te sleutelen. Zou het beginnen goed gaan? Ik voel een lichte vorm van euforie de kop opsteken maar probeer het te onderdrukken, we hebben nog 5 dagen te gaan tenslotte.

    Na het middageten rijden ik en Anne nog eens met de buggy weg en het ding rijd echt verbazend goed. Aan de verhoudingen van de bak moet nog gesleuteld worden, maar dat is dan ook alles. Ik stap uit om wat te filmen terwijl Anne over de duinen sjeest en door een onverwacht obstakel ( een fundering van een pyloon!) te ontwijken komt de buggy vast te zitten. Na wat scheppen besluiten we dat het genoeg is en proberen eens. Dadelijk graven de wielen zich nog dieper in en hangt de buggy tot op de motor in het zand op een helling. De enige mogelijkheid is de hele heuveltop weg te scheppen, en met frisse tegenzin beginnen we daar dan maar aan onder een lekker zonnetje, want het is nu al toch rond de 40� C geworden. Plots horen we motorgeluid dat nadert over de duinen en wat later zien we ook de bijhorende Land Rovers. De jongens � een stel Franse toeristen op begeleide rondreis- zijn zo sportief om ons te komen helpen en trekken ons los, waarbij ze zelf ei zo na komen vast te zitten. Voor de  terugreis naar het hotel nemen we zekerheidshalve toch maar de lagere duinen, er zit zand genoeg in de schoenen nu.

     

                    Tijd nu om zelf eens het zand te proberen overwinnen op de motor, iets waar  ik eerlijk gezegd wat schrik voor heb, want ik mis terreinervaring, en dan zeker in het zand. Eerst nog even gaan tanken in het nabijgelegen dorpje waar ze wel iets meer aanrekenen voor benzine uit een vat. Nu ja, de dichtstbijzijnde echte pomp is dan ook 25 kilometer verder wat geen optie is. En natuurlijk ook nog weerwerk bieden aan de plaatselijke kleine middenstanders die proberen steentjes en kettingen te verkopen. Ze rekenen hier vlot in euro, 1 euro per armband. En voor 2 armbanden is het 5 euro monsieur! Zouden ze niet beter naar school gaan? Ik koop er 2 voor 2 euro met de troostende gedachte dat hun schoolboeken ook betaald moeten worden.

    Eerst verken ik even de lage duinen waar ik mij nog gerust voel, en als dat goed lukt (ok�, ik leg de motor 1 keer voorzichtig neer) ga ik op de grotere af. Ook hier blijkt de Yamaha  zich heel goed te kunnen weren. Geen enkele zandhoop houd ons tegen, en ik volg het spoor dat we even voordien met de buggy gereden hebben. Uiteraard niet langs de plek waar we ons zo vast gereden hebben, zo zeker ben ik nu ook weer niet. Nog 1 keer moet ik hier afstappen door een stuurfout, maar dan begint het echt goed te gaan en na een uurtje spelen kan ik tevreden terugkeren naar het hotel. Morgen doen we verder met de zandles. Nog even kijken bij de mannen van Mike, die nu al bezig zijn met de nieuwe koppeling te monteren. Dat doe ik van op afstand uiteraard en met een flesje cola erbij, voor een keer dat het zo kan op onze eerste dag. Het is onwennig, maar zeker niet onaangenaam.

                    Tegen half tien is het eten dat we bestelden om 6 uur klaar, en kan ook dit onderdeel afgewerkt worden. Werner en Hans komen ook terug van Risani met de herstelde pomp. Die is in Er Rachidia geweest naar een gespecialiseerde werkplaats en zou terug in orde moeten zijn. Morgen zien we verder.

     

    Woensdag 22 september

                Het is heel de nacht warm geweest, de airco stond op 30� ingesteld en slaat toch nog dikwijls aan. Om 8 uur bij het ontbijt (buiten op terras uiteraard) is het broeiend heet. Vandaag gaan de wedstrijdwagens een stuk piste uit de Dakar verkennen om verder te testen, de rest gaat eerst de nieuwe pomp op de Toyota zetten en de boel wat opruimen van gisteren. Het zwembad wordt ook al eens uitgeprobeerd door de dames en goed bevonden.

                    Even voor de middag vertrekken we (perswagen, de gehuurde picanto en ik op de motor) naar Erfoud om te gaan winkelen. In onze taal:  zien of we een nieuwe koppeling voor een van de Rav�s op de kop kunnen tikken.  De mechaniekers van Mike doen het heel goed in hun Picanto op de piste. Verbazend hoe goed het gaat over zandpistes zo�n klein ding.  De eerste stop is aan een steengroeve waar fossielen gedolven worden. De uitbater toont ons hoe hij rotsen open kapt en fossielen er uit haalt met een zelfgemaakt hamertje van een oude zuiger en een stokje. Indrukwekkend, mooi ook, maar niks voor ons. Verder door naar Erfoud dan, waar we eerst voltanken en een plaatsje zoeken op een leuk terras voor het middageten. 

    Echt een mooi etablissement met perfecte bediening en lekker eten. Daar passeren ook toevallig vrienden van Mike die naar ons toekwamen en ze schuiven bij. Na het eten  nog even langs de garage om de koppelingsplaat te laten herstellen, en we rijden terug naar het hotel langs een andere piste.

                    De wedstrijdwagens staan daar al weer klaar, en opnieuw is er aan onze buggy weinig werk, zou het dan toch echt beginnen goed komen? Het zou een mooie beloning zijn. Tegen 9 uur kunnen we weer aan tafel voor frieten en brochetten, speciaal voor ons klaargemaakt. De frieten zijn wel niet in Vlaamse hoeveelheden, dat zijn ze hier nog niet gewend. We hebben nog ontwikkelingswerk te doen hier, dat is duidelijk. Al zijn de eerste blikjes bier ondertussen wel gearriveerd en aan uitgebreide keuring onderworpen.

     

    Donderdag 23 september 2010

                Vandaag gaan we redelijk vroeg weg, er moet zwaar getest worden. De buggy�s nemen de route langs Xaluca, een zware steenpiste. Wij rijden hen tegemoet in de andere richting om foto�s te nemen als ze van een steile berghelling afkomen. Eerst nog eens langs het dorpje passeren om bij te tanken en dat kan natuurlijk niet zonder weer overvallen te worden door de kleine verkopertjes. Ik veronderstel dat we nog altijd wel een geslepen stenen schaaltje en wat stenen met kristallen kunnen gebruiken, het thuisfront mag ook wat hebben. Weer een Marokkaantje gelukkig als nevenwerking, en dat voor slechts 2 euro.

