Neem ook een kijkje op Rubenmaakteenreisje om meer te lezen over de fietsreis van LA tot Rio de Janeiro
08-04-2011
De sprint door Angola
Het dure 5-dagen transitvisum voor Angola was uiteindelijk de woensdagnamiddag klaar zodat Renée en ik nog voor het donker de rit van ongeveer anderhalf uur van Matadi naar Luvo aan de Congolees-Angolese grens maakten. In Luvo mogen we andermaal gratis overnachten. Dit keer in een missiepost die ooit werd opgericht door pater Jozef uit Handzame. Hierdoor kunnen we 's morgens vroeg aan de grens verschijnen en onze 5 dagen in Angola optimaal benutten. Birte en Sebastian waren al een dag eerder vertrokken in hun LandCruiser. De Defenders met het Nederlands-Amerikaanse gezelschap zag het niet zitten om hun hele kamp in Matadi op te breken en weer op te zetten in Luvo en verkoos een hele vroege start vanuit Matadi. Door de langzame procedures aan de grens werden de Defenders en de Korando daar weer met elkaar herenigd. Het eerste stukje Angola was kort maar krachtig. De weg naar M'Banza Congo is op zich niet zoooo uitzonderlijk slecht maar is vooral heel erg hobbelig. We hebben in Matadi niet de moeite gedaan om de enorme hoeveelheden modder van onze auto te halen en nu de smurrie versteend is weegt alles zwaar door voor een roestende Korando. Eerst begeven de steunbaren waarmee de voettredes aan het chassis bevestigd zijn het aan beide kanten onder het hevige gedokker. Later verliezen we ook de beschermingskappen voor de remschijven. De combinatie van roest van 17 jaar ver, kilo's versteende modder en het gehobbel wordt ze fataal. Eéntje moeten we met de hand verwijderen, maar de ander koos zelf het hazenpad. De voettredes zijn nog in M'Banza Congo zelf gelast omdat het een heel irritant tikkend lawaai met zich meebracht. Nog steeds in M'Banza Congo kunnen we voor het eerst in Angola tanken. Dankzij de overvloed aan olie in het land vindt de overheid het een goed idee om diesel met verlies (30 eurocent per liter) te verkopen in de hoop het transport in het land wat te stimuleren. Mij lijkt het geen slecht idee om ook de investeringen in het wegennet nog wat op te drijven, al moet het gezegd worden dat ze goed bezig zijn... Zowat 1700 van de 2000 km van noord naar zuid kun je in Angola over onberrispelijk asfalt afleggen. De overige kilometers zijn echter zo slecht dat alles wat er iets té snel over wil naar de verdoemenis moet. Dat het de Korando niet zo goed bevallen is weten jullie al, maar ook de LandCruiser heeft de vering naar de filistijnen geholpen. Andere Duitse vrienden in een Mercedes-bus zijn onder andere hun uitlaat en nummerbord verloren. 2 Britse motorrijders die we al enele keren waren tegengekomen hebben na dag 1 een poging ondernomen om de ene motor die het nog deed de andere te laten trekken met als gevolg een zware valpartij en de rest van het traject achterop een tergend langzame truck en een zware boete er bovenop omdat ze het aantal dagen overschreden hadden. De LandRovers brachten het er dan nog het best van af. De rode Defender heeft alleen de remblokken helemaal opgebruikt en de blauwe Defender die te pas en te onpas gaat oververhitten was zo lief om tergend langzaam achter de kapotte Korando aan te bollen zodat hij niet eens de kans kreeg om te gaan oververhitten. De Korando zelf brak bij het begin van dag 2 een bladveer rechtsachter. Door deze breuk rechtsachter schoof de hele achteras schuin naar achter waardoor het rechter achterwiel op een centimeter van de carosserie van de auto kwam (nadat we de slepende bumper eraf gehaald hadden). Nog steeds door diezelfde breuk trok de hele auto scheef en weigerde ook de 4x4-functie dienst.Gelukkig mochten we van Niels alle zware bagage, het reservewiel en Renée in de blauwe Defender deponeren terwijl hij achter me aan reed voor als het allemaal slechter zou worden. De volgende 4 dagen heb ik dus helemaal in mijn eentje in een kapotte Korando mogen doorbrengen. Aandacht laten verslappen was daarbij geen optie, want elke stuurfout kon ons geliefde karretje fataal worden. 4 dagen na mekaar van zonsopgang tot zonsondergang supergeconcentreerd moeten rijden is geen pretje en ook al zag ik soms van uit een ooghoek dat de landschappen schilderachtig waren en de kleurschakkeringen bij zonsondergang schitterend waren, ik kon er niet echt van genieten.
