Maandag 9
oktober 2017 verzamelden tussen 9 en 9u30 een 25 KWB-Overdaggers in het
station van Neerpelt voor de start van een midweek in "Ostend Hotel" te Oostende
en dit om het feestjaar 25 jaar KWB-Overdag Wijchmaal in te zetten.Het vervoer naar Oostende was geregeld via
een groepsticket bij de NMBS met gereserveerde plaatsen. De reis verliep vlot
via Antwerpen Centraal naar Oostende.
Om13 uur kwamen we aan waarna een deel naar het
hotel ging om de koffers achter te laten en een ander deel de geleden dorst al
ging lessen op het Vissersplein. Boterhammen waren al verorberd op de trein,
maar er waren er toch ook nog met knorrende magen. Groepjes werden al snel
gemaakt en de eerste verkenningsrondebegon: wandeling over de dijk tot Mariakerke, wandeling in de
binnenstad, kijken of de zaakjes die men leerde kennen bij een vorig bezoek er
nog waren . Er waren er zelfs bij die
het Casino al eens gingen verkennen. We moesten zeker rond 18 uur terug zijn om
ons wat op te frissen en dan rond 18u30 naar het restaurant voor een
voorgerechtje, een soepje, een keuze tussen vlees of vis (of alletwee), drank
naar believen en een lekker dessertje (of meerdere dessertjes). Tijdens het
eten werden al plannen gesmeed voor de volgende dag: fietsen, wandelen,
trammen, luieren, Na het eten een wandelingetje om alles wat te laten zakken
of gewoon kortweg een afzakkertje aan de bar.Wat kaarten, wat zeveren, meer moet dat niet zijn Och ja, ik zou het
vergeten: het weer was prima: lekker temperatuurtje, zonnetje en wat wind.
Dinsdag
begonnen we met een gevarieerd ontbijt: enkele soorten beleg, boterhammen,
broodjes, koffiekoeken, eitjes, omelet, fruit, yoghurt, koffie, thee, . Er was
voldoende naar ieders keuze, enfin dat denk ik toch . Het goede weer was weer
van de partij en de gisteren begonnen planning werd voortgezet. Een wandeling
uitgestippeld aan de hand van de plannetjes bekomen via de toeristische dienst
van Oostende voor de ene groep, een zelf uitgestippelde fietstocht voor een
andere groep, een korte wandeling voor nog een ander groepje die minder goed te
been waren, gevolgd door iets drinken,
een hapje eten en dan wat kaarten . En de dag was weer snel voorbij. Hetzelfde
scenario van maandagavond herhaalde zichwat betreft eten en afzakkertjes.
Woensdag verliep
op eenzelfde manier. s Avonds was er een kienavond. Ludo had kienkaarten,
blokjes en prijzen meegebracht. De directeur van Ostend Hotel stelde ons een
zaaltje ter beschikking en daar gingen we : blokjesaangever, kaartencontroleur
en prijsuitreikerLudo, afroeper Gust
(en als ik zeg afroeper dan bedoel ik afroeper) en controleur-van-Ludo-en-Gust:Janneke. Er werd ijverig afgeroepen en
blokjes gelegd, maar er was ook wat ergernis omdat de juiste blokjes niet
vielen en als Ludo en/of Gust probeerden te sjoemelen werden ze terechtgewezen
door Janneke. Prima idee Ludo!!!
Donderdagwas alweer onze laatste volledige dag. De ene
groep vertrok voor een wandeling op de westelijke pier, langs het strand,waar we enkele vissers aan het werk zagen en
waar we van één van hen een hele uitleg kregen over het vangen van zeebaars e.a.
vissen. Terug de dijk op en daar kwam het
voorstel voor een kennismaking met het Casino. Voorstel aanvaard, zij het door
sommigen met een heeeeeel erg hangend staartje. Enfin, toch naar binnen, de
zaak eens bekeken, enkele gratis koffietjes en koekjes verorberd en weer weg
zonder dat de portefeuille uit de achterzak kwam . Een andere groep ging
trammen naar Blankenberge en nog een andere groep had weer een wandeling
uitgestippeld.
Voor het
laatste avondmaal werd een groepsfoto genomen door de directeur van het Ostend
Hotel. En nu hij er toch bijstond, ook een foto met de directeur erbij en er
werd hem door Janneke, volgens Ludo onze plaatsvervangende burgemeester, ook
een fles overhandigd (Peers Drupke) .
s Avonds was
het quiz-time, maar dat kon niet gestart worden zonder Ludo zijn wat stond er
in de kranten-overzicht, waarbij sommige aanwezige personen ter sprake kwamen. Dan de quiz met 32
meerkeuzevragen en twee foto-rondes. De geesten werden gepijnigd, er werd
gegrommeld dat het toch moeilijk was, de quizmaster werd voor foute
vraagstelling terecht gewezen en dat was terecht (mea culpa enz.). En tenslotte
wonnen de Kokketeuten, 6 dames die met
de eer en lekkere pralines gingen lopen, de tweede en derde groep mochten van
speculoos snoepen en de laatste groep kreeg een zak zure Napoleons, want het is
altijd een beetje zuur om te verliezen.
Hierna had
Ludo een droevige mededeling te doen, althans dat hij op voorhand gezegd. Maar
iedereen was er toch blij mee. Ludo had bij het bedankje voor de directeur
aangehaald dat hij eigenlijk niets moest terugdoen, maar als hij dat toch zou
doen, dat we dat zeker niet zouden afslaan. En natuurlijk, een goed verstaander
heeft maar een half woord nodig we mochten er allemaal ene drinken van de
directeur. Dat aanbod werd natuurlijk in dank aanvaard en we hebben er
natuurlijk nog een paar extra gedronken
Vrijdag was
dan afscheiddag. Nog een korte wandeling over de dijk, sommigen gingen nog wat
typische zeevruchten eten, anderen zorgden zich een broodje. En rond een uur of
één trokken we in groep naar het station voor de terugreis. Onze plaatsen waren
mooi voorbehouden in het laatste voertuig. Er werd al gezegd dat we in
Antwerpen snelheid moesten maken om de hele trein voorbij te lopen om van spoor
5 naar spoor 3 te gaan. De trein had dan ook nog wat vertraging zodat het
inderdaad hollen werd. Op spoor 3 stond de trein naar Neerpelt klaar, zes
wagens voorbij gerend maar er was nergens een spoor van onze reserveringsbordjes
, de conducteur gevraagd in welke wagon we moesten zijn, die wist van niks .
Dan maar rap iedereen de trein op geduwd want die vertrok, vaststellen dat we
ook nog in de verkeerde wagon zaten, zodat we moesten overstappen in Mol. In de
trein zelf liep een zwetende conducteur rond. Waarom? Dat wisten we even later.
Een medepassagier vertelde ons namelijk dat hij gezien had dat de conducteur
himself de reserveringsbordjes had afgetrokken Maar uiteindelijk kwamen we
goed aan in Neerpelt en ging iedereen naar huis met een goed gevoel na een
prachtige week in Ostend Hotel aan ons kust.
KWB-Overdag op bezoek bij Aquafin in de Goudbergstraat te Peer
24 oktober
2017: een 35-tal KWB-Overdaggers kwamen samen in de Schommel in Peer. In twee
groepen zouden zij het zuiveringsstation van Aquafin in de Goudbergstraat gaan
bezoeken. Onze gids was Danny Vanderhoydonck, teamcoördinator Aquafin regio
Bree.
De einddoelstelling, die Aquafin wil nastreven is in gans Vlaanderen de
kwaliteit van het afvalwater bevorderen door het bouwen en uitbaten van zuiveringsstations
in gans Vlaanderen.