     

                     Nu gelijk de piste op, en langs prachtige duinen en rotsformaties gaan we langzaam (nu ja, niet altijd maar flitspalen hebben ze hier toch nog niet ) op ons doel af. Net op tijd komen we bij de afdaling want de eerste auto komt al naar beneden gereden. Niks aan te doen, ze willen hier een foto dus moeten ze terug de berg op. Deze keer lukt de fotoshoot wel en wij kunnen verder, ook de berg op.  Dat dit met een motor op grote losse keien, na een langzame toyota en met een

    hellingspercentage een col van de 4de categorie waardig niet evident is leer ik gauw. Gelukkig weegt de Yamaha niet veel en kan ik hem makkelijk rechtzetten. Dit stuk was iets wat nog op mijn agenda stond om met de motor te doen, en is nu bij de tweede poging eindelijk gelukt. De beloning is het uitzicht als ik boven sta op het hoogplateau. Onbeschrijflijk, dus ik verspil er ook geen tekst aan.

                    We nemen een andere piste terug die we nog niet kennen en ook dit blijkt goed mee te vallen.  Het is bijna een rechtstreekse verbinding met het hotel. De hele weg lang  heb ik grote hoeveelheden stof verzameld door achter de Toyota te rijden, en die spoel ik er direct af in het zwembad. Dat kan al eens deugd doen, want de temperaturen zijn nog steeds boven de 40�C. Daarna maakt de chef nog een spaghetti voor ons klaar en kunnen we even niksen tot de auto�s weer binnenkomen.

                    Later op de avond doe ik de piste nog eens met Werner in de buggy, en dit gaat nu een heel pak vlotter, het is echt onvoorstelbaar hoe dit ding over de pistes gaat, en dan nog in alle comfort. Er zijn nog auto�s van ons op de piste die we willen tegemoet rijden, maar we missen ze ergens, of ze zijn al thuis ondertussen. Maakt niet uit, we amuseren ons en elk excuus is goed.

                    Er zijn inderdaad al 2 wagens in het hotel, de andere zijn er nog niet. Een uurtje later, net als we klaar zijn met het plunderen van Ada�s koelkast (witte wijn, emmentaler, parma hesp�you name it)  belt Mike dat ze ergens vastzitten hier niet ver vandaan, met op ��n Toyota een afgebroken steekas vooraan wordt vermoed. Zonder vierwielaandrijving kunnen ze niks beginnen, en met het waypoint van hun positie in de GPS vertrekken we met de perswagen om ze af te slepen in het donker. Na wat zoeken in de duinen vinden ze, en de toch al veel te zware perswagen van ons neemt ze op de sleep door de duinen, wat nog wonderwel lukt ook. Na een uurtje staan we dus weer thuis, morgen bekijken we wel hoe we dit repareren.

     

    Vrijdag 24 september

     

     

                    Deze laatste dag gaan we diep de duinen in, zand is het menu voor vandaag. Ik heb het nog nooit gedaan met de motor, dus dat moet zeker eens geprobeerd worden.  Met 4 wagens en 1 motor gaan we op pad, en voor mij valt deze kennismaking dik mee. Waar de auto�s met moeite opkomen, rijd de Yamaha probleemloos op. Nu ja, niet altijd even probleemloos want het  ventje er op moet ook nog veel leren. Met de motor sta je altijd wat dichter bij de natuur, maar soms kom ik dichter dan ik wel zou willen. Na een half uur spelen heb ik door dat de truck gewoon gas geven en 

    doorrijden is, en dat gaat perfect . Als we stoppen omdat de perswagen vastgereden is krijg ik wel erg warm met al die beschermkledij aan en dan nog even te voet een duin op en aflopen. Zodra we weer rijden koelt het wel weer af door wat rijwind. Maar even daarna moeten we weer stoppen. Een van  de Rav�s is vergeten tanken en staat hier droog. Werner rijd terug naar het dorp om een jerrycan benzine, en wij wachten. De zon brand hier bovenop de duinen wel heel hard op de middag, en in de auto zien we een thermometer tot 52 graden gaan in de schaduw. We vinden gauw het beste plekje om te gaan liggen: onder de auto, het is verbazend koel daar. In de auto�s hebben we water genoeg, geen probleem dus. We zijn hier niet de enige, want een jongen komt nog met zijn vriendinnetje op de quad voorbijgereden, en wat later amuseren we ons door te kijken hoe 2 andere auto�s zich enkele toppen verder vastrijden.

                    Na een uur is Werner terug, en met wat benzine in de tank van de Rav gaat het vlotter. Wel moet hij nog even losgetrokken worden, maar dan kunnen we verder. Niet te lang meer spelen nu, want met 10 liter geraakt die Rav nu ook weer niet zo ver met een zuipschuit van een motor.  Daar het voor mij makkelijker is om rechtdoor te rijden dan het slingerspoor van de auto�s te volgen ori�nteer ik me op een grote watertoren van het dichtstbijzijnde dorp, en ga er in rechte lijn op af. Mijn GPS heeft het de eerste dagen al begeven, dus moet het maar op de ouderwetse manier. Lukt prima, al blijft het soms slikken als je volgas over een hoge duin rijd en de andere kant loopt quasi recht naar beneden. Maar met het verstand op waakvlammetje ingesteld is dit echt leuk, de motor komt overal op en af en ik volg hem, soms op en soms naast het zadel. Zolang je het stuur blijft vasthouden is er niks aan de hand. Het dorpje is niet ver verwijdert van het hotel, en ik kom als eerste toe. Ben ik nu de snelste, of hebben de anderen hun verstand wel gebruikt? Naar goede gewoonte weer een douche en het zwembad in, we zouden kunnen oververhitten. Het is alleszins een goed excuus, en we moeten toch even wachten tot het eten klaar is.

                    Regelmatig komen er nieuwe gasten toe in het hotel, en telkens staan ze zich te vergapen aan het hele bivak dat we opgebouwd hebben op het terrein voor het hotel. Die mensen moeten zich beperken tot een ritje met een toeristenbus naar een klein duintje, en dan de kameel op waarna ze langs de winkeltjes geleid worden. Geef mij onze manier maar dan.

