Vandaag in Zondag Frontpoëziedag het gedicht Wir Frauen van Olga Hayn-Höchstädter.
Het
verscheen op 5 november 1916 in Münchner
Neueste Nachrichten
Wir Frauen
Wir Frauen schicken unser Liebstes in das Feld, In eine mörderisch-wilde Waffenwelt. Voll heißer Ehrfurcht küssen wir die Hand, Die nach dem Schwert greift für das Vaterland.
Wir leiden mit und kämpfen um den Sieg Daheim und teilen Not und Krieg! All unser Denken ist ein heiß Gebet, Da eine Welt in Brand und Fieber steht.
In grimmer Wut ballt sich die stolze Kraft, Die für uns ringt und Sieg und Frieden schafft. Wir hoffen still und füllen uns´re Zeit Mit edlen Werken der Barmherzigkeit.
Wir sprechen Trost und fühlen heiße Wunden Wir leben schwarze, schicksalsschwere Stunden. Der Liebste tot aufrecht bleibt unser Sinn Doch tropfenweis´ fließt unser Herzblut hin.
In deze
rubriek sta ik geregeld stil bij de vele individuele gedenktekens die langs het
voormalige Westelijke Front te vinden zijn. George Edward Cecil was 18 jaar
toen hij op 1 september 1914 bij het Forêt de Retz in Villers-Cotterêts sneuvelde.
In een bocht langs de D 81 tussen Vivières en Villers-Cotterêts staat het gedenkteken
dat zijn moeder nade oorlog liet
plaatsen vlakbij de plek waar 94 mannen van zijn eenheid in een massagraf werden
begraven. Een treurende moeder staat in bas-reliëf bij het graf van haar
gesneuvelde zoon met daaronder de uitgehakte en passende tekst Passant ! Arrête-toi !
George Edward
Cecil werd op 9 september 1895geboren
als enig kind van Lord en Lady kolonel Edward Cecil. Hij had naar verluidt heel
zijn korte leven van een militaire carrière gedroomd en ging in 1913 studeren aan
de militaire Academie van Sandhurst. In februari 1914 kreeg hij een aanstelling
als aspirant officier in zijn vaders oude regiment, de Grenadier Guards. Op 13 augustus 1914 vertrok hij als tweede
luitenant met het 2e bataljon
naar Frankrijk. Aanvankelijk deed hij dienst als ordonnansofficier bij generaal
Scot Kerr maar toen zijn eenheid volop in terugtocht was over de Aisne kreeg
hij het commando over een peloton. Hij werd het laatst leven gezien toen hij op
1 september met getrokken zwaard een bajonetaanval van zijn peloton leidde in
het Forêt de Retz.
Amper
een paar weken nadat hij was gesneuveld bezocht zijn moeder al het gewezen
slagveld. Dat dit überhaupt mogelijk was, had wellicht te maken met de
maatschappelijke positie van de familie en het feit dat zijn vader een gewezen
onder-staatssecretaris van Financiën - sinds 1912 de belangrijkste financiële
adviseur en legerhervormer van het War
Office was . George Edward Cecil werd samen met drie andere gevallen Guards-officieren aanvankelijk begraven
op het kerkhof van Villers maar op verzoek van zijn ouders opgegraven, geïdentificeerd
en bijgezet op Guards Grave Cemetery dat
een paar honderd meter voorbij het gedenkteken ligt