Het afvalwater van Peer Centrum, Wauberg, Linde en een gedeelte van Wijchmaal
gaat naar de collector in de Goudbergstraat, dat van Wijchmaal en Kleine-Brogel
naar de collector in Eksel en dat van Grote-Brogel-Erpekom naar de collector in
Bocholt.
De collector van Peer is gebouwd in 1995, hij is voorzien van 3 vijzels om het
afval dat binnenkomt op te pompen. Bij gewoon weersomstandigheden is er maar
één vijzel nodig om het water op te pompen.
Dit vuil water wordt ontdaan van echt afval groter dan 6 mm. Vooral de vochtige
doekjes horen bij dit afval. Dit afval komt in een container terecht. Per maand
is deze vol. Deze collector kan ongeveer 680 m³ per uur verwerken en het duurt
om en bij de 14 uur eer het water zuiver de beek in geloosd wordt. Zeer
regelmatig wordt door de Vlaamse Gemeenschap stalen ter controle genomen.
Een eerste
keer komt het afvalwater in een groot bekken terecht waar het belucht wordt om
de micro-organismen hun werk te laten doen.
Dit beluchten gebeurt automatisch naargelang de behoefte.
Minstens twee keer per week komt een man van Aquafin alles controleren.
Vanuit het teamcenter van Lommel kunnen de zuiveringsinstallaties van gans
Noord-Limburg in doog gehouden worden.
Een groot probleem hebben wij tegenwoordig aldus Danny: ons afvalwater is te
zuiver. Daarom moet er suikerwater, afkomstig van een snoepfabrikant aan
toegevoegd worden.
Een tweede
groot conisch bekken in het midden tot 4 m diep -voorzien van een schraper
brengt alle bezinksel bij elkaar. Het slib wordt daarna opgepompt naar een
buffer. Twee à driemaal per week wordt het slib afgevoerd per vrachtwagen naar
een slibverwerkingsbedrijf in Houthalen. Hier wordt het ontdaan van water- via
een slibdroger - totdat er 99% droge stof overblijft.
De reststof wordt dan weer gebruikt om de cementovens van Lixhe te verwarmen.
Een andere mogelijkheid is dat het naar Genk gaat waar het slib vergist wordt
en er biogas geproduceerd wordt.
Wanneer het afvalwater gans het proces doorlopen heeft, is het doorzichtig als
gewoon beekwater.
Op termijn
streeft men ernaar om het geheel van ons rioleringsstelsel gescheiden te maken.
Nu komt er nogte veel regenwater bij
het afvalwater.
Maar dit is zeker een langetermijnvisie.
Zo kort bij
ons en nadie jaren waren wij nog nooit
hier op bezoek geweest.
Dit was de verzuchting van menig KWB-Overdagger.
In Den Tichel werd naderhand nog druk nagepraat over ons afvalwater en wat wij
kunnen bijdragen opdat wij aan ons nageslacht een zuiverder aarde mogen
doorgeven.
Voor de Mutterd vanuit de
Goudbergstraat, reporter Leo
14 september
2017: ruim 60 KWB-Overdaggers waren present op de jaarlijkse startdag van een
nieuw werkjaar. Heel wat moedige fietsers wisten op een klein uurtje tijd de
weg naar de hondenschool in Meeuwen te overbruggen.
In het lokaal werden wij speciaal verwelkomd door de trekkers van
KWB-Overdag en dat nog wel in een speciale outfit.
Waarom dan wel? Dit werkjaar is een jubeljaar. Voor de 25e keer
mogen wij een nieuw werkjaar starten en waarom dan ook niet in een
zilverkleurige outfit.
Het scheikundig element van zilver is Ag maar wij maakten er ambitieus gemeenschapsvormend van.
En om dat jubeljaar even aan te voelen werden wij vergast op een glaasje cava. Want
bij feesten hoort iets extra.
Staaf heette iedereen van harte welkom en verwees naar 1993, het jaar dat wij
gestart zijn. In dit jaar ging de KWB van Wijchmaal in op een voorstel van het
Verbond Limburg om ook voor werknemers en mannen die op dat ogenblik werkloos
waren activiteiten te organiseren opdat ook zij aan het sociale leven zouden
kunnen deelnemen. In het totaal gingen zo een tiental afdelingen op deze
uitnodiging in.
Leo mocht het jaarthema Thuis in KWB-Overdag wat meer toelichten.
Wat betekent het ergens thuiskomen?
Thuiskomen vraagt dat de mensen in een vereniging zich ook echt thuis voelen:
vriendschap viert er hoogtij, wij delen ongeveer dezelfde gezindheid, het is
een plek waar wifi onmiddellijk verbinding maakt, het is een weg die bezaaid
ligt met stil geluk, is warmte, gezelligheid, een goede daad die onmiddellijk
beantwoord wordt.
Op het einde van zijn woordje mochten de trekkers van KWB-Overdag samen het lint
doorknippen om aan te geven dat het jubeljaar definitief was ingezet. En dan
een heildronk op het nieuwe werkjaar.
Maria mocht het jaarprogramma toelichten. Guido ondersteunde dit met weerom een
geslaagde powerpointpresentatie. Dank Guido.
En het mocht weerom gezien worden.
Swa had het
op zijn geëigende manierover het
wandelen, het kaarten en het fietsen. Ook daarin zullen wij doorgaan.
Maar bij
feesten hoort ook een culinair gedeelte.
Onze dames onze culinaire creatieve compagnie want zo noemden wij ze zorgde
voor de inwendige mens. Wat was het stil tijdens het eten. En natuurlijk had
het gesmaakt. Bedankt dames. Zonder jullie zou het heel wat moeilijker zijn in
onze vereniging.
Op het einde werden ze trouwens ook letterlijk en figuurlijk in de bloemetjes
gezet.
Maar ondertussen had Staaf weer een geheugentest klaar. Een quiz met als titel
Pas gelezen in de krant. Wat werd overlegd, gediscuteerd.
De groepen wisselden ook wel eens een antwoord aan elkaar uit. En sommige
raadpleegden zelf internet. Ja, dan kan tegenwoordig allemaal met onze GSM.
Eén ding is zeker dat wij nogal oppervlakkig de krant lezen. Na een paar dagen
is de informatie die wij lazen al voor een groot gedeelte weg. Of heeft dit ook
misschien met de ouderdom te maken?
Natuurlijk herinnerden wij onsde
antwoorden die Staaf ons naderhand gaf.
Het belooft
een goed werkjaar te worden. Met velen voelen wij ons verantwoordelijk voor
onze vereniging. De officiële viering van 25 jaar KWB-Overdag vieren wij op
het Driekoningenfeest maar dat is pas in het begin van januari van volgend
jaar.
En nu al maar uitkijken naar de komende activiteiten.
Onze midweek in hotel Ostend in Oostende steekt hier toch wel een beetje boven
uit. Ook bij ons 20-jarig bestaan waren wij voor een midweek in Royal Astrid in
Oostende.
Een goede
start is broodnodig. Dat maken zoveel mensen in de sport mee.
We duimen voor een uniek jubeljaar.
Ook dit jaar stond er een fotozoektocht op ons
programma. Filip Bollen nam de taak op zich om een prima fietsritje uit te
stippelen. De deelnemers konden gedurende de maanden juli en augustus naar
eigen tempo 22 fotos zoeken over een 30 km lang parcours. Meerdere fotozoekers
deden de tocht; doch slechts 29 van hen brachten hun formulier binnen.
