Niet te geloven maar gisteravond komen er drie Vlaamse
pelgrims één vrouw en twee mannen - binnenstappen in het restaurant van de
hostal waar ik slaap. De eerste Vlaamse pelgrims die ik zie sinds mijn vertrek.
Ze zijn nog wat vroeg voor het avondeten de keuken is nog niet open - dus
drinken we samen iets op het terras. Ze zijn van Avelgem en zijn een aantal
dagen geleden vertrokken in Ponferada. Ze slapen in een albergue wat hogerop in
de oude stad.
Het heeft deze morgen geregend in Melide. Dus regenjasje en
handschoenen aan.
Vandaag geen gezeur over de heuvels. Santiago komt in zicht
en dat is het enige wat belangrijk is vandaag.
In Arzua na 15 km stop ik voor een ontbijt en wie komt
daar binnenstappen? Tom, een Nederlander uit Valkenswaard die vorig jaar tot
Tours is gefietst en dit jaar vanuit Tours tot in Compostella rijdt. We hebben
gisteren al enige tijd samen gefietst. Bij een 'café con leche' doen we ons
verhaal over onze tocht. Hij had in Frankrijk twee onweders over zich heen
gehad in volle veld; echt schrik gehad zei hij. Ik kan het me voorstellen; ik
had het niet graag meegemaakt. Aangezien ons tempo enigzins verschilt, gaat
ieder weer zijn weg.
Ik fiets vandaag door een groene streek. Weilanden
afgewisseld met maisvelden, bossen van loofbomen, sparren en eucalyptus, veel
eucalyptus aanplantingen. Het zouden onze Ardennen wel kunnen zijn maar dan
zonder eucalyptus. Galicië is echt wel een heel groene provincie, wat je niet
associeert met Spanje.
Rond km 65 rijd ik Compostella binnen. Een onbeschrijflijk
gevoel wanneer ik voor de kathedraal halt hou. Over mijn stuur gebogen moet ik enkele minuten mijn
emoties onderdrukken. Vier weken lang heb ik gefietst om te zijn waar ik nu
sta. Ik ben er en nu het is gedaan
Op het plein zie ik Tom nog even. We hebben het gehaald,
zegt hij enthousiast. En nog: het was weer zwaar vandaag. Het venijn zat hem in de staart.
Ik kan het alleen maar beamen. Die laatste loodjes hebben echt wel hun werk
gedaan.
Ik krijg een berichtje dat Maryse en Klara in een taxi
zitten op weg naar de kathedraal. Een hartelijk weerzien na vier weken. We gaan samen iets
drinken en dan naar het hotel voor een verfrissende douche. Later op de avond
nog een wandeling in de stad en dan op zoek naar een restaurantje.
Morgen ga ik voor mijn Compostella (=diploma) en probeer
ik de firma Soetens te vinden die mijn fiets en bagage weer veilig moet
thuisbrengen. En uiteraard naar de kathedraal voor de pelgrimsmis en om enkele kaarsen te branden voor
familie, vrienden en voor wie me dat gevraagd heeft.
Heeft deze tocht mij iets bijgebracht? Ja, ik heb de
voorbije weken bij heel veel mensen heel veel geloof gevoeld en gezien. En die
mensen hebben voor dat geloof iets over. Willen er voor afzien. Behoor ik daar ook
toe? Ja, wellicht wel.
Zou ik het opnieuw doen? Ja, zeker en vast! En wie weet,
misschien over enkele jaren als stapper. Maar niet meer alleen dan. Met een
goede maat.
Hier eindigt mijn verhaal voor jullie trouwe volgers en
lezers. Dank je wel voor jullie vele hartverwarmende reacties en aanmoedigingen.
Ze hebben deugd gedaan.
Voor mij eindigt dit verhaal nog niet. Ik zal mij zo lang ik
leef deze tocht blijven herinneren. Ik ga het blijven vertellen aan mijn
kinderen, aan mijn kleinkind(eren) en indien ik het geluk van leven heb aan
mijn achterkleinkinderen. Tot vervelens toe. Tot ze zeggen: daar is m weer
met zijne Compostella
The End
|