                    In de late namiddag rijden Hans en Werner  nog naar Erfoud om de onderdelen op te halen. Ik rij nog even mee met de motor om de verhouding buggy/motor op de piste uit te testen. Gelukkig rijd Hans en ik kan goed meekomen, al is het niet gemakkelijk want door het stof zie je zo goed als niks en moet ik buiten de piste gaan rijden waar wal wat meer stenen liggen, maar de Yamaha verteert alles vlekkeloos.  Als na een korte stop de buggy weer wegrijd vertrek ik ook, en valt gelijk de motor stil. Benzine op, ik begin het al te kennen. Het ziet er naar uit dat ik redelijk wat verstookt heb bij het spelen in de duinen deze morgen. Op het gemakje ( maximum 50 per uur dus) kom ik toch nog in Erfoud en vind daar de buggy terug bij de garage � ze kennen ons daar al. Terwijl de man de nodige onderdelen voor ons neemt - een remleiding en een relais- komen 2 jongentjes  vragen of zij op de auto�s mogen passen, een populaire bijverdienste hier bij de jeugd. De ene vraagt 5 dirham, oudere broer wil er 20. Ik gok er ergens tussenin en geef 10 met nog 2 pennen er bij. Van de kleine 

    krijg ik dan zowaar nog een geschenkje � het mag al eens andersom zijn- een kameeltje gevlochten van palmbladeren. Als ze horen dat we naar de bank moeten willen ze direct mee om de weg te tonen. De kleine zit vliegensvlug in de buggy, ik neem de andere mee op de motor. Dat hij enthousiast is mag wel blijken, want alle vrienden van hem die we tegenkomen roept hij luidkeels toe. Later willen ze ook nog mee naar Erfoud, maar er zijn grenzen aan onze goedheid. Op de terugrit houden we nog een wedstrijdje, en van het resultaat ben ik best tevreden. Een fantastisch ding deze Yam.

                    Nog maar een keertje het zwembad in dan want de temperatuur zakt hier bijna niet  ï¿½s avonds. De uitbater  heeft voor ons weer bier geregeld en dat verkoopt hier goed, zijn zakencijfer stijgt samen met het alcoholpercentage.

                    Het is onze laatste avond hier, en het bivak wordt opgebroken, alles terug in de Ginaf geladen en bagage ingepakt. Na het eten blijven we nog zitten buiten, en gaan met een biertje het zwembad in. De uitbater en 3 man personeel beginnen wat muziek te maken op de congo�s en de sfeer zit er goed in.  Als dan ook nog een taart met kaarsjes wordt binnengedragen voor een koppel dat op huwelijksreis is hier kunnen wij niet onderdoen en onze voorraad vuurpijlen moet er aan. 

    Deze avond zullen ze niet licht vergeten.

                    Een voor een gaan de mensen terug naar hun kamer, en als we nog met een paar zitten komt de chef af met een fles wijn die hij ons offreert, bier kan niet meer want we hebben zijn voorraad kompleet geplunderd, niet dat we zo veel gedronken hebben maar met 15 man gaat het vlug.  De fles gaat open, en de chef vertelt dat hij ook rally�s meerijd en al zijdelings bij Dakar betrokken was. Een gedroomd onderwerp voor lange avonden en ook een volgende fles gaat er aan. Een derde weigeren we vriendelijk, want we moeten nu echt gaan slapen, het is tenslotte al dik 5 uur. Binnen 3 uur is er ontbijt.

     

    Zaterdag 25 september

                    De meesten zijn om onbekende redenen toch iets later aan het ontbijt, maar we kunnen rond 10 uur vertrekken. Het eerste stuk doen we nog piste tot Erfoud, behalve de Ginaf en Toyota�s, en van daar af begint de asfaltweg. Het zou kunnen saai zijn, ware het niet dat de natuur blijft bekoren met een afwisseling van kloven, bergen en oases. Ik rij achter de Ginaf, en als een lint waarmee de karren op de aanhanger vastliggen op straat beland doe ik ze even stoppen om alles terug goed te bevestigen. Een tiental kilometer verderop knapt het lint door en het komt voor mijn wielen terecht. Gelukkig rijd ik ver genoeg erachter, en ik kan tijdig stoppen om het op te rapen. Terug naar Fred in de Ginaf, en ik zie hem al in gedachten een herhaling van zijn heenreis beleven. Verdere ongelukjes blijven echter uit, en als later de andere auto�s ons inhalen zijn we weer kompleet. 

                    Alles verloopt vlot aan gezapig tempo, tot plots de buggy enorme rookwolken uitbraakt, een defecte turbo is de oorzaak. Die zit gelukkig in de Ginaf zodat we na een half uurtje sleutelen weer de weg op kunnen. We zijn nu aan de atlas, en de bergpassen hier zijn te verleidelijk voor mij op de motor. Ik geef gas en schiet de lange rijen rokende busjes en aftandse auto�s voorbij om mij over te geven aan 5 kilometer slingerende wegen met perfect asfalt.

                    Voorbij de bergen stoppen we om wat te eten en maken ook die man zijn dag goed. De hoeveelheden kipbrochetten die we te verwerken krijgen zijn gigantisch en evenredig lekker. De ketting van mijn motor begint wel ernstige tekenen van slijtage te vertonen alhoewel ze nieuw was bij het vertrek. Het zand is natuurlijk een perfect schuurmiddel geweest, en ik vet ze maar wat in om erger te voorkomen, al is het eigenlijk al te laat. Dichter bij Risani, wat nu een luxe kuuroord is � modernisatie jawel � neemt ook de verkeersdrukte toe en rijden we kilometers lang over bergpassen achter stinkende en rokende bejaarde Mercedes busjes die niet harder kunnen dan 20 km per uur. Het geluid van mijn ketting begint nu zo langzamerhand dat van de motor te overstemmen, en ik ben bang dat ze binnenkort helemaal doorbreekt. Eigenlijk vind ik deze lage snelheden dus niet zo erg. Ondertussen is het ook al donker geworden, en aan deze kant van de Atlas is het een stuk frisser dan we gewend zijn de laatste dagen. Enkele kleine regendrupjes blijken gelukkig niet de voorbode van de hoosbuien die we op de heenreis meegemaakt hebben.

