Daar zat ik dan terug in het kleine stinkende kot. Het
duurde even voor alles echt tot me doordrongen was. Er ging nog iemand anders
komen, maar wie? Er schoot van alles door mijn hoofd, misschien kwam er wel een
jongen waarbij ze ook het experiment uitvoerden of nog een kloon van mij? Ik
probeerde even te slapen, maar ik kon geen oog dicht doen. Toch moest ik
zachtjes zijn ingedommeld want van een luide knal schrok ik wakker. Fel licht
scheen in mijn ogen en er werd een jongen naar binnen gebracht. Ja hoor nog een
dubbelganger, maar deze keer levend! Wat was hier nu weer de bedoeling van?!
Elk beweging die ik maakte, deed hij gewoon na. Alles wat ik zei, zei hij na.
Hij leek op een robot. Plotseling kreeg ik het idee, dat hij wel een goede
bondgenoot kon zijn. Door hem zou ik misschien wel kunnen ontsnappen. Hij doet
alles na wat ik doe, dus als ik begin te vechten, vecht hij ook. Ik ging eerst
nog wat slapen, mijn energie ging ik nodig hebben. Ik werd wakker en maakte me
gereed, natuurlijk maakte ook mijn dubbelganger zich gereed. Ik begon te roepen
en op de muren te kloppen en Berrie begon dit ook dit doen. Berrie zo noem ik
mijn dubbelganger. Mijn zogezegde vader kwam naar binnen en nam we weer bij
mijn nek, Berrie die volgde automatisch. Ik en Berrie zaten aan de tafel met
brood en water. Mijn vader buiten en Vince stond de deur te bewaken. We
begonnen te roepen en Vince kwam naar binnen. We sloegen hem hard en Vince viel
al snel op de grond. Nog een paar kloppen op zijn hoofd en Vince was voor een
tijdje buiten bewustzijn. Mijn zogezegde vader kwam naar binnen gelopen en we
begonnen ook op hem te slagen. Het ging er hard aan toe. Mijn zogezegde vader
viel met zijn hoofd tegen de tafel en begon hevig te bloeden. Er was waarschijnlijk
een slagader geraakt, maar dit was zijn verdiende loon. Ik en Berrie liepen
naar buiten, de weg was helemaal vrij. Ik had geen idee waar we waren. Plots
zag ik een bouwvallig huis. Ik liep naar binnen, daar zouden we wel even veilig
zijn. Ik verzorgde mijn wonden en Berrie zijn wonden, die we opgelopen hadden
tijdens het gevecht. Ineens riep Berrie been zender uit! Ik bekeek zijn been
goed en zag een zendertje zitten. Ik nam een oude spijker, die ik in het huis
gevonden had en sneed er zijn been mee open en haalde de zender er uit. Berrie
deed mij niet meer na, hij werd een gewone jongen. We moesten hier nog even
schuilen, hier zaten we veilig. Ineens hoorde ik geraak in de andere ruimte
naast ons, Berrie stond op en ging kijken. Ik hoorde hem verbaasd zeggen: jij
hier, wat doe jij hier? Wie was daar? Tom Patriot? Een vriend van Berrie, die
ons kan helpen, zodat ik terug een normaal leven kan leiden? Vince?
|