Om een prijsje te winnen kon je raden hoeveel
confetti er in een glazen flesje zat. Jaak Luys had de nauwkeurigste inschatting.
Dan volgden: Hub Creemers, Ghislaine Baselet, Marjan Ruysen en Annie
Vanderheyden.
Voor de kinderen was er een kortere tocht
voorzien. Allen waren ze winnaar en kregen een geschenkbon.
Tijdens een gezellig samenzijn werd ons
jaarprogramma van 2017 2018 voorgesteld met een powerpointvoorstelling. Na de
smakelijke barbecue kon je nog genieten van enkele volksspelen.
Bedanktaan alle aanwezigen en alle fietsers en tot ziens op één van onze
komende activiteiten.
Met 53
Overdaggers trokken wij op dinsdagnamiddag 16 mei met zijn allen naar de Bosuil
in Lille, de moedigen onder ons met de fiets, de anderen verplaatsten zich met
de auto.
Het was prachtig weer die dag. Is het dan toch waar dat je krijgt wat je
verdient? Daarom begonnen wij met de dorstigen te laven.
Heerlijk op het terras in de zon. Wat deed ze goed.
Maar daar alleen waren wij niet voor gekomen. We moesten immers ook ons 24e
werkjaar evalueren.
Natuurlijk stond ook deze namiddag zoals ook onze startdag- in het teken van de post. Een aantal
Overdaggers liepen daarom ook met een facteurspet rond.
Staaf heette in naam van de trekkersploeg iedereen van harte welkom. Hij verwees
in zijn welkomstwoord naar de positieve post van KWB.
We mochten weer in het afgelopen werkjaar naar activiteiten komen waar we vaak
nieuwe dingen konden ontdekken of omdat ze gewoon ontspannend waren.
En Staaf zou Staaf niet zijn moest hij niet voor een quizje gezorgd hebben.
Is het dan toch echt waar dat onze hersenen oefenen mentaal ons gezond houdt?
En dan even de activiteiten overlopen. Geen saaie bedoening.
De power-point-presentatie van Guido sprak boekdelen. Maria gaf ondertussen aan
met hoeveel Overdaggers we telkens waren. Als je het nog niet weet: Guido is
onze huisfotograaf. Bedankt Guido.
We mochten zeer tevreden zijn met de opkomst. Dat stimuleert de trekkers om
we zullen doorgaan .
Swa gaf een overzicht van het aantal aanwezigen op het veertiendaags
winterwandelen. Hij maakte van de gelegenheid gebruik om vanaf nu het fietsen
op dinsdagnamiddag te promoten.
Ludo las zijn tekst nog eens voor die hij maakte naar aanleiding van de
afsluiting van het wandelseizoen.
In een volledige outfit van een facteur kwam nu Leo te voorschijn.
In het ABL (algemeen beschaafd Liller) vertelde hij dat hij als jonge gast
mocht helpen om de nieuwjaarspost bij zijn neef Jef te sorteren.
Maar daarbij gaf hij iedereen nog een opdracht: Aan welke activiteit heb je
het meest gehad in het afgelopen werkjaar.
Daarnaast wou hij ook nog weten of het verslag dat hij telkens maakt na een
activiteit ook gelezen wordt ofwel in de Mutterd - hetzij digitaal of in het
boekje in Kerk en Leven of op Blog.
We waren verrast dat iedereen hier zeer positief over was.
Ook legde Leo tevens de link naar het volgend werkjaar waar we met zijn allen
een jubileumjaar tegemoet zien namelijk ons 25e werkjaar. Zilver
uiteraard.
De
afdelingsondersteuner, Jo Vande Weyer, van KWB-Limburg sprak een bemoedigend woordje
uit over de werking van KWB-Overdag, Wijchmaal.
Natuurlijk
moest er ook gegeten worden. Daar hadden de trekkers voor gezorgd. En of het
gesmaakt had. Er waren geen resten meer te bespeuren.
Huiswaarts keren zonder de uitslag van het quizje was geen optie.
De Zees en compagnie schoten de hoofdvogel afmet 18/20. Een dikke proficiat.
En om het geheel van het werkjaar eens langs de ludieke kant tebekijken had Maria nog een lied op de wijze
van En de Jef van de Capucienen.
En iedere vogel( KWB-Overdagger ) zong zoals hij gebekt was.
Stilaan werd
het tijd om af te sluiten. Het was ondertussen al half zes voorbij.
De fietsers moesten nog een klein uurtje peddelen. Niet erg. Het was immers nog
altijd mooi weer.
Tevreden
mogen wij weerom op het voorbije werkjaar terugkijken.
De vriendschap vierde vaak hoogtij.
We genoten van inspanning en ontspanning.
En nu op naar het zilveren jubileum.
Dinsdag 2
mei: 19 Overdaggers nemen om 8.30 uur het openbaar vervoer naar Hasselt station
om daar op de trein naar Leuven te stappen. Voor de meesten geraakten wij daar
met een seniorenticket.
In Leuven even weer een stadsbus nemen naar de vroegere Sint-Raphaël-kliniek
aan de Capucienenvoer. Daar zouden wij de tentoonstelling Histaruz als eerste
deel van onze daguitstap gaan bezoeken.
Histaruz staat voor historisch archief universitair ziekenhuis.
Het is sinds 2005 dat deze tentoonstelling werd opgebouwd. Er wordt gewerkt met
een 15-tal vrijwilligers. In principe is deze tentoonstelling te bezoeken op
donderdag- en zaterdagvoormiddag.
Kort samengevat kan je zeggen: het is een tentoonstelling zoals er een
ziekenhuis uitzag 50 à 60 jaren geleden. De vroegere geneeskunde was duidelijk
een theoretische opleiding. Er was zeer weinig contact met de patiënten. De
huidige geneeskunde brengt de verpleegsters, de dokters in opleiding zeer vroeg
met de patiënten in contact.
De algemene uitleg werd gegeven door twee gidsen in een auditorium waar vroeger
de studenten geneeskunde les kwamen volgden. Iedere plaats had zijn nummer om
het brossen tegen te gaan.
In wel een 20 kamers was deze tentoonstelling opgebouwd. In iedere kamer werd
er één richting van de geneeskunde belicht.
Omdat de kamers nogal klein waren werden we opgedeeld in twee groepen.
Wat kregen wij allemaal te zien?
Omdat dit ziekenhuis er een christelijke visie op na hield bezochten we eerst
de kapel waar de zusters, de leerling-verpleegsters dagelijks naar de
eucharistieviering konden gaan. Prachtige glasramen sierden deze kapel. Ook
bevond zich daar wegens plaatsgebrek - de stalen long voor mensen met
ademhalingsproblemen.
Achtereenvolgens bezochten we de kamer van de tandarts. Waar werkte hij vroeger
mee? Welke waren toen zijn attributen.
Een eersteklassenkamer had een eigen toilet(stoel), een eigen lavabo, betere
lakens, een voetverwarmer en men mocht daar sigaren roken.
De meeste kamers vroeger waren kamers waar acht personen in bed lagen.
Moeders die pas bevallen waren verbleven met 2 à 3 per kamer. Ze kregen sowieso
10 dagen rust voorgeschreven. De vroegere verloskamer zag er wel even anders
uit dan nu. Romantisch was wel even de mooie kanten
doopkleedjes. En wie kent niet meer de luiers van vroeger? Dagelijks stond de
wasmachine aan.
Een oude zonnebank moest dienen voor de behandeling van allerlei huidziekten.
In de afwaskamer waren zowel bedpannen van allerlei makelij - voor mannen als
voor vrouwen tentoongesteld.