Uiteindelijk waren we nog voor 16u op dag 5 aan de grens met Namibië. Daar speelde zich weer een nieuwe mini-anekdote af in de avonturen van Ruben&Renée in Afrika, maar ik word moe, dus zal dat moeten wachten tot morgen...
Ruim 300 aandachtige kijkers hadden al gezien dat er op http://www.mijnalbum.nl/Album=QVH8D6ZB weer 270 foto's te vinden zijn. De minder aandachtigen kunnen gewoon op de link in dit bericht klikken en meegenieten van Renée in bikini of Ruben onder de douche (want het offroaden, de landschappen en de zonsondergangen hebben toch beduiden minder hits).
Tussen het uitrijden van Kameroen en in het binnenrijden van Namibië zit grofweg 1 maand en achtereenvolgens de landen Gabon, Congo, Democratische republiek Congo en Angola. In heel die tijd hebben we afwisselend vrij gekampeerd in de prachtige natuur, in een nationaal park overnacht, een paar nachten bij een sjiek hotel gekampeerd, aan de rand van de oceaan geslapen, aan de rand van een zandweg moeten bivakkeren, een weeklang op de parking van een Vietnamees restaurant gestaan en verschillende missieposten gefrequenteerd voor onze overnachtingen. De vraag voor een nieuwe poll is: Op hoeveel plaatsen hebben we in die hele maand moeten betalen voor onze overnachting?
Tussen Sossusvlei en Sesriem konden we het eindelijk lekker rustig aan doen. We schrokken ons nog tot 2x toe een ongeluk toen opspattende steentjes van tegenliggers op de gravelwegen sterretjes in de voorruit maakten, maar dat kon de pret niet bederven. Op het akelige geluid van het rechter voorwiel na leek de auto het prima te doen en de landschappen in Namibië lijken recht uit de boekjes geplukt. Die nacht slapen we met 3 in het enige tentje dat waterdicht is. Al is slapen voor Renée en vdb misschien veel gezegd, want ook al was het gevreesde plaatsgebrek geen probleem, het is de hevige wind die hen wakker houdt. De volgende morgen ontsnappen we ontelbare keren hel nipt aan hevige regens die we in de buurt kunnen zien neerkletsen, maar wij blijven gezellig dakloos cruisen en zetten na een fotoshoot op de Steenbokskeerkring koers naar het kuststadje Swakopmund.
Ondertussen zijn we in Swakopmund op een mooie camping beland waar toevallig ook Stanley, Julia, Niels en hun Defenders staan. Ook zij zijn vergezeld van visite en hebben een gelijkaardig schema in gedachten. Terwijl ik op dit moment in een garage wacht terwijl ze mijn kapot rollement (wiellager? in het algemeen Nederlands?) van het rechter voorwiel proberen op te lappen zijn vdb en Renée waarschijnlijk met hen door Swakop op pad en bezig om één of andere leuke activiteit voor ons te boeken. Hoogstwaarschijnlijk trekken we deze namiddag de onmetelijke duinenvelden in bovenop quads. Well keep you posted!
