Gisteravond in El Burgo overnachtten we in een refugio gerund door Amerikanen, die ons behandelden als kinderen. Ze deden dit blijkbaar niet echt met hun hart, en waren voortdurend aan het vitten om de afgesproken uren te respecteren. Een half u vooraf kwamen ze ons 2 keer zeggen dat de lichten om 22u uit gingen. Adelheid en Albrecht hadden ons teruggevonden en we hadden voor hen spaghetti en dessert bijgemaakt. Achteraf dronken we nog een flesje rose. 's Morgens maakten we voor de 3de keer havermoutpap met honing erbij, het stokbrood en de toast komen ons stilaan de oren uit en dit is echt een gezond en licht ontbijt, dat heel de ochtend door energie geeft. Bij het vertrek heeft niemand van de gasten de Amerikaanse vrouwen bedankt. Hun gezichten waren trouwens opnieuw betrokken omdat het kwart over 8 was en iedereen om 8u de deur uit moest. Albrecht en Adelheid, 61 en 62 jaar, bleven de hele dag bij ons en hopen van de rest van de tocht nog samen te blijven. We liepen in de voormiddag de provincie Leon binnen, we bleven nog de lange rechte wandelweg met de platanen volgen, in de namiddag moesten we al lange stukken naast de autosnelweg lopen, wat niet zo aangenaam was. Rond 15u hebben we uitgebreid de tijd genomen om ergens een dagschotel te eten, en nadien deden we nog 4 km tot een dorpje, 8 km voor de provinciehoofdstad Leon. Morgen doen we daar onze eerste koffiestop en bezoeken er de kathedraal, die nog indrukwekkender is dan die van Burgos. Er werd me de voorbije weken regelmatig gevraagd of ik doorreis naar Finisterre. Ik had in de bibliotheek 1 reisgids uitgekozen die het hele traject netjes in 30 dagen verdeelde, ik zou deze planning volgen. We doen dat grotendeels, maar de gids schotelt ons soms een tocht voor van 37 km, de volgende dag kan het 19 km zijn. Dan herverdelen we de afstand ietwat gelijkmatiger. Ik bekijk de etappes steeds de dag ervoor. Voor de rest had ik er wel wat over gelezen en gehoord vooraf, maar doorgaan naar Finisterre had ik dus niet gepland. De reden dat vele pelgrims erheen gaan, is de volgdende. De apostel Jakobus werd in het jaar 42 in Palestina onthoofd, zijn metgezellen namen zijn lichaam in een kist per boot mee. Ze strandden in Finisterre - het einde van de wereld - en de restanten van Jakobus werden begraven, waar nu de kathedraal van Santiago de Compostela staat. In 840 begonnen de eerste pelgrims naar Santiago te trekken. In de jaren tachtig werden pas de markeringen en de gele pijlen aangebracht. Nadien kwam er een heropleving en nu staat het record op 180.000 in het laatste heilig jaar, 2004. De echte pelgrim trekt na aankomst in Compostela door naar Finisterre aan de kust, om er de schelp terug te geven aan de natuur en er zijn schoenen of een shirt te verbranden als teken van het achterlaten van de oude ik en het terugkeren als een nieuw mens. Enkele jaren terug stond in de krant dat een pelgrim op deze manier een bosbrand had veroorzaakt. Albrecht en Adelheid hebben een aantal dagen meer dan ik, zij zullen de 80 km nog in 4 dagen doorstappen, Monika en Geoffrey nemen misschien de bus. Ik had mijn aankomst gepland op 7 oktober, want heb een vliegticket voor donderdag 8 oktober. Ik wil zeker terugzijn op het werk voor de verwendag zaterdag de 10de die in alle Vlaamse bibliotheken georganiseerd wordt voor de klanten. Toen Jaak, onze gezel van de eerste dagen dat allemaal aanhoorde, orakelde hij tegen ons : niet jullie beslissen wanneer je in Santiago aankomt, de camino zelf beslist dat !
Monika was gisteren verrast dat Geoffrey tekenen vertoonde van een "human being", het was zijn beurt om ziek te zijn : ook verstoorde maag en koorts. Hij dacht dat het van het eten de avond voordien was, ik en Monika hadden allerlei dingen klaargemaakt. In de keuken van de Arme Klaren waren totaal geen voorzieningen : geen kookpotten en bestek, geen kruiden, zout en olie,... niks. Bij navraag zeiden ze dat de pelgrims dingen meenamen, ik heb nog niemand een kookpot in zijn rugzak zien wegstoppen ! We konden enkel gebruik maken van een microgolf, dus gingen we naar de supermarkt en kochten eten dat we gemakkelijk konden opwarmen : bockworsten, gevulde flensjes, lasagne en tortilla en maakten daar op de borden een mix van, vandaar... Monika heeft een heel andere uitleg voor onze dag ziekte : doordat we dagenlang met onze ogen naar de grond kijken en te veel met onze gedachten bezig zijn, zorgt dat voor een zodanige spanning in het lichaam dat het reageert met koorts, typisch voor een pelgrim, heeft ze ergens gelezen. Geoffrey doet dat af als bijgeloof, maar sindsdien loop ik meestal met mijn kin in een hoek van 90 graden, recht vooruit- of rondom mij kijkend, behalve wanneer het voor ongelukken zou zorgen. Monika is heel gelovig, maar gelooft evenzeer in deze theorieen. Het is misschien wel zo dat je niet teveel met jezelf mag bezig zijn, en hier ook moet leren van aandacht te hebben voor de omgeving en de anderen. Op die manier ga je gaandeweg wandelen zonder gedachten en dat is bijzonder rustgevend. Ondertussen zijn we onafscheidelijk. Als we iets kopen, is het in 3 stuks of in grote verpakking, we koken voor mekaar of gaan samen eten. Dat we zo gehecht zijn aan mekaar, zorgt soms voor een dilemma. Toen Monika en ik naar Punta La Reina stapten, had ze erge pijn aan de voeten. Onderweg hadden we tegen een Zweed gezegd dat we de herberg met het zwembad zouden kiezen, omdat ik erg graag zwem. We kozen echter voor een andere, de eerste, omdat Monika niet meer verder kon. Terwijl ze rustte, verkende ik het dorp en kwam opnieuzw de zweed tegen, die me vroeg waarom we niet in de herberg met zwembad logeerden. Toen ik antwoordde dat dat omwille van Monika was, zei hij dat pelgrims egoistisch moeten zijn, dat we hier niet zijn voor de anderen, maar voor onszelf en om te leren kiezen voor onszelf. Ik kon er toen niets op antwoorden en heb het er later met de anderen over gehad. Niemand kan er een pasklaar antwoord op geven. In elk geval, had ik toen voor het zwembad gekozen en Monika achter gelaten, dan had ik het volgende niet meegemaakt : ik kwam terug in de herberg en Monika had een verzorging van de voeten en een massage besteld. De man was even weg om wat te halen en Monika, boven op het stapelbed, vroeg me om in de kamer te blijven, want ze was er niet gerust in. Ik legde me onder in het stapelbed, de man kwam terug en begon te masseren, ik zag enkel zijn broek vlak voor me. Om mijn lach te onderdrukken, begon ik ijverig een zakje chips te eten en te doen alsof ik mijn reisgids las. Het duurde en bleef duren, tot Monika met besliste stem vroeg om te stoppen. Ik denk dat de man de deurknop nog in de handen had, toen we alletwee heel hard begonnen te lachen. Het heeft minuten geduurd. In Ledigos en de rest van de dag zagen we opvallend veel lemen huizen. Het dorpje heeft 1 herberg met een bar erbij en een winkeltje, heel rustig. De etappe is niet zo aantrekkelijk, we zijn momenteel 3 dagen op de "meseta", een hoogvlakte op 800-900 m, met zicht in de verte op de bergen. Een vrij eentonige en rechte wandelweg, zo'n 3 meter van de autoweg. Truckers en chauffeurs zwaaien af en toe naar ons of toeteren enthousiast. We zien veel brem onderweg en ook een soort strobloemen die goud oplichten in de zon, verder is alles verdroogd. Het is vrij warm en de honderden aangeplante platanen zijn nog te jong om ons veel schaduw te bieden. We zien nu minder treurwilgen, bomen die Monika nog niet gezien had - ook notelaars niet. We kunnen ook geen bramen, druiven, walnoten, amandelnoten en vijgen meer plukken, zoals in de eerste 2 weken. En we ontdekken ook niet zo veel ooievaarsnesten meer op de kerktorens, Albrecht beweert dat de enorme nesten tot een ton kunnen wegen. We hebben het niet zo uitgesproken, maar we willen Santiago samen binnenstappen. Ook Geoffrey zei onlangs dat hij zijn tempo geminderd heeft en dat hij liever een week langer op de camino blijft, dan thuis te zijn. We hebben mekaars adressen en e-mail al uitgewisseld, na 30 dagen dag en nacht samen, zullen we vrienden voor het leven blijven.