Zelfs vroeger kenden men een zitweegschaal.
De kamer van de oogarts: we zagen een aantal dingen terug waarmee wij vroeger
op het medisch schooltoezicht mee geconfronteerd werden.
Iedere afdeling had een eigen keuken vroeger. De gegadigden konden eten vragen
à la carte.
In de
verpleging kenden men duidelijk een hiërarchie: de hoofdverpleegster, de
verpleegster en de hulpverpleegster. Aan de kledij was meestal te zien wie wie
was.
De kamer van de kinépraktijk, de radiologie ( vroeger met al de gevaren van dien)
de echografie, de apotheek met allerlei kleuren van flesjes naargelang de
inhoud, het operatiekwartier.
Een klas uit het Leuvense mocht zelf zalf en suppos maken en hoe ze te werk
gingen om pilcapsules klaar te krijgen.
Anderhalf uur rondsnuisteren in het verleden van de geneeskunde was in feite
veel te kort. Het gaf ons wel een kijk hoe de geneeskunde op een ruime vijftig
jaren zo is geëvolueerd.
Vanuit Sint-Raphaël
zetten wij ons tocht verder richting Sint-Antoniusberg waar zich het
Damiaancentrum bevindt.
Vooreest de inwendige mens versterken met een broodmaaltijd. Nadien nam de gids
ons mee in de omgeving van het Damiaancentrum.
We maakten kennis metde organisatie die
de paters van de Heilige Harten van Jozef en Maria gesticht hebben, hoe ze
jaarlijks de Sint-Jozefbedevaarten organiseren, hoe zij pater Damiaan als één
van de hunnen vereren ende mensen in
beweging zetten om deze grote heilige een warm hart toe te dragen.
Heel het Damiaancentrum is omsloten door twee serieus stijgende straten de
Sint-Antoniusberg en de Ramberg. In de maand maart kan enkel het Hofke van
Sint-Jozef in de Ramberg bezocht worden. Hier zijn de smarten en de vreugden
van de Heilige Jozef uitgebeeld. Na een uurtje rondleiding mochten wij de film
van pater Damiaan bekijken. We leerden zijn leven kennen als steeds in dienst
van God en van zijn mensen : getuige en dienaar zijn van zijn geloof,
geneesheer van lichaam ( melaatsen ) en ziel, bouwer van gemeenschappen op het
eiland Molokaï, apostel van de melaatsen, zaaier van oecumene, man van de
eucharistie, stem van de stemlozen, held van hoop.
Al wandelend
( in de regen ) stapten wij door zeer gekende Bondgenotenlaan
richting station. Wat nababbelen in een horecazaak was wel nodig, al was het
maar om ons even op te warmen.
Rond de klok van vijf uur half zes keerden wij huiswaarts.
We hoorden enkel maar zeer positieve reacties over deze daguitstap. voor de Mutterd vanuit Leuven,
reporter Leo
Dinsdag 18
april 2017: 35 KWB-Overdaggers verzamelen aan Den Tichel voor een uitstap naar
Lauw-Tongeren. We gaan op bezoekop een
waterkersbedrijf.
Een beetje geschiedenis Het bedrijf is een echt familiebedrijf. Momenteel is de derde generatie
uitbater van het bedrijf. Van de vier kinderen zijn één dochter en één zoon de
bedrijfsleiders. Onze gids was vader Vansimpsen.
Waarom Sint-Lucie? Heel eenvoudig! Vroeger was op deze plaats een melkerij die
de naam Sint-Lucie droeg.
De kweek van waterkers Er bestaan twee soorten waterkers: de klein-en grootbladige waterkers.
Per jaar heeft dit bedrijf ongeveer 250 kg zaaigoed nodig.
Het zaaigoed wordt voor het merendeel zelf gewonnen.
Men laat een aantal bedden doorschieten, de stengels worden gedroogd en dan kan
het zaaigoed geoogst worden.
Waterkers wordt geteeld in open lucht.
Men zaait zeer dik in bedden vanaf begin maart tot eind augustus.
Nu kan het kiemen beginnen. Na een drietal weken worden de bedden gedund.
Ongeveer ¾ van de plantjes wordt verwijderd uit het zaaibed en overgebracht
naar de oogstbedden.
Eens dat de plantjes krachtig genoeg zijn worden ze bevloeid door stromend
water (PH van 7 ) dat afkomstig is gedeeltelijk van bronwater ( 12° C ) en van
water opgepompt uit de grond. Voor de bevloeiïng is 3000 l water per uur nodig.
Gedeeltelijk wordt dit water gerecupereerd.
De planten halen gedeeltelijk hun voedingsstoffen uit het water zelf en
gedeeltelijk van de groene korrel die gestrooid wordt.
In de koude perioden duurt heel het proces 8 weken, in de warmere slechts 4 à 5
weken.
Het oogsten van de waterkers
De waterkers wordt geoogst in busseltjes van ongeveer 150 g.
De plukkers met laarzen aan - plukken ongeveer 100 busseltjes per uur. Ze
worden in plastic bakken gelegd en gaan naar de inpakafdeling.
Per week gaan er om en bij de 18000 bosjes weg.
De afzet
van de waterkers s Nachts bevoorraadt
men de vroegmarkt in Brussel. Daarnaast levert men nog aan Delhaize, Colruyt en
Hello Fresh.
De voedingswaarde
van waterkers In Amerika is de
waterkers uitgeroepen als superfood.
Waterkers is erkend als streekproduct.
Het is een caloriearme groente die heel wat vitamines bevat zoals ijzer,
calcium, jodium, kalium, boor, magnesium, vitaminen A en C.
Daarnaast is waterkers bloedzuiverend, vochtafdrijvend en eetlustopwekkend.
Waar kan
waterkers in gebruikt worden? Je kan pesto,
sabayon en soep maken van waterkers.
De blaadjes van de waterkers kunnen als sla gebruikt worden. De steeltjes kan
men in de soep gebruiken.
Van de zaadjes wordt er bier gebrouwen: La Cress.
Het is een smaakvolle, duurzame, gezonde en veilige groente. Er worden geen
producten gebruikt die schadelijk zijn voor de mens.
Personeel Vijf arbeiders zijn
tewerkgesteld in de kwekerij, 2 bij het inpakken en 2 vrachtwagenbestuurders om
alles op de juiste bestemming te bezorgen.
Daarnaast wordt de familie ook ingeschakeld.
Wat
vinden wij van dit bedrijf? *Het is een
arbeidsintensieve teelt waar nog veel manueel werk aan te pas komt. Er is enkel
een gedeeltelijke automatisatie bij het inpakken van het bosje waterkers.
*Men wil wel moderniseren maar de nodige vergunningen lopen niet van een leien
dakje. In het verleden is er weinig geïnvesteerd zowel voor de arbeiders als
het kweken van waterkers. De plukkers staan constant met de voeten in het water
en dat bij guur weer!
*In een grote garage werd met een machine alles ingepakt. Weinig werkruimte.
Na de
rondleiding werd naar believen waterkerssoep aangeboden. Heerlijk warm want het
was vrij koud die namiddag. De Overdaggers kregen de gelegenheid om bosjes
waterkers aan te kopen of zich te voorzien van enkele flesjes waterkersbier.
Heel wat
mensen kenden deze groente zeer oppervlakkig. Het was een duidelijke
infonamiddag. Velen verwisselden tuinkers met waterkers.
Na deze namiddag weten wij er bijna alles van.