Samen met de blijde intrede van vdb mochten we ook de aankomst van onze auto-onderdelen vieren. Vdb kwam met een occasie bladveer aangedraven, met nieuwe remblokken en occasie remcilinders. Bruce the backyardmechanic had alles al klaargemaakt en kwam op zondag hoogstpersoonlijk langs om de stukken op te pikken en aan de slag te gaan. We hadden er goede hoop op dat alle werk op maandag achter de rug zou zijn zodat we dinsdagmorgen meteen Windhoek konden verlaten in de richting van Sossuvlei. Vdb heeft echter kennis gemaakt met de gang van zaken in Afrika. Tijd is hier een relatief begrip en afspraken maken is niet altijd makkelijk. Daarenboven waren ook de hele remklauwen aan vervanging toe en moest nog naar geschikte onderdelen daarvoor gezocht worden. Het plan om op dinsdag te vertrekken mocht dus al snel opgeborgen worden. We lieten het niet aan ons hart komen. Er moest nog veel bijgepraat worden en we genoten van het lekkere weer om wat te volleyballen in het water. Als het er op dinsdagochtend echter op begon te lijken dat het allemaal nog wat tijd in beslag kon nemen ben ik maar naar Bruce toe gegaan om en handje toe te steken en wat druk te zetten. Uiteindelijk waren we op woensdagochtend dan helemaal in onze nopjes dat we met een degelijk herstelde auto op pad konden. We waren echter nog maar een paar minuten ver toen ik bij een korte tussenstop voor inkopen opmerkte dat we remvloeistof lekten. De zoektocht naar iemand die zin, tijd en de geschikte uitrusting had om ons een nieuwe remleiding te bezorgen verliep niet van een leien dakje, maar uiteindelijk vonden we toch een zaak die een remleiding op de juiste lengte kon maken. Het ombuigen naar de juiste vorm en het monteren was ze te veel werk en mocht ik zelf doen Ik krabde even achter mijn kleine oortjes, maar uiteindelijk was het veel makkelijker dan ik dacht. Of misschien ben ik gewoon wel veel handiger dan iedereen denkt
Woensdagmiddag konden we dus met anderhalve dag vertraging uiteindelijk toch vertrekken naar Sossuvlei. De remmen voelden nog wat zacht aan en er was nog een vreemd geluid aan het rechter voorwiel, maar de veer en de 4X4 waren tenminste prima in orde. De omgeving tussen Windhoek en Sossuvlei is prachtig en ondanks het feit dat we onder tijdsdruk stonden vanwege een reservatie waar we voor 18u moesten zijn, konden we toch genieten van de rit over de afwisselend dorre en dan weer groene heuvels. Net toen we er begonnen in te geloven dat we de deadline van 18u onverhoopt toch nog konden halen merkte een attente fietser in een godvergeten niemandsland op dat we een lekke band hadden. Met tegenzin monteerden we ons gehavende reservewiel, of beter gezegd, lieten we monteren door de verdwaalde fietser die tegelijk ook mecanicien leek te zijn. Bij aankomst in Sesriem leek het geluk eindelijk aan onze kant te zijn. Ook al waren we te laat, we konden het nationale park nog in en ook al was het tankstation al 2 uren gesloten, toch waren ze bereid om onze dieseltank nog vol te gooien. We kregen een mooi kampeerplekje en de heldere sterrenhemel daar zo in die uitgestrekte woestijn hielp alle stress meteen de wereld uit.
De volgende ochtend was ik al om 4u30 uit de veren. Het plan was om in de auto te stappen en in de richting van de immense duinenvelden te rijden om daar op de zonsopgang te wachten. De auto besliste daar echter anders over. Ook het reservewiel heeft het gedurende deze korte nacht begeven en dus mag ik in allerijl het oorspronkelijke wiel oplappen en met mijn handpompje gaan oppompen. Haast en spoed is zelden goed, dus houdt mijn snel opgelapte band na enkele kilometers al op te bestaan. Renée en ik vloeken even binnensmonds, maar vdb heeft er geen enkel bezwaar tegen om dat gewoon hardop te doen. We maken ons echter niet te veel zorgen, want bij het binnenkomen van het park wisten ze ons te vertellen dat het duinenveld maar 6 km verderop was. Gezien het feit dat we toch een paar kilometer hadden kunnen rijden moesten we vlakbij zijn en gingen we gezwind te voet verder. Enkele honderden meter verder opperde ik nog even dat het misschien beter was om nog