Bijzondere dag vandaag. Monika had het gisteren al over de "donkere kant" van de camino : we hebben elke dag bij momenten nog altijd het vakantiegevoel, maar af en toe staan we alleen of in onze gesprekken ook stil bij ziekte en dood, en steken we soms een kaars aan voor familie en vrienden. Ik zag al dagen op tegen de etappe van vandaag : het langste stuk op de Jacobsroute zonder enig dorp of variatie in het landschap, 17 kilometer lang, een rechte wandelweg vol keien en vervelende vliegen onder een brandende zon. Er waren veel pelgrims onderweg en iedereen liep in stilte en alleen. Er was vandaag een echte pelgrimssfeer : er werd niet gebabbeld en gezongen, maar 3u30 in stilte altijd rechtdoor, met enkel het monotone geluid van de voetstappen. We doen momenteel een tussenstop om wat te eten en dan hebben we nog 9,5 km voor de boeg. Bij het wakker worden had ik besloten om vandaag volledig alleen te stappen, en bracht de anderen daarvan op de hoogte, ik wilde vandaag in mijn gedachten de laatste weken van Jos, zijn overlijden en de begrafenis volledig opnieuw herbeleven. 15 dagen heb ik erover gedaan om plots te weten dat ik hier tijd en ruimte heb om de confrontatie aan te gaan met al mijn rouw-, schuld- en angstgevoelens die ik tot hiertoe verdrukt heb. Soms komen ze dan onverwacht en in flarden boven en geven een beklemmend gevoel. Bij het vertrek heb ik me gedwongen om alle sloten van mijn gedachten en gevoelens open te breken en alles opnieuw voor me te zien, de tranen de vrije loop te laten, alles wat te ordenen. De tocht van uren begon heel verdrietig, want ik haalde alles opnieuw boven : het begin van de ziekte, de 9 volgende jaren met de 2 operaties en de uiteindelijke behandeling met stralen, waarvan de bijwerkingen een jaar later tot de fatale afloop zouden leiden. De laatste moeizame weken, de laatste avond onder vrienden, het onverwachte overlijden van Jos op paaszondag, de dag dat Stijn terugkwam van 2 weken Ecuador en Galapagoseilanden in gezelschap van mijn zus en schoonbroer. Op het moment dat ik Jos wilde verwittigen dat ik Stijn ging ophalen, vond ik hem. Ik probeerde hem nog terug te roepen, maar hij was onherroepelijk aan de overkant. Jos is weggegaan op zijn manier : op een bijzondere en niet op een gewone dag, paaszondag, een dag van hoop, licht, nieuw leven, de lente en zonder iemand ermee lastig te vallen. Hij heeft nog genoten van de avond voordien, bij een feestje onder vrienden en was zoals altijd toch nog de laatste die wou naar huis gaan, hij heeft 's nachts nog wat tv gekeken en ondertussen een laatste glas wijn gedronken, heel alleen en is dan 's morgens heel stil vertrokken. Daarom paste het liedje van Will Tura, dat zijn oudste broer Bob had uitgekozen, heel goed op de begrafenis : Alleen gaan. De hele tekst ervan was zo passend : Jos is zijn laatste stuk alleen gegaan, het hoofd rechtop, nooit klagend of iemand erover aansprekend. Ik heb in een jaar tijd zo 3 mannen met heel veel moed hun laatste stuk zien gaan : Broeder Maurice, Hans en Jos. Vandaag ben ik van de ene helft van de camino de andere helft ingelopen. Het is alsof ik 15 dagen nodig had om te beseffen dat ik de confrontatie met die periode nog eens moest aangaan en dat ik nu nog 15 dagen kan verdergaan met een lichtere rugzak en lichtere voetstappen. Mijn vrienden zagen me alleen stappen, ik niet, ik had de hele dag het gevoel dat Jos naast me stapte, niet verzwakt door zijn ziekte, niet hijgend, zwetend en voorovergebogen zoals in de laatste weken, maar sterk en lachend. Op het einde van mijn tocht toen ik alle verdrietige gevoels had vrijgelaten, kwam er ruimte voor de goede herinneringen en ik ben hier met gevoelens van dankbaarheid gestopt. Mijn ouders hebben op hun rouwkrans de 10 jaren met Jos samengevat in 2 woorden : Bedankt, Jos ! Na de twijfels, vooral in de eerste week, weet ik nu dat ik Santiago zal bereiken.
Vandaag de maag nog niet 100%, maar ik voelde me niet meer ziek en dat is het belangrijkste, het andere is een ongemak en met nog wat medicijnen komt dat in orde. Misschien kwam de maag in opstand, omdat we hier nogal wat suikerbommen opeten om vermoeidheid te voorkomen : donuts, fruitsap, bananen, chocoladekoeken, zoetigheden die ik niet zo gewend ben. Ik ben nu nog soberder gaan eten, en dat leer je hier ook : genieten van wat kippensoep en pasta met tomatensaus,...brood met wat pate en kaas. Ik heb van de dag echt genoten : ik voelde me beter, de zon in een blauwe lucht en een licht windje, ideaal voor het wandelen. Gisteravond niet zo vroeg naar bed, Adelheid en Albrecht waren in een andere refugio binnengestapt, en zochten ons op om nog een flesje wijn te drinken. Misschien het laatste, want we kwamen ze net in het centum van Carrion de los Condes opnieuw tegen, en Adelheid heeft een serieuze kwetsuur aan de hiel. Ook Monika heeft gisteren 3 teennagels verwijderd, maar dat geeft geen grote problemen. Toen we deze morgen vertrokken uit Boadilla, pas rond 9u, want we waren in de herberg van Adelheid en Albrecht gaan ontbijten, was er metten een meevaller. We mochten het Canal de Castilla - in totaal ongeveer 200 km - volgen gedurende meer dan een uur en dat maakte mijn dag al goed. In tegenstelling tot de verdorde bermen tot nu toe, groeien hier volop riet, mooie grassen, bloeiende waterplanten en nog enkele wilde bloemen. In het voorjaar moet de hele camino mooi zijn met de bermplanten, maar het weer is dan minder stabiel dan in september. De enige activiteit die we nu van de boeren zien onderweg, is het opruimen van de bijna zwart verdroogde zonnebloemen. De rest van de dag liepen we parallel aan de autoweg, maar dat vond ik niet zo erg, het was vlak en vlot beloopbaar en we zagen onderweg in Fromista een mooi romaans kerkje en in Villalcazar een uitzonderlijk voorbeeld van een laatromaanse kerk met binnenin koningsgraven. Deze kerk werd al in de hoogte opgetrokken volgens de gotische stijl. We leren hier wel wat bij van Geoffrey : over de verschillende stijlkenmerken, de kloosterorden en de heiligenbeelden. We zien in de kerken bijvoorbeeld Jakobus afgebeeld als apostel, als pelgrim en strijdend met een zwaard in de lucht en steeds op een wit paard ten strijde trekkend tegen de Moren. In Santiago de Compostela zullen we uitkomen bij zijn graf in de kathedraal. Hier in Carrion de los Condes, de belangrijkste plaats van de camino in de provincie Palencia, hadden we de keuze tussen 3 kloosters om te overnachten, alle 3 gerund door zusters : de arme klaren, de augustinessen en de zusters van barmhartigheid. We kozen voor het eerste, dat Geoffrey van ver herkende door de tralies. Onze overnachtingsplaats kiezen we altijd de avond ervoor of de dag zelf in mijn reisgids, daarin staan alle voorzieningen en de prijs per adres, we kiezen dan in de eerste plaats voor warme douches, een keuken en internet. Als er geen internet is, zoeken we de bibliotheek, daar moet je nooit betalen en is het mogelijk foto's door te sturen. Voor we rond 15u het stadje inliepen, zagen we een pelgrimspaar liften, ze kwamen uit Normandië en moesten opgeven door kwetsuren. Volgend jaar komen ze zeker terug om het tweede deel te lopen. Vandaag hebben we 15 dagen gelopen, net in de helft.
(Boadilla del Camino - Carrion de los Condos : 25,2 km)
Gisteren lag onze aankomstplaats Hontanas volledig in een put, we zagen de laatste kilometers geen teken van mensen of huizen, en pas op en100 meter van het stadje zagen we het volledig in de diepte liggen, zelfs de toren van het kerkje stak niet uit boven de vlakte.Hier was ook veel gerestaureerd, zoals in vele andere dorpjes, de camino heeft ze nieuw leven ingeblazen. We zijn deze morgen op tijd vertrokken en 28 km gedaan. Ik voelde me nochtans niet best : deze morgen met moeite 1 van de boterhammen in driehoekjes kunnen opeten, die Geoffrey voor ons belegd had met kaas, confituur en honing. De rest van de dag niet gegeten, al het water dat ik onderweg dronk weer overgegeven, enkel 2 cola's kon ik binnenhouden.Ook kou en last in de darmen, bij aankomst rond 15u direkt mijn bed in met de nodige medicamenten en de vrienden riepen me enkele uren later wakker, Geoffrey had soep en een lekkere rijstschotel gemaakt, rekening houdend met mijn toestand. Straks op tijd mijn bed in en morgen hopen dat het voorbij is. Ook Monika heeft een paar moeilijke dagen, ze mist haar familie en vriend, haar 2 hondjes, het strand van Bahia en de 30 graden. Ze loopt hier meestal met kou rond en 's nachts ligt ze soms ingepakt in haar slaapzak als was ze op de noordpool. Ik mis ook vooral mijn zoon, die als student in het 2de jaar hogeschool dierenzorg, vandaag met zijn stagemaand begint bij Bjorn Geeroms. Vandaag liepen we over eindeloze bleke vlakten, 1 col moesten we nog over. Onderweg ook de schitterende Fiterobrug overgelopen en de restanten van de klooster van San Anton gepasseerd. We zagen ook 3 herders met hun kudden. We overnachten nu in Boadilla Del Camino, een refugio met slechts 16 plaatsen, een mooie binnentuin, een ruime keuken en ruime douches. Hij wordt gerund door 2 jongemannen, die net de kachel deden branden. Het doet me wel eens goed om een maand zonder tv en auto door te brengen. De overstromingen in Spanje waar we enkele dagen geleden over hoorden, doen ons beseffen dat we volledig van het nieuws afgesneden zijn. Internet en gsm kunnen we minder missen. Als er 2 dagen geen internet mogelijk is doordat we overnachten in een piepklein dorpje of een klooster, worden we al onrustig. Monika zegt ook dat ze de mooie dingen die ze hier beleeft, graag met haar vrienden deelt. Voor mij is de blog een dagboek, een reisverslag voor nadien en ook een middel om op een gemakkelijke manier iedereen op de hoogte te houden. De vriend van Monika dacht haar ook een gps mee te geven, maar verloren lopen is hier onmogelijk. In Frankrijk zijn de aanduidingen van de camino niet zo goed en ook in Vlaanderen is er nog heel wat werk aan de winkel. Monika zou hier zonder i-pod verloren zijn, onderweg of in bed als ze moeilijk kan slapen, luistert ze de hele tijd liedjes of bekijkt filmpjes van haar favoriete zangers of foto's van haar familie en honden. Ik kan best zonder en voel me beter bij de stilte van de natuur. Zo zijn we met onze i-pod, gsm en internet zeker niet de pelgrim van vroeger, die vertok zonder contact met het thuisfront en zich volledig van de wereld terugtrok.
Eergisteren vertrokken we bij de brazilianen en kregen een armbandje in geel-groen om de arm, tijdens het omknopen mochten we 3 wensen doen. Ik heb er geen onmogelijke gevraagd, zodat ik het hopelijk niet te lang moet omhouden. We vertrokken in het domker in de regen, en het duurde meer dan 2u voor het over was. Het kon niet blijven duren. We liepen nu de hele dag door donkere naaldbossen, afgezoomd met braamstruiken en varens. 's Avonds overnachtten we in een oud klooster, waar geen internet was. Op de binnenkoer speelde zachtjes het Ave Maria. We hadden onderweg daarvan al een braziliaanse versie gehoord met mandolines, op de i-pod van Monika, heel grappig. Het dorpje, San Juan was heel klein en genoemd naar een tijdsgenoot van Santo Domingo. Beiden zetten zich hun hele leven in voor de camino en de pelgrims. Gisteren liepen we naar Burgos, ook vertrokken in de regen en het hield ook na ongeveer 2u op. De weg naar Burgos wa niet de mooiste, want we moesten een lange tijd door de voorstad met vooral industrieterrein. We waren voordien wel een heuvel overgelopen, bezaaid ñet keien, waartussen honderden donkerroze herfstkrokussen bloeiden. Zo zien we altijd tijdens de inspanningen andere mooie dingen. En als Geoffrey merkt dat we moe zijn, leidt hij ons af en wijst naar opvallende bomen, vogels, bloemen of vergezichten. Burgos is echter de moeite waard van een lang bezoek, want een uitzonderlijk mooie kathedraal. De geschiedenis ervan is verweven met die van El Cid, die streed tegen de Moren. Bij het binnenkomen van de stad stond zijn standbeeld, in de kathedraal zijn koffer en grafzerk. We overnachtten in Burgos in een parochieklooster van Emmaüs, heel mooi en een warme ontvangst door Almudena. Ze is van Madrid afkomstig en is van Burgos enorm gaan houden, vooral door de "zingende rivier", die vlak voor de stadspoort langsloopt. Almudena zorgde voor een heel bijzonder bezinningsmoment, waarbij ieder in zijn taal een stukje voorleest en nadien mocht ieder zijn beweegredenen voor de camino aan de anderen toevertrouwen. Een heel emotionele bijeenkomst. Monika weende toen ze vertelde dat ze van plan was de camino alleen te doen en het eigenlijk onmogelijk is om hier alleen te blijven. Ze is zo gelukkig dat ze hier is. Deze morgen zijn we er vertrokken op z'n zondags : heel lazy zoals de britse zusjes meestal doen. We vergezelden Adelheid en Albrecht die gisteren met ons meestapten tot aan de kathedraal, waar ze de ochtendmis gingen bijwonen. Pas omhalftien vertrokken, kwamen we laat toe in Hontanas. De eerste refugio was daardoor al volzet, in de tweede installeerden we ons pas om kwart over 6. Vandaag het verschil ondervonden tussen een gewone wandelvakantie en een pelgrimstocht. Heel moe van 7u stappen, nadien een koude douche en bij overmaat van ramp bij de handwa ook mijn portefeuille meegewassen. We hebben een pelgrimsmenu gegeten, het was te laat om nog zelf te koken. Morgen neemt Geoffrey dat op zich. De tocht is heel afwisselend : of we lopen alle 3 in gedachten afzonderlijk enkele meters na mekaar, of we maken grappen of we bespreken met mekaar serieuzere zaken. Vandaag opperden we dat de wereldleiders eigenlijk ook samen de camino moesten stappen, er zouden misschien beter afspraken, begrip uit volgen. En we stelden ons Obama en collega's voor naast mekaar in slaapzakken, onderweg druk alles besprekend en in de refugio's mekaars shampo en oordopjes delend. Vandaag in alle geval droog gebleven en een halve dag gezelschap gehad van een brit uit Wales, Jeremy, die in Burgos woont, er engels doceert en zich blijkbaar op zondag verveelde. We ontmoetten hem bij David, een brit uit Bath die onderweg met een bestelbusje een oase van rust schept en gratis koffie, thee, gebakjes en chocolade uitdeelt. We zijn er even blijven rusten en Jeremy stapte van daaraf met zijn koersfiets in de han met ons mee. Het was voor mij een welkome afleiding, want ik had, net als Monika een moeilijke dag. Nochtans liepen we al een dag of 3 vlotter, vanaf de 10de dag. Ik had de eerste week wat lichte pijn in de rechterkuit, maar maakte me geen zorgen, iedereen heeft ergens anders wel last. Het lichaam heeft minstens een week nodig om zich aan te passen aan de inspanningen. Het betekent dus niet dat je nadien pijnloos en zonder mindere dagen de tocht volbrengt. Genoeg nachtrust en morgen kan het weer veel vlotter gaan. Het landschap is ondertussen veel schraler en al iets ruiger. We lopen nu door het ruwere Castillië, schrale akkers met aan de weg stapels kalkstenen die de boeren uit hun velden halen na het ploegen. Vandaag zagen we talloze roofvogels boven onze hoofden cirkelen, we dachten dat het adelaars waren, of minstens buizerds, ik had er 45 geteld. Jeremy vertelde ons dat het gieren waren, en dat er in deze streek door de herders ook enkele wolven gesignaleerd werden. Ik neem me in elk geval voor om dapper bij mijn gezelschap te blijven. Morgen verlaten we de provincie Burgos al en lopen Palencia binnen.
(Belorado - San Juan de Ortega : 24,0 km) (San Juan de Ortega - Burgos : 29,3 km) (Burgos - Hontanas : 29,5 km)
Eergisteren in Ciruena heel vermoeid toegekomen en dan toch 2 mooie momenten beleefd. Ik was het laatste kwartier afgehaakt, kon geen meter meer verder, gebrek aan water of door de reserves ? Ik zette me op een muurtje en at wat noten en dronk wat water. De anderen waren doorgegaan om bedden te zoeken. Een half uur later kwam Geoffrey vanachter het hoekje om me mee te nemen, hij stelde nog voor om mijn rugzak te dragen, maar dat kon in geen geval. Monika en ik hebben gezworen onze rugzak elke meter zelf te dragen en nooit de bus te nemen. Iemand vertelde dat hij de rugzak een eind had laten transporteren en voelde zich hierover nadien zo slecht, dat hij het hele traject overdeed ! We logeerden bij Pedro, een spaanse vrijgezel. Terwijl we op het bed lagen te rusten, hoorden we dat hij in de keuken ernaast begon voor ons te koken. Ondertussen zong hij luidkeels passionele braziliaanse liedjes mee, op die momemten ben je de vermoeidheid vlug vergeten. Pedro opende voor ons de kerk om even binnen te kijken en een dankgebed te zeggen voor alweer een wondermooie dag. Nadien ging ik alleen nog eens tot in de bar om op internet te gaan. In het teruglopen liep ik even verkeerd in de grillige straatjes van het dorpje. Ik keerde naar de bar terug om er de weg te vragen naar het huis van Pedro. Ik vond dan vlot de weg terug. De dag nadien wist het halve dorp dat in de bar een vrouw naar de vrijgezel gevraagd had. Nochtans leek het ons dat Pedro vooral in mannen geïnteresseerd was. De volgende morgen verwonderde Monika zich dat ik ook aan het zingen was, de eerste keer in tien dagen. Ook Geoffrey zingt af en toe in de kerk, en dan komen de aanwezigen hem achteraf of zelfs de dag nadien bedanken omdat het zingen het bezinningsmoment zoveel intenser maakt. Bij Pedro logeerden we met 8 : wij 3, de jonge japanse Di-E, de duitsers Adelheid en Albrecht, die we de volgende dagen nog zouden terugzien en de brazilianen Rita en Hugo, die hun eerste kindje binnen 6 maanden verwachten. Als het een jongen is, zal hij Santiago heten. Gisteren zijn we na 5 km in Santo Domingo de la Calzada toegekomen en hebben er de kathedraal bezocht. Bijzonder is er het mausoleum van Santo Domingo en het hok met de levende hanen, dat te maken heeft met het meest bekende wonder van deze heilige. Monika zorgde weer voor veel animo door iedereen te vragen een haan na te doen in hun taal. Monika kocht er nieuwe en betere sandalen, want de plastieken waren volledig scheefgelopen. Santo Domingo deed veel voor de camino . hij zorgde voor ontbossing van de wegen, voor de bouw van bruggen, voor de opvang van de pelgrims,... We zijn later ook zijn geboortedorp voorbijgelopen. Gisteren lieten we La Rioja met zijn laatste wijngaarden achter ons en liepen de provincie Burgos binnen. We wilden in Belorado overnachten in een vroeger theater, maar dat was al volzet. We vonden nog plaats bij een braziliaan en zagen er Emily en de britse zusjes Isobel en Gwennan weer. Echt veel plezier gehad toen Fernando ons ontving. Aan de balie hangt hier ook de spreuk : de toerist eist, de pelgrim is dankbaar. Fernando maakt een lekkere maaltijd klaar tegen een vrije bijdrage : pasta, salade, gebraden kip en dessert. Obrigada, Fernando ! Emily nam de volgende ochtend afscheid met de tranen in de ogen. Ze had een nieuwe job in de ambassade van Parijs en werd opgeroepen. Wevermoeden dat Emily de tocht eerder vroeg dan laat volledig zal overdoen. We horen dat hier dikwijls : eens je begint erover te denken, laat het je niet meer los tot je uiteindelijk vertrekt.
De andere gasten kwamen gisteren in de keuken op de geur af, de meesten maken stokbrood klaar of wat pasta. Ik had voor 4 personen voorzien. De jonge Emily uit Toulouse had gisteren een off-day, anders is ze altijd over-enthousiast, nu was ze vermoeid en haar vriendinnen, 2 britse zusjes, waren al doorgelopen. We hebben haar onderweg op sleeptouw genomen, ik heb haar mijn laatste energiereep gegeven en 's avonds wilde ik haar uitnodigen voor de maaltijd, maar we zagen haar niet meer terug. Waarschijnlijk vond ze het toch te vroeg om al te stoppen. Vlug afgewassen en dan naar de mis in de zeer opvallende roccocco-kerk, de pastoor vernoemde de aanwezigheid van een belgische seminarist op het einde. We lagen vroeg in bed, we wilden extra vroeg opstaan, om 5u30 om zeker te zijn van slaapplaatsen in het piepkleine dorpje dat we wilden bereiken. De Vlaamse uitbaters deze week vertelden dat ze in de eerste week van september nog verschillende passanten moesten doorsturen. Dat zijn dan spijtig genoeg altijd de zwaksten. Een oudere man wond zich erg op, een groepje jongeren die de route blijkbaar als toeristen volgden, was vlak voor de herberg uit de bus gestapt met de (verplichte) rugzak en namen de laatste bedden in, zodat hij vermoeid diende door te stappen naar het volgende dorp. Deze morgen dus al om 6u30 op pad, de eerste anderhalf u in de regen. Geoffrey had vlug een engels ontbijt gemaakt, met gebakken banaan achteraf, typisch zuidafrikaans. Onderweg werd er niet veel gezegd en we moesten heel goed opletten om de markeringen in het donker niet te missen. Voordeel is dat we goed doorstapten en het belette Monika niet te zingen : I 'm walking on sunshine... Een paar koppen chocolademelk en capuccino konden er na een tijdje opnieuw de stemming in brengen. De zweedse Sven was opgelucht met ons te kunnen meelopen en haakte af in het voorlaatste dorp. Rond halfvier zijn we op onze bestemming beland, na 33 km, ik kon niet meer verder. Ik moest vandaag dan ook met bewondering denken aan de 4 mannen van wandelclub de Veter-anen. Zij legden onlangs samen een 100 km af in de Hoge Venen in een organisatie voor het goede doel. Een ferme prestatie ! We hebben onze achterstand op het schema kunnen beperken tot 5 km. Soms denk ik echt dat mijn 2 reisgenoten niet echt bestaan, dat het 2 engelen zijn die me helpen mijn einddoel te bereiken. Het is af en toe echt op de tanden bijten, en dan is Geoffrey er om ons op iets moois te wijzen onderweg. Ik heb bewondering voor Monika, die ondertussen de rest van onze reis aflegt op plastieken sandalen. Eergisteren had ze pijn aan beide voeten en toen voorbijgangers vroegen hoe het ging, antwoordde ze met de armen omhoog : Wonderfull ! Anderen die haar naam vroegen, antwoordden : O, ben jij de Monika ? Velen kennen haar al of hoorden over haar spreken. We noemen haar "El sol del camino". Elke dag komen we ook het groepje brazilianen tegen, waarvan 1 van de vrouwen bij aankomst in Madrid haar volledige bagage kwijt was. Iedereen van haar gezelschap heeft haar toen iets gegeven en ze is vertrokken op de sportschoenen die ze droeg bij vertrek. De brazilianen zullen niet gauw opgeven, ze hebben er ongeveer 3.300 euro voor over : vliegtickets, uitrusting en verblijfskosten.
De Vlaamse uitbaters, Annemie en Georges vertellen dat het hard werken is. Ze doen dit 15 dagen voor het Vlaams Genootschap, iedereen die de camino deed, kan zich opgeven als vrijwilliger, voorwaarde is dat je spaans en nog een andere taal spreekt. Het is zeker geen gratis vakantie, om 6u staan ze op, staan ter beschikking en als iedereen buiten is rond half 8, maken ze de keuken proper, nemen de lakens van de 70 bedden, wassen ze de hele voormiddag en verschonen de bedden. Vanaf de middag beginnen de pelgrims opnieuw binnen te lopen en beginnen de inschrijvingen, het geven van inlichtingen,... Soms nemen ze hun middageten pas om 17u. Je kan het 2 weken volhouden. Ik heb er de verstandige beslissing genomen spullen achter te laten. Monika begreep niet dat ik een rugzak kon meezeulen van 10 kg. In Brazilië geldt de regel . 10 % van je lichaamsgewicht, bij ons raadt men 15% aan. Omgekeerd begreep ik niet hoe zij het op 6 kg kon houden. Eergisteren voelde ik pijn tussen de schouders en dan is de beslissing snel genomen : met pijn in het hart liet ik mijn favoriete badpak, een truitje, toiletzak,... en kon 's morgens 2 kg lichter vertrekken. De canadezen zeiden ons dat we de spullen per post konden opsturen naar Santiago of naar huis, maar we hebben geen tijd om te wachten op die openingsuren en lieten alles achter in de refugio. Daar wordt alles gewassen en 1 keer per maand opgehaald en uitgedeeld aan armen. Dat maakt het afstand doen al veel gemakkelijker. Gisteren 30 km gedaan en had een moeilijke dag. De kilometers zijn niet erg, maar er komt de warmte bij, de hobbelige weggetjes bezaaid met keien, waardoor je moeizaam vordert, de rugzak Het is niet meer zo heet als de eerste dagen. Het landschap is nu veel weidser en goudgeel, de lappen rode grond blijven achterwege, het blijft wel nog heel heuvelachtig. Ik wa vermoeid gisteren en bestelde een massage voor de rug en de benen. De spaanse kinesist was zeer goed - alle pijn bleek de dag nadien volledig uit de benen - en hij verwittigde me dat ik te weinig water dronk, vandaar de inzinking. Gisteravond stopten we in Logrono, de hoofstad van de Rioja. Voor het binnenlopen van de stad, stopten we aan het huisje van senora Felisa, een vrouw die in 2002 op hoge leeftijd overleed en tijdens haar leven de pelgrims opwachtte met water, vijgen en hartelijkheid. Ze telde ook het aantal pelgrims. Nu stempelt haar dochter Maria onder de vijgenboom de paspoorten en probeert door het verkopen van drankblikjes iets bij te verdienen. Voor het eerst stonden we in Logrono voor een volle refugio, een oplossing bleek het klooster, waar pater Angel ons opving. We konden er slapen op matrasjes op de grond, kregen een avondmaal en een ontbijt aangeboden en dat alles in ruil voor een vrije bijdrage. Er was geen internet, het eten was sober, maar we hebben er veel plezier gehad. We woonden de mis bij in de kathedraal en werden voor het altaar opnieuw gezegend voor onze tocht. ' s Morgens in het mooie stadspark, hielden we halt bij het standje van Marcelino el Peregrino, een oudere man met lang haar en baard in pelgrimskledij. Hij geeft de passanten een speciale stempel, koekjes en appels en weigert hiervoor geld. Hij is een bekende figuur op de camino en heeft lang geleden, samen met zijn vrienden, de weg voorzien van de eerste markeringen. Vandaag had ik opnieuw heel veel energie en Monika had nu een slechte dag. We moesten onze planning wijzigen. De refugio van het stadje waar we naartoe wilden, is enkele dagen gesloten en in het volgende dorpje zouden de schaarse bedden bezet zijn. Het was een moeilijke keuze : tot 34 km doorlopen met het risico dat ook daar geen plaats was, of al stoppen na 14 km. We kozen voor het laatste en zullen dus de komende dagen kilometers moeten inhalen. Geoffrey bestudeert de mogelijkheden, om me gerust te stellen. Het voordeel is dat we vandaag een rustdag hebben en dat ik tijd genoeg heb om te koken vanavond : toast champignons, courgettesoep en asperges op Vlaamse wijze. Mijn reisgenoten eten niet veel vlees. Monika beloofde al om ook eens braziliaans te koken.
We hebben al 135 km gedaan van de 775. De aankomst gisteren in het dorpje van onze eerste 100 km, Ciraqui, hebben we mekaar al gelukgewenst. Gisteren in Estella een heel fijne avond doorgebracht. We lagen in de refugio wel in een slaapkamer met 30, zoals gewoonlijk op stapelbedden, ik en Monika naast of boven mekaar. We moesten er gisteren om lachen dat we alle 2 de eerste keer naast een priester geslapen hebben, in het andere stapelbed natuurlijk. Soms is het niet gemakkelijk en een vrouw kloeg gisteren over een snurker. Geoffrey antwoordde dat dat er bij hoort, anders ga je naar een hotel en betaal je, vanaf 35 euro voor een eenpersoonskamer. Ik was vooraf van plan om dat af en toe eens te doen, maar nu willen we niet meer. Je ziet hier altijd bekende gezichten en hebt meer tijd om eens iets te zeggen. Wat soms heel enerverend is, dat men voor 6u al in de rugzak vanalles begint te zoeken in de plastieken zakjes. Maar regel is dat je voor 6u en na 22u geen lawaai maakt, de deur gaat vast om kwart voor 22u en om 22u gaat het licht uit. Als we toekomen, volgen we altijd hetzelfde ritueel : een bed kiezen, een douche nemen, onze spullen wassen of gezamenlijk de wasmachine gebruiken, wat rusten, op internet gaan, eten, soms een kleine stadsverkenning en onze reisgids bestuderen voor de volgende dag. Er zijn altijd 2-3 refugio's om te kiezen : vandaag eentje opengehouden door Vlaamse vrijwilligers : Annemie en Georges. Er zijn op dit moment altijd plaatsen vrij in de refugio's, juli en augustus zijn drukker. in een gewoon jaar zijn er zo'n 100.000 pelgrims, in de heilige jaren 1999 en 2004 150.000 en 180.000. Als de naamdag van St-Jakob, 25 juli, op een zondag valt is het een heilig jaar. De volgende zijn 2010 en 2021. Dat er dan bijna 2 keer zoveel pelgrims komen, ligt aan een besluit van de paus : wie in een heilig jaar de camino doet, verdient een volle aflaat, dat wil zeggen, is vrij van al zijn zonden. In Estella gisteren, een stadje met enkele mooie marktjes, waren winkels in overvloed. Monika en ik hadden Geoffrey uitgenodigd voor een etentje en zouden de kosten delen. De avond zelf was ze uitgelaten : de kocht de kleurigste hoed van de markt, en ze stond erop het etentje volledig te betalen, want we hadden haar "gered" die dag : we waren de hele dag bij haar gebleven en ze had mijn sandalen mogen gebruiken. Haar wandelschoenen wil ze voor de rest van de dag niet meer dragen, ze kocht op de markt zelf sandalen en doet daar haar wandelsokken in. Na het etentje, een pelgrimsmenu in Spanje, in een italiaans restaurant, een belgische steak friet, in het gezelschap van een braziliaanse, we vonden dat amusant. We maakten nadien een korte stadswandeling, bij de kerk bleek er om 20u een concert door een fins barok orkest, we kochten 3 kaartjes en het optreden was heel mooi. We zetten ons achteraan in de kerk, want iedereen wa sjiek uitgedost. Geoffrey zei ons dat het uitzonderlijk is dat er op 2 klavecimbels gelijktijdig gespeeld wordt. We waren net op tijd terug in de refugio. Deze morgen moesten we ontbijten tussen 6 en 7 en om kwart over 7 de refugio verlaten. Na een half u al bereikten we de enige fontein ter wereld waar wijn uitkomt. De ontgoocheling was groot toen bleek dat er zondags niemand was om ze te bedienen. Het landschap verandert : van de Pyereneeën, naar de bossen en sinds gisteren tussen de akkers met huizenhoog gestapelde balen stro, vijgebomen en olijfboomgaarden in een glooiend landschap en we lopen sinds gisteren tussen de eerste wijngaarden, morgen lopen we van Navarra La Rioja binnen. Vandaag wat moe, deze morgen vertokken met 2 beschuiten als ontbijt, om 6u heb ik nog niet veel honger, en toen bleek dat onderweg alles gesloten was. We liepen ook te lang zonder pauzeren, soms 3u aan stuk. Terwijl we douchten, heeft Geoffrey boodschappen gedaan in Los Arcos en ons broodjes klaargemaakt met pate en sardines, en een dessert. Als hij terugkomt in België mag hij kiezen of hij als norbertijn parochiepriester wordt of in de kloostergemeenschap zal leven: Hij zal waarschijnlijk het laatste kiezen. Hij is zo rustgevend en zorgzaam . hij haalt ons 's morgens koffie, plukt onderweg bramen en druivetrossen, en stippelt kleine stadswandelingen uit: Vanavond wil hij ons verrassen en voor ons koken in de refugio, dan moeten we vandaag niet meer buiten.