In Den Tichel werd er nog druk nagepraat over het bezoek. voor De Mutterd vanuit Lauw-Tongeren
reporter Leo
4 april
2017: 24 KWB-Overdaggers bezoeken even over de grens met Nederland in de
gemeente Bergeijk het Eichamuseum. In dit ene museum is ook het Archeologisch
Museum voor de Kempen en het Museum de Sigarenmaker ondergebracht.
We werden bij aankomst verdeeld in drie groepen:
groep 1 kreeg info over de Teuten en hun bezigheden
groep 2 over de sigarenmaker
groep 3 over de archeologie van de Kempen.
Iedere sessie duurde ongeveer 45 minuten.
De Teuten en hun bezigheden De gids vertelde gedurende driekwartier heel geanimeerd het verhaal
over de Teuten met op de achtergrond ook een beetje geschiedenis om dit alles
te plaatsen.
Armoede was er troef in de Brabantse Kempen in Nederland en in onze
Kempen. Daarom zochten mensen naar een oplossing: een handeltje opzetten.
De oudste Teuten waren de koperteuten. Zij verenigden zich in de
teutencompagnie. Zij vertrokken vaak reeds in februari om tegen Kerstmis
ongeveer terug te komen. Alles gebeurde te voet. Men ging in Aachen koper
kopen, men liet de productie over aan een ketelbuter. Die maakte er
gebruiksvoorwerpen en sieraden van. Daarna ging men het aan de man brengen
zelfs tot in Denemarken toe. Deze handel had het monopolie gedurende 250 jaar.
Je was gedurende 5 à 6 jaar leerling eer je een volwaardig lid was van de
compagnie.
De haarteuten dreven handel in mensenhaar. Daarom werden ze ook weleens de
luizenteuten genoemd. Ze kochten op de boerderijenhet mensenhaar op en verkochten ze verder aan
de pruikenmakers.
De textielteuten dreven een handel in linnengoed en wollengoed.
Ze verkochten stoffen per el. Daarom werden ze vaak ook de ellenteuten genoemd.
Dit waren in een gemeente de welstellende burgers.
We vinden de Teuten in Hamont, Achel, Sint-Huibrechts-Lille, Hechtel,
Helchteren, Lommel,
De tabaksindustrie in de Brabantse
Kempen In het begin
waren het vooral kleine bedrijfjes die pijptabak en kauwtabak produceerden. Dit
speelde zich af rond het einde van de 17e eeuw. In 1771 ontstond de
eerste sigarenfabriek in Delft onder de merknaam Het Rode Anker. Later
kwamen er steeds meer sigarenfabrieken in Nederland maar vooral in de Brabantse
Kempen waar het aantal groeide naar 677 sigarenfabrieken, grote bedrijven tot
boven de 2000 arbeiders en kleine bedrijfjes met 5, 10, 15 sigarenmakers. In
Eindhoven heeft men in een tijdsbestek van 150 jaar ongeveer 244
sigarenfabrieken geteld, Valkenswaard telde er 74 ( Willem II en Hofnar als
grootsten), Bergeijk telde er 31.
Van de landbouw kon men niet leven, industrie was er weinig. Door de komst van
de sigarenindustrie kwam er een beetje welvaart.
In het museum waren al de benodigdheden te zien die met het sigaren maken te
maken hadden: sigarenpresenteerders met of zonder muziek, knippertjes,
asbakjes, een nietjesmachine uit 1920 om de dunne plankjes aan elkaar te nieten
tot sigarenkistjes in allerlei vormen, een machine om de deksels van de kistjes
te ontwerpen,pijpen, een tabakssnijder,
een kassa uit 1908 van koper en nikkel, een winkeltoonbank,
Sommige namen van sigaren klonken ons vertrouwd in de oren. Een prachtige
verzameling van allerlei dingen die met de sigaar of de tabaksindustrie te
maken hadden.
Deze gids liet ons zien hoe een uit tabaksbladeren een sigaar getoverd werd.
Eerst deed de poppenmaker het voorbereidende werk en de afwerking het
aanbrengen van het laatste blaadje op de sigaar - gebeurde door een
sigarenmaker zelf. Wat we zeker niet wisten dat er linkse en rechtse sigaren
waren en dat ze nooit samen in een doosje werd verpakt.
Dit bezoekje was zeer boeiend mede door een begeesterde gids.
De archeologie van de Kempen In één van de lokalen van het Eichamuseum was het archeologisch museum
van de Kempen ondergebracht.
De oudste vondsten dateerden van 15 000 jaar voor Christus en de jongste
van 1200 jaar voor Christus.
Drie grote perioden: de steentijd, de bronstijd, de ijzertijd.
De steentijd was nog eens onderverdeeld in paleolithicum (10 000
-8 000 voor Christus ), het mesolithicum ( 8 000 4 000 voor
Christus) en het neolithicum
( 4 000 1 500 voor Christus). In deze tijd was alles uit steen
gemaakt: de gebruiksvoorwerpen, de werktuigen, de pijlpunten om op jacht te
gaan,
In de bronstijd werd alles vervaardigd uit brons. In het museumwerden fraaie dingen uit deze tijd
tentoongesteld. Deze gids kaderde alles geschiedkundig hoe de mens inventief
door de eeuwen heen werd.
Tijdens de ijzertijd werden de voorwerpen uit ijzer vervaardigd omdat ijzer
gemakkelijker te bewerken was dan brons. Ook uit deze periode werden tal van
voorwerpen tentoongesteld. Vaak ging het om grafgiften omdat men de dode iets
wilde meegeven op zijn tocht door het hiernamaals.
Wat was er verder nog te bezichtigen in dit gedeelte: maquette van een Romeinse
villa, aarden werk uit de verschillende periodes, grote en kleine voorraadpotten,
wijnvaatjes, lepels, mantelspelden, oorbellen paardenbelletjes, een waterput
uit 1200 na Christus,
Een vormende
namiddag over Teuten, de sigarenmakerij en de archeologie van de Kempen.
Boeiend, op een aangename manier goed gebracht door de drie verschillende
gidsen. Het verveelde ons op geen enkel moment.
Al de deelnemers keerden tevreden naar het ons vertrouwde dorpje - ook in de
Kempen gelegen - waar in Den Tichel nog nagepraat werd. voor de Mutterd vanuit Bergeijk,
reporter Leo
Bezoekersadres:
Domineestraat 8a, 5571 EJ Bergeijk www.desigarenmaker.nl
e-mail:info@desigarenmaker.nl
21 maart
2017: begin van de lente maar ook KWB-Overdag ging met 55 mensen op bezoek in
Erperheide. Het klinkt voor ons alsnaam
heel vertrouwd in de oren. Het ligt op een boogscheut van Wijchmaal. We werden opgedeeld in twee groepen voor de rondleiding.
Eenbeetje geschiedenis Het is de Rotterdamse zakenman Piet Derksen die in 1953 Center Parcs
als
Sporthuis Centrum begon. In de loop der jaren begon hij met de bouw van
bungalows. Het is architect Jaap Bakema die de ontwerpen maakt.
Eerst begint hij inNederland. Het meest
bekende voor ons is Kempervennen even over de grens met België.
Zo zijn er momenteel 9 bungalowparken in Nederland ,2 in België,( Erperheide en
Vossemeren) 5 in Duitsland, 5 in Frankrijk, 5 in het Verenigd Koninkrijk.
Erperheide is geopend op 23 juni 1981 als eerste park in België met 616
bungalows.
Het is gelegen volledig in het groen met kronkelende bospaadjes en een schat
aan fauna en flora.
