We verlaten ons Cariage-Inn hotel omstreeks 09.30 u, allen nog een beetje vermoeid van de vorige trip rijden we terug naar de stad waar we vertrokken zijn: L.A.
De groene valleien, de cactussen in hun witte bloei, de bergkammen...we zijn terug in Californië...deze route is één van de meest schilderachtige van onze reis. Rotsen en wilde rivieren, prachtige meren waaronder het fabelachtige Lake Isabella doen ons toch af en toe eens halt houden...zelfs citroenplantages en het oppompen van olie bemerk je her en der.
Het prachtige klimaat, de eeuwige lente...wat kan een motorrijder nog meer wensen om te genieten in deze formidabele streek.
Na een kleine 100 mijl stoppen we, honger..en onze bestemming ligt binnen bereik, de wegen worden breder, soms vier tot zes vakken.
Het is uitkijken alhoewel de Amerikanen zeer joviaal zijn in het verkeer, hier hebben ze toch respect voor motards wanneer we moeten invoegen langs de oprit van de snelweg.
We rijden naar het mondaine Sancta Monica waar we close to the beach een hotel boeken, het personeel komt even buiten wanneer ze de motoren horen...blijkbaar zijn ze het niet gewoon om easy riders te ontvangen, zijn we te min in dit rijkeluis oord...
Wanneer we een kamer voor vier reserveren fronst de man aan de balie toch even zijn wenkbrauwen...four in one room...
In feite geen probleem want hier is alles groot, een kamer met twee tweepersoonsbedden is geen probleem...toch...
We parkeren onze vehikels in een ondergrondse garage, nemen een verkwikkende douche en gaan op stap langs de boulevard en het prachtige strand, we worden één met de Stille Oceaan.
Hier worden de opnames gemaakt voor Baywatch, Musselbeach enz...een catwalk met mooie meiden, er loopt zelfs een baanvak door het zand voor de rollerskaters. Zelfs een pretpark op een stijger tot in zee vind je hier, op het einde een bar waar we onze dorst kunnen lessen.
In een bar speelt een band waar één van de leden nog bij "The Monkey's " zou gespeeld hebben, ondertussen ook al een zestiger geworden...waar is de tijd gebleven, één van onze favoriete afleveringen, nostalgie..
We hebben nog plezier tot een gat in de nacht, stilaan beseffen we dat onze reis op zijn einde loopt...jammer maar niets kan blijven duren, we kruipen in onze bedstee, moe maar voldaan...
We hebben de stad gezien, na één dag kan het natuurlijk niet maar wij zijn er tevreden mee...we voelen terug de motoren onder ons gat en daar zijn we voor gekomen, om te cruisen.
Het is een gewoonte geworden, rond 08.00- 08.30 u rijden we de stad uit, terug richting de Nevada Desert en Death Valley...het wordt een bijzonder lange rit vandaag.
De eerste 80 mijl is het bijzonder fris, bijna koud zelfs, we kunnen onze vest en handschoenen goed gebruiken...de bandana dragen we onder onze helm, toch genieten we met volle teugen van het landschap waar we toch tegen een behoorlijke snelheid door scheuren. We moeten echter wel oppassen voor de boetes, hier wordt de snelheid gemeten door een onbemand vliegtuig...speed controled by air-craft staat te lezen op diverse borden langs de weg, we zijn gewaarschuwd.
Na zo wat 120 mijl beginnen we te dalen, de dode vallei begint te naderen en de temperatuur te stijgen...het gaat snel nu, hoe meer je daalt hoe warmer het wordt...we ritsen onze vesten open, even stoppen om te veranderen van outfit...reeds 30°.
Bij een volgende stop aan een vieuwpoint is het 45°, zo rap gaat het hier...ongelooflijk, een uur geleden hadden we het nog koud, de vallei heeft haar naam niet gestolen.
Het landschap bestaat uit okergele rotsen en zandbergen, geen enkele vorm van begroeiing, het is een droog immens groot zoutmeer waar de zon meedogenloos toeslaat...hier is geen leven mogelijk, toch de moeite om het te mogen aanschouwen.
Plots in de verte staat er iets, een houten gebouw omringd door palmbomen...hier moet dan toch iemand wonen, we hebben het nog gezien.
Wanneer je door een onbewoond gebied rijdt en je ziet in de verte langs de weg een groepje palmbomen staan wil dat zeggen dat er iemand woont...dus wij op verkenning..
Het blijkt een soort oase te zijn, een stopplaats voor toeristen als wij...compleet met bar, museum en zwembad...zalig. Om te zwemmen hebben we helaas geen tijd, wel om er één te drinken in de bar en wat apennootjes te snoepen.