terug te lopen om een waterfles te halen, maar dat idee lieten we al snel varen Terwijl het langzaam licht begon te worden kruisten we springbokken, een vosachtige en struisvogels, maar leken de grote duinenvelden wel verrassend ver voor ons uit te liggen. Gelukkig mogen na zonsopgang ook dagjestoeristen het park in en langzaam maar zeker kwamen enkele voertuigen voorbij. Telkens als iemand ons weer gehaast voorbij zoefde zonder ons op te pikken weerklonken enkele hele luide en welgemeende vloeken dit keer niet alleen meer van vdb Uiteindelijk was een Italiaans koppel vriendelijk genoeg om ons in de kofferbak van hun gehuurde pick-up te gooien en ons het resterende stukje naar duin 45 mee te nemen. Duin 45 is de spot waar wij een half uurtje geleden naar begonnen te wandelen in de overtuiging dat we er bijna waren. Bij geen van ons 3 was het in dit vroege ochtenduur opgekomen dat duin 45, misschien wel 45 km van de entree was en dat de sossusvlei (de uiteindelijke eindbestemming) niet 6, maar wel 60 km verder was Zonder lift zou het een mooi wandelingetje geworden zijn zonder water en onder de loden zon van deze dodelijk hete woestijn! Anyway. Andermaal leek het erop alsof het geluk begon te keren, want bij duin 45 zagen we de LandCruiser van Birte en Sebastian staan JIts a small world after all ?!(echt niet hoor! Probeer er maar eens rond te fietsen, of zelfs met een jeepke van noord naar zuid te rijden ) Maar goed, vanaf duin 45 tot Sossuvlei konden we dus mee met onze Duitse vrienden en die boden meteen ook aan om later hulp te bieden met de auto. Woehoe!
Het bezoek aan sossusvlei zelf werd onvergetelijk. We beklommen de hoogste duin die we konden vinden. Omdat we nog steeds op pad waren zonder water of ontbijt genuttigd te hebben, kreeg vdb het tijdens die eindeloze klim wel even lastig, maar toen hij na de dolle afdaling in dead vlei stond leek hij alle miserie weer vergeten te zijn en kon ook hij met volle teugen genieten. Nadat ik samen met Sebastian de band had hersteld zoals het hoort, ging ik toch nog even bij het tankstation langs om ook de reserveband weer op te lappen. Daar zagen ze dat ook de band die ik met de Duitse ingenieur had gelapt nog een tweede gaatje had. Maar na de doortocht bij het service-station wisten we tenminste dat we weer met 5 degelijke banden verder konden.
Tussen Sossusvlei en Sesriem konden we het eindelijk lekker rustig aan doen. We schrokken ons nog tot 2x toe een ongeluk toen opspattende steentjes van tegenliggers op de gravelwegen sterretjes in de voorruit maakten, maar dat kon de pret niet bederven. Op het akelige geluid van het rechter voorwiel na leek de auto het prima te doen en de landschappen in Namibië lijken recht uit de boekjes geplukt. Die nacht slapen we met 3 in het enige tentje dat waterdicht is. Al is slapen voor Renée en vdb misschien veel gezegd, want ook al was het gevreesde plaatsgebrek geen probleem, het is de hevige wind die hen wakker houdt. De volgende morgen ontsnappen we ontelbare keren hel nipt aan hevige regens die we in de buurt kunnen zien neerkletsen, maar wij blijven gezellig dakloos cruisen en zetten na een fotoshoot op de Steenbokskeerkring koers naar het kuststadje Swakopmund.
Ondertussen zijn we in Swakopmund op een mooie camping beland waar toevallig ook Stanley, Julia, Niels en hun Defenders staan. Ook zij zijn vergezeld van visite en hebben een gelijkaardig schema in gedachten. Terwijl ik op dit moment in een garage wacht terwijl ze mijn kapot rollement (wiellager? in het algemeen Nederlands?) van het rechter voorwiel proberen op te lappen zijn vdb en Renée waarschijnlijk met hen door Swakop op pad en bezig om één of andere leuke activiteit voor ons te boeken. Hoogstwaarschijnlijk trekken we deze namiddag de onmetelijke duinenvelden in bovenop quads. Well keep you posted!
vdb is ondertussen al weer veilig en wel in Londen en wij komen even op adem in een leuke lodge in Gobabis. Morgen komt het uitgebreide relaas online, maar in afwachting kunt u al eens rustig gaan zitten om de 400 foto's van de hand van vdb te bewonderen... http://www.mijnalbum.nl/Album=V4YLXR4P