Zet de champagne koud, serveer het gebak, steek het vuurwerk af, want vandaag ben ik jarig! En wel voor de veertigste keer in mijn leven.
Veertig, een rond getal. Ook een mooie leeftijd om maar eens een balans op te maken. En waarom niet gelijk van de gelegenheid gebruik maken om me aan een eerste weblog te wagen? Het moet er eens van komen en ik vind een veertigste verjaardag best wel een gepast moment om aan iets nieuws te beginnen. Tenslotte, zegt men, begint het leven bij veertig. Voor mij zal deze stelling zich echter nog moeten bewijzen, want iets écht geloven doe ik eerst nadat ik het aan den lijve ondervonden heb
wat me meermaals tot schade en schande bracht. Ja, had ik maar, of net niet. Tijd dus om eens terug te blikken op de afgelopen veertig jaar.
Veertig worden voelt ook wat vreemd aan, voor mij althans. Ik kan me voorstellen dat het anderen ook zo vergaat. Niet dat het een vreselijke ervaring is, nee, gewoon een vreemd gevoel. Is het misschien het besef dat ik langzaam maar zeker ouder word? Kan zijn, hoewel de jeugdigheidscultus nooit van grote betekenis voor me was. Wie weet dan al hoe oud onze zielen zijn? Afgaande op het uitzicht schat men me ook meestal wat jonger. Soms zelfs tot tien jaar onder de werkelijkheid, hoewel ik in dat geval ietwat twijfel aan des schatters eerlijkheid; of het aan slechte ogen wijt, die de witte haartjes in mijn donkere kruin niet zien oplichten, en de fijne rimpeltje die zich langzaam maar zeker langs mijn gezichtsuitdrukkingen aftekenen niet detecteren. Ik kan ook niet zeggen dat ik meer met kwaaltjes en andere lichamelijke ongemakken heb af te rekenen dan pakweg twintig jaar geleden. Eigenlijk heb ik altijd al een goede gezondheid gehad. (Hout vasthouden!)
Nee, ik denk niet dat de fysieke veroudering an sich dit vreemde gevoel veroorzaakt, maar toch moet het iets met de leeftijd te maken hebben. Ik herinner me namelijk een vergelijkbaar gevoel pakweg tien jaar geleden een eerste keer te hebben ervaren. En eigenlijk is het sindsdien altijd op de achtergrond blijven nazinderen, om blijkbaar nu, op het moment dat ik van dertiger tot veertiger zal worden, opnieuw te pieken. Tja, wat is het dan, dat vreemde gevoel?
Zou het het vallen van de bladeren kunnen zijn, wat voor een herfstkind logischerwijs telkens rond de verjaardag plaatsvindt? Is het misschien een macrokosmische cyclus die om de tien jaar rond is en invloed op het aardse leven uitoefent? Of ligt de oorsprong van dit vreemde bevinden in een naderende midlifecrisis? Wie weet, maar hoe verklaar ik dan het gelijkaardige gevoel van tien jaar geleden? Of is het dat cijfertje van de tientallen, dat met één toeneemt en waaraan men gewoon moet wennen?
Misschien moet ik deze vreemde gewaarwording eerst trachten te beschrijven om te kunnen begrijpen waar ze vandaan komt.
Er is het gevoel dat ik niet werkelijk in mezelf thuishoor. Of beter: het verwachtingspatroon dat van buitenaf aan me wordt gesteld komt steeds minder overeen met mijn ware ik. Eigenlijk was er altijd al een beduidende discrepantie aanwezig tussen de normen van de moderne westerse maatschappij en dat wat binnenin me leeft, wat mijn ziel uitmaakt, mijn enige ware autoriteit. Met twintig schreef men mijn eigenzinnig gedrag nog aan de leeftijd toe; met dertig vond men dat het langzaam tijd werd om normaal te gaan doen, me dus volgens de opgelegde norm te gedragen. Maar een veertiger, die moet toch wel tot de jaren van verstand gekomen zijn. Nou, als men daarmee bedoelt dat ik maar eens moet gaan leven en consumeren zoals het de producenten en hun handlangers behaagt
dát mogen ze dan mooi op hun buik schrijven. No way!
Emancipate yourself from mental slavery, None but ourselves can free our minds.
~ Bob Marley ~
|