Een bungalow Heeft een eigen terras met tuinmeubilair, een woonkamer met een open
haard, een kitchenette, een badkamer met een bad. Er zijn verschillende types:
voor kleine gezinnen, voor grotere gezinnen , bungalows met minder of veel
luxe. De prijs is natuurlijk navenant.
Wat valt er allemaal te beleven? *Het meest voor
ons bekend is het subtropisch zwembad Aqua Mundo met glijbanen allerhande,
een golfslagbad. Je waant er u op één van de tropische stranden.
*de
binnenhuis speeltuin Baluba waar ieder kind wel aan zijn of haar trekken komt.
Regelmatig zijn er shows, er zijn optredens met zang en dans.
Daarnaast is er ook nog een buitenspeeltuin.
*de sportaccommodatie
zowel voor binnen als voor buiten. Volgende sporten kunnen er beoefend worden:
tennis, zaalvoetbal, basket, badminton, pingpong.
* een
bowlingbaan waar je als groep kunt gaan bowlen.
Buiten vinden wij ook petanquebanen.
* de
avonturensporten: een klimtoren, een kabelbaan. Dit zijn sporten om als
teambuilding zeker te beoefenen.
* de
kinderboerderij met schapen geiten, konijnen, ponys, kippen,
Er bestaat de mogelijkheid om te kiezen voor een ponyweekend waar jonge
kinderen de zorg krijgen over een bepaalde pony: eten geven, uitmesten,
verzorgen, ponyritjes maken,..
* een lunapark
zoals wij dat kennen op de kermissen.
*de fietsenverhuur: misschien wel meer dan 15
soorten.
* de minigolf om te beoefenen individueel of in groep.
* de kidsclub waar animatoren zich bezig houden met de kinderen rond één
bepaald thema.
En voor de inwendige mens Het is een
aparte firma die de catering over alle Center Parcs verzorgt.
Er zijn in Erperheide waar je in vijf restaurants kan gaan eten of iets drinken
met vrienden.
Kinderfeestjes of feesten bij één of andere gelegenheid kan je hier ook laten
doorgaan.
Een afsluiter
Na ruim anderhalf uur rondgewandeld of getaffeld te hebben beloonden wij
onszelf om de dorstigen te laven in Grand Café.
Het was voor gans de groep toch een unieke ervaring om een bungalowpark, zo
kort bij huis te mogen bezoeken.
Kwb Ledenbrunch Zondag 26 maart 2017 Van 10u tot 13u In den Tichel Prijs: 15 euro pp / jonger dan 12 jaar gratis Inschrijven tot 20 maart bij: Hub Creemers: 011 63 30 18 Louis Jansen: 011 63 31 34
KWBO bowlingnamiddag Fit Lounge te Meeuwen op 07.02.17
Onze tweede bowlingnamiddag
van het werkjaar lokte 23 mensen naar de Fit Lounge in Meeuwen. Deze 28 mensen
werden onderverdeeld in 13 ballengooiers, 8 kaarters en 2 wandelaars. Drie ballengooiers
minder, dat betekende een lagere bezetting van de door ons aangevraagde drie
banen, maar dan ging alles wat sneller .
De wandelaars waren zoals
gewoonlijk Fons VDH en Roger VH die (alweer) richting markt in Meeuwen kuierden
en de rest ken je wel
De kaartgroep werd nu
versterkt met een mannelijk exemplaar, Leo kwam Janneke steunen tegen de 6
vrouwelijke kaarters.
De 16 ballengooiers werden
onderverdeeld in drie groepen: één groep sterk en2 groepen iets minder sterk op basis van de
uitslag van de eerste bowlingnamiddag. En toch bleken er achteraf toch weer
sterkeren te zitten in de twee mindere groepen
De namen van de spelers kan je
aflezen op de bijgevoegde fotos.
Christ Lemmens werd
totaalwinnaar met 390 punten (gemiddelde van 130 per reeks), Swa Luys en Gust
Geysmans legden elkaar het vuur aan de schenenin groep 3 en werden respectievelijk 2° en 5°. Albert Saenen werd nipt
derde voor Fons Plessers.
Goede opletters zullen
misschien merken dat in baan 4 ene zekere Mario meedeed. Aan jullie om uit te
maken wie dit zou kunnen zijn. Ik weet niet of er een geslachtsoperatie aan te
pas gekomen is
En natuurlijk, het zou
KWB-Overdag Wijchmaal niet zijn als er niet afgesloten werd met een gezellige
babbel, een lekkere koffie . Want
Tournée Minérale was begonnen .
Dinsdag 17 januari 2017, 13 u. 30, 17 wandelaars en 4
kaarters verzamelen in De Schommel in Peer voor hun veertiendaagse wandeltocht
of kaartnamiddag. Achteraf zal blijken dat één van de kaarters zich schromelijk
vergist heeft van activiteit
De 4 kaarters installeren zich, de 17 wandelaars maken
zich klaar voor de wandeltocht: mutsen, sjaals en handschoenen zijn
noodzakelijk gezien het koude winterweer.
Onder leiding van wandelgids Frans begeven we ons op pad,
weg van De Schommel, over de Noordlaan, de Industrieweg over en het bos in. We
wandelen over verharde wegen gelet op de toestand van de binnenwegen. We
belanden in de Vinkstraat, Goudbergstraat en terug in Wijchmaal in de
Dijkerstraat, de St. Hubertusstraat en zo verder naar de Houtestraat,
Driehoevenstraat en deBovenstestraat.
In de Bovenstestraat wordt er plotseling links afgedraaid
en we belanden aan een vijver, niet zomaar een vijver, een idyllisch plaatje,
alles puur natuur, eennet niet
peperkoekenhuisje, een mooie vijver, allerlei pluimvee, een vuurkorf (gemaakt
van hoefijzers) en een tafel met flessen, thermoskannen, tassen en geloof
het of niet Louis had ook nog toevallig borrelglaasjes in zijn jas zitten. Een
verrassing van Ludo en Gust, die dit in samenspraak met de eigenaar van de
vijver, Guido, geregeld hadden.
Ge ziet, KWB Overdag kan heel verrassend zijn. Ik zei
hierboven flessen, nader te specifiëren als: Amaretto, Smeets jenever, Mümmelmann
(soort Jägermeister), Elixir de Spikelspade en Gletsjerijs (van distilleerder
De Korhaan in Hechel), en de thermoskannen met koffie natuurlijk.
Zelfs degene(n) die op dieet was/waren hebben zich even
laten gaan. Een paar fotos zullen hiervan getuigen, alhoewel we niet alles
laten zien. De vuurkorf werd ondertussen op temperatuur gehouden door stookster
Ghislaine. Ze heeft er bijna twee kruiwagens sprokkelhout doorgejaagd
Na deze festiviteiten werd de tocht voortgezet, alhoewel
aan een lager tempo, naar de Schommel, waar we toch 7 kilometer op onze teller
mochten noteren. Deze keer werd hier afgesloten met meer koffie dan op andere
wandeltochten
Er was daar wel ene kaarter die zijn lip liet hangen, hij
vond het nie schoen dat Ludo "niets gezegd had van "
Niet-aanwezigen hebben weer een plezierige gelegenheid
aan zich laten voorbijgaan met dank aan de organisators
KWBO op bezoek bij Breechamp Champignons op 23.02.17
Er waren 44 gegadigden om te
weten te komen welke weg moest gevolgd worden omde champignons vanuit het niets op hun bord
te krijgen. Bij Breechamp Champignons zouden we dat normaal gezien te weten
komen.
