Taak RZL
Inhoud blog
  • Logboek taak RZL
  • Stap 6: lezersbrief
  • Stap 5: resultaten bronnenonderzoek
  • stap 4:bron 11: boek: omgaan met kansarmoede
  • stap 4: bron 10: visietekst brede school
    Zoeken in blog

    Beoordeel dit blog
      Zeer goed
      Goed
      Voldoende
      Nog wat bijwerken
      Nog veel werk aan
     
    16-04-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stap 4: bron 2: bijwonen van een debat over diversiteit in het onderwijs
    Klik op de afbeelding om de link te volgen Bijwonen van een debat over diversiteit in het onderwijs. Datum: 25/04/2015 Waar: Mater- Dei Leuven

    Leden van het debat:
    - Lieven Boeve ( Directeur - Generaal VSKO)
    - Mohamed Ridouani ( Schepen van onderwijs Leuven)
    - Orchan Agirdag (Socioloog Universiteit van Amsterdam)
    - Agnes Claeys (Voorzitter CASS- SKBLV)

    Indien mogelijk persoonlijk enkele vragen stellen.

    Vragen:
    - Hoe kunnen scholen omgaan met kansarmoede?
    - Zijn er culturele of religieuze verschillen waar scholen moeten rekening met houden bij het bestrijden van kansarmoede?
    - Kunnen leerkrachten concrete stappen ondernemen op klasniveau tegen kansarmoede? Zo ja, welke?

    Het debat

    Het debat ging over de verschillende nationaliteiten in de school en de kansen die het bied voor de leerlingen. Hoe de school het beste om kan gaan met de diversiteit. Dat Mater-Dei een voorbeeld zal zijn voor scholen in de toekomst. Door de stijgende diversiteit in ons land, zullen andere scholen ook steeds meer multicultureel worden. Mater- Dei zal dan een leerschool zijn voor de andere scholen.

    Mijn mening

    Omdat het debat vooral ging over multiculturaliteit was het voor mijn onderzoek van RZL minder relevant. Toch ben ik blij dat ik het debat heb bijgewoond. Het heeft mij zeker dingen bijgeleerd over het omgaan met multiculturaliteit in het onderwijs, voor later als ik voor de klas sta. Eveneens heb ik de kans gekregen om enkele vragen te stellen aan mensen die ik anders niet had kunnen bereiken. Het debat vindt u via onderstaande link.

    Bevraging Mohamed Ridouani: schepen van onderwijs Leuven

    Hoe kunnen we kansarmoede leerlingen zo goed mogelijk opvangen in het onderwijs?

    Als school kan je sterk inzetten op het op tijd naar school brengen van de leerlingen. Al vanaf de instap klas. De school kan hiervoor de ouders aanspreken. Het is belangrijk dat de leerlingen een vaste school structuur hebben. Als de ouders naar school gaan belangrijk vinden, gaan de kinderen dit ook vinden. Hierdoor zal hun inzet en motivatie groter zijn om te studeren. Zo hebben ze later meer kansen om te slagen in de maatschappij en uit de armoede te geraken. Ook inzetten op de taal is een belangrijke rol van de school. De ouders het belang van de Nederlands taal ( Frans in Wallonië) doen inzien. Het spreken van de landstaal is een eerste stap voor de inburgering in het land en biedt meer kansen tot werk. Hierdoor kunnen de ouders die in kansarmoede leven weer een stap zetten in de goede richting. De school kan dit doen door de leerlingen het belang van het Nederlands te laten inzien en zo hun ouders aan te sporen Nederlands te spreken. Het betrekken van de ouders bij het schoolgebeuren van hun kind kan ook een positieve invloed hebben. Zoals eerder vermeld als de ouders positief zijn over school, zal dit worden overgebracht naar de leerlingen.

    Mijn mening

    Door de antwoorden van Meneer Ridouani heb ik geleerd dat een school niet enkel moet inzetten op maatregelen voor de leerlingen. Door de ouders te betrekken bij het schoolgebeuren heeft dit een positieve invloed op de leerlingen. Hierdoor wordt het probleem van kansarmoede niet aangepakt, maar biedt de school wel een kans om uit een vicieuze cirkel te stappen. Doordat de leerlingen de voldoende kansen krijgen om te studeren en later werk te vinden. 

