Na het ontbijt afscheid genomen van Nederlandse maat Frans en naar Troyes gereden. 'Mérite un détour' zal de Michelin gids waarschijnlijk zeggen. En of. Ondanks de vele verwoestingen zie je de rijke geschiedenis van deze stad in zijn vele prachtige vakwerkhuzen. Het oude centrum is werkelijk adembenemend.
Bij het verlaten van de stad voel je het onmiddellijk, die weidse open omgeving van gisteren is er niet meer. Het landschap is gesloten. Hagen rond weiden, groene graslanden, af en toe een bos en rechts van mij in de verte zelfs golvende heuvels. Zouden daar wijngaarden zijn?
De dorpen volgen elkaar ook sneller op. Dat betekent ook meer splitsingen en kruispunten, dus ook meer aandacht voor de kaart om zeker niet verkeerd te rijden. Wat die dorpen betreft, enig mooi, bijna alle huizen in vakwerk. Bokrijk, maar dan véél groter en in real time (of is het real life?).
Naarmate ik vorder, wordt het landschap heuvelachtiger en groener. Dichte bossen wisselen af met diepe valleien. Op en af gaat het. Werkelijk genieten van elke km.
En dan plots, ca 15 km voor Auxerre - helemaal uit het niets- zijn ze er... de wijngaarden van de Chablis. Niet één maar wellicht honderden hectaren. Maar met de wijngaarden komen ook de heuvels die ik op moet (soms tegen 7 km/u, net snel genoeg om niet om te vallen), én de Caves die verleidelijk uitnodigen voor een dégustation. Met enige spijt in het hart laat ik deze '(be)proeving' aan mij voorbij gaan (geen alcohol tijdens de rit).
Zoals ze gekomen zijn, verdwijnen ze weer. Geen druiven meer. Maar de heuvels blijven... En Walter, op één beklimming steekt het inderdaad niet, maar als die mekaar blijven opvolgen, dan begint het wel te steken....
En dan op die laatste heuvelrug, zie je in de verte in de vallei Auxerre, echt glinsterend in de zon. Ik voel enige vreugde in me opkomen... omdat ik een lange afdaling voor me zie...
Naar mijn slaapplaats, opnieuw een 'Maison de Randonneurs'. Maar ligt die weeral niet boven in de stad...maar wel helemaal in het centrum. Intussen een wandeling door de stad gemaakt, een Leffe Royal gedronken en mij door de patron naar een uitstekend Siciliaans restaurant laten verwijzen.
Terug in mijn 'Maison' ge-skyped' met kleinzoon Jules (en Maryse uiteraard) en vervolgens dit verslagje gemaakt. In de keuken want daar is de beste ontvangst. In die keuken zitten ook een Engels koppel te eten, een Japanse (op doorreis in Europa ) is bezig met haar avondeten te bereiden en wat later komt ook nog een Duitse jonge dame haar afgehaalde Chinees verorberen. Geweldig om in zo'n internationaal gezelschap dit verslag te mogen schrijven.
Morgen fiets ik naar Vézelay.
|