Je leefde in de zesde eeuw voor Christus en was onder andere een wiskundige. Door velen word je beschouwd als één van de zeven wijzen... Je ontwikkelde een stelling die ervoor zou zorgen dat men het verband tussen de rechthoekszijden en de schuine zijde van een rechthoekige driehoek zou gaan inzien... Maar... heb je er ooit aan gedacht dat die stelling 2500 jaar na je dood nog steeds van kracht zou zijn? Dat diezelfde stelling niet alleen voor oplossingen , maar bij vele leerlingen van het secundair onderwijs ook voor extra problemen zou zorgen? Dat niet iedereen de logica van a²= b²+c² zou inzien? Mijn vraag aan jou is: als je zo slim was om deze stelling uit te vinden, heb je er dan ook ooit aan gedacht hoe we problemen omtrent het gebruik van deze stelling zouden kunnen oplossen? Neen? Wel, dikke merci zou ik zeggen! Want dankzij jou hebben veel leerkrachten nu een extra (alsof er nog niet genoeg zijn) kopzorg. Dankzij jou vrezen veel leerlingen te buizen voor een vak genaamd wiskunde...
In naam van al de leerkrachten die de stelling moeten uitleggen en in naam van alle leerlingen die ermee worstelen vraag ik jou: zend nog een wijze naar ons die deze stelling voor ons vergemakkelijkt!
Een (niet zo) wiskundige groet,
Aurélie.
Volgens mij heeft deze brief niet veel extra uitleg nodig. Ik denk dat iedereen wel weet waar mijn huiswerkbegeleiding deze week over ging. Gelukkig bleek ik sterker dan de ingewikkelde wijze Pythagoras, want Claudia vertrok de stelling begrijpend naar huis!