    Website Mohamed Ridouani: schepen van onderwijs Leuven:

    Artikel over de besparingen van de Vlaamse Regering op onderwijs. Geschreven door Mohamed Ridouani: schepen van onderwijs Leuven op 12 december 2014.

     

    Tot nu toe kregen scholen van de reguliere werkingsmiddelen en extra middelen op basis van sociale economische status van de leerlingen. Dit wil zeggen dat scholen met leerlingen waarvan er geen inkomen is uit werk, waarvan de ouders geen Nederlands spreken, waarvan ze onder kansarmoede vallen extra middelen krijgen om die leerlingen te begeleiden. Het gaat hier over 1 op de 4 leerlingen van Leuven.
    Waarvoor gebruiken scholen dit extra geld? Voor het aankopen van ICT, hierdoor kunnen ze de leerlingen ICT vaardigheden bijbrengen waar ze thuis de kans niet toe hebben. Eveneens voor de aankoop en het onderhoud van materialen die bijdragen tot de taalontwikkeling en de motorische ontwikkeling van de leerlingen. Ook worden de middelen gebruikt voor het organiseren van laagdrempelige activiteiten voor de ouders, zodat de ouderbetrokkenheid stijgt. Als laatste worden de middelen ook gebruik voor culturele uitstappen die niet passen binnen het maximum factuur.
    Door deze extra middelen in te trekken worden de jongeren die extra hulp nodig hebben het eerste geraakt.

    Mijn mening

    Uit het artikel heb ik geleerd dat de extra middelen voor scholen zeker belangrijk zijn om kansarme leerlingen gelijke kansen te bieden in het onderwijs. Ik weet dat we in een periode zitten van besparingen, dus ik besef dat het onderwijs ook moet besparen. Ik weet echter niet of het een goed idee is om te besparen op de extra middelen van een school. Als deze middelen er inderdaad voor zorgen dat kansarme leerlingen gelijke kansen krijgen in het onderwijs, moet dit zeker behouden worden. Het is aan de regering om na te gaan dat scholen deze extra middelen goed besteden. Als door deze besparingen de risico jongeren geraakt worden, zal het probleem van kansarmoede enkel blijven stijgen en komen we nooit tot een evenwichtige maatschappij.

    Bevraging kleuteronderwijzeres Mater-Dei:

    Wat kunnen leerkrachten doen om kansarmoede leerlingen in hun klas op te vangen, te begeleiden? Kosten te besparen voor de ouders?

    Als eerste is het belangrijk om de leerlingen een duidelijke structuur te bieden. De leerlingen moeten regelmatig naar school komen, op tijd naar school komen. Dit is aan de KO om te melden aan de directie als er problemen rond ontstaan. Dan kan de directie stappen ondernemen. Door een regelmaat krijgen de kinderen de maximale leerkansen.
    De ouders gaan vaak overdrijven in hun uitgaven voor hun kinderen, hierdoor is kansarmoede moeilijker op te sporen door enkel naar de kinderen te kijken.
    Toch zijn er algemene maatregelen voor de hele klas die geen kwaad kunnen.
    De leerlingen hun koek in een koekendoosje laten steken, zo hoeven ze geen hele koek mee te nemen. Want een koek is vaak goedkoper als ze niet apart verpakt zijn. Het drinken wordt in drinkbeker gedaan, om dezelfde regen. Een grote fles water is goedkoper als kleinere flessen. Bij een drinkfles kan de KO ook bijvullen met water van de kraan. Deze maatregelen worden in het begin van het jaar tijdens een gezondheidsweek besproken met de leerlingen en met de ouders. De ouders worden hier ook bewust gemaakt dat er gezondere en goedkopere alternatieven bestaan voor koeken mee te nemen naar school. Als laatste is er ook een maximumfactuur per kleuterklas en leerjaar. Hierdoor weten de ouders op voorhand hoeveel ze aan uitstappen maximum moeten betalen.