                    Om 20 uur komen we op de parking van de luchthaven in Fes aan, en trekken onmiddelijk de aandacht van de bewakers. We hebben toch allemaal een ticketje voor de parking genomen? Tuurlijk wel, zo zijn we. Waar ze minder mee opgezet zijn is als er om het wachten te verdrijven wat met de auto� s geracet wordt op de parking. Een politieman komt met grote stappen op ons af en dreigt te verbaliseren. We leggen uit dat dit testen zijn voor Dakar en gelijk wordt hij een pak inschikkelijker.  We beginnen een gesprek en hij blijkt zelf de recente prestaties van onze � diables rouges� te kennen.

                    Als de Ginaf arriveert laden we alle auto�s terug op de aanhangers, die gaan zo naar huis. Wij nemen een Taxibusje van 60 euro richting Fes, waar we willen overnachten in het Ibis hotel wat we daar kennen.  Dikke pech, hotel volzet. De man achter de balie belt naar een vriend en regelt iets voor ons in een nabijgelegen hotel. Mooi zo, nu weer een taxi vinden.  Voor het hotel staat al een man  te wachten, en hij kan ons samen met zijn vriend met 2 mercedessen naar ginder voeren voor 5 euro. Iets goedkoper dus, maar we moeten wel met 7 in 1 auto. Na wat over en door elkaar kruipen lukt dit ook en na enkele minuten zijn we bij het nieuwe hotel. Een mooie zaak, maar helaas volzet. Geen probleem echter, de man, weet iets anders zijn, vakantiebungalows waar we perfect kunnen slapen. Alleen moeten we er met de taxi heen, en die zijn al weg. Achteraan in een klein bestelwagentje passen we weer met het nodige kruip en wringwerk in, en we vliegen op weg naar onze derde slaapmogelijkheid. Iets te vlot, want de politie wil de chauffeur laten stoppen. Die geeft gas bij en schiet er van door. Aan het volgend kruispunt staan andere agenten echter al klaar om ons tegen te houden, en de chauffeur krijgt een flinke bolwassing maar kan gelukkig voor ons weer verder. Het bungalowpark waar we terecht komen is 100% in orde met mooie moderne huisjes, en na een pizza in het restaurant op het terrein kunnen we ons eindelijk neerleggen. Morgenvroeg naar huis terug.

    21-12-2020 om 00:00 geschreven door Roland Vanwolleghem  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    23-12-2020
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Silk Way Rally 2011

    FOTO'S

    SILK WAY RALLY 2011

    8 juli

    Na een rustige vlucht komen we om 17 uur in Moskou aan. Geen problemen met papieren, douane of bagage gelukkig. Overal correcte ambtenaren, maar lachen kunnen ze hier wel niet. Nog een rit van 35 km met de taxi moeten we doen tot ons hotel. Als we de chauffeur de naam van ons hotel doorgeven kijkt de man ons verbaasd aan. “Het Radisson? Echt? Jullie allemaal?” Vol van respect voor ons brengt hij ons door Moskou tot bij het hotel. Inderdaad, het ziet er indrukwekkend uit! De parking zegt genoeg: Ferrari, Porsche, Mercedes en Bentley! Ooit al in een hotel gelogeerd waar een showroom van Rolls Royce in de inkomhal is? Een bediende in smetteloos donkergroene livrei en kepie laat ons met een buiging binnen. En hier wacht ons een overvloed aan marmeren vloeren, koperen trapleuningen en de edelste houtsoorten en leder. Ook boetieks van Gucci en Dior en de betere juweliers ontbreken hier niet, en allemaal even onbetaalbaar. Omdat bijna alle deelnemers hier logeren zijn er shuttlebussen ingelegd naar het park waar de auto's staan. Als we daar aankomen kunnen we gelijk beginnen sleutelen: een nieuwe kabelboom voor de achterlichten, nieuwe hoofdpomp op de koppeling, de bestickering opkleven, allemaal dingen waarvoor we thuis geen tijd meer gehad hadden. Nog één probleem, de nieuwe stuurdoos voor de motor die we mee hebben is slechter dan de vorige waarmee de motor enorm rookte. We kunnen het probleem "vlug" oplossen door nieuwe en kleinere injectoren in de motor te steken.

    Om half drie kunnen we na een superluxe douche en een slaapmutsje in onze zachte luxe donsbedden kruipen, een boek lezen zit er wel niet meer in nu. De wekker staat om half zeven, want morgen is de technische controle om 8 uur voor ons.


    9juli  - het nachtleven in Rusland

    Vanavond zijn we naar het Rode Plein gereden, daar was de voorstelling en de pré start van de Rally. Heel het plein was afgesloten en er was parking voorzien voor alle wedstrijdwagens. Wij konden dus op het plein parkeren, wel gemakkelijk. Er is een massa volk ondanks het twijfelachtige weer ( het is hier wel warm maar om het uur komt er een buitje langs), een groot podium is opgesteld voor optredens van de lokale Clouseau en er is een podium voor de voorstelling van iedere wedstrijdwagen. We zijn hier ruim op tijd dus lopen we even overal langs, op zoek vooral naar iets om te eten. En waar je bij ons op zo een evenement 30 eettentjes tegenkomt is hier niks, geen terras of zelfs maar iets om te drinken. We willen te voet naar de stad op zoek naar een restaurant, maar de politie aan de uitgang verteld ons dat als we buitengaan we niet terug naar binnen mogen! Een maatregel om de drukte op het rode plein in de hand te houden, maar wel een tegenvaller voor ons.  Niets geeft meer inspiratie dan een rommelende maag, en we vinden natuurlijk ( we zijn en blijven Belgen) een achterpoortje. Er staan podiums op het Rode plein, en de groepen die daar optreden komen niet via de hoofdingang binnen. Hahaaa!!! We klimmen op het podium, en via de artiesteningang en door de kleedkamers komen we toch op de andere kant van het plein uit –in twee gedeeld door de podia- en in een winkelstraat waar we  iets vinden. We zijn nog maar net buiten het Rode plein en de glamour stopt al, niks dan grauwe betonblokken hier. Er zijn eigenlijk maar een handvol mooie plaatsen in Moskou krijg ik de indruk. In het restaurantje willen we een spaghetti bestellen, maar gelijk wordt ons het volgende probleem duidelijk. Hoe doe je dat in het Russisch? Engels, Duits, Frans en Spaans proberen we, maar zonder resultaat. Houston, we have a problem! Maar weer leidt onze rommelende maag  tot een oplossing. Ik blader in een tijdschrift dat ik daar vind, en ik kom uit bij een advertentie voor spaghetti. Die toon ik aan de ober, en de man glimlacht kamerbreed, en steekt zijn duim in de lucht. Universele taal om ons duidelijk te maken dat het in orde komt. Even later kan onze rommelende “raadgever” gevuld worden met lekkere warme pasta! Daarna wandelen we terug naar het Rode plein, en via de artiesteningang komen we bij het podium. Met een sprong zijn we weer bij onze auto.