We kunnen er ook tanken, gelukkig want hier moet je wel rekening houden dat je niet dikwijls een station tegen komt...ook flessen water proppen we in onze bagage, de weg is nog lang.
De natuur getuigt hier van miljoenen jaren geschiedenis wat resulteert in prachtige onvergetelijke panorama's.
Het is een zeer zware rit en we zijn wat blij om eens te kunnen stoppen na alweer een 100 mijl om een maaltijd te verorberen, ons lichaam snakt naar energie bij deze afmatting.
In het kleine gezellige restaurantje prijkt de kop van een levensechte bruine beer boven het buffet, groot en angstaanjagend...oog in oog..
Het eten was lekker, de besneeuwde bergtoppen door het raam en de folders aan de muur leren ons dat het hier in de winter eveneens een ski-oord is...verwonderlijk, de seizoenen hebben hier een wereldbreed verschil.
Nog ongeveer 60 mijl naar onze bestemming voor vandaag, we worden moe en een harde tegenwind maakt het niet beter...geen peulschil met deze wisselende schommelingen, we verlaten de staat Nevada.
Er valt een druk van ons lichaam wanneer we ons hotel in Ridgecrest bereiken, we zijn terug in Californië.
We checken in en drinken een meer dan deugd doende budweiser in de bar in gezelschap van een paar Amerikaanse militairen...een eind verder ligt een basis van de US Army
We willen na ons diner wel eens een kijkje gaan nemen naar het militaire vliegveld maar we geraken er niet...de vermoeidheid eist zijn tol...we vallen in slaap, het is wel geweest voor vandaag...
Zaterdagmorgen 08.00 u, we ontwaken langzaam in onze kamer...al dan niet met een kater. Door het open raam wijst een grote digitale temperatuurmeter op het dak van een flatgebouw reeds 26° aan, niet slecht voor begin april. Zowat een uur later staan we beneden in de gokhal, het houdt hier nooit op...ieder moment van de dag 7 op 7 , 24 op 24 u kan je een gok wagen op de vele machines en roulettes.
Vandaag willen we echt genieten van onze rustdag door de stad te bezoeken, eerst moeten we naar de luchthaven want eindelijk is de bagage van onze reisgezel gearriveerd...hij was content onze man.
Las Vegas is speciaal, veel rijke mensen wagen hun geluk door te gokken...alle soorten en vooral mensen van Aziatische afkomst zie ik met volle karren jetons spelen aan de gokmachines. Let op je ziet hier van alles, ook bedelaars die hun hele hebben en houden verspeelt hebben...bijzonder hier down town. In ons hotel mag je één keer gratis gokken, bij het binnen komen kan je op een knop drukken, als het geluk je van de partij is met vier koninginnen op het scherm (four queens) win je zomaar liefst 1.000.000 dollar...het is ons niet gelukt...jammer..
We nemen een taxi naar "De Strip", de boulevard van Vegas...alles hebben ze hier na gebouwd, de Eifeltoren, Piramides, zingende fonteinen, hotels met rollercoasters op het dak...je kunt het niet voorstellen, Griekse tempels, enorme gebouwen...het vrijheidsbeeld..enz enz...
De Strip is ongelooflijk als je het niet gezien hebt. Limousines met een bubbelbad waar schaars geklede meisjes hun klanten verwennen met de nodige flessen champagne floreren langs die enorme baan, je houdt het niet voor mogelijk.
O ja, we hebben ons ook eens gewaagd, niet aan een bubbelbad, wel aan een gok in één of andere tempel...met deels succes doch eens we buiten zijn zit onze winst terug in de éénarm.
Het is laat op de avond wanneer we de taxi nemen naar ons hotel, we hebben toch genoten van de luxe...het wordt nooit donker in deze stad en dit dankzij de enorme stuwdam die we gisteren gezien hebben.
Voor we het bed induiken bezoeken we een laatste bar, we hebben nog veel te vertellen en de verhalen worden hoe later, hoe mooier...
Las Vegas...het was de moeite...morgen wacht ons terug een trip...
WILLIAMS - ROUTE 66 - LAS VEGAS ( 237 mijl - 380 km )
Uit de veren rond 07.30 u, de zon staat reeds aan de hemel maar het is nog zeer fris op deze hoogte...onze motoren staan berijmd.
Na een kop straffe koffie (slechte) vertrekken we richting Seligman, het is nog danig koud dat we onze handschoenen moeten aantrekken en onze helm eveneens. Het is nog vroeg maar dit is nodig om onze trip af te werken vandaag, we gaan Arizona verlaten en de grens oversteken naar Nevada.