Om 12 u. 30 aan den Tichel
stond er op de uitnodiging, een uurtje vroeger dan anders, maar iedereen
tekende present. We waren wel wat vroeg daar want de pluksters zaten nog aan
tafel voor de middagpauze. Afgesproken was om 13 uur, maar de bedrijfsverantwoordelijke
was weerhouden in een andere vestiging in Maaseik. Ondertussen werd ons een
drankje aangeboden tijdens het wachten.
De verantwoordelijke Henk
Vankorven arriveerde en begon meteen met zijn uiteenzetting, hij werd
bijgestaan door een productieverantwoordelijke Bert Boonen.
In 1984 werd deze
champignonkwekerij geopend door Jaak Gabriels, toenmalig burgemeester van Bree.
Er zijn drie eigenaars geweest. Sinds 2000 is Banken Champignons de eigenaar
van Breechamp Champignons. Banken Champignons, met de hoofdzetel in Nederland,
heeft vestigingen in Polen en België (Bree en Maaseik).
In Bree zijn er 32 teeltcellen
van telkens 500 m². Die teeltcellen bestaan uit 4 ijzeren stellingen met 4
teeltlagen. Per week wordt er ongeveer 90 ton champignons gekweekt. Er werken
een honderdtal pluksters.
Een witte champignonteelt
heeft een 5-wekenschema waarvan 2 weken gereserveerd zijn om te plukken, de
kastanjechampignons hebben een 4-wekenschema waarvan eveneens 2 weken pluk.
Vanaf het moment dat de teeltcellen
klaargemaakt worden duurt het 15 à 16 dagen voor de eerste pluk, vanaf dag 16
komt dus de eerste vlucht gedurende 4 à 5 dagen, dan komt er een rustperiode
waarin water toegediend wordt en na 5 dagen begint de tweede vlucht. Een
champignon verdubbelt elke 24 uur in omvang.
Champignoncompost wordt
gemaakt van paardenmest, gemengd met stro, koemest en kuikenmest (veel
ammoniak). Dit mengsel wordt nat gemaakt en wordt dan in tunnels gefermenteerd
in 2 weken (een versnelde mesthoop), er wordt lucht doorgeblazen en de ammoniak
tast het stro aan. Hier komt een heel zwart mest uit (fase 1 van de compost)
die stinkt (ammoniak). Dit mengsel wordt gepasteuriseerd gedurende 72 uur op 60
°C zodat alle schimmels dood zijn. De ammoniakgeur is dan ook verdwenen.
In deze compost worden de
champignonschimmels in de vorm van korrels gezaaid op een lange transportband.
De schimmeldraadjes groeien in deze compost. Vroeger werd dit procedé hier zelf
toegepast, nu laten ze de doorgroeide compost leveren.
In de teeltcellen wordt in de
bakken van de ijzeren stellingen een laag van 30 cm. compost uitgespreid, welke bedekt wordt met een laag
veengrond (houdt het water vast, komt uit Frankrijk of Duitsland). Deze
veengrond wordt zeldzaam, er moet een alternatief voor gezocht worden. Deze
compost wordt dan op 25° C gebracht door lucht door de cel te blazen (warm en
vochtig) en wordt regelmatig bevochtigd. Gedurende 4 à 5 dagen wordt er elke
dag 30 à 40 liter water per m² gesproeid in 12 sproeibeurten. De schimmel
groeit, de aarde wordt wit van de schimmeldraden, de schimmeldraden leggen zich
op de dekaarde en dan is het moment daar om de schimmel te pesten: de
luchtvochtigheid en de temperatuur worden naar beneden gehaald. De
schimmeldraden beginnen zich te kruisen, er worden knopjes gevormd en deze
knopjes groeien uit tot champignons. De grootste champignons worden dan geplukt
om ruimte te maken voor de kleinere champignons. Dit is van belang voor de
spreiding van de kweek en het onbeschadigd plukken. Als de knopjes gevormd worden
houden de productieverantwoordelijken de luchtvochtigheid en temperatuur
constant in het oog met hulp van een computerprogramma.
Bij Breechamp bedraagt 80% van
de productie kastanjechampignons, de overige 20% de gewone witte champignons.
De productie van de kastanjechampignons stijgt en zal in de toekomst 100%
bedragen. Enkel in de zomerperiode zullen er nog witte champignons gekweekt
worden. De kastanjechampignons hebben iets meer smaak. Het lekkerst is een
champignon die bijna opengaat of een klein beetje open is. De eerste vlucht
(pluk) champignons hebben meer voeding en vocht gehad en zullen dus bij het
bereiden meer vocht verliezen. Champignons moeten nooit gewassen worden, enkel
afgeborsteld (champignons zuigen water op!!!). Ze moeten in de koelkast bewaard
worden. Bakje dat niet helemaal opgebruikt wordt direct terug in de koelkast
plaatsen.
De pluksters hebben een vast
uurloon, maar kunnen een bonus verdienen door meerpluk. Een goede plukster
plukt 29 à 30 kilo per uur. Er wordt 2 keer per dag geplukt, s morgens de
grote champignons (45 à 50 gram per stuk), s namiddags de kleinere. De
kleinere zijn duurder. Er wordt flexibiliteit gevraagd van de pluksters
(begintijd ligt vast, eindtijd niet). Bij de pluksters zijn er nauwelijks
Belgen, wel veel Poolse en Bulgaarse dames. In Nederlands is dit hetzelfde. Er
wordt zeven dagen op zeven gewerkt. De gemiddelde prijs van de champignons is
op hetzelfde niveau als in 2002!
Per dag wordt er door het
hoofdbedrijf Banken Champignons een planning opgemaakt van wat er nodig is, in
welke verpakking ( er zijn 19 à 20 soorten verpakkingen met allerlei maten voor
de verschillende supermarkten Lidl, Delhaize, Albert Heyn, ..). Dat geeft
soms problemen bij de pluksters.
Meestal worden de champignons
verkocht in blauwe plastic doosjes, soms ook wel witte. De
bedrijfsverantwoordelijke vertelde hier een kleine anekdote: Albert Heyn had
een keer gevraagd om de champignons in rode bakjes te verpakken, de verkoop van
de champignons in die rode bakjes kelderde heel diep (omdat de mensen dat niet
gewoon waren) en er werd snel terug overgeschakeld naar de blauwe bakjes. Op
het etiket op de verpakking kan je zien waar de champignons vandaan komen. Er
staat voor de Belgische champignons een nummer op dat begint met KCB (dat is de
controle instantie voor champignonkwekerijen), voor Breechamp is dat KCB1185.
We werden in twee groepen
gedeeld, de ene ging met Bert Boonen mee naar de teeltcellen, de andere met
Henk Verkorven.
In de eerste cel waren de
bakken de dag tevoren gevuld met compost en een veenlaag: 4 bakken boven elkaar
en 4 stellingen in de cel. Luchttoevoer van buiten uit (gefilterd), een
klimaatunit regelt het klimaat (lucht/vocht). In de bakken: 30 cm. compost, 86
kg. per m², bovenop 5 cm. veengrond. Temperatuur wordt op 21-22° C gehouden.
Compost produceert zelf ook warmte. Er wordt regelmatig handmatig gesproeid,
daar wordt 50 manuren aan besteed.
In de tweede cel zijn we al
een week verder en is het warmer. Hier zie je de witte schimmeldraden al in de
compost en worden de eerste knopjes al gevormd, er wordt niet meer gesproeid.
De productieverantwoordelijken komen hier drie maal per dag kijken of er genoeg
knopjes gevormd worden, anders moet er bijgestuurd worden.