    Dan begint de karavaan van de wedstrijdwagens door Moskou. Alle auto’s doen een rondje rond het centrum onder politiebegeleiding, en dat is het dan. Het showelement is nu ook voorbij. Het is weer na twaalven als we in het hotel terugkomen en de Ginaf tussen de Bentleys geparkeerd word.  Wij laten ons nog even verwennen door het voordeel van het luxehotel: de bar sluit nooit schijnbaar!

     

     

     

     

    10 juli  Het andere nachtleven in Rusland

     

    Deze morgen zijn we weer om 6 uur op, nog even een goed ontbijt, de aanhanger weer ophalen op het service park en samen met de andere service truck van Hans en Ada ( eigenlijk doen ze vooral koffievoorziening J ) beginnen we aan de eerste etappe. Wel eerst nog even mazout gaan leveren bij Mike en Katrien, want die zouden direct na de start tanken maar zelfs dat was al te ver. Gisteren konden we niet tanken want de auto’s stonden in het park fermé en daar mag je niet meer bij de wagen komen. Langs “snelwegen” met onder andere bushaltes en meer putten dan asfalt zakken we af naar Lipetsk. Onderweg passeren we dorpjes van enkele huizen groot, meestal uit hout, maar ook enkele prachtige kerken met de typische ajuinkoepels.

    Maar hier kunnen de mensen wel lachen en er staan er heel wat foto’s te nemen van de voorbijrijdende auto’s. Rond 16.00 uur komen we in het bivak aan dat al bijna vol geparkeerd is want iedere servicetruck houd natuurlijk zijn plaats vrij. We zijn net het restaurant binnen als er plots een echte hoosbui overkomt. In geen tijd loopt het water onder de tent door en overspoelt de vloer. Gelukkig zijn deze buien even snel over als ze komen en 5 minuten later is het weer goed warm.

    Nu wachten op de buggy, de ander deelnemers komen maar mondjesmaat binnen. Het was een etappe door velden en bossen over zandwegen, en die zijn door het weer de afgelopen dagen in modderpoelen herschapen. De auto’s die binnenkomen hebben dan ook uniform hetzelfde bruine kleurtje. Dat wordt leuk sleutelen vanavond. De rij wachtenden bij de hogedrukreiniger wordt alsmaar groter.

    Maar wij moeten nog wachten tot 21uur voor we kunnen beginnen. De buggy komt binnen op sleep achter de Toyota van Harmen met een defecte motor. Het overhaaste vertrek vanuit België eist al direct zijn tol omdat we de nieuwe motor niet hebben kunnen inrijden. Ook zit de buggy volledig onder de modder, maar er staat  nog een lange rij aan te schuiven aan de hogedrukreiniger, dus beginnen we zo maar. In de achterkant zit zo veel modder dat hij kraakt onder het gewicht als we hem afnemen. We hebben een reservemotor mee dus die moet er in. Maar wel nog eerst alles overbouwen van de ene motor op de andere en ook weer de injectoren die we zondag pas verzet hebben. We zijn wel niet de enigen met pech, van de pakweg 100 teams zijn er een twintigtal uitgevallen..

    Het wordt weer licht als we de motor op zijn plaats schuiven, en tegen dat hij draait beginnen de eerste deelnemers al te vertrekken.  7 uur in de morgen, onze eerste blanke nacht zit er op. Tegen dat wij klaar zijn met opruimen is de keuken ook al opgeruimd, dus geen eten voor vandaag.

     

    11 Juli

     

    Ada heeft als een goede moeder  voor ons gezorgd en heeft nog wat restjes uit de keuken voor ons kunnen redden. We ruimen alles op en kruipen de Ginaf in voor een etappe van 750km langs kleine wegen. Want wat als snelweg op de kaart staat is  in werkelijkheid maar een gewone tweebaansweg in erbarmelijke staat.  Rond de middag stoppen we ergens om te tanken en kopen meteen iets om te eten, als je een zak chips met krabsmaak en een pak chocolade eten kunt noemen.  Tanken gaat niet zoals bij ons hier. Eerst betalen aan een kassa in een loketje met tralies ervoor, en dan kan je voor dat bedrag gaan tanken.  Als ze het hier zo niet doen dan rijden de meeste Russen weg zonder betalen, horen we van de kassier. We hobbelen verder, en van het geplande slapen in de truck komt niks in huis, gewoon onmogelijk zoals we door elkaar geschud worden.

    Rond 16 uur krijgen we telefoon van Hans dat de buggy in panne staat, alsook de Nemesis van Roeland, een ander team dat met ons meereist. Harmen en Werner gaan de buggy naar de straat slepen en wij krijgen een waypoint waar we ze kunnen oppikken. Gelukkig amper 18 kilometer van waar we nu staan. Dichtbij, dachten we toen nog. Daar wij geen detailkaarten van deze streek hebben, enkel een punt op de GPS waar we naartoe moeten, nemen we de eerste weg die in hun richting leid. Al na 3 kilometer versmald die, en uiteindelijk is hij afgesloten met een slagboom. Hoe Marc de hele truck met aanhanger hier gekeerd krijgt is mij een raadsel, maar toch lukt het hem. De volgende weg dan maar. Die loopt 10 kilometer perfect in de goede richting en gaat dan in een dorpje over in een aardeweg. Weer niks dus. De dorpelingen hebben eens iets anders gezien dan een koe die passeert, wij hebben eens een typisch boerendorp gezien met houten huizen, maar verder zijn we niet gekomen.