     

    Mijn mening

    Een gezondheidweek waar alle ouders in betrokken worden vind ik een goed idee. De kleine maatregelen die kunnen genomen worden om geld te besparen zijn niet enkel interessant voor ouders die het moeilijker hebben, maar ook voor de andere ouders. Zoals hierboven vermeld leven we in een periode van besparingen. Door deze kleine maatregelen kunnen alle ouders bewuster omgaan met hun uitgaven en is het een kleine stap om geen nieuwe arme te maken in ons land.


    Bijlagen:
    http://www.youtube.com/watch?v=AqCNw4lVfYQ   



    16-04-2015, 00:00 geschreven door Carlyn Pollenus  
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stap 4: bron 1: beleidsnota armoede bestrijding 2014 - 2019

    Bron: L. Homans (2014). Beleidsnota armoede bestrijding 2014 – 2019.

    Wat zijn de wettelijke bepalingen rond de armoede grens in België? (enkele cijfers op een rijtje).

    Armoede is een netwerk van sociale uitsluiting dat zich uitstrekt over meerdere gebieden van het individuele en collectief bestaan.

    Het risico op kansarmoeden ligt in Vlaanderen zeer hoog. 680.000 personen in Vlaanderen hun inkomen ligt lager dan de armoede grens. De armoede grens bedraagt in België €973/maand voor een alleenstaande en €2.044/maand voor een gezin met 2 kinderen. Van de 680.000 personen leven 50% in langdurig armoede. In 2012 gaven 15,3% (960.000 personen) mensen aan moeilijk rond te komen met hun inkomen.
    Deze cijfers liggen nog hoger in Brussel. In Brussel leeft 1/3 van de personen onder de armoedegrens, hiervan is 5% afhankelijk van een inkomen van het OCMW. Kinderarmoede is in Brussel eveneens een groot probleem meer dan 1/5 kinderen leeft in een huishouden zonder inkomen uit werk. Kinderarmoede in cijfers: in 2012 leefde 10,9% en in 2013 11,2% kinderen in een huishouden zonder inkomen uit werk. 9,5% van de jongeren tussen 18 en 24 jaar leven van een leefloon.

    EU2020 (tienjarenplan voor de groei van de Europese Unie) heeft als doel om tegen 2020 het aantal armen of sociaal uitgesloten in de hele Unie met 20 miljoen te verminderen. Hiervoor is een nieuwe armoede – indicator opgesteld. Iemand voldoet aan de nieuwe indicator als hij of zij aan minstens één van de drie voorwaarde voldoet. De voorwaarden:

    -          - Hij of zij leeft in een gezin met een inkomen onder de nationale armoederisicodrempel.

    -          - Hij of zij leeft in een gezin met ernstige materiële deprivatie (het gezin mist minstens vier items uit een lijst van negen basisitems wegens financiële redenen. De negen items zijn: een week vakantie buitenshuis per jaar, een maaltijd met vis, vlees, kip of vegetarisch alternatief om de twee dagen, een wasmachine, een kleuren-tv, een telefoon/GSM, een auto, de rekeningen voor huur, hypotheek, nutsvoorzieningen of andere aankopen kunnen betalen, het huis degelijk kunnen verwarmen, beperkte onverwachte financiële uitgave (900 euro) kunnen doen).

    -         -  Hij of zij is jonger dan 60 jaar en leeft in een gezin met een zeer lage werkintensiteit.

    Volgens de nieuwe armoede – indicator van de EU2020 leven 16% (ongeveer 1 000 000 mensen) van de Vlamingen in armoede. Zelfs 1% (80 000 personen) van de Vlamingen voldoen aan de drie voorwaarden. 

    Mijn mening

    In België zijn er meer mensen waarvan hun inkomen lager ligt als de armoede grens, dan ik had verwacht. Ik wist dat niet iedereen het in België eenvoudig heeft om rond te komen, toch hebben de cijfers mij overvallen. Dat de cijfers hoger liggen in Brussel had ik verwacht. De beleidsnota heeft dit echter bevestigd. Dat er zoveel kinderarmoede was in Brussel is een logisch gevolg, maar was voor mij toch een schok. 1 op de 5 jongeren leeft in een gezin zonder inkomen uit werk. Dan vraag ik mij af hoe deze jongeren hun schoolkansen liggen? Leven deze kinderen dan in een vicieuze cirkel? Wat kan het school hier aan doen? 