In de derde cel zien we de
witte champignons op de compost staan. Ze verdubbelen elke 24 uur in omvang. Er
dient gelet te worden op slechte schimmels, die soms 5 keer zo snel groeien als
de champignonschimmel. De pluksters krijgen elke dag een nieuwe schort, nieuw
haardoekje en nieuwe handschoenen om andere schimmels te voorkomen. Altijd
blijven opletten met andere schimmels. Voor de pluksters is er een
controlesysteem via een persoonlijke barcode. De productieverantwoordelijke zet
alles klaar voor de pluksters. Er zijn lijsten voor de pluksters die aangeven
wat ze moeten plukken, in welke verpakking enz. Er worden groepjes van
pluksters gevormd die in dezelfde cel plukken en er wordt ook gewisseld met een
eerste en tweede vlucht, dit om onenigheden te voorkomen.
In de vierde cel stonden de
kastanjechampignons plukklaar. Er waren op sommige plekken grotere champignons,
die plekken waren dan van meer water voorzien.
In de vijfde cel was de eerste
vlucht al geplukt en de bakken waren nu klaar voor de tweede vlucht.
Terug in de cafetaria kregen
we nog de mogelijkheid om wat vragen te stellen.
Er werden ook 3 bladen
doorgegeven betreffende oogsttechniek, oogstmethode en kwaliteit.
Vorig jaar werden er mensen
gevierd die al 30, 25 en 20 jaar werkzaam zijn bij Breechamp. De eerste Poolse
werkneemsters werken er ook al 10 jaar.
Er is een soort test voor
dames die willen beginnen met plukken. Een bord met 42 schijven, geel aan de
ene kant, zwart aan de andere kant, mooi gerangschikt met de zwarte of gele
zijde naar boven, chronometer erbij en binnen de 42 seconden moeten de schijven
omgedraaid zijn, anders ben je geen goede plukster!!!
Tenslotte bedankte Maria de
beide heren voor de kans die we kregen om hun bedrijf te bezoeken en voor de
deskundige uitleg en overhandigde hen een lekker flesje rode wijn , ook een
dankwoordje voor Sandra mocht niet ontbreken met n doosje chocolaatjes voor
het regelen van dit bezoek. Als verrassing kregen we allemaal nog een bakje vers
geplukte champignons mee naar huis.
Bij de nababbel in Den
Tichel hoorden we alleen maar positieve klanken over deze fijne namiddag.
Longfellow
Dinsdag 24
januari 2017: 30 KWB-Overdaggers verplaatsten zich van Wijchmaal naar Hasselt.
De meesten kozen voor het openbaar vervoer. Je hebt zeker geen parkeerproblemen
in Hasselt. En het Rijksarchief ligt op wandelafstand van het station in de
Bampslaan op nummer 4. We hadden er al zoveel over gehoord Het Rijksarchief
. Maar wat moesten wij er ons van voorstellen. We waren meer dan op tijd op
onze afspraak.Op het tweede verdiep
werden wij welkom geheten door de rijsarchivaris zelf samen met een
medewerkster.
Het
Rijksarchief is een dienst van de Belgische Staat van de Federale Overheid. Zo
heeft iedere provincie een Rijksarchief. Het grote principe is: Iedereen mag
weten wat de overheid weet. Wat een mens in zijn privépersoon kan schaden,
mogen we niet weten. Daarom is het Rijksarchief toegankelijk voor iedereen.
Taken van het Rijksarchief.
1.Toezicht houden op de archivering van documenten,
verslagen, boeken, vonnissen,
Ze moeten ook toelating geven om te mogen vernietigen na een vastgestelde
verstreken tijd.
Zo worden de Rijksarchieven in gans ons land op éénzelfde manier uitgezuiverd
en bestaan er regels voor vernietiging
2.Archieven bewaren voor het
nageslacht.
Jaarlijks wordt er ongeveer van iedere persoon 10 cm gearchiveerd.
Maar er komt soms zoveel binnen dat je moet durven weggooien waar je niets mee
zijt.
Van al het archief dat binnenkomt wordt 90 % naar de papiercontainer verwezen.
Alleen het allerbelangrijkste wordt echt bewaard.
Daarom is inventariseren van enorm belang. In het Rijksarchief in Hasselt is er
ongeveer 13 km archief. Momenteel is er nog plaats voor een 15-tal jaren. En
dan ? Verhuizen bijbouwen??
Daarom zijn er ellenlange lijsten aangelegd om juist te weten wat waar zit.
Alle archief zit in dezelfde dozen met een etiket van voor.
Een medewerker moet op computer de lijsten maar raadplegen om te weten waar een
bepaald archiefstuk in de kelder of elders zich bevindt.
Papier bewaren brengt ook zijn problemen met zich mee.
Papier is een chemisch proces envergaat
na jaren als het niet goed bewaard wordt. Dit hangt natuurlijk van de kwaliteit
af. Eén ding is zeker temperatuur en vochtigheid moet constant gehouden worden.
Daarnaast moet het donker bewaard worden.
Waarom komen mensen naar het
Rijksarchief?
1. Uit historische interesse. Dat kunnen zowel privépersonen zijn als heemkundige
kringen. Vaak zijn ze op zoek naar de
geschiedenis van hun dorp, hun straat, een stuk grond of er een erfdienstbaarheid aan verbonden
is. Dit is een zeer boeiend iets maar
vraagt veel tijd. Je betaalt 20 voor een lezerskaart
en je kan op vraag archiefstukken raadplegen. Medewerkers ter plaatse kunnen u
hier in begeleiden.
2. Voor stamboomonderzoek. Dit momenteel de grootste groep van mensen die het Rijksarchief gaan raadplegen. Je
vindt er al de geboorteaktes van je grootouders, overgrootouders, familieleden. Deze
mag je enkel raadplegen als ze 100 jaar oud zijn. Momenteel zijn er in Limburg heel
mensen daarmee bezig. Ook heel boeien maar ook tijdrovend.
3. Voor administratieve inlichtingen. Bijvoorbeeld: Een persoon heeft
gedurende zijnleven op een tiental
plaatsen gewerkt en wil nu zijn pensioendossier gaan
samenstellen. Ook hier vind je heel veel informatie
hieromtrent. Nog een voorbeeld: Bij de aanleg van
een verkaveling. Je kan op de eerste plaats naar de
notaris gaan ( deze moet de minuten van al de aktes die verleden worden gedurende 70
jaar bewaren). Daarna gaan ze naar het Rijksarchief. Je kan natuurlijk ook info opvragen
bij het registratiekantoor ( niet openbaar) , het hypotheekkantoor( volledig openbaar of op het kadaster.
4. Raadplegen
van zeer oude archieven. Parochieregisters tot 1800 zijn heel
toegankelijk.Wil men ze raadplegen die
dateren voor 1800 moet men het treffen. Door de
Franse Revolutie zijn heel veel van deze registers verloren gegaan. Archieven van de schepenbanken ze
registreren aktes of doen rechtspraak overeen onenigheid kan men hier ook
raadplegen voor zover ze bestaan. Het kan een uitdaging zijn om ze te
bestuderen want het handschrift is soms moeilijk leesbaar. Het oudste archiefstuk is er één van
de abdij van Munsterbilzen. Het is er eentje uit 1096.
In twee groepen werd het
gebouw doorlopen en zagen we de archiefkelders, de archiefrekken, de werkplaats
van de medewerkers, de leeszaal, en kregen wij deskundige uitleg ter plaatse.
Nadien konden wij nog vragen stellen.
In de Volksmacht in Hasselt konden wij alvorens met de bus naar huis te keren
nog napraten bij een warme tas koffie of iets nog lekkerdes.
Rond de klok van zes was iedereen weer in eigen heimat.