     

    Volgende afslag idem, met dit verschil dat we nu 18 kilometer rijden voor de weg doodloopt. Uiteindelijk blijkt de vierde keuze de goede, en na 130 kilometer rondrijden komen we bij de buggy. Die is niet te herstellen, de splinternieuwe, speciaal gebouwde bak heeft het begeven. We hoeven de buggy niet mee te slepen, want er komt een eigen sleepdienst van de organisatie om. Terug naar de hoofdweg dus, en verder naar  het bivak in  Lipetsk.

    Daar komen we als eerste aan, en zetten alles klaar.  Eens dat gebeurt is nog een douche en dan het bed in. Al is het maar voor even, het zal deugd doen na een blanke nacht. Zover komt het niet, want net als ik de rits van mijn tent opendoe komt Hans met de Nemesis van Roeland toe op sleep, en Werner en Harmen met hun Toyota. Daarvan is de voorwieltractie stuk dus er is werk voor ons. Marien ligt pas 3 minuten neer maar ik heb al moeite om hem wakker te krijgen.  Na demontage zien we dat het voorste differentieel een paar tanden mist, dus daar moet een nieuw in, een vrij omslachtige operatie. Als  we eindelijk een heel stuk gevorderd zijn met de montage kijk ik naar de horizon en zie de zon weer opkomen, de tweede blanke nacht op rij is een feit. Met het ochtendgloren komt een koude wind opzetten en dat maakt het niet aangenamer. Als Marc komt overnemen loop ik even om een vlug ontbijt en wat koffie en ik voel me weer een stuk beter.  Tegen 9 uur kan de Toyota netjes op tijd weer aan de start verschijnen. Nu komt ook de sleepwagen binnen met de buggy. We ruimen het bivak op en tegen elven gaan we weer de baan op, Volgograd is het volgende doel.

     

     

     

     

    12 juli

     

    Ik neem het eerste deel van de navigatie voor mijn rekening, dan kan Marien toch al een voormiddag slapen in de truck. Door het hevige schokken vliegt zijn hoofd alle kanten uit en geven we hem het koosnaampje “headbanger”.  Een saaie rit wordt het door een eentonig landschap, zoals meestal hier. We passeren uitgestrekte vlakke stukken met niets dan velden, half vervallen fabrieksgebouwen, en dorpjes waar de tijd de afgelopen eeuw heeft stilgestaan. De weg is volgens het roadbook  200 km “tout droit” (maar dan in het Russisch), en dat verhoogd de eentonigheid nog aanzienlijk. Even stoppen aan een tankstation is een verademing. Ook voor de financiële toestand: diesel kost hier amper 60 cent per liter.

    In de namiddag slaap ik in het bed van de truck. Een ervaring die best omschreven word als schokkend. Bij iedere hobbel wip je echt omhoog, en je schud van voor naar achter. Ondanks schaafplekken op mijn ellebogen van het schokken slaag ik er in om 4 uur te slapen hier, zonder moeite.

    Het bivak in Astrachan is op een actieve militaire vliegbasis. Stel je dat eens voor enkele jaren geleden, dat zou onmogelijk geweest zijn!  De hele startbaan wordt door de rally ingenomen, wij staan helemaal achteraan omdat we laat zijn toegekomen. De Toyota komt rond 9 uur toe met weinig werk aan gelukkig. Alles uitkuisen, en weer eens alle losse stukken netjes vastleggen is voldoende naast de normale controlepunten. Half één zijn we klaar en eindelijk hebben we eens tijd om die Ricard te proberen, het smaakt. Dan de tent in en eindelijk echt slapen.

     

     

     

    13 juli

    Om 6 uur gaat de wekker. Verdorie, vergeten afzetten. De zon zit al goed op de tent, dus doe ik ze open, kruip uit de slaapzak en steek mijn voeten buiten, ik wil bijlange nog niet opstaan. Pas om 9 uur kom ik er uit, net als de Toyota vertrekt. Voor hen wordt het een lange dag in de duinen, voor ons gelukkig een rustdag die ik vooral doorbreng met slapen. Lekker in de schaduw naast de truck want in de voormiddag is het al boven de 30 graden. Zo merk ik niet dat de zon verder draait met als gevolg dat ik nu eindelijk een kleurtje heb. Armen, benen en hoofd rood, en mijn scheenbeen blauw van gisteren ergens tegenaan te schoppen. Tijd ook om eens de truck uit te kuisen, want als je 4 dagen lang met drie mannen in een cabine leeft komt er wel wat rommel in. Tegen de avond wachten we lang op Harmen en Werner want ze rijden nog altijd. Het ziet er naar uit dat het weer nachtwerk wordt.

    Rond 10 uur komen ze binnen, en de schade lijkt mee te vallen. Een zetel die los staat en een bevestiging van een remleiding op de vooras afgescheurd. Dit kwam doordat de vooras zo diep is ingeveerd dat ze tegen het carter kwam, en gelukkig is daaraan niks stuk gegaan. De remleiding is ook volledig platgedrukt en moet vervangen worden. We hebben ze niet mee, maar met wat improvisatie lukt het best. De as wordt aangepast zodat ze niet meer te ver kan inveren. Volgende probleem is een geplooide stuurstang die Werner ter plaatse al heeft moeten rechten en verstevigen door er een sleutel aan vast te lassen. Die wordt ook nog vervangen en na controle van de wagen zijn we klaar tegen zonsopgang, het wordt een gewoonte dit jaar. Nog een douche en om kwart over 4 kan ik in bed.

     

    14 juli

     

    Om 7 uur wordt ik gewekt, en het ontbijt staat al klaargezet door Ada die ons echt verwend. Niet dat het ontbijt op zich zo schitterend is in de bivaks, maar nu hoeven we tenminste niet naar de andere kant van de basis te lopen. Alles wordt ingeladen en rond half negen gaan we weer de weg op voor een rit van 590 km naar Stavropol. De weg is zoals altijd enorm eentonig, steeds hetzelfde landschap, kilometers ver uitgestrekte akkers en een kaarsrechte weg vol putten en bulten. En om de 10 kilometer politiecontrole, maar gelukkig vallen wij daar buiten. We komen nog een autotransporter van de organisatie tegen die in schaar geslagen is, niet zo verwonderlijk als je ziet hoe die mannen hier vliegen.

    We arriveren om half zeven ’s avonds bij het bivak, de luchthaven van Stavropol, en zoeken een goede plaats. En nu weer afwachten. Later op de avond ga ik informeren bij de organisatie en de Toyota zit om 21h 30 nog op 15 km van het einde van de proef en rijd 65km per uur. Oef. Dan nog 10 kilometer verbinding en ze zijn hier. Weer nachtwerk dus, hopelijk valt de schade mee.