(Estella - Los Arcos : 21,3 km) (Los Arcos - Logrono : 27,9 km)
Terwijl ik thuis mijn blog aan het aanmaken was, liet ik de titel vrij om er nadien even over na te denken. Een minuutje later reikte mijn zoon me een papiertje aan met een spaanse zin : valor para caminar - moed om te wandelen, als een laatste aanmoediging voor me. Hij was de maanden na mijn beslissing ongeveer de enige die niet probeerde me van mijn idee af te brengen, die niet hoofdschudde - wat is ze nu van plan - en me niet probeerde te verleiden tot een andere vakantie. Hij begrijpt blijkbaar heel goed hoe belangrijk dit voor me zal zijn. Ik kreeg ook voor mijn vertrek al kaartjes, sms-jes en mails als steun en ook nu in het gastenboek en de reacties wordt altijd vol bewondering over mijn moed gesproken. Na enkele dagen hier vind ik niet dat ik moed heb om te stappen, wel om toch te vertrekken. De moed behoort hier toe aan de ouderen die hier piepend de bergen op komen, degenen die recent een operatie ondergingen en deze uitdaging aangaan -je ziet ze regelmatig stoppen om niet in het rood te gaan-, de vrouw die ik met de voet in een plastieken houder aan een slakkengang zag stappen, de jongen die de hele dag op slippers voortstapt omdat zijn voeten vol blaren zitten. Ikzelf ben gezond en in goede conditie, ik heb bijvoorbeeld geen blaren omdat mijn voeten door het regelmatige lopen gewend zijn aan de wrijving van de sportschoenen. Het stappen valt me voorlopig mee. Maar misschien wordt mijn moed later nog op de proef gesteld. En soms is die moed niet voldoende om er te geraken : we zagen op die enkele dagen al enkele gedenktekens van pelgrims die het niet haalden, zoals een kruis met foto voor de belg Frans Koks, boven op de Perdonpas, een van de mooiste plekken van de camino. We houden dan altijd even stil en bekijken het filosofisch : elke weg of afslag kan de laatste zijn, niet alleen hier. Ik dacht gisteren dan ook aan de laatste rustplaats van Jos, in Wambeek, het dorp dat hij niet meer wou verlaten en met zicht op de kerk van Ternat, het dorp van zijn jeugd.
Ik was gisteravond ongerust in Monika, ze heeft ook heel wat blaren en heeft vandaag mijn sandalen gedragen. Gisteravond Punta La Reina verkend, tot over de mooie romaanse brug die eeuwen geleden door de koningin geschonken werd voor de overtocht van de pelgrims over de rivier de Agra. Een heel mooi oud stadje, we zijn er met ons tweeën iets gaan eten. In Punta La Reina kocht ik een kleine souvenir voor ons beiden en bewaar het voor het moment dat we mekaar misschien moeten loslaten. Nu zijn we na een trage dag in Estella, door de pelgrims vroeger al Estella la Bella genoemd door de mooie kerk, het paleis van de koningen van Navarone en het klooster op de top. We hebben vanavond Geoffrey, de jonge priester die half november naar Postel gaat en tot dan vrij is - uitgenodigd iets te gaan eten. Hij stapte ongeveer de hele dag met ons mee. Hij had het er onderweg over dat het goed is om in ons drukke leven elke avond en ochtend 10 minuten te voorzien om even te mediteren en dat je daar de hele dag profijt van hebt : even stil zijn, denken aan een mooi beeld of herinnering en, zoals zijn moeder hem leerde : counting your blessings, terugdenken aan de mooie dingen die je die dag meegemaakt hebt.
Vandaag een hele mooie etappe van Pamplona naar Punta la Reina, een klein stadje ontstaan door de camino, want alles situeert zich rond de hoofdstraat, straks eens doorwandelen, want hier wel de oude pelgrimssfeer, wordt gezegd en ook de mooiste brug van de camino. We moesten vandaag over de Perdonpas, een 1000 m hoog, met een lastige klim de laatste 3 kwartier, maar we werden boven beloond met het pelgrimsmonument, een groepje ijzeren silhouetten en een zicht op het landschap waar we al 4 dagen doorlopen tot aan de Pyreneeën. Voor mij zeker zo mooi als de eerste dag. Bij die vergezichten moet ik dan altijd denken aan Guido, een van de beste vrienden van Jos. Op zo'n momenten zij hij altijd : Kijk, dat is allemaal van ons. Wij vonden dat altijd zo grappig, maar begrepen hem wel heel goed. Niemand kan grond bezitten, je krijgt het alleen even in bruikleen. Van toen af zeiden we het ook altijd als we ergens ontroerd werden door het landschap. Ik denk dan ook soms aan mijn neef Mark, die op 34 totaal onverwacht en heel plots overleed aan een hersentumor, op het moment dat hij 3 jonge zoontjes had. Dan denk ik aan de kansen die ik nog heb en anderen niet of niet meer en besef dan heel goed mijn geluk. Onvergetelijk vandaag : de zingende Monika terwijl we de berg weer afdalen met 2 grote gele bloemen in haar vlechten. Met Guido en Juliette, Wally en Sonja, Roger en Maria hadden we deze zomer nog een fietsvakantie gepland. Vanaf de oorsprong van de Rijn in Zwitserland, wilden we de rivier in enkele jaren volledig volgen. Zonder Jos wilde dit jaar niemand vertrekken. Bedankt jullie voor de mooie herinneringen aan onze fietsvakanties aan de Moezel, de elfstedentocht, het Canal du Midi, de Donau en aan onze eigen kust : het zullen altijd hoogtepunten blijven in onze 10 jaar samen.
Goed dat we Pamplona niet voorbijstapten, hebben in namiddag kathedraal en museum bezocht. Nadien leerde ik Monika wat tapa's zijn met een glas sangria. Straks om 19u15 is er in de kathedraal een speciale mis voor de pelgrims en nadien eten. We moeten zeker op tijd binnen zijn, want logeren in refugio opengehouden door duitse vrijwilligers, ze willen stiptheid. We betalen in de refugio's tussen 5 en 8 euro voor een overnachting, tot 2006 waren ze gratis - of vrije gift, maar ze werden alle vernieuwd en nu vraagt men een kleine bijdrage. In elke refugio moeten we eerst onze pelgrimspas tonen, laten afstempelen en betalen. In Santiago is deze pas het bewijs van onze tocht en krijgen we onze compostela. In de restaurants en musea krijgen we een menu aan een speciale prijs en ook korting bij de spaanse vliegmaatschappijen. Deze eerste dagen bekijken we het nog als vakantie, het is een periode van kennismaken, het verwonderd zijn over het landschapm het nieuwsgierig zijn naar de anderen : Is het de eerste keer, hoeveel dagen stap je, waarom doe je het en uit welk land kom je.... Monika zegt dat men de camino in haar land vergelijkt met het leven van een mens : in het begin leren we stappen, nadien gaat het steeds vlotter, dan volgt er al eens een crisisperiode en met het einde in zicht de berusting en tevredenheid over het afgelegde traject. Ik denk dat het na die eerste week anders zal worden, dat we stilaan de tapa's en de sangria achterwege laten, maar dat zien we wel. Ondertussen leert de camino je elke dag iets anders - of herinnert je eraan. Ons inzicht vandaag : Al wat je deelt, krijg je terug. De eerste dag leende ik iemand een wandelstok, later kreeg ik zelf oordopjes voor de nachten, ...we delen alles, koekjes, chocolade, zonnecreme,... Er is enorm veel solidariteit, we krijgen hier meer oog voor mekaar, ook omdat we zelf de ander al eens nodig hebben. We zijn Jaak vandaag uit het oog verloren, we kozen een verschillende route, maar maakten in de refugio dan weer kennis met enkele Duitsers.
Het mysterie van de vele Brazilianen is opgelost : het boek van Paulo Coelho over deze tocht doet hen dromen het ook ooit te doen, Monika wil het al 6 jaar doen, een andere Braziliaanse al 15 jaar. Of hoe 1 boek vele mensen in beweging kan brengen. In Europa is Coelho iets minder populair, hij heeft speciale spirituele gedachten in zijn boeken, die niet iedereen aanspreken, het bekendste is "De alchemist". Monika leerde me de Brazilianen van ver te herkennen: geen ander volk stapt zo heupwiegend, gisteren herkende ze van ver een bleke Braziliaan met rood haar, van wie ik had gezworen dat het een europeaan was. Monika is echt een zon op onze weg, ze lacht altijd, ze spreekt iedereen aan, ook alle dieren, en zingt heel veel, want ze heeft een i-pod mee met 6000 liedjes. Gisteravond maakte ze de hele tafel heel de tijd aan het lachen, we zaten met britten en australiërs en italianen, en amuseerden ons door commentaar te geven op mekaars keuken. Iedereen lag rond 21u al in bed, om 5u maakte Jaak ons wakker, en na ontbijt vertrokken we als eersten om 6u30 in het donker. Een geluk dat Jaak een hoofdlamp meeheeft, hij zorgt voor ons. Gisteren liepen Monika en ik het hele dorp rond en vonden niets, Jaak vond een bar om iets te drinken, een winkel waar we konden ontbijten en een restaurant waar hij al gereserveerd had. We stonden al om kwart voor 6 aan de deur voor ontbijt, waarvoor de bazin ons uitgebreid uitschold. Ze kon geen eieren koken, koffie zetten, roosteren gelijktijdig, want dan viel het licht uit. Monika kon haar in het spaans kalmeren. Na 5u aangekomen in Pamplona, ze lieten de bossen van Navarro achter ons, de betoverde bossen, waar vroeger wolven, beren en struikrovers de pelgrims opwachtten en waar je net in de middeleeuwen bent. We blijven de rest van de dag in Pamplona, willen de kathedraal zien, Monika wil hier vanavond het spaans bier drinken dat in Brazilie zo duur is en ook cava kent ze niet. We mogen niet overdrijven, want morgen wacht nog een zware klimtocht. Gisteren leerde de camino ons weer iets anders : Door anderen te volgen, kan je verloren lopen... Het is beter zelf de tekens te zoeken en te beslissen dan blindelings een rugzak te volgen. We zagen onze vergissing snel in en vertrouwen nu in de eerste plaats op onszelf.
Het avondeten was lekker : pasta als voorgerecht en aardappelen met forel, dessert en wijn. De refugio van Roncevalles is heel bijzonder : een slaapzaal met 120 bedden. De refugio's zijn hier open vanaf ongeveer 16u, vanaf 18u mogen de fietsers de lege plaatsen innemen. De mis was enkel in het spaans, de priester somde alle nationaliteiten op in de kerk aanwezig. Op het einde mochten alle pelgrims naar voren om gezegend te worden voor de tocht en mekaar vrede te wensen, ontroerend moment. 's Morgens om 6u werd er stille muziek opgezet en zie je alle hoofden omhoogkomen, niemand zegt een woord. 5 minuten later worden de lichten aangestoken en maakt iedereen zich klaar in stilte. Om kwart voor 7 vertrokken in het donker, en tot 15u gestapt. Het was even warm als gisteren, zeker 30 graden, niet zo zwaar en veel in het bos, maar de vele stenen maakten de tocht lastig. Onderweg gestapt met 3 fransen, we koñen elke dag verschillende keren de mensen tegen die met ons vertrokken. Gisteren toch iets geleerd : aanvaarden dat anderen me voorbijsteken. Ik had in de voormiddag Monika en Jaak achtergelaten, tot ik aan de eerste en enige auberge kwam. Bij een tas koffie dacht ik : waarom die haast, om er een uur vroeger te zijn ? De refugio is pas open om 16u. Ik besloot hen toen op te wachten. Ondertussen passeerden tientallen stappers, maar ik had mezelf overwonnen : ik had mezelf een trager tempo opgelegd en begon om 10u te genieten van de dag. We hebben toen samen een pintje en een broodje besteld en achteraf gepicknickd op de bergweiden tussen de tientallen schapen, zalig. We waren gisteren zo euforisch over de landschappen, het bijeenzijn, alle andere indrukken dat we moeilijk konden slapen. Vandaag al wat vermoeider van 2 zware etappes en zullen we zeker beter slapen.
Vandaag eindelijk vertrokken, de spanning is weg. Gisteren bij mijn dag in St-Jean in de juiste stemming kunnen komen. St-Jean is de traditionele verzamelplaats voor pelgrims, vlak voor ze de Pyreneeën overtrokken. Per dag vertrekken hier 100 wandelaars van alle nationaliteiten. Deze morgen stond ik in het pikdonker al om 6u30 aan het onthaalcentrum om te zien of ik met anderen kon vertrekken. De eersten waren 2 vrouwen alleen en we zijn onmiddellijk vertrokken : met Monika, 37 en uit Brazilië en met Maria, een twintiger uit Zweden. Maria hebben we spijtig genoeg al vroeg moeten achterlaten, en we kregen onderweg gezelschap van Jaak, een Nederlander van 70. Jaak was al 10 dagen onderweg van in Pau met een rugzak van 15 kg. Het was een heel mooie dag, 8u30 stappen, onderweg 1 auberge om iets te drinken en 1 bron. Maar de panorama's van de moeilijkste route, waarover Napoleon met zijn legers trok, zijn voor ons onvergetelijk. Er was veel volk onderweg, je ziet altijd wandelaars voor en achter je, ok veel vrouwen alleen, en verbazingwekkend veel jonge mensen. Ook meegestapt met priester van 29 uit Zuid-Afrika, die momenteel in Tongerlo zit en zijn overplaatsing kreeg in Postel over 3 maanden. In de tussentijd kan hij de tocht doen, hij vertok in Lourdes 4 dagen geleden aan 50 km per dag, ze konden er dus niet lang bijblijven. Om 19u eten we een pelgrimsmenu aan 9 euro en we slapen voor 6 euro. Om 20u is er traditioneel hier in Roncevalles een mis om alle pelgrims te zegenen voor hun tocht. Hier vertrekken degenen die de overtocht over de Pyreneeën willen vermijden, hoewel het zeker een aanrader is, als je het fysiek kan. Om 22u gaat het licht uit en om 6u terug aan. Voor 8u moeten we weg zijn.
De reis is goed verlopen. St-Jean-Pied de Port is een pittoresk stadje, veel volk gisteren en vandaag ook, want markt. Ik had een snipperdag bijgeteld en die vandaag al voor vertek genomen, want wat vermoeid van afgelopen week. Zo kan ik morgen uitgerust vertrekken rond 7u. Eerste etappe 25 km en niet gemakkelijk, want Pyreneeën over, de afstand schrikt me niet af, wel het dragen van de rugzak, maar er worden mooie uitzichten beloofd. Tof van de aanmoedigingen die ik al kreeg. Foto's bijzetten kan vandaag nog niet, probeer ik morgen ergens.