    Ik vind het goed dat Europa een tienjarenplan heeft opgesteld met als doel de armoede te doen dalen. De vraag blijft of dit gaat werken? De cijfers zijn confronterend. Zeker als we weten dat niet alle mensen dat in armoede leven dit vertellen of tonen. Zijn deze cijfers dan juist? Of is er nog veel meer verdoken armoede?



    16-04-2015, 00:00 geschreven door Carlyn Pollenus  
    19-03-2015
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stap 1: onderwerp afbakenen

    Als onderwerp voor de taak van RZL heb ik gekozen voor ‘hoe omgaan met kansarmoede op school’. Ik heb verschillende aanleidingen om rond dit onderzoek te werken.

    Als eerste heb ik voor dit onderwerp gekozen omdat de halve dag stage tijdens de Brusseldag mij enorm heeft aangegrepen. Ik heb de kans gekregen om een halve dag mee te lopen in kleuterschool in Woluwe. In de school voldeden 80% van de kinderen aan de normen om als kansarm beschouwd te worden. Ik ben zelf opgegroeid in een warm gezin, zonder enige geldnood. Tijdens mijn periode op school ben ik ook nog nooit geconfronteerd geworden door armoede. Daardoor was het bezoek aan de school des te schokkender. Toch merkte je dit niet aan de kinderen. De school had een heleboel maatregelen getroffen om de ouders zo goed mogelijk te begeleiden. Tijdens de uitleg van de directrice wou ik graag meer over de maatregelen weten.

    Als tweede heb ik voor dit onderwerp gekozen omdat in de school waar ik nu stage loop, eveneens veel kinderen naar school gaan die het thuis moeilijker hebben. Mijn mentor heeft hiervoor enkele kleine maatregelen om niets te verspillen. Bijvoorbeeld: als een drankje nog niet leeg is, aan de kant zetten voor het volgende drink moment/ een fruitje of koek dat nog niet op is opnieuw in de boekentas steken. Hierdoor heb ik ontdekt dat je als persoon ook veel kleine dingen kan doen om ouders en hun kinderen te helpen. Alle beetjes helpen de mensen in een financieel moeilijke situatie vooruit.

    Als derde heb ik voor het onderwerp gekozen omdat steeds meer immigranten het slachtoffer worden van de armoede. De mensen die hier in België een nieuwe start zoeken. Die mensen krijgen deze kans niet omdat ze vaak in de armoede terecht komen. Ik vind dan ook dat iedereen zijn steentje kan bijdragen. Iedereen verdient de kans op een mooi leven. De leerkrachten kunnen dus ook bijdragen aan het tegengaan van de armoede. 

    Als laatste heb ik voor dit onderwerp gekozen omdat ik voor tijdens mijn carrière als kleuteronderwijzer zoveel mogelijk wil kunnen helpen voor de ouders die het moeilijker hebben. Door het onderzoek kan ik zelf een beeld vormen over hoe ik kansarmoede in mijn klas wil aanpakken. Ik heb armoede lang genoeg buitengesloten in mijn eigen wereld.

    Ik heb tijdens mijn opleiding al geleerd dat armoede een grote(re) rol begint te spelen in het onderwijs. Als leerkracht kan je u steentje bijdragen aan het bestrijden van armoede. Hoe? Dat wil ik gaan uitzoeken. De vierde wereld wordt steeds groter en groter. We mogen niemand vergeten en iedereen moet kansen krijgen om zich tot een persoon te ontwikkelen dat hij/ zij wilt zijn.