    Rond half elf arriveren ze, uitgeput, dat is duidelijk. Ze hebben voor de laatste kilometers in het donker iemand van de streek gevonden die hen heeft voorgereden om de weg te tonen en de man wil hen als aandenken persé een Russisch boek meegeven. Dat zal zeker nuttig zijn, we gaan een tolk moeten vinden daarvoor.

    De schade aan de auto valt gelukkig voor ons mee, eigenlijk niks. Gewone service wil dat zeggen, netjes uitkuisen en voltanken. En als hij volgetankt is zie ik diesel op de grond druppen, toch nog extra werk dus! Even later vind Marien de oorzaak: een gat in de tank door steenslag. Een volle dieseltank hier repareren is bijna onmogelijk, dus moeten we improviseren.  Omdat de etappes voor morgen heel kort zijn besluiten we om de tank gewoon niet te vol meer te doen, daar het gat redelijk hoog in de tank zit. Pas halfdrie en we kunnen in bed, het begint te beteren naar het einde toe!

     

    15 Juli

    Om acht uur ontbijt en dan gelijk weer de baan op. We hebben een korte rit van 256 kilometer en omdat we toch tijd genoeg hebben gaan we even kijken bij de start van de tweede dag etappe voor Harmen en Werner. Ze hebben een paar plaatsen verloren, dus zal er wel iets fout gegaan zijn op deze snelle etappe. Maar ze rijden heel goed en stuiven voor ons de berg op. Bij de start is een hele show georganiseerd, en een plaatselijke traditionele dansgroep laat het beste van zichzelf zien. En dat doen ze uitsluitend voor zichzelf, want niemand kijkt. Zonde, want ik geniet van de traditionele dansen en gezangen! Ze proberen het later nog door over te gaan op een soort mix van disco, hard rock en traditionals, maar dat loopt al helemaal fout. Wij zetten onze weg verder naar het bivak en tanken nog even onderweg. Hier staan wel een paar belangstellenden voor de rally en worden we als koningen ontvangen door het personeel van het station. Ik vraag of we er kunnen eten, en ze knikken heftig “Da!” (ja). Wat later blijkt dat hun eten bestaat uit een zak chips met zout. Trots melden ze dat er ook paprika chips zijn!  Als ik hen via een plaatselijke vrijwillige tolk vraag of ze geen vlees en groente hebben moeten ze ontkennen. Dat zijn echte luxeproducten, en die hebben ze niet… Van de dame aan de kassa krijg in nog een fotoboek van de streek als aandenken. Alleen hun koffie is niet te zuipen. Nog een foto willen ze van ons samen met de eigenaar. Die foto zal allicht ook aan de muur komen naast de foto’s van de rally van vorig jaar die al de hal sieren. Dat gaat mooi worden! Na enkele dagen rally in een truck zien we er niet meer op ons best uit.

    Als we in het bivak komen arriveren Harmen en Werner net achter ons. Ze hebben een vlotte tweede etappe gehad maar Harmen was iets te enthousiast in het jumpen waardoor de stuurstang die we gisteren vervangen hebben weer geplooid is, en deze keer ook een stuk van de vooras. Een tweede reserve is er niet dus wordt het rechten. Voor de rest doet de Toyota het prima zonder mankementen dus hebben we weer vroeg gedaan, om 9 uur kunnen we al gaan douchen en eten, dit wordt nog een luxevakantie.

    Voor morgen is de laatste etappe een rit naar Sochi, een tocht van 350 kilometer. Een peulenschil, ware het niet dat de organisatie 9,5 uur voorziet voor die afstand. Dit laat het ergste vermoeden voor de toestand van de wegen. Omdat iedereen ten laatste om 5 uur ’s morgens het bivak moet verlaten hebben besluiten we om nu al te vertrekken om de drukte wat voor te zijn. Kwart voor elf is alles opgeruimd en beginnen we er aan.

    De eerste 50 kilometer vallen goed mee, dan wordt de toestand van de weg steeds slechter. Op sommige plaatsen is er zelfs geen weg meer of is hij dik 30 cm verzakt. Mark kan slechts stapvoets rijden met de Ginaf met grote aanhanger. Op een kruispunt worden we door een van de tientallen politiecontroles tegengehouden en we mogen de weg van het roadbook niet volgen, die zou veel te smal zijn voor een grote truck. De man toont ons een omleiding waarlangs het veel beter zou gaan.

    Die omleiding kan het best omschreven worden als “the road to hell”. Enorme kuilen in de weg, het wegdek weggespoeld, het wegdek afgegraven om ooit eens te herstellen als er weer geld is, wasbordpistes… Over een afstand van 40 kilometer rijden we anderhalf uur. Gelukkig betert de weg daarna en kunnen we wat vlotter verder rijden op de hoofdweg. En die is dan weer niet toegankelijk voor trucks van meer dan 8 ton, waardoor we weer een omleiding op de omleiding nemen. Gelukkig komt een man ons helpen en stelt voor om ons de weg te tonen met zijn auto. Zo komen we dan weeral eens op de juiste baan uit. We bollen nog verder tot aan de kust en daar houden we het voor gezien. Het is kwart voor drie, we hebben 145 kilometer afgelegd sinds gisteravond kwart voor elf en het is nog beginnen regenen ook. Slapen in de cabine dus en morgen zien we verder.