Na een rit van dalen en klimmen door de bergen en de woestijn komen we aan in Seligman, één van de geboorteplaatsen van Route 66...een zeer mooie highway waar je de originele tankstations nog kunt bewonderen uit vervlogen tijden...hier is de tijd ook blijven stil staan, gelukkig...nergens krijg je een beter gevoel van easy- riding dan hier.
We nemen ons ontbijt in een uniek kader waar je naar onze verwondering ook "Brusselse Wafels" kunt eten, langs de route vind je nog de originele winkeltjes. In één ervan nemen we even de tijd om wat souvenirs te kopen, de uitbaatster is indiaans...een verre afstammelinge van de Cheyenne stam, we kunnen de spullen niet meenemen en ze beloofd plechtig om ze op te sturen naar België, na betaling uiteraard...
We plegen een tweede stop in het "Hualapai Indian Reservation", een reservaat waar de indianen wonen...eigenlijk verdreven zijn...ze wonen niet meer in wigwams maar in huizen die de regering gebouwd heeft. Woningen zonder vloer, niet zo fraai...voor een paar dollar mogen we eens een kijkje nemen, de kinderen staan bewonderend bij onze motoren.
Wanneer we terug willen vertrekken krijgen we nog een toemaatje, de "Dans ter Bescherming", een indiaans ritueel die ons zal beschermen op onze reis.
Even verder bij een tankstop krijgen we te maken met dronken indianen die geld schooien voor benzine, 5 dollar sir...triestig hoe die mensen nu moeten overleven nadat ze hun land hebben afgenomen en verdreven naar reservaten.
Aan de overkant willen we iets drinken in een saloon,doch wanneer we binnen zijn hangt er een zeer grimmige sfeer...het lijkt er niet zo pluis, we besluiten maar om zonder drank op te stappen.
Waar het deze morgen nog zeer koud was, is de temperatuur alweer gestegen tot een 25 graden...we rijden terug door de woestijn langs route 66 en hebben nog steeds dorst. Hier en daar waarschuwen borden langs de route u dat je water moet bij hebben als je door de dessert trekt. We stoppen bij het eerste barakje om water op te slaan en een sanitaire behoefte te plegen...plassen langs de weg is hier absoluut uit de boze evenals het gooien van zwerfvuil...dat zie je hier niet, wanneer ze je betrappen op het weggooien van een papiertje of een peuk dan kost het je 1000 dollar...laat ons daar in Vlaanderen eens een lesje aan nemen.
Onze helm bengelt terug reeds een tijdje aan onze bagage, bij deze warmte is het eigenlijk wel heerlijk om zo te kunnen rijden...misschien niet zo veilig maar kom, het was aangenaam.
"Next 300 miles dessert"...het bord langs de weg beloofd, het wordt heet maar draaglijk op de motor...eens je stopt is het enorm dus we blijven rijden...mijlen aan een stuk door een streek waar je om het half uur een tegenligger bemerkt, in geen kilometers bewoond.
We naderen de grens met Nevada, vanop een vieuwpoint zien we in de verte de Hoover Dam, een stuwdam die Las Vegas voorziet van elektriciteit en water...een ongelooflijke constructie in de bergen, een staaltje van architectuur waarschijnlijk betaald door de casino's in Vegas. De dam ligt pal op de grens, we zijn in Nevada en hier moet de helm terug op...verplicht in deze staat.
Dwars door de Nevada-woestijn die ruw en lichtbruin van kleur is rijden naar de meest beroemde stad van de States. De publiciteit is reeds aanwezig vanaf 50 mijl voor aankomst, ook de weg wordt stilaan drukker,we zijn het niet meer gewoon om veel verkeer te zien op onze trip.
Voor we de stad binnen rijden houden we even halt om de kaart goed te bekijken, we willen een hotel boeken Down-town Vegas...niet langs de Strip...en we slagen er in...Four Queens Hotel met casino uiteraard, anders vind je hier niet. Onze motoren kunnen een paar dagen rusten in de ondergrondse garage, we checken in op de 17 de verdieping met prachtig zicht op een deel van de stad...in de verte een autostrade en het vliegveld tussen het gebergte.
Een verkwikkende douche doet wonderen, alsook de nieuwsgierigheid die ons aantrekt om beneden het casino te verkennen...ook de honger in ons maag.
Het is druk op deze vrijdagavond, het begin van een weekend...na het avondmaal drinken we eerst een budweiser aan de bar...daarna gaan we op stap, te voet door de neonlichten en verlichte reclameborden van een overdekte straat...Down-town. Vanzelfsprekend belanden we in een bar met catwalk...dat beloofd...vier bacardi-cola's please, onze ogen gaan terug een beetje open...zeker met de topless bediening...
Na een paar uur gaan we slapen...onze ogen vielen toch toe..uiteindelijk...
FLAGSTAFF - GRAND CANYON - WILLIAMS (226 mijl - 317 km)
Gisteren hebben we eigenlijk anderhalve rit gereden, normaal sliepen we in Prescott doch omdat we er zin in hadden en het fantastisch goed vooruit ging zijn we door gereden naar Flagstaff. Dat maakt dat we ons schema iets moeten aanpassen, onze bestemming was Grey Mountain deze avond maar we kunnen verder geraken en zo een extra rustdag inlassen in...Las Vegas.
Het is 08.00u en er komt stilaan beweging in onze kamer, ietsje te laat maar goed...nu snel inpakken en wegwezen. Nog een zwarte koffie op de stoep van het tankstation vanwaar we een prachtig zicht hebben op de met sneeuw bedekte bergtop die we straks moeten trotseren om de Grand Canyon te bereiken. Het heeft een speciaal gevoel om de vier Harley's te horen brullen, ze zitten erg comfortabel en de grote windschermen zorgen voor weinig wind in het aangezicht...we rijden nog steeds zonder helm.
Langzaam klimmen we naar een hoogte van 2100 m, het is vrij koud tussen de sparrenbossen...de winter is nog niet zo lang voorbij.
Wanneer we terug dalen wordt de temperatuur aangenamer, het geeft een heerlijk gevoel, de Canyon ligt binnen bereik wanneer we eens halt houden bij drie grote wigwams langs de weg, het is een soort winkel waar men indianenspullen verkoopt.
Even verder bezoeken we een luchtvaartmuseum, een oud vliegtuig had onze aandacht getrokken...met ons ontbijt..
Amper een uur verder komen we aan bij een echt wereldwonder: de Grand Canyon ...hoe de tijd hier zijn werk gedaan heeft hou je niet voor mogelijk, immens groot..de dieptes, de kloof en de kleurschakering zijn indrukwekkend...diep beneden stroomt de Colorado river .
Je hebt er fantastische vieuwpoints waar je echt geniet van het uitzicht, ondertussen hebben de indianen een vieuwpoint gebouwd waar je door de glazen vloer echt het gevoel krijgt boven de kloof te wandelen...formidabel, zeker voor mensen zonder hoogtevrees.
We nemen ruim de tijd om te genieten van dit wonder voor we uiteindelijk toch terug de baan op moeten richting Williams.
18.00u, we komen aan op ons bestemming en boeken een motel...het is hier helemaal niet moeilijk om een slaapgelegenheid te vinden, meestal is er plaats zat, je hoeft niet op voorhand te reserveren...we slapen met vier in één grote kamer met vier bedden, daardoor ook niet duur, er is echter wel nooit een ontbijt aanwezig...die zoeken we wel.
Na het verorberen van een maaltijd in een eethuisje bezoeken we een kroeg waar we een spel kunnen spelen op een lange omzoomde tafel.
Ze strooien er zand op en proberen met metalen schijven zo dicht mogelijk bij het einde te geraken, net voor ze kunnen vallen...simpel toch.
Terwijl we genieten van onze biertjes en de verhalen van de dag merk ik plots een kop van een dier aan de muur, een konijn met de horens van een reebok...bizar. Iemand verteld me dat het een Jacolope is, een woestijndier uit de streek...als je goed kijkt onderweg kom je ze wel eens tegen...een paar dagen later komen we te weten dat het nep is, om de toeristen te misleiden, tja..
Het is na middernacht wanneer we in ons bedstee kruipen, behoorlijk in de mood...het afsluiten van een mooie dag.
PARKER DAM - PRESCOTT - FLAGSTAFF (241 mijl - 385 km)
Vroeg in de ochtend worden we gewekt door een enorm lawaai, ons motel ligt vlak bij een spoorweg en een trein passeert er met een enorm kabaal...misschien daarom dat onze slaapplaats ook héél goedkoop was.
Terwijl mijn reisgezellen nog liggen te dommelen kan ik de slaap niet meer vatten. Ik ga dan maar een koffie drinken, het is 06.00 u...de zon is reeds van de partij als ik buiten kom. De koffiebar naast de deur is 24 op 24 u open en 7 dagen op 7.
Aan de bar maak ik kennis met oudere man, op zijn hoofd prijkt een mooie cowboy-hoed...we raken aan de praat en hij vertelde me dat hij ooit een paardencircus had om er mee rond te toeren in de States. Nu was hij op pensioen en de zaak was door gegeven aan zijn zoons.
Hij was op doorreis met zijn vrouw in een mobilehome...Toen ik hem verteld dat ik afkomstig was van België vroeg hij me of ik munten kon ruilen voor dollars...zijn vrouw verzamelde deze, en Belgische franken had hij nog nooit gezien...ik gaf hem een munt van 50 fr, ééntje van 20 fr en ééntje van 5fr...in de plaats betaalde hij mijn rekening en het was ruim voldoende.
Toen ik terug op onze kamer kwam was iedereen al wakker en in de weer om de bagage op de motor te plaatsen, het was steeds een karwei om alles in een goede baan te leiden...een dubbel-check om niets te vergeten.
Het was vrij koud en o ja, wat ik vergeten te schrijven was, één van onze reisvrienden zijn bagage was er niet bij toen we landen in L.A.
Na wat onderhandelen in de luchthaven hadden ze ons beloofd dat de bagage ging aankomen in een kleine luchthaven op onze route...
Prescott. Tot zolang hielpen we hem uit de nood met onze kleren...vanzelfsprekend..
Onze route loopt terug door de woestijn en algauw wordt het warmer, het belooft een mooie dag te worden...een dag zoals bij ons in het midden van de zomer. Plots merken we langs de kant van de weg een oude saloon, hier moeten we toch even halt houden om een kijkje te nemen...zo ééntje van de cowboyfilms. De deur staat op een kier en we wagen een blik binnen, alles lijkt verlaten...het wijst er op dat het gebruikt geweest is als een jeugdhuis of iets dergelijks, aan de staat te zien toch wel een tijdje geleden.
Daar mijn reisgezellen nog aan een ontbijt toe waren stoppen we een paar mijl verder aan de Cactusbar, en cactussen hebben ze hier in overvloed...torenhoog.
Het eethuisje lijkt meer op een museum maar het was er lekker, en de bediening mocht er ook zijn...we raken in een gesprek met een lokale Amerikaan die denkt dat we van Duitse afkomst zijn door ons dialect die we onder elkaar praten. Nee hoor absoluut niet...wij zijn Belgen, het wordt bijgelegd.
Via de mooie highway en the forest off Prescott klimmen we tot zo ongeveer een 1000 m hoogte, daar beneden ligt het kleine stadje...met veel bochtenwerk dalen we af, niet ongevaarlijk maar hier staat na iedere bocht aangegeven welke snelheid je moet handhaven om zonder kleerscheuren op uw bestemming te geraken, je houdt er best rekening mee.
We hebben dorst, natuurlijk...de stoffige woestijn zit er voor iets tussen, we drinken een frisse pint en versterken de innerlijke mens met some food...
Uit een niet zo leerrijk gesprek met een half dronken taxi-driver komen we toch te weten waar de kleine luchthaven zich bevindt, tussen de rotsen...we moeten immers de bagage ophalen voor onze vriend. Helaas...de bagage is er niet, gevloek alom...ze gaan hun best doen om ze naar Las Vegas te laten vliegen..damn...
Gelukkig is het weer formidabel en onze vriend klaagt niet, we moeten er wel rekening mee houden dat de weg nog lang is en we steeds hoger klimmen, Flagstaff, bekend van de vele westerns ligt op 2000 m hoogte...hoe hoger we komen, hoe kouder het wordt..
Op zo'n 100 mijl van onze bestemming komen we op een plaatsje om nooit meer te vergeten, het is een klein dorpje op de flanken van een berg: Jerome...het uitzicht is adembenemend, in een onschatbare diepte...heel ver...het begint hier naar de canyon te ruiken...
Het is betrekkelijk laat en redelijk fris wanneer we Flagstaff binnen rijden, de laatste mijlen en op deze hoogte zien we de resterende sneeuw van de winter.
We hebben ons motel geboekt en nu gaan we naar een kleding- store om een vest en dergelijke te kopen voor onze vriend...het kan niet meer zijn in een temperatuur van 10 graden om nog door te gaan.
Na een warme douche gaan we eten, toch een beetje vermoeid na de lange trip steken we de baan over naar een wegrestaurant...we zullen het niet gauw vergeten, het eten was erbarmelijk maar we hadden honger en dorst...
Een paar uur later kregen onze darmen het hard te verduren...een gaskamer, zelfs met een temperatuur van om en bij de 5 graden sliepen we met de voordeur van onze kamer open...om te overleven van de geur, ook dit is vakantie...natuurlijk..