    19-03-2015, 17:16 geschreven door Carlyn Pollenus  
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stap 1: artikel over kansarmoede

    Scholen worden vangnet voor ‘nieuwe armen’

    2 oktober 2013 

    Steeds meer scholen in Vlaanderen zien de armoede bij hun leerlingen toenemen. Leerlingen komen met een lege maag of zonder boterhammen naar school, oudere leerlingen zoeken een bijjob… Vaak gaat het om ‘nieuwe armen’: gezinnen die hun levensstijl drastisch moeten aanpassen na een scheiding of werkloosheid. Omdat ze zich schamen om elders hulp te zoeken, is de school voor hen meestal het eerste vangnet.

    “De ‘nieuwe armen’ bestaan, de groep groeit”

    Een op de tien gezinnen in Vlaanderen loopt het risico om in armoede te verzeilen. Maar achter deze officiële cijfers gaat een groeiende groep gezinnen schuil die in verborgen armoede leven. ”Vijftien procent van de Vlamingen zegt dat ze het moeilijk hebben om rond te komen, bij eenoudergezinnen zelfs 39 procent”, zegt prof. Danielle Dierckx van het Centrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES, Universiteit Antwerpen). “Steeds meer mensen stapelen de schulden op. Bovendien neemt het aantal faillissementen en echtscheidingen toe. De groep ‘nieuwe armen’ bestaat, en groeit steeds.”

    ’Nieuwe’ armen hebben het vroeger vaak goed gehad maar moeten zich plots afvragen hoe ze het financieel zullen beredderen. Ze moeten hun levensstijl aanpassen, hebben het gevoel dat ze niet meer mee kunnen. Dat ligt mentaal bijzonder moeilijk… De schaamte is groot. Sommige armen geraken geïsoleerd of sluiten zich op. Maar evengoed houden ouders de schone schijn zo lang mogelijk op en gaan daarvoor een lening aan. Daarom blijven veel nieuwe armen op school zeer lang onder de radar: je merkt er niks van. “Er is veel schaamte bij ouders, jonge kinderen flappen het er soms uit: ‘Papa heeft geen werk meer’. De school is een uitgelezen plek om die ouders te spotten”, zegt Erna De Roeck, directeur d’Oefenschool in Blankenberge.

    “Zonder boterhammen naar school”

    Steeds meer leerlingen komen zonder boterhammen of met een lege maag naar school. Veel scholen geven daarom gratis soep. Dat gebeurt ook in het TNA Londenstraat Antwerpen. “Soep kost zo goed als niets, dus krijgt iedereen hier een kommetje”, zegt Bart Crikemans, leraar schilderen en decoratie aan het TNA Londenstraat in Antwerpen.  Hij is actief in de armoede werking. “Op een voedselbedeling begon een mama van dertig te wenen. ‘Is het de eerste keer?’ vroeg ik. ‘Ja’, zei ze. Naast de derde en vierde wereld heb je nu ook de vijfde wereld: die van de verborgen armen.”

    Nieuwe armoede zorgt ook voor andere problemen: jongeren zoeken bijvoorbeeld een bijjob om de thuiskas te spijzen (en spijbelen daarom soms). “Ik maak me zorgen over de ongekwalificeerde uitstroom: welk rolmodel heeft een leerling van achttien die zijn ouders nooit heeft zien werken?”, zegt Denis Vonckers, algemeen directeur Scholengroep 14 Maasland. Tegen eind 2014 gaan de fabrieken van Ford Genk definitief dicht.  “De netwerken rond de scholen worden steeds belangrijker: CLB, opvoedingswinkel, CAW , OCMW … Zij bereiden zich voor op meer ouders met een depressie of alcoholprobleem”, zegt hij. “Veel van onze scholen hebben vriendenkringen. Die zetten zich vroeger in om extra geld te genereren voor de school in het algemeen: het sinterklaasfeest, uitstappen, schoolmeubilair, opsmuk van de speelplaats. Meer en meer krijgen zij nu vragen van directeurs om individuele gezinnen te ondersteunen.”

     

    (http://www.klasse.be/leraren/37933/scholen-worden-vangnet-voor-nieuwe-armen/)



    19-03-2015, 17:15 geschreven door Carlyn Pollenus  
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stap 2: eigen voorlopig standpunt

    Kansarmoede is een breed gegeven. De armoede grens is wettelijk bepaald in België. Is kansarmoede voor iedereen dan hetzelfde?
    Volgens mij niet. Ik denk dat iedereen een eigen visie heeft op wat kansarmoede inhoud. Voor mij is leven in armoede wanneer je op het einde van de maand moet tellen om rond te komen. Als je niet elke dag een normale maaltijd kan klaarmaken, maar je moet uitrekenen wat je wel of niet kan klaarmaken. Dat is voor mij armoede. Voor andere mensen kan armoede iets helemaal anders inhouden.

    Ik ben ervan overtuigd dat iedereen in de samenleving zijn steentje kan bijdragen om kansarmoede te bestrijden. De dag van vandaag zijn er veel meer risico gezinnen. Dit komt vooral door de crisis en de werkloosheid. Gezinnen dat vroeger rond kwamen, moeten nu meer letten op wat ze uitgeven.
    Als ik nadenk over de vraag hoe ik mensen die in kansarmoede leven kan helpen, weet ik hier niet direct een antwoord op. Toch zullen er verschillende mogelijkheden bestaan. Daarom heb ik ook voor het onderwerp gekozen. Ik wil een beter zicht krijgen over hoe ik kan omgaan met kansarmoede. Niet enkel in het algemeen, maar voornamelijk in de klas. Hoe kan je kansarme ouders van kleuters hun financiële bijdrage zo minimaal mogelijk houden en zorgen voor geen verspilling.
    In de kleuterklas kunnen we de basis leggen voor een financieel gunstig onderwijs voor de ouders.

    Er bestaan veel vooroordelen rond kansarmoede. De vooroordelen bestaan er vaak uit dat die mensen hun kinderen verwaarlozen, of hun eigen verwaarlozen voor hun kinderen. Dat mensen in kansarmoede geen kansen krijgen in de maatschappij en in een vicieuze cirkel leven, hierdoor criminaliteit nooit ver weg is. Het is belangrijk om die vooroordelen los te laten. We zijn allemaal mensen en we verdienen allemaal dezelfde kansen.

    Dit geldt ook voor mensen uit een andere cultuur. Vaak immigreren mensen naar België (Europa) en wordt hun het beloofde land beloofd. Tot ze hier eenmaal aankomen. Ze hebben niets en komen vaak in de armoede terecht. Ook deze mensen verdienen een kans in onze samenleving.

    Is kansarmoede hetzelfde in andere culturen? Deze vraag stel ik mij. Mensen met een andere achtergrond of een ander geloof. Gaan zij hetzelfde om met armoede?

    Ik heb een beeld wat kansarmoede kan zijn in ons land en onderwijs, maar volgens mij is mijn beeld nog lang niet volledig. Ik wil dan ook meer weten over hoe we met kansarmoede moeten omgaan. Hoe we iedereen gelijkwaardige kansen kunnen bieden.

    Ik ben dan ook klaar om de confrontatie aan te gaan met een wereld waar ik mij 21 jaar lang voor het afgesloten.



    19-03-2015, 17:15 geschreven door Carlyn Pollenus  
    Klik hier om een link te hebben waarmee u dit artikel later terug kunt lezen.Stap 3: Leervragen formuleren

    1) Wat zijn de wettelijke bepalingen rond de armoede grens in België? (enkele cijfers op een rijtje).

    2) Hoe omgaan als school met kansarmoede gezinnen in scholen met een groot aantal verschillende culturen en geloven?

    3) Hoe omgaan als leerkracht met kansarmoede in de klas? (preventie, lessen geven,…)



    19-03-2015, 17:14 geschreven door Carlyn Pollenus  
    Archief per week
  • 10/08-16/08 2015
  • 01/06-07/06 2015
  • 25/05-31/05 2015
  • 13/04-19/04 2015
  • 16/03-22/03 2015
    E-mail mij

    Druk op onderstaande knop om mij te e-mailen.

    Gastenboek

    Druk op onderstaande knop om een berichtje achter te laten in mijn gastenboek

    Blog als favoriet !

    Blog tegen de wet? Klik hier.
    Gratis blog op https://www.bloggen.be - Meer blogs