     

     

     

     

     

     

     

    Zaterdag 16 juli

     

    Om 7 uur staan we op en weer tovert Ada enkele dingen voor het ontbijt tevoorschijn. De eigenaar van het tankstation komt ons ondertussen in het Russisch duidelijk maken dat we zo snel mogelijk moeten opkrassen. Dat waren we toch al van plan, dus auto’s in en rijden maar. We passeren nu vlak langs de Zwarte zee, een geliefd vakantieoord bij de Russen zo te zien.  Er staan volop campings, pretparken en winkeltjes, allemaal een beetje “vergane glorie” stijl. Wat verder komen we het stad in en daar komt plots een politiewagen voor ons gereden en laat ons stoppen. We mogen hier niet verder met auto’s langer dan 11 meter luid het. Geen discuteren aan, en de noodnummers van de organisatie die we bellen zijn onbemand. Een agent belt nog om een tolk, en een jong meisje komt daarna af met de wagen. Maar die houd het na enkele minuten al voor gezien, stapt terug in haar wagen en rijd weg. Wij moeten weg van de baan en met begeleiding van politie gaan we naar een parking een paar kilometer terug. Nu beginnen ook langzaam andere deelnemers toe te stromen, en het is duidelijk dat weer niemand van iets weet. We bezweren de agenten dat ze straks overspoelt zullen worden door al de trucks die hier langs gaan komen maar ze geloven ons niet erg. Ze blijven wel enorm vriendelijk en correct en bieden zelfs iets te drinken aan. Een van hen vraagt mij nog een T shirt van Dakar, en ik stel hem de ruil voor: zij T shirts, wij vrije doorgang. Zonder succes overigens. Ondertussen moeten ze al versterking laten komen om al de trucks die toekomen geparkeerd te krijgen en het is dan ook een kwestie van tijd voor ze zwichten: we mogen doorrijden. Twee en een half uur vertraging, dan rijd een mens al eens vroeg door. Nu ja, niet te voorzien natuurlijk en jammer, maar het geeft kleur aan de reis. We rijden de stad door, en hebben eigenlijk nergens problemen om te passeren. Meer zelfs, de lokalen rijden met nog grotere bussen en opleggers hierdoor.

    Het word later, en ook drukker. Heel druk zelfs. We staan meer stil dan we rijden en moeten overal drummen om door het verkeer te raken. De Russische rijstijl is er ook niet vreemd aan uiteraard. Hun manier van een truck inhalen: steek gewoon voorbij in een blinde bocht zonder nadenken, en als je ziet dat je het niet haalt claxonneer dan hevig en hoop dat de truck vertraagd om je voor te laten of snij hem de pas af. Dit gaat meestal goed, maar even veel ook enorm fout. Later horen we dat je een rijbewijs hier niet haalt, maar gewoon gaat kopen bij de politie, vandaar dus.

     

    Eens de steden voorbij wordt het iets rustiger, maar de slechte wegen blijven. Geen honderd meter gaat het rechtuit, Marc moet constant op en afschakelen en door haarspeldbochten kruipen.

    Dit blijft zo tot Sochi, waar met het oog op de hier te houden Olympische winterspelen in 2014 de wegen gemoderniseerd zijn. De laatste 60 kilometer gaan een stuk rustiger en we komen rond 15 uur de parking voor trucks opgereden even voor het hotel. Einde van de rit, bagage uitladen en een shuttlebus brengt ons naar het hotel. Weer geen klein pensionnetje! Er is een enorm uitgestrekt domein gespecialiseerd in wintersport met alles op en aan.

     

     

    ’s  Avonds is de slotceremonie in een grote tent op het terrein met buffet en optredens en nog een vuurwerk ter afsluiting. Toch 1 van de 2 wagens heeft het gehaald, gezien het grote aantal uitvallers geen slecht resultaat. We kunnen het altijd nog eens proberen.




    23-12-2020 om 00:00 geschreven door Roland Vanwolleghem  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 5/5 - (1 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    23-05-2023
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Mijn boek
    Van het hele verhaal van de bouw van onze auto en de Dakar die we er mee deden heb ik een boek geschreven waarin je ook vele foto's vind. Het is gedrukt op kwaliteitspapier met hoge kwaliteit van het drukwerk.

     Je kan het altijd bestellen bij me, kostprijs is 40 euro, verzending naar jou adres inbegrepen.





    23-05-2023 om 16:15 geschreven door Roland Vanwolleghem  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)
    25-06-2024
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Spaghetti in Moskou

    We stonden op het Rode Plein voor de voorstelling van alle rallyauto’s aan de VIP’s. Het volledige plein was dus door politie en leger bijna hermetisch afgesloten, alleen met een uitnodiging kon je binnen. Het wordt middag, en ik krijg honger. Ik had niks bij me in de overtuiging dat er op zo’n show eettenten genoeg zouden zijn. In Europa wel ja, in Rusland was er niks. Dus wilde ik van het plein weg om in de stad te gaan eten, maar er af gaan hield in dat ik niet meer terug zou binnen kunnen! Als alternatieve weg ontdekte ik een grote tent met podium er op waarop lokale dansers en muzikanten kwamen optreden. Aha! Ik kroop op het podium, en dan via allerlei gangen en kleedkamers raakte ik toch buiten, van het Rode Plein af via de artiesteningang. Voila, nu rap een spaghetti gaan eten in Moskou en klaar. Dacht ik toch. Brugge staat vol met kleine restaurants, in Moskou is dat iets minder. Toch vond ik een klein eethuisje en zette me daar aan tafel. De ober komt mijn bestelling opnemen, natuurlijk in het Russisch! Ik bestel in het Engels ( dat spreken ze toch op heel de wereld?) een spaghetti. De man begrijpt me niet, er komen andere mensen bij ons staan, maar niemand die iets anders spreekt dan Russisch. Shit! Hoe geraak ik hier nu aan eten??? Ik blader in een tijdschrift dat daar ligt, en ik kom toch wel een advertentie tegen van pasta! Die toon ik aan de ober, en de man zegt met een big smile “Da!” ( wat “ja” betekent, een van de weinige woorden Russisch die ik ken.) en gaat naar de keuken. Wat later krijg ik een dampende spaghetti voorgeschoteld. Je ziet, niks moeilijks aan! Na mijn maaltijd trek ik terug naar het Rode Plein, en via de artiesteningang kan ik er op zonder politiecontrole. Weer alle gangen en vertrekken door naar het podium waar ik er af spring en terug bij onze auto sta.

    25-06-2024 om 16:15 geschreven door Roland Vanwolleghem  

    0 1 2 3 4 5 - Gemiddelde waardering: 0/5 - (0 Stemmen)
    >> Reageer (0)


    Archief per week
  • 24/06-30/06 2024
  • 22/05-28/05 2023
  • 27/06-03/07 2022
  • 21/12-27/12 2020
  • 14/12-20/12 2020
  • 30/11-06/12 2020

    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.


    Meer info
  • Films van onze rally's op you tube
  • Mijn andere blog
  • Ons hotel in Marokko

    Willekeurig Bloggen.be Blogs
    bigietie1951
    www.bloggen